Droogte maakt farmers werkeloos
Amerikaanse boeren bidden om regen
Jan Werts - Noord-Dakota
"Toen werd het juni en de zon was iedere dag weer wat heter. De
bruine lijnen van de maisbladeren werden als maar breder... en iede
re dag werd de grond zwarter....", aldus John Steinbeck in zijn be
roemde boek "De druiven der gramschap" over het bikkelharde
bestaan van de farmers in het Amerika van een halve eeuw geleden.
Deze zomer vechten de boeren hier weer voor hun bestaan. Want de
recente beruchte farmkrisis mag dan over zijn, nu slaat de natuur
toe. Amerika droogt uit. Van het zuidelijke Nieuw Mexico tot noord
oostelijk Pennsylvania en van Idaho tot het verre vruchtbare Cali-
fornië bidden de boeren om regen.
In vooraanstaande landbouwstaten
als Noord-Dakota en Minnesota en
armere streken als Georgia heeft het
al bijna een jaar niet meer geregend.
De meteorologen voorspellen dat de
"droogte van 1988" even erg wordt
als die van 1888. Intussen waait
Amerika's meest vruchtbare grond
als goedkoop woestijnzand over de
droge vlaktes. Inmiddels heeft land
bouwminister Richard Lyng 40%
van het platteland tot noodgebied
uitgeroepen. Regering en oppositie
hebben tezamen een verbond geslo
ten om de naderende ramp te bege
leiden. "De boeren leven in de mid
west en in het zuiden nog slechts van
week tot week", zo zegt senator Pa
trick Leahy, voorzitter van de land-
bouwkommissie van de senaat. Het
Witte Huis weet kennelijk geen raad
met de situatie. "Bid voor regen",
zo adviseerde woordvoerder Marlin
Fitzwater dezer dagen namens presi
dent Reagan.
Oudere boeren beginnen verhalen te
vertellen van een halve eeuw gele
den. Toen teisterden zes achtereen
volgende droge zomers het uit
gestrekte midden en zuidwesten.
Tienduizenden vluchtten uit de land
bouw. 1980 en 1986 waren ook al
weer erg droge jaren. Als de droogte
nog lang voortduurt begint de hele
Amerikaanse samenleving haar ef-
fekten te voelen.
Die zullen ook in Nederland merk
baar worden, zou de verdubbeling
van de sojaprijs op de beurs in Chi
cago voortduren. Om meer zicht op
de situatie te krijgen stapten wij naar
de staten Noord- en Zuid-Dakota
waar het dagelijks meer dan 35 gra
den heet is.
Niks doen troef
In de golvende regio rond de stad
Bismarck leer ik dat het tenminste
400 mm regenval vraagt om goede
tarwe te oogsten. Mike Vetter (50)
wijst met een bijna verontschuldi
gend gebaar naar hun honderdkop-
pige veestapel, daaronder in de val
lei. "Vorige week had ik er nog 130.
Maar wij hebben er al tientallen ver
kocht aan de slager. Ze vragen hier
al 100 dollar (200 gulden) voor een
baal hooi van 1000 pond. Ik heb
geen hooi en binnenkort ook geen
weiland meer. Hoe komen wij de ko
mende winter door?"
Bij Vetter is de melkgift van de over
gebleven dieren gehalveerd. Maar
hij heeft tenminste nog enige op
brengst. Ten zuiden van de plaats
Napoleon in Kintyre maken wij ken
nis met Anton Deleier. "Wij hebben
600 ha land in exploitatie en toch
niets te doen. De grootste helft was
bebouwd met wintertarwe. Die is
wel opgekomen. Maar daar is het
ook bij gebleven. Ik heb helemaal
geen tarwe te oogsten. Onze maai
dorsers blijven in 1988 in de han
gar", aldus Tony Deleier.
Zijn voorvaderen boerden hier als
pioniers afkomstig uit Duitstalig
Rusland al sedert 1890, totdat Tony
en zijn echtgenote Elvira in 1960 de
boel overnamen. Hun afkomst hou
den zij zoals heel veel boeren in deze
streek vast door thuis Duits te spre-
12
ken. Zij beleven daarbij een traditio
neel Katholicisme dat hun dagelijkse
bestaan bepaalt. Daartoe hebben zij
na de oorlog zelfs een pastoor die uit
de Sovjet-Unie was gevlucht aange
trokken. Tony Deleier gaat nu bijna
iedere morgen naar de mis om voor
regen te bidden. Maar hij zegt erbij
dat het ook wel een beetje is om zin
vol bezig te zijn. "Normaal zaten
wij nu dag en nacht op de maaidor
sers. Maar wat heb ik te doen nu de
oogst een jaar overslaat? De mais is
niet eens uitgekomen. Stil zitten le
vert nog het meeste op omdat je dan
ook niets kost", aldus Deleier. Je-
ford Burgad woont mijlenver van
Napoleon met zijn Rozemarie in een
fraaie en grote bungalow die qua af
metingen verraadt dat zij een reeks
kinderen hadden. Vandaag zet al
leen de oudste kleinzoon hier de boel
overhoop. Burgad zit kranten en
weekbladen te lezen.
Hij heeft ook al tijd genoeg voor een
gesprek met de reporter uit het verre
Holland.
"Het is een geweldige tegenvaller.
Wij hebben voor 20.000 dollar (dol
lar is 2 gulden) zaaizaad en kunst
mest in de grond gestopt. Meer dan
500 ha zomertarwe, waarvan ik denk
dat we nog geen 20 ha kunnen
oogsten. 400 ha zonnebloemen,
maar die heb ik nog niet eens durven
inzaaien. 300 bunder mais, die ga ik
morgen zaaien als het maar gaat re
genen. Niet voor de korrelmais,
want daarvoor is het te laat. Wel om
in te kuilen, want wij hebben ook
nog zo'n 500 stuks mestvee", aldus
Burgad.
Overschotten
Farmer Burgad ergert zich nogal aan
de dagelijkse berichtenstroom als
zouden de voedselprijzen binnen
kort fors omhoog moeten. "Ziet u
die rij silo's daar? Ze zitten bijna al
lemaal tot boven toe vol met granen.
Ik heb hier nog voorraden tarwe van
1982 en alle daaropvolgende
oogsten. De regering heeft nog
graan destijds van mij gekocht. Net
als zoveel andere farmers mag ik het
voorlopig opslaan. Daarvoor krij
gen wij maandelijks een vergoe
ding", aldus Burgad.
Nu ziet de hele wereld eens hoe ver
standig het was dat wij zogenaamde
overschotten produceren", zo gaat
Burgad voort. "Wij zijn dankzij de
goedkope dollar en de subsidies van
de regering nu bezig de op een na
grootste export van granen te reali
seren. Zo heroveren de Verenigde
Staten weer markten op de Europese
Gemeenschap. Het zou wel buiten
gewoon stom zijn als onze regering
nu ingaat op de drang van de Ameri
kaanse Nationale Bakkers Associa
tie om de export van bloem en tarwe
te gaan beperken. Dit om zoge
naamd de Amerikaanse voorraden
op peil te houden. Dan verliezen wij
juist weer klanten aan de konkurren-
ten in West-Europa en elders", zo
voorziet Burgad.
Overigens heeft minister Lyng al la
ten weten dat de export "onder geen
enkele omstandigheid" zal worden
beperkt. Het blijft - droogte of geen
droogte - de bedoeling van de Ame
rikanen om dankzij de goedkopere
dollar zoveel mogelijk buitenlandse
markten op de Europese Gemeen
schap te heroveren.
Tegelijk onderstreept Burgad dat de
financiële nood onder een deel van
de boeren geweldig nijpend is. Wij
waren net bezig overeind te krabbe
len van de farmkrisis die zeven jaar
heeft geduurd. De boeren met jonge
of grote gezinnen en veel schulden
bij de bank overleven dit lang niet
allemaal. Al die tarwevoorraden zijn
niet (meer) van de boeren, maar van
de regering. Door de schaarste zal
men de silo's nu leeg komen maken,
zodat onze vergoeding voor de
opslag ook wegvalt. Niettemin juich
ik het opruimen van die overschot
ten toe. Dat schept weer mogelijkhe
den voor graanproduktie in de toe
komst", zo noteer ik.
Intussen hobbel ik met Burgad in
zijn truck over de velden. Ineens be
grijp ik waarom politici uit Was
hington die dit rampgebied kwamen
bezoeken eerst niet onder de indruk
raakten. De graanvelden zijn name
lijk niet verbrand door de zon. De
tarweplantjes staan er zelfs fris
groen bij. Maar ze zijn hoogstens 4
cm hoog geworden. Niet de halve
meter die ze anders in de eerste week
van juli zouden bereiken. Niemand
heeft mij overigens een verklaring
voor dit verschijnsel gegeven.
Even later rijden wij door een onaf
zienbare prairy: de weilanden van
Burgad. "Hier haalde ik vorige zo
mer ineens 129 balen hooi van elk
1000 pond. Nu maar 6. Wat moet ik
met 6 balen hooi en enkele honder
den stuks vee?", aldus de boer. Veel
veehouders laten hun vee gezamen
lijk op de prairy grazen. Wallace
Carson is voorzitter van de MacKen-
zie County Grazing Organisatie in
Noord-Dakota. In zijn club is al
ruwweg 1/5 van de 25.000 weiderun-
deren afgeslacht wegens gebrek aan
gras. "Binnen een afstand van 1000
km is er tegen betaalbare prijzen
geen hooi meer te vinden", aldus de
heer Carson.
Kansas is de grootste Amerikaanse
tarwetelende staat. "In Kansas is de
oogst vrijwel binnen", zo vertelt
Linda Curry. "De weilanden liggen
er hier bruingebrand en totaal ver
droogd bij. De tarwe-oogst in deze
"broodmand" van Amerika is te
gengevallen, maar het is niet zó
slecht als men had voorspelt", aldus
mevrouw Curry. Zij leidt vanuit het
dorpje Scandia een organisatie van
kleinere boeren die met de onder
gang worden bedreigd en daartegen
in opstand zijn gekomen. Volgens
mevrouw Curry vormen de oudere
boeren in deze hittegolven een extra
probleem. Amerika kent geen alge
mene AOW. Veel kleine boeren
moeten tot hun dood werken. Be
jaarden van boven de 65 blijken
slecht in staat om onder temperatu
ren van tegen de 40 graden zoals het
hier nu vaak is, op het land of in de
stallen te werken.
Grondstoffenmarkten
Op de graanbeurs van Chicago wrij
ven de speculanten zich volgens het
betrouwbare persbureau AP al da
gen in de handen. Zij verwachten
aan deze agrarische ramp veel te zul
len verdienen. Dag na dag lopen de
prijzen van alle granen en andere
grondstoffen voor menselijke en
dierlijke konsumptie verder op. Het
aantal handelaren is de afgelopen
maanden met 40% gestegen. Een
deel van hen gokt bij het leven, in de
hoop snel schatrijk te worden.
"Water is hier een vies woord. Toen
de radionieuwsdienst enkele dagen
geleden meldde dat het wellicht zou
gaan regenen kelderden de prijzen
van de soja in enkele minuten.
Daags daarna gingen ze weer de
hoogte in", aldus een woordvoerder
op de beurs. De officiële statistieken
en prognoses geven hem gelijk. Ze
leren dat weliswaar in sommige re
gio's de hele oogst opgegeven moet
worden, maar tegelijk elders wel re
delijk geoogst wordt. Het weer kan
bovendien de komende weken nog
veel goed, dan wel kapot maken. De
omvang van de ramp is met andere
woorden nog niet te overzien.
Op 11 augustus komt het ministerie
van landbouw in Washington met
tamelijk definitieve voorspellingen
over de oogst van mais, tarwe en &o-
ja zijnde de meest bedreigde belang
rijke gewassen. Mais is het belang
rijkste. De hele Amerikaanse (plus
een grote buitenlandse) runder-,
varkens-, pluimvee- en melkveesta
pel krijgt mais via het veevoeder.
Voor mais noch tarwe voorziet men
grote problemen omdat de voorra
den voor vorige oogsten nog zo
groot zijn. Met soja ligt de zaak an
ders. Daar zijn de reserves kleiner
dan ooit sinds tien jaar.
Nevenverdiensten
Voor de gezinsbedrijven (drie op de
vier Amerikaanse boeren) is het een
geweldig voordeel dan zij veel ne
venverdiensten hebben. Farmline
Magazine, blad van het departement
van landbouw in Washington DC,
leert ons dat in jaren als 1988 veel
meer dan de helft van het inkomen
bestaat uit neveninkomsten. De
boer, zijn vrouw, zijn kinderen, zij
werken vaak elders. Dat maakt hun
bestaan ekonomisch veel stabieler.
Zelfs op de middelgrote bedrijven
met een omzet van ruwweg een half
miljoen gulden jaarlijks, verdient
men toch nog 30.000 gulden elders.
Dankzij dat neveninkomen redden
veel boeren het nu.
Hooi-telefoon
Intussen heeft de droogte allerlei on
voorziene gevolgen.
In de getroffen gebieden leren
meer jongelui door. Op de farm
thuis lopen zij dit jaar toch maar in
de weg. "Nu vader met faillissement
wordt bedreigd wil de zoon soms lie
ver naar de universiteit en later geen
boer worden", zo meent James
Schobel, president van de Mayville
universiteit van de staat Noord-
Dakota;
Minister Lyng (Landbouw) heeft
in Washington DC een telefoonnet
geopend, waar boeren gratis mogen
vragen en klagen. De minister streeft
ernaar alle oproepen binnen 24 uur
te beantwoorden;
De regering heeft ook een zoge
naamde "hooi-telefoon" geopend.
Die moet over het hele land vraag en
aanbod dichter bij elkaar brengen;
De droogte brengt een onrustba
rende toename van allerlei schadelij
ke en soms gevaarlijke insekten met
zich mee. Ook spelen allerlei nieuwe
planten en dierziekten op.
Overleven
Later op de avond eet ik met het ge
zin van Tony en Elvira Deleier (al
leen de jongste drie van de negen
kinderen zijn nog thuis). Daarna
zwerven wij over het uitgestrekte
erf. Ik krijg van de boer en zijn
vrouw een filosofie mee die het ver
tellen wel waard is.
"De spanningen onder boeren ne
men nu met de dag toe. Wij moeten
voorkomen dat er hier of daar nog
gekke dingen gaan gebeuren. Tege
lijk voel ik hoe wij, ondanks deze te
genslagen, in ons gezin eerder naar
elkaar toe groeien. Dat speelt ook in
onze parochie. Wij zijn daar nog
maar met 29 gezinnen. Want het
platteland is hier al jaren aan het
leeglopen. De mensen beginnen nu
weer in te zien dat het leven toch uit
meer bestaat dan hun bankrekening
of het aantal auto's dat op het erf
geparkeerd staat", zo meent
Deleier.
"Ik hecht niet zoveel aan geld. Ben
eigenlijk veel banger dat de spannin
gen het gezinsleven gaan aantasten.
Maar wij hebben geweldige ervarin
gen achter de rug. In 1960 nam ik dit
bedrijf over. Dat was ook zo'n
droogtejaar. In 1961 ging vervolgens
de hele oogst in een hagelstorm ten
onder. Wij zaten toen diep in de
schulden en volop in de kleine kinde
ren. Lange tijd heb ik toen overwo
gen de farm aan de kant te doen en
weer beroepsmilitair (mijn jeugdbe-
roep) te worden. Wij hebben die kri-
ses doorstaan en dat zal nu ook weer
lukken. Maar hoe gaat het met de
jongeren, die veel dieper in de schul
den steken? En wat met de werkne
mers op de grote graanelevators?
Voor hen is er hier deze zomer niets
te doen. Ik vrees dat zij ontslagen
worden. Dat zal ik toch heel erg vin
den", aldus Tony Deleier.
Vrijdag 8 juli 1988
"Wat moet ik met zes balenhooi en enkele honderden stuks vee?", aldus de
boer.