Landbouw pispaal en zondebok Andriessen pleit voor versoepeling quoteringsstelsel Braks: 'Noodzakelijke hervormingen EG-landbouw- beleid door versterkte druk op de prijzen' Belangenbehartiging van de akkerbouw ngezonden Symposium "Het agrarisch bedrijfsleven na 1992" 'Milieuvervuiler nummer I, als ver oorzaker van zure regen en als gifspuiter; bovendien is de land- bouwbranche een kapitaal aan ge meenschapsgelden verslindende en overschottenproducerende be drijfstak In het midden latend of en in hoe verre hierbij sprake is van werkelijk heid of van fiktie, feit is, dat het gaat om onderwerpen die politiek belangrijk en maatschappelijk heel gevoelig liggen. Voortdurend tegen deze stroom op moeten roeien en daarbij alleen maar bij herhaling blijven aandringen op nog meer kostende maatregelen ten gunste van de boeren, hoe gerechtvaardigd dat ook moge zijn, stuiten alleen maar op verder toenemende tegenstand. Als daarbij niet tevens handreikin gen worden gedaan om de over schotten te voorkomen, de kosten te beheersen en de milieuproblemen te verminderen, zullen de weerstanden nog verder toenemen met als onont koombaar gevolg, dat de boerenbe- langen steeds verder ondergeschikt worden gesteld aan wat als 'het Landbouwbelang' wordt aan gemerkt. Met beide benen op de grond Dit geldt niet alleen voor de akker bouwers, maar des te nadrukkelijker voor onze eigen boeren-organisaties en de daaraan leidinggevende bon zen. De boeren weten al lang dat 'Landbouwbelang met een grote L' staat voor een mengsel van een veel heid aan dikwijls tegenstrijdige be langen en dat dit in de praktijk heel wat anders is dan het 'boerenbe- lang'. 'Eendracht maakt macht' in het komplexe geheel van wat het 'Groene front' wordt genoemd, is een farce als het gaat om de specifie ke belangen van de akkerbouwers. De akkerbouw is in een ongelijke strijd verwikkeld. Sukses kan alleen geboekt worden als alle balast over boord wordt gezet, als de wapens van de tegenpartij uit handen wor den geslagen en als van de tegenstan ders medestanders kunnen worden gemaakt. Plan Dekker Als men aan meneer Dekker van Philips zou vragen wat hij zou doen ingeval zijn fabriek teveel gloeilam pen zou produceren en als hij dan op iedere lamp 2 cent zou moeten toe leggen, zou hij dan doorgaan met het ongelimiteerd opvoeren van de produktie met de zekerheid dat de prijzen nog verder zouden zakken? Of zal hij de oplossing zoeken in stil leggen van een deel van het produktie-apparaat om daarmee vraag en aanbod in evenwicht te brengen, waarbij hij tevens gebruik kan maken van de vrij gekomen energie om het produktieproces effi ciënter te maken en de kwaliteit ver der op te voeren om de konkurren- tiepositie te verstevigen? Stel dat die zelfde meneer Dekker direkteur zou zijn van 'Akkerbouw EEG' B.V. Zou hij dan doorgaan met opvoeren van de overproduktie om deze tegen steeds lagere verliesgevende prijzen af te moeten zetten, en bij de over heid aankloppen om steunmaatrege len? Of zal hij een deel van het produktie-apparaat stilleggen en de vrijkomende energie aanwenden om op eigen kracht het produktieproces te verbeteren en de kwaliteit verder op te voeren, en bij de overheid al leen vragen om maatregelen om on eerlijke konkurrentie te voorkomen? Eigen belangenbehartiging De akkerbouw zal tot het inzicht moeten komen dat ze in deze strijd uitsluitend op zichzelf is aangewezen en moet daar ook naar handelen. De door de akkerbouw ingehuurde voormannen zullen zelf naar Nijpels moeten gaan en zeggen: 'We willen en zien goede mogelijkheden om het gebruik van gewasbeschermingsmid delen direkt met 20% terug te drin gen en op korte termijn kunnen we nog meer doen om de milieuproble men te verminderen; we vragen geen geld, het hoeft u niets te kosten, u moet ons daarbij alleen maar helpen en meegaan naar Braks'. Vervolgens samen naar Braks: 'meneer, we wil len u in no time van de overproduk tie in de akkerbouw afhelpen, we hebben een goed plan, waarmee wij u tevens kunnen helpen om het mest probleem in de veehouderij op te lossen; wij vragen geen geld, het hoeft u niets te kosten, wij vragen al leen dat u met ons meegaat naar An- driessen om ons plan uitvoerbaar te maken'. Tenslotte gezamenlijk naar Andriessen: 'meneer, de akkerbouw wil in één keer een einde maken aan de overproduktie; we hebben daar voor een afdoend plan, we hebben daarvoor geen geld nodig, het kost u niets en het biedt zelfs mogelijkhe den om de gemeenschapskosten aan merkelijk te verminderen. We vra gen van u alleen om de nodige maat regelen om het plan te kunnen uit voeren'. Verplichte braakregeling Het plan omvat een verplichte braak regeling, waarbij als voornaamste maatregelen noodzakelijk zijn: - alle grondgebruikers in de EEG verplichten om jaarlijks 20% van hun akkerbouwareaal in roulatie te braken, en daaraan tevens de ver plichting te koppelen dat de opper vlakte grasland per bedrijf minimaal gehandhaafd moet blijven. - de grondgebruikers de mogelijk heid bieden om minder te braken te- Tijdens het symposium "Het Agra risch Bedrijfsleven naar en na 1992", heeft landbouwkommissaris Frans Andriessen gepleit voor een versoepeling van het quoterings systeem. Hij legde er daarbij de na druk op dat een onmiddellijke en volledige afschaffing van de quote ring niet haalbaar is. Uitvoerig somde Andriessen de be zwaren tegen een quoteringsstelsel op, dat vooral voor de jonge boeren een barrière oplevert, als zij zich produktierechten willen verwerven. Bovendien werkt een quoteringsstel sel een re-nationalisatie van de land bouwpolitiek in de hand, temeer ook omdat daarmee het specialiteitsbe ginsel in het gedrang komt, dat wil zeggen dat daar geproduceerd moet (gaat) worden waar dit het goed koopst is. Wel sprak Andriessen zich uit voor het behoud van de "stabili satoren". In de namiddag zou minister Braks zich ook nog eens uitspreken voor opheffing van het quoteringsstelsel met betrekking tot de melk. Zo lang echter nog steeds 20% van de Euro pese melkplas met subsidies (restitu ties) moet worden afgezet acht Braks dit niet gewenst. Dat percentage moet eerst teruglopen tot 10% en dan kan daarbij ook overwogen worden een invoering van het twee prijzensysteem. Zuivelvervangers Braks was van mening dat ook bij handhaving van de quotering aan een prijsverlaging voor melk niet te ontkomen is. Dit alleen al om te voorkomen dat men zich uit de markt prijst ten gunste van de lager geprijsde alternatieve produkten. Bescherming van produkten en pro ducenten mag nooit zover gaan, dat afnemers in hun keuze beperkt wor den en gedwongen worden produk ten te kopen, waarvan de prijzen kunstmatig hoog gehouden worden. De landbouw moet voorkomen ge ïsoleerd te raken van de ekonomi- sche realiteit. U behoeft van mij, aldus Braks geen initiatief te verwachten om in Euro pees verband te komen tot een ver bod op vervangingsprodukten. In middels is al wel de benaming van enkele produkten beschermd, zoals melk, kaas en room. In deze geval len weet de konsument dat hij met zuivere zuivel te maken heeft. Liberalisering Het specialisatie-beginsel zal nooit volledig kunnen worden toegepast, aldus Andriessen. De rol van de landbouw immers gaat verder dan het enkel voorzien aan een vraag naar voedingsmiddelen. Daar zijn nog andere doelstellingen als milieu, landschap, sociale strukturen, regio naal evenwicht en dat alles in het ka der van marktstabilisatie. Andriessen is van mening dat het bestaan van de mcb's niet verenig baar is met de totstandkoming van de Interne markt. Koöperaties De grensoverschrijdende samenwer king zal nieuwe eisen stellen aan de koöperaties, die van oudsher een re gionaal of nationaal karakter heb ben. Zij zullen moeten streven naar internationale samenwerking met koöperatieve organisaties in andere landen. Landbouwcommissaris Frans Andriessen heeft gepleit voor een versoepeling van het systeem van melkquota's. Onmiddelijke of directe volledige afschaf fing is echter ook volgens hem niet haalbaar. In zijn toespraak op het Symposium Landbouw 1992 legde minister Braks er nog eens de nadruk op, dat de noodzakelijke hervorming van het landbouwbeleid gerealiseerd moet worden via een versterkte druk op de prijzen. Produktie- en landen- kwota wees de bewindsman in prin cipe af. Deze moeten geleidelijk ver dwijnen, ook al omdat bij handha ving van de kwotering niet aan een prijsverlaging te ontkomen zou zijn. De voltooiing van de interne markt voor het Gemeenschappelijk land bouwbeleid betekent dat het gevaar voor een re-nationalisatie van land bouwbeleid sterk afneemt. Voor Ne derland is dat van groot belang, vooral ook als men weet dat sinds 1957, het startpunt van de Europese Gemeenschap het volume van de Vrijdag 18 november 1988 agrarische produktie in Nederland ruimschoots is verdubbeld. De gemaakte afspraken inzake de begrotingsdiscipline, de beheersing van de uitgaven in de landbouwsek- tor, de verhoging van de struktuur- fondsen hebben naar de opvatting van de minister van Landbouw een positieve invloed op de voltooiing van die interne markt. Veterinair gebied Het opheffen van de grenzen in 1992 betekent dat de kontroles worden verplaatst naar de bedrijven van her komst. Centraal komt te staan de dierziektebestrijding, waarbij men zich beperkt tot de belangrijkste dierziekten, zoals mond- en klauw zeer, tuberculose, bruccellose en varkenspest. Zonder ekstra waar borgen is b.v. eksport van een niet vrije regio naar een vrije regio in principe niet toegestaan. Andersom gelden voor een eksport uit een vrije regio naar een niet vrije regio geen handelsbelemmeringen. Om de uitgangssituatie te vergemak kelijken zal getracht worden de eer der genoemde dierziekten voor eind 1992 uit te roeien, op basis van kom- munautair voorgeschreven program ma's. In een aantal gevallen zal pre ventief enten niet meer geoorloofd zijn. De uitroeiingskosten betekenen een ekstra last voor de veehouder. Ook op het fytosanitaire vlak komt het aksent te liggen op de kontrole bij de producent en niet meer aan de grenzen. Hierbij ligt het aksent op de gevaarlijke ziekten en op poot- en plantmateriaal. Kwaliteitsregelgeving Op het punt van de kwaliteitsregel geving voor levensmiddelen zijn de lijnen nog minder duidelijk. In dat verband legde minister Braks er de nadruk op dat het beleid dienaan gaande niet spoort met het Neder landse beleid, waar verdergaande kwaliteitseisen gelden. De Kommis sie kiest voor een beperking van de regelgeving tot gezondheidsnormen aangevuld met zeer duidelijke etiket teringsvoorschriften. Wat groente en fruit betreft zijn er op Europees nivo kwaliteitsklasse indelingen. Het bedrijfsleven zou op vrijwillige basis verdergaande kwali teitseisen mogen stellen. Produceren wat de konsument vraagt, aldus Braks en het leveren van kwaliteit zijn de belangrijkste wapens voor de Nederlandse land- en tuinbouw in de interne markt, waarvan het realise ren gepaard zal gaan met veel dy namiek. gen een daarvoor te betalen heffing van bijv. ƒ2.000,— per ha (de hoog te van de heffing zou jaarlijks op voorhand opnieuw vastgesteld kun nen worden, waardoor een instru ment aanwezig is om het beleid bij te kunnen stellen, bijv. als de prijzen te hoog zouden oplopen). - de mogelijkheid bieden om d.m.v. een rekening-courant systeem de verplichte jaarlijkse braaklegging aan te kunnen passen aan de indivi duele bedrijfssituaties. - instellen van een doelmatig en effi ciënt kontrolesysteem - doeltreffende maatregelen om te voorkomen dat het prijsverhogend effekt van de produktiebeperking wordt aangetast. Direkte gevolgen - gratis oplossen van de overpro duktie - gratis inperking van het gebruik van chemische middelen met 20% - gratis beschikbaarstelling van braakland om mestprobleem op te lossen - gratis opvijzelen van het imago van de landbouw - voor de akkerbouw is het voordeli ger om in plaats van bijv. 10 ha bie ten in het vervolg 8 ha bieten te ver bouwen en 2 ha te braken voor mini maal hetzelfde eindbedrag. Perspektief Het is bijzonder moeilijk om voor een niet bestaande situatie alle mo gelijkheden en konsekwenties naar waarde in te schatten. Wel is een glo bale benadering mogelijk van de te verwachten invloed op een aantal belangrijke punten: de binnenlandse (EEG) prijzen voor de producent zullen onherroepelijk aantrekken als gevolg van het wegvallen van de marktverstorende overproduktie. Eveneens zullen er gevolgen zijn voor de wereldmarktprijzen; als sprekend voorbeeld kunnen de thans geldende-eksportprijzen van de zui vel worden aangehaald. In een over voerde markt worden de betere kwa liteiten voor de voet gelopen door de overschotten. Door de produktiebe perking ontstaat er ekstra belang stelling voor de beste kwaliteiten. Omdat door braaklegging de be drijfsomvang in feite met 20% af neemt ontstaan mogelijkheden om meer aandacht te besteden aan het opvoeren van de kwaliteit, waardoor ekstra inkomsten mogelijk zijn. Er wordt al jaren gezocht naar een nieuwe vierde of vijfde gewas. Met braaklegging wordt een nieuw 'vijf de gewas' geïntroduceerd; de rende mentsmogelijkheden hiervan verdie nen in deze kontekst mijns inziens minstens nadere overweging. Bij evenwichtige aanwending van groenbemesting, dierlijke mest en onkruidbestrijding in de braakperio- de mag rekening gehouden worden met een gezondere ontwikkeling en hogere kg-opbrengsten van de volg- gewassen; hogere bruto-opbrengst en besparing op kunstmest en gewas beschermingsmiddelen De milieuontlasting beperkt zich niet alleen tot de vermindering van het gebruik van gewasbeschermingsmid delen en kunstmest in het braakjaar, maar eveneens in de daarop volgen de jaren. Eveneens kan de beschik baarheid van grond voor de aanwen ding van dierlijke mest een tweezij dig snijdend mes zijn: Voor de bedrijven met eigen mecha nisatie blijven de besparingen op mechanisatiekosten beperkt tot min der variabele kosten; bij gelijkblij vende mechanisatie kunnen evenwel gemakkelijker de meest ideale om standigheden worden benut, met als gevolg o.a. minder droogkosten en minder struktuurbederf. Op de mobiliteit van de grond zal een verplichte braaklegging niet veel invloed hebben; immers als 10 ha wordt aangekocht zal ook hiervan 2 ha moeten worden gebraakt bij ge lijkblijvend totaal rendement. Ge dwongen bedrijfsbeëindiging kan mogelijk wat worden uitgesteld. Een mogelijke diskussie over de in houdelijke strekking van het voor gaande zal zeker interessante kon- klusies op kunnen leveren. E. van Hootegem, Kruiningen De auteur hoopt op reacties. Deze kun nen worden gezonden naar de redactie van het ZLM-blad. 9

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1988 | | pagina 9