Wees alert op voorkomen van
Phytophthora, ook in opslag
Goede ontwikkeling
Groeiende gewassen zorgen voor
goed humeur
Snijmais groeit voorspoedig
Hergroei voor tweede snede verzekerd
Tijd voor schonere bieten
Door de ontwikkeling van een aantal
gewassen hadden we vorige week op
ZUID-BEVELAND het een en ander
te doen. Door de weersomstandighe
den, regen en wind, waren er echter
weinig 'spuitbare' dagen op Zuid-
Beveland.
Plaatselijk is er vorige week nogal
wat regen gevallen van soms een paar
millimeter tot 25 millimeter in het
Westelijk deel van Zuid-Beveland. In
het Westelijk deel was deze regen
hard nodig daar de gewassen achter
bleven en erg onregelmatig staan. Dit
met name rond Borssele op de 'zwa
re' grond.
De gewassen ontwikkelen zich nu
echter goed en het is te zien dat de
groei er goed in zit. Op sommige per
celen liggen de bieten bijna dicht en
raakt het loof van de aardappelen
zich tussen de rijOp een aantal per
celen is al 1 of 2 keer een bespuiting
tegen phytophthora uitgevoerd. Op
afvalhopen is al phytophthora gevon
den, dus het blijft oppassen geblazen.
De meeste, zo niet alle, wintertarwe
staat in de aar. Deze week is hoogst
waarschijnlijk op de laatste percelen
de 3e N-gift gegeven. Op de meeste
Op het moment van dit schrijven is
het mooi, fris weer in ALTENA-
BIESBOSCH. We hebben hier 25
mm regen gehad, die kwam goed op
tijd deze keer. Gisteren zat er ook
nog wat hagel bij, maar de schade
was gelukkig niet groot.
De wintertarwe is goed ontwikkeld,
we hebben in mei de eerste aren ge
zien en de derde stikstofbemesting is
gebeurd. In dit gebied staat de tarwe-
voer over het algemeen erg goed.
De zomergerst staat er minder floris
sant voor, die kan toch slecht tegen
knoeien, de slechte struktuur wordt
fors afgestraft. De bieten groeien
goed en de onkruidbestrijding geeft
geen grote problemen, de kosten
daarvan misschien wel, maar dat we
ten we pas als we bij het onderste re
geltje beland zijn.
De stand van de bomen is ook vol-
De rust is in MIDDEN- EN OOST
BRABANT weer teruggekeerd. Na
de drukke voorjaarswerkzaamheden
is thans een rustige tijd aangebroken.
Op het land is sedert half april bij
zonder veel werk verzet. De snijmais,
erwten, veldbonen, en andere gewas
sen moesten ongeveer tegelijkertijd
ingezaaid worden.
Vanwege de royale ruwvoervoorraad
en de ekstra kortingen op de diverse
kwota is de inzaai van vervangende
teelten behoorlijk toegenomen. Over
het zoeken naar alternatieven met een
redelijk te verwachten saldo bij de
oogst van het produkt, wordt veel
gesproken.
Omstreeks de Pinksterdagen begon
nen de droogteverschijnselen in
Midden- en Oost-Brabant zich te
openbaren. Suksessievelijk zag je de
beregeningsinstallaties voor de dag
komen. Men heeft kunnen proef
draaien. De neerslaghoeveelheden
percelen kan de bespuiting voor de
afrijpingsziekte ook uitgevoerd wor
den. Wat er dan gespoten moet wor
den zal afhangen van wat er gevon
den wordt in de tarwe en dit is weer
sterk afhankelijk van het ras dat er
geteeld wordt.
Het gaat hier momenteel met name
om gele roest in de rassen Urban en
Pagode. In Pagode kunnen wat haar
tjes gevonden worden, terwijl bij Ur
ban het wat van onderen zit. Nog niet
schrikbarend gelukkig, maar het
blijft wel oppassen geblazen. Dit ook
omdat Obelisk, en die staat er nog
gezond op, een broertje of een zusje
is van de Pagode en het zou de eerste
keer niet zijn als de resistentie door
broken zou worden.
Of de rassen Pagode en Urban nog
uitgezaaid gaan worden dit najaar,
zal nog wel eens nader bekeken wor
den door ieder.
Degene die zich nog niet hebben op
gegeven voor het 'studie'reisje van de
Vereniging Oost-Zuid-Beveland naar
Erankrijk, kunnen zich alsnog opge
ven, zoals de meesten wel weten is het
een interessant en leerzaam reisje.
Het is ook nooit weg om eens over de
grens te kijken wat daar gebeurt en
hoe over bepaalde dingen nagedacht
wordt.
doende, terwijl het beetje erwten dat
er nog gezaaid is, begint te bloeien en
zich ook gunstig ontwikkelt. Bo
venstaande geldt uitdrukkelijk voor
de lichtere gronden, op de zware
grond moet meer water op tijd vallen
om de gewassen goed aan de groei te
kunnen houden.
In de veehouderijsektor is de eerste
voederwinning goed gelukt, goed
weer en redelijke hoeveelheden. Op
dit moment groeit er weer voldoende
gras, en zal er al weer gauw opnieuw
gekuild kunnen worden. Enkelen
moeten nog voor de eerste keer maai
en voor de hooiwinning, maar dat
wordt toch wel de hoogste tijd.
In zijn algemeenheid is mijn indruk
dat de boeren er ook weer meer zin in
hebben dan een paar maanden gele
den, goed groeiende gewassen en
goed weer, scheelt blijkbaar een slok
op een borrel voor ons humeur.
waren per gebied zeer verschillend.
Vanwege de relatief hoge temperatu
ren voor de maand mei, kwamen
flink wat onweersbuien tot ontwikke
ling, die forse hoeveelheden water ga
ven. Ook kenmerkend waren het gro
te aantal uren zon. Zelfs heeft de
Brabander van een aantal zomerse
dagen kunnen genieten. Met een
neerslaghoeveelheid van 100 mm in
mei in de omgeving van Eindhoven is
ruimschoots in de behoefte voorzien.
Normaal onder gemiddelde omstan
digheden valt er ongeveer 50 mm in
deze maand.
De snijmais is voorspoedig gegroeid.
Op een aantal percelen is het 6-blad
stadium bereikt. Het spuiten voor de
onkruiden heeft op de meeste plaat
sen plaatsgevonden. Vanwege een
droge periode in dé eerste helft van
mei heeft de voederwinning van het
gras een snel verloop gehad. De eer
ste snede was in enkele weken ver
werkt. Over het algemeen genomen is
In de WESTHOEK is de laatste tijd
alles hard gegroeid. We lagen nogal
wat achter op andere gebieden in het
Zuidwesten, maar we gaan aan het
inlopen, al blijven er toch nogal wat
problemen over.
Wat betreft de vochtvoorziening van
nogal wat percelen aardappelen,
vooral op de zwaardere gronden, is
de ontwikkeling verre van gunstig.
Als je de gepote aardappelen optrekt
zijn er op de scheuten worteltjes ont
staan, maar de beworteling naar on
der toe ontbreekt vanwege vochtge-
brek. Het spuiten en de aardappelen
tegen het optreden van Phytophthora
heeft een aanvang genomen. Velen
vinden het wel wat vroeg, maar in ve
le percelen graan waarin aardappel
opslag voorkomt, is al volop Phy
tophthora aanwezig, dus pas op, de
De regen van eind mei in WEST-
BRABANT-ZUII), ongeveer 15 mm,
kwam voor de rundveehouderij als
geroepen. Hergroei voor de 2e snede
werd met deze neerslag verzekerd.
Zowel kwalitatief als kwantitatief
was er op het voordroog niets aan te
merken en met de huidige goede
stand van de snijmais hoeven de
meeste veehouders niet te mopperen.
Snijmais is over het algemeen wat
dikker gezaaid en wat dieper omdat
het zaaibed veelal was uitgedroogd.
Op diverse plaatsen is nu gekozen
voor 110.000 korrels per hektare in
plaats van 100.000. Van een uit
gesproken vraag naar een bepaald ras
snijmais kan in West-Brabant niet
gesproken worden. Ondanks veel pu-
blikaties voor bepaalde rassen wordt
meestal een van de twee rassen ge
zaaid, die de handelaar in voorraad
heeft.
De keurmeesters van de NAK moeten
bij het invullen van het veldkeurings-
rapport veel schrijven. Van geen en
kel perceel kan gezegd worden dat er
niets aan mankeert. Op de meeste
rapporten van de veldkeuring is wel
een aantal beoordelingen met een,
twee, drie of vier te vinden en niet
zelden een één, dat inhoudt dat het
graszaad voorlopig is afgekeurd.
Meer dan vijf beoordelingscijfers
staan er niet op omdat de komputer
dit niet kan verwerken.
Op grond van meer dan tien afwij
kende planten genaaid of ongenaald
raaigras in Engels zijn diverse perce
len afgekeurd. Verder is in ieder per
ceel dit jaar wel windhalm, straatgras
en vossestaart te vinden en voor het
eerst op de zandgronden duist. Door
dat veel percelen graszaad zichtbaar
door luis waren aangetast is hiertegen
een bespuiting uitgevoerd.
Diverse akkerbouwers waren vorige
week niet echt blij met de paar malse
buien. Voor de vrije bintjes hoefde
het van hen niet meer te regenen,
maar er worden ook nogal wat aard
appelen voor de chips verbouwd en
hier was neerslag wel welkom.
Dit jaar is er voor het eerst een aantal
de veldperiode kort geweest. Gezien
het vroege tijdstip van oogsten kan
men. spreken van een goede hoeveel
heid, hoewel de kwaliteit soms te
wensen overliet.'Na het nemen van
kuilmonsters kan de kwaliteit van de
diverse kuilen met zekerheid worden
vastgesteld.
Hoewel de prijzen van diverse dier
soorten zijn aangetrokken de laatste
weken, is de financiële situatie vooral
in de veredelingslandbouw vrij
slecht. De leghennensektor en de ver-
meerderingsbedrijven van de varkens
zitten onder moeilijke omstan
digheden.
Onlangs heeft het Europese Hof nog
een zeer ingrijpende uitspraak ge
daan voor de melkveehouders. Het
Hof heeft bepaald, dat de z.g.
S.L.O.M.-boeren ook recht hebben
op kwota. Bij een gelijkblijvend kwo-
tum in EG-verband betekent dit een
ekstra korting op de huidige kwota.
Of dit een terechte en tevens laatste
korting is, de toekomst zal uitwijzen
hoe het verloop zal zijn.
verspreiding van de sporen met de
harde wind van de laatste tijd kan
soms grote vormen aannemen.
Nu toch over verspreiding is gespro
ken, als dadelijk de distels in het
Markiezaat gebied gaan bloeien en de
wind is opstandig, dan kunnen nogal
wat spullen overwaaien waar we niet
jPP zitten te wachten.
Evenzo als dadelijk op de platen van
het Krammer-Volkerak de vegetatie
in volfe bloei raakt, zullen er proble
men ontstaan in onze polder daaraan
grenzend. We zullen daar goed alert
op moeten zijn - alvorens het te laat
is - willen we dezelfde problemen niet
krijgen als in het Markiezaatgebied.
Er is nogal veel last van en schade
door wilde duiven, met name in de
erwten. Vele worden er afgeschoten,
doch elke dag zijn er weer volop an-
AM-rassen uitgeplant voor de ver
werkende industrie. Niet "overal kun
nen deze rassen geteeld worden om
dat ze nogal droogtegevoelig zijn en
dan is 15 of 16 cent per kg veldsgewas
te weinig. Als aardappeltelers moet
niet te vroeg gejuicht worden als een
paar weken droog weer de termijn-
markt wat opjaagt.
Nog voor de regenval kochten Neder
landse fritesfabrieken in Duitsland
aardappelen voor 15 cent, au-
gustuslevering. Wat dit jaar wel wat
duurder kan worden is pootgoed om
dat in de echte teeltgebieden poters
een flinke groeiachterstand hebben
opgelopen.
In ons gebied is de luizendruk
ontzettend groot. Op alle gewas
sen, bomen en heesters vinden we
luizen en die nemen thans eerder
in aantal toe dan af. De geringe
neerslag in onze streek wordt in
deze als schuldige aangewezen,
maar de vraag is of dat wel zo is.
Wanneer de regen met bakken vol
uit de hemel valt, zullen er zeker
wel veel luizen sneuvelen, maar
dat is meer een verhaal uit groot-
moederstijd dan in werkelijkheid.
Wij hechten meer waarde aan de
natuurlijke vijanden, aan de af
braak en aan de goede werking
van de insektenbestrij-
dingsmiddelen.
Tijdens een ekskursie hebben we
pasgeleden nog vernomen, dat er
dit voorjaar toch weer wat meer
temik werd toegepast. Het zijn
vooral de wat oudere boeren die
dat doen, want die voelen zich
met dat luizen tellen niet veilig ge
noeg. In ekstreem droge periodes
is de luizenbesstrijding bijna al
tijd tegengevallen, want dan zijn
er veel middelen die te traag wer
ken en pas bij voldoende neerslag
aktief worden.
Het aanaarden van bieten wordt
thans veel minder geadviseerd dan
voorheen. Bij de opkomst van la
te zaadonkruiden was dat aanaar
den een goed hulpmiddel om het
gewas mechanisch goed schoon te
maken, maar met de tarra boetes
in het vooruitzicht kijken we als
telers thans wel uit om het percen
tage grondtarra door het aanaar
den niet hoger te doen zijn dan
strikt noodzakelijk is. In onze bie-
tenstudieklub hebben we het zo
gesteld, dat als we in staat zijn om
vuile bieten te leveren, we ook
schone bieten moeten kunnen le
veren. Tegenwoordig hebben we
een systeem van vandaag bieten
rooien en vannacht dezelfde bie-
dere en dan nog te lezen dat door be
paalde groeperingen het verzoek is
gericht om met name in de Biesbosch
afschotvergunningen niet meer af te
geven. Wie gaat dan de schade ver
goeden. De aardappelen van de oogst
1987 zijn in ons gebied wel ver ge
ruimd. Het lang bewaren is de laatste
jaren niet meer rendabel. Te veel op
slagruimte tracht men te benutten tot
het laatste toe. En dan wordt wel
eens de vraag gesteld of bij vroegere
verkoop in 't najaar de risiko's niet
wat worden gespreid. Maar laten we
hopen dat oogstjaar 1988*gunstiger
uitvalt.
We zien in ons gebied dat er flink wat
droge kippen/kuikenmest wordt aan
gevoerd, hetzij rechtstreeks of door
bemiddeling aangekocht vanaf de
producent. De prijzen liggen nogal
wat gunstiger dan verleden jaar.
Maar zaak is wel de oorsprong van
het materiaal proberen vast te stellen
vanwege de soms wat mindere kwali
teit en eventuele bijmengingen die er
soms in aanwezig kunnen zijn. De
derde gift stikstof op de tarwe is
haast overal toegepast. Meestal zo'n
40 kg zuivere N zodat de totale giJft
rond de 175-190 per ha komt. Dat is
flink wat, maar het ziet er naar uit
dat het stro erg kort blijft en dus on
der normale omstandigheden geen le
gering zal optreden, 't Valt op dat
nog zovele percelen tarwe zo schoon
zijn, met name wat betreft meeldauw
en roest. Verleden jaar was dat an
ders om deze tijd.
Juni en begin de maand juli zijn wat
betreft de ontwikkeling en groei van
de gewassen wel het mooist. Als je
dan zo 's avonds auto's zachtjes door
het polderland ziet rijden, en dat alles
goed bekeken wordt, dan zie je dat
alles wat groeit toch vele mensen toch
altijd weer boeit.
ten weer afleveren. Dat is te vers,
dat is te vuil en er moeten toch
wel schonere systemen uit te vin
den zijn en daarvoor is nu nog
tijd.
Op reis door onze provincie heb
ben we te velde diverse gewassen
bekeken. Grote verschillen zijn er
overal te zien. Er is wintertarwe
waaraan niets mankeert, maar er
zijn ook nogal wat percelen met
een te dunne stand en met erg
kort stro. Verder percelen bieten
met een te dunne en te onregelma
tige stand van 50.000 - 60.000
planten per ha met nog wat nako-
mers. De vroeg gezaaide bieten
staan over het algemeen goed en
de chemische onkruidbestrijding
is daarin ook het beste geslaagd.
Zomergerst heeft het in het bouw
plan slecht getroffen, want die is
veelal uitgezaaid op laat gerooid
aardappel- en bietenland. Zowel
in het afgelopen najaar als in dit
voorjaar was dat land te nat en
die late inzaai was daarvan het ge
volg. Begin februari inzaaien is
jaarlijks ons streven, maar dat is
jammer genoeg dit jaar met de
zomergerst niet gelukt.
Van de aardappelen valt nog niet
alles te zeggen, want de groei
moet daar nog op gang komen en
daarom verwachten we een late
oogst. De erwten staan er redelijk
bij, maar die moeten nog heel wat
groeitijd inhalen. Door de
ekstreem natte omstandigheden
zijn de grasgroenbemesters vorige
herfst slecht ondergeploegd met
als gevolg veel grasopslag in di
verse gewassen. Op sommige per
celen is het toepassen van dure
grasdoders daarom zeer urgent
geweest. Kosten die normaal niet
op onze begroting staan, hebben
we daarom thans moeten maken
en die zullen ongetwijfeld hun
stempel wel drukken op het saldo
1988.
10
Vrijdag 10 juni 1988