^0-hss I z
Derde dinsdag in september
en eerste woensdag in oktober
vanuit de Z.L.M. gezien
zuidelijke landbouw maatschappij
Akkerbouw ontvangt
44,5 miljoen steun
Struktuurnota?
Stellingname
Sluis-Oostburg
i06
BÏÏD
mm B V RIJDAG 23 SEPTEMBER 1988
land-en
tuinbouwblad
Tijdens de ZLM-Manifestatie op "Neeltje Jans" afgelopen zomer heeft het Kadaster te
Middelburg een kleurwedstrijd georganiseerd voor de jeugd. Van de 1000 uitgedeelde
platen werden er liefst 150 teruggestuurd. De 6 prijswinnaars waren woensdag te gast bij
het Kadaster om hun fraaie prijzen in ontvangst te nemen. Op de foto de jeugdige
kunstenaars. Achteraan direkteur de heer A.F. Faas die de prijs overhandigt aan de
oudste deelnemer Carla Witte uit Goedereede.
Minister Braks heeft tijdens een persconferentie vooraf
gaand aan Prinsjesdag bekend gemaakt dat hij de akker
bouw in ons land jaarlijks met 30 miljoen zal steunen.
Samen met de set-aside-regeling, waarvoor 14,5 mil
joen beschikbaar is, komt dat neer op 44,5 miljoen per
jaar. In zijn Memorie schrijft de minister dat de akker
bouwsector het komende begrotingsjaar - maar stellig
ook de eerstkomende jaren daarna mogelijk ingrijpende
ontwikkelingen te wachten staan. Hij wil de helpende
hand bieden door vooral een voorwaardenscheppend be
leid te voeren.
Het akkerbouwactieplan dat door het bedrijfsleven is
opgesteld, heeft de minister, zoals al eerder bekend was,
niet willen overnemen. Hij schrijft mogelijk aan een aan
tal aanbevelingen tegemoet te willen komen. Daartoe
heeft hij de volgende maatregelen aangekondigd:
- 2 miljoen voor de stimulering van nieuwe teelten;
- 5 miljoen voor innovatie-projekten;
- 10 miljoen voor stimulering van kwaliteitsverbetering;
- 5 miljoen voor investeringen in milieu, kwaliteit en na
tuur op bedrijfsniveau en
- 8 miljoen voor voorzieningen in landinrichtingspro
jecten.
Voor het braakleggen van bouwland is jaarlijks 14,5
miljoen beschikbaar, terwijl de regeling voor subsidie
voor het aanplanten van snelgroeiend hout van Econo
mische Zaken is verlengd. De minister wees erop dat de
ze regeling gekoppeld kan worden aan de set-aside-
regeling.
De minister zei voorts dat in de EG is besloten naast de
set-aside-regeling ook een extensiveringsregeling door te'
voeren. De minister zal nagaan op welke wijze een natio
nale uitwerking aan deze regeling mogelijkheden biedt
voor de Nederlandse situatie.
Prinsjesdag heeft middels de Troonrede en de miljardennota
geen verrassingen gebracht. Indien we de teneur van de
Troonrede met een politiek weerbericht zouden mogen ver
gelijken, dan is er sprake van duidelijke opklaringen eco
nomisch herstel) met hier en daar nog wat dreigende bewol
king werkgelegenheid). In de miljardennota komt het po
sitieve saldo van de 2% economische groei 11 miljard
aan extra belastingopbrengsten) voornamelijk ten goede aan
twee onderdelen van het door de huidige regering gehuldigde
drie-sporenbeleid: terugdringing van het financieringstekort
en lastenverlaging voor het bedrijfsleven en de burgers.
Juist die lastenverlichting zou van het allergrootste belang
kunnen zijn voor de agrarische sector. Onze roep daarom
heeft zich de laatste jaren - en maanden - alleen maar ver
sterkt. De Troonrede en de begroting van het ministerie van
Landbouw geven echter geen enkele opening in die richting.
Integendeel, de trend van lastenverzwaring voor de land- en
tuinbouw wordt onverkort doorgezet: Ten gunste van de
grote ondernemingen zal de vennootschapsbelasting ver
laagd worden en ten voordele van de koopkracht wordt het
BTW-tarief verlaagd (respektievelijk niet verhoogd). Boeren
en tuinders echter worden gestraft met een verlaging van het
BTW-forfait van 5,4% naar 4,9%. Dat is een min-post van
f 1.000,— f 2.000,— per modaal bedrijf. Inclusief de af
schaffing van de "negatieve WIR" (vorig jaar) en de WIR-
basis-premie (afgelopen voorjaar), waarvoor in de voorlig
gende begroting geen enkele compensatie opgenomen is, le
vert de agrarische sector rond 400 miljoen gulden in. (Zie
ook kommentaar Varekamp op pagina 3). Schijnbaar, nee
"blijkbaar", wordt door Lubbers, Braks, c.s. de huidige en
toekomstige bestaansmogelijkheid van boerenondernemers
politiek en economisch bewust buiten de orde gesteld. De
agrarische bedrijfstak telt blijkbaar niet meer mee. Prinsjes
dag heeft ook wat dat betreft geen verrassingen gebracht.
Onze reeds aanwezige gevoelens van teleurstelling en onge
noegen zijn wederom bevestigd.
In de Troonrede wordt feitelijk slechts aandacht aan de land
en tuinbouw besteed middels de stelling, dat een wereldom
vattende vrije handel en een open Europese markt van vitaal
belang zijn. Aansluitend wordt (tevreden) opgemerkt, dat
verbeterde internationale verhoudingen in de produktie en
handel van landbouwprodukten, alsmede het meer marktge
richte EG-beleid hun vruchten beginnen af te werpend).
In de praktijk ervaren en beseffen wij echter, dat het eerste
nog veel meer wens dan werkelijkheid is (GATT-
onderhandelingen), en dat met name het laatste (- het markt
gerichtheidsdogma van de Nederlandse overheid -) voorals
nog voor bepaalde takken in de agrarische sector slechts
"wrange" en onverteerbare vruchten biedt. Het is dan ook
mede daarom, dat we ons afvragen, wat bedoeld wordt met
de opmerking in de Troonrede, waarin gewag gemaakt
wordt van een komende "structuur-nota" voor de Neder
landse land- en tuinbouw. We vinden over de mogelijke in
vulling van die nota namelijk niets terug in de toelichting bij
de begroting van minister Braks. De vrees lijkt gerechtvaar
digd dat de bewindsman met "structuur" enkel en alleen be
doelt: bedrijfsbeëindiging, schaalvergroting en extensivering.
We kennen zijn "visie", met name met betrekking tot de ak-
kerbouwproblematiek, zo langzamerhand wel.
Vanuit de ZLM gezien blijven wij dan ook van mening (zoals
ook vorige week verwoord), dat structuurverbetering ter ver:
sterking van de concurrentiepositie van onze sector alleen
maar bewerkstelligd kan worden middels een aanmerkelijke
investeringspremieregeling. Wij bedoelen dan wel een
"substantiële" investeringssteun (meer dan de WIR) die
"doelgericht" (op de sector toegesneden) en "breedwer-
kend" (zonder knellende voorwaarden) is!
Onze landelijke organisatie, het KNLC, onderschrijft die me
ning (zie blz. 9). In de Landbouwschapsreactie (blz. 9) op
Prinsjesdag kunnen we, wat dat betreft, jammer genoeg nog
geen uitgesproken standpunt terugvinden. Wij hopen (en zul
len ons vanuit de ZLM en het KNLC daarvoor mede inspan
nen) dat dat binnen enkele weken wel mogelijk zal zijn. Op
dat vóór de behandeling van de landbouw-begroting de ka
merleden en frakties geconfronteerd kunnen worden met
een éénduidige stellingname van het landbouwbedrijfsleven.
Een stellingname, die zodanig overtuigend kan zijn, dat het
de politieke wil en moed kan bewerkstelligen om de minister
en het kabinet te corrigeren. Corrigeren ook (en daar onder
schrijven we het Landbouwschapscommentaar volledig) op
het gebied van de steeds knellender regelgeving en ter zake
van het politiek opportunistische milieubeleid. Prinsjesdag
biedt namelijk ook daar slechts voortzetting van de bekende
trend en geen lichtpunten.
Wél lichtpuntjes zien we, hoe dan ook, in de verhoudingsge
wijs positieve voortzetting van de lijn om de begrotingsbezui
nigingen met betrekking tot land-inrichting af te zwakken.
Het landinrichtings-instrument is immers van onschat-bare
waarde om juist en met name de structurele concurrentiepo
sitie van de agrarische bedrijven in het betreffende gebied te
versterken.
Over 12 dagen, op woensdag 5 oktober, zal de stemming
plaatsvinden voor belanghebbenden in de ruilverkaveling
Sluis-Oostburg. De eerste ruilverkaveling "met administra
tief karakter" in Nederland. Dankzij deze vereenvoudigde uit
voering, maar vooral nog altijd dankzij 60% overheidsbijdra
ge, zal de gemiddeld op te brengen verkavelingsrente slechts
rond de 20 gulden per hectare komen te liggen. Vergeleken
met de reëel te berekenen extra netto-opbrengstmogelijk
heden is dat een zeer gering bedrag. Ik heb maar één advies:
"Stem vóór!" Is het niet voor u zelf, doe het dan voor de vol
gende generatie en terwille van het gebied; dus terwille van
de toekomst. Ik doe dit beroep op u mede in mijn verant
woordelijkheid als collega-bedrijfsgenoot die nog altijd
"machtig blij" is, dat destijds de ruilverkaveling "Noord-
Beveland" tot stand gekomen is.
Van der Maas