Eerste paal voor nieuwe gemaal ruilverkaveling Yerseke Moer geslagen Jonge Brabantse boeren falikant tegen handel mestkwota West Brabantse pluimveehouders betalen bij mestoverschot mee om zichzelf te beconcurreren Vertrek tuinbouwzaadteeltvoorlichter K. Schik Landbouwschap onderzoekt personeelsbeleid tuinbouw Op 13 april 1988 is de eerste paal voor het nieuwe gemaal, dat wordt gerealiseerd in het kader van de ruilverkaveling Yerseke Moer, gesla gen door de heer C. Boertien, Kommissaris van de Koningin in Zee land. Hiermee is een belangrijke stap gezet voor de verdere uitvoe ring van het ruilverkavelingsplan. Het gemaal wordt in opdracht van de Landinrichtingskommissie voor de ruilverkaveling gesticht, voor uitlopend op de realisering van de verbreding van het Kanaal door Zuid-Beveland. Het vervangt het gemaal 'De Moer' dat vanwege de ze verbreding moet worden afgebroken. Het werk is aanbesteed voor ƒ4,4 miljoen. De kosten worden voor 91 gesub sidieerd door de Rijkswaterstaat, de Landinrichtingsdienst draagt bij voor bijna 7%. Het resterende be drag wordt door het Waterschap Noord- en Zuid-Beveland gedragen. Het plan voorziet in de verbetering van de ontsluiting door volledige of plaatselijke aanpassingen van kruin breedtes en verhardingskonstrukties over 8 km. Bijna de helft hiervan bestaat uit kwartaire wegen. Over ca. 1000 m vinden traceveranderin- gen plaats. Door een doelmatige op-, zet van het wegenstelsel kan de netto wegendichtheid worden terugge bracht van 29,5 naar 22,0 ha. De waterbeheersing wordt verbeterd 'door peilverlaging in de agrarische gebieden mogelijk te maken van 0,20 tot 0,70 m. Dit kan onder meer door de bouw van het nieuwe ge maal. Voor de waterafvoer worden waterlopen verruimd of nieuwe ge graven en duikers aangelegd. Door het aanbrengen van dammen en een stuw wordt het peil in het reservaat- gebied gehandhaafd. Bij volledige verwerving door de Stichting 'Het Zeeuwse Landschap' bestaat de mo gelijkheid desgewenst het peil te verhogen. De verbetering van de verkavelings situatie wordt bereikt door de ver mindering van het aantal kavels per bedrijf, verplaatsing van een boerde rij, verhoging van het percentage huiskavel, verkorting van de afstand van de gronden tot de bedrijfsge bouwen, verbetering van de vorm van de kavels en van de percelen en vergroting van de percelen. Door ka- velaanvaardingswerken, nodig om de toegedeelde situatie gelijkwaardig te maken aan de ingebrachte situa tie, wordt de gewenste uitruil bevor derd. Daarenboven zijn kavelverbe- teringswerken mogelijk voor verder gaande verbetering van de produk- tieomstandigheden. De noodzaak voor verbetering van de verkaveling blijkt uit het feit dat de landbouwbe drijven, thans gemiddeld over 11 ka vels beschikken met een oppervlakte van 2,4 ha. In het kader van het landinrich tingsplan worden vier reservaatge- bieden ter grootte van 279 ha zeker gesteld. Naast op konservering ge richte werken geschiedt dit door rechtstreekse aankoop door het Bu- ro Beheer Landbouwgronden voor de Stichting 'Het Zeeuwse Landschap'. Voorts zal uitruil van gronden over de grens van deze gebieden plaats vinden. De drie beheergebieden, die in partikulier eigendom blijven, be slaan 96 ha. De maatregelen zijn hier gericht op handhaving en zo moge lijk herstel van de natuurweten schappelijke en landschappelijke waarden. Het landschapsplan is er op gericht een aantal specifieke kenmerken van het gebied te behouden door een ge nuanceerde inrichting ter plaatse. Door de aanleg van dijk-, weg- en kavelgrensbeplanting ter lengte van ca. 7 km wordt het landschapsbeeld aanzienlijk versterkt. Dit is ook het geval voor de aanleg van 6 ha bos en een aanzienlijk aantal erfbeplantin- gen. Gezien de aard en hoedanigheid van het gebied, zijn in beperkte mate voorzieningen voor de openluchtre- kreatie gepland. Het zwaartepunt er van ligt bij de Oosterschelde. Onderlinge samenhang De inrichtingsmaatregelen voor de ruilverkaveling Yerseke Moer beo gen de planologisch aangeduide funkties in onderlinge samenhang te ontwikkelen, c.q. te handhaven tot een duurzaam geheel. Voor de land- en tuinbouw betekent dit het verbeteren van de produktie- omstandigheden, waardoor de pro- duktie gemakkelijker en goedkoper kan plaatsvinden. Voor de akker bouw staat hierbij, naast een goede waterbeheersing en ontsluiting, cen traal de vergroting en vormverbete ring van de kavels en de percelen. Bij de melkveehouderij is de vergroting van de huiskavel essentieel. De ver plaatsing van een boerderij kan hier aan een positieve bijdrage leveren. De fruitteelt wordt gestimuleerd door de konsentratie van de kavels op voor deze teelt meest geschikte gronden. Een ruime overgangster- Voor de land- en tuinbouw betekenen de inrichtingsmaatregelen dat de pro- duktieomstandigheden verbeteren, waardoor de produktie gemakkelijker en goedkoper kan plaatsvinden mijn met het oog op de nieuwe aan plant kan hier met behulp van de B.B.L.-gronden worden toegepast. De konkretisering van het relatieno- tabeleid wordt in dit projekt met na druk gepraktiseerd. Voor de reservaat- en beheergebieden wordt het peil gehandhaafd en daarmee de fysieke randvoorwaarden voor de natuurwetenschappelijkè waarden in belangrijke mate gekonditioneerd. Door aankoop en ruil worden de re servaten snel gerealiseerd. Door aan leg, aanvulling en herstel van be planting wordt bijgedragen aan een aantrekkelijk en evenwichtig landschap. De rekreatie wordt bevorderd door de aanleg van de daarvoor geëigende voorzieningen. Mede door het in standhouden van een afwisselend grondgebruik nemen de mogelijkhe den voor rekreatief medegebruik toe en kunnen deze worden geïnten siveerd. De Tweede Kamerleden J. van Noord (CDA) en S. Huys (PvdA) zullen voorlopig niet vergeten waar Moergestel ligt. Na een pittige dis- kussie over het verplaatsingsbesluit •met het Agrarisch Jongerenwerk dis- trikt Tilburg verlieten zij dit Bra bantse dorp, getooid met een uier doek en een muts op het hoofd met de op Yvonne van Gennip geïnspi reerde tekst 'Kwotahandel, fout hè'. De uierdoek hadden zij van de jonge boeren gekregen als hulpmiddel om het gewraakte verplaatsingsbesluit eens goed bij minister Braks en de overige Kamerleden uit te melken. Als het aan de jonge Brabantse boe ren ligt, zal het ontwerp-besluit zo spoedig mogelijk in de ijskast ver dwijnen. Het besluit laat namelijk het verhandelen van mestkwota weer toe en dat is volgens het Agrarisch Jongerenwerk een verkeerde zaak. De jonge boeren vrezen dat de mest kwota in de praktijk terecht zullen komen bij de hoogste bieder, de gro te bedrijven dus. Dit ondanks het voornemen van de minister om door afroming naar bedrijfsgrootte de waarde van de verkochte kwota laag te houden. 'De grote bedrijven hebben fiskaal grotere voordelen en genieten meer kwantumkorting. Bovendien heeft de jonge boer in de eerste tien jaar na overname financieel geen enkele speelruimte om mestkwota te ko pen', aldus de jonge boeren. Tegelijkertijd met de uitvoering van de ruilverkaveling vindt de realisatie van de verbreding van het Kanaal door Zuid-Beveland plaats. Bij de voorbereiding van beide plannen is zorg gedragen voor een goede af stemming. Op deze wijze wordt be vorderd dat de met de aanleg van dit infrastrukturele werk samenhangen de negatieve effekten zoals doorsnij ding e.d. tot een minimum worden beperkt door opvang in het landin- richtingsprojekt. Het Landbouwschap zal een inven tarisatie maken van problemen in de werkomstandigheden in de tuin bouw. De voorzitter van het schap, Marius Varekamp, zei dit in de bestuursvergadering van woensdag 6 april na uitspraken van de vertegen woordiger van de FNV dat tuinders de problemen om aan personeel te komen aan zichzelf te wijten heb ben. Het zou daarbij vooral schor ten aan het arbeidsklimaat en de so ciale omstandigheden in de tuinbouw. Het Landbouwschap heeft een nieu we kommissie Milieuvraagstukken ingesteld, die de vele algemene kan ten van milieukwesties gaat behan delen. Het KNLC heeft hierin be noemd de heren H.W. Schipper te Veendam en B.J. Warmelink te Ste- geren. In het bestuur van de NAK treedt de heer A. Vermeer terug, zijn opvolger wordt de heer J.D. Ooster- baan te Peins (plv. K. Dijkstra te Swifterbant). Het hoofdbestuur van het KNLC heeft voor de komende twee jaar vier voorzitters gekozen die samen met algemeen voorzitter M.J. Vare kamp het dagelijks bestuur zullen vormen. In plaats van de aftredende en niet-herkiesbare heren H.C. van der Maas en J.L. Nysingh werden aangewezen de heren J.G. van Leeu wen en W. Trip. Herkozen werden de heren J.D. Leeuwma en Jhr. J.W. Steengracht van Oostcapelle. Per 1 april 1988 heeft de Takorgani- satie Akkerbouw Zeeland (TAZ) mevrouw ir. C.H. Verdonschot (Toos) benoemd als projektmanager voor het informatie centrum voor de automatisering in de akkerbouw te Schoondijke. Zij is belast met de op zet en het laten funktioneren van het informatiecentrum. Akkerbouwers en andere belangstellenden kunnen hier kennis nemen van de mogelijk heden op het gebied van de automa tisering en ze zodoende meer ver trouwd te maken met het gebruik van de komputer als hulpmiddel bij de bedrijfsovering. Mevrouw Ver donschot heeft aan de Landbouwu niversiteit te Wageningen gestudeerd met als specialisaties Akkerbouw en Voorlichtingskunde. Toos Verdonschot Kabel- en Leiding Informatie Centrum opgericht Eind april 1988 wordt het Kabel- en Leiding Informatie Centrum - KILC-zuid - operationeel. De doelstelling van het KLIC-zuid luidt: 'Het voorkomen van schade aan ka bels en leidingen bij uitvoering van werkzaamheden. Deze doelstelling is te bereiken door het bevorderen van kommunikatie tussen kabel- en lei dingbeheerders enerzijds en ontwer pers en gravers anderzijds'. De overschotsheffing en het zoeken naar andere huisvestingssystemen voor legkippen waren op de winter vergaderingen van de Nederlandse Organisatie voor Pluimveehouders afdeling West Brabant de belangrijk ste agendapunten. Normaal gespro- Begin mei 1988 zal bedrijfsvoorlich- ter de heer K. Schik, de voorlich tingsdienst gaan verlaten. Hij zal dan ruim 25 jaar werkzaam geweest zijn in de voorlichtingsdienst ten be hoeve van de ontwikkeling van de bedrijven in de agrarische sektor. Hoewel de heer Schik op dit moment te boek staat als tuinbouwzaadteelt voorlichter wordt met deze bena ming zeker tekort gedaan. Van oorsprong komend uit een tuin bouwgebied met een sterk gemengd karakter, Het Kennemerland, is de heer Schik in 1960 begonnen op het eiland Goeree-Overflakkee met het K.E. Schik geven van voorlichting aan groente en bloembollentelers. Later is dat bloembollenvoorlichter met een taak in de tuinbouwzaadteelt geworden en uiteindelijk volledig tuinbouw zaadteeltvoorlichter. De heer Schik, maar eigenlijk de he le familie Schik is ingeburgerd in het Zuid-Westen, heeft hier zijn wortels gekregen. Met het beëindigen van de aktiviteit bedrijfsvoorlichter zal de heer Schik betrokken blijven bij de tuinbouw in Zuid-West Nederland. Op vrijdag 29 april is er tussen 15.00 en 17.00 uur gelegenheid de familie Schik de hand te drukken in het Dorpshuis te Nieuwe Tonge. ken kunnen de pluimveehouders zich over het algemeen wel neerleggen bij de overschotsheffing maar het ge deelte van de heffing dat bestemd is voor de transport-subsidie ligt hen zwaar op de maag. Dhr. Ruud Evers, bestuurslid van de West-Brabantse NOP, stelt dat het zelf afzetten van hoogwaardige kip penmest in de regio steeds moeilijker wordt. "In West Brabant wordt nog al wat kippenmest afgezet dat af komstig is uit Oost-Brabant. Op zich is dit niet zo erg maar wat ons tegen de borst stuit is het feit dat in West Brabant deze mest afgezet wordt om dat hier de minimum transport afstand waarbij subsidie wordt gege ven bereikt is". Voor kippenmest be draagt de minimum transportafstand 100 km. "Wij raken op deze manier onze vaste klanten kwijt, aldus de legpluimveehouder uit Etten-Leur. Na 1995 mogen geen nieuwe legbatte rijen meer geplaatst worden. Hoewel dit nog 7 jaar duurt is men nu toch al aan het zoeken naar andere huis vestingssystemen voor legkippen. Buiten het houden van scharrelkip- pen is er op dit moment alleen het voltaire systeem dat als alternatief kan dienen. Bij dit systeem, dat trapsgewijs omhoog gaat, worden de kippen wel meer bewegingsruimte ge geven. Dhr. Evers is er met zijn colle ga's bezorgt over dat niet alle landen zich aan de datum zullen houden en dat hierdoor de kans bestaat dat het Nederlandse ei voor export te duur wordt. "We hebben gezien hoe de batterijwet, 5 in plaats van 6 kippen in een batterij, in de praktijk functio neert. Niet ieder land houdt zich aan deze bepaling. Nederland loopt met de uitvoering van wettelijke bepalin gen al(ijd voorop. Als andere landen geen gelijke tred houden met Neder land en een paar jaar later beginnen dan bestaat de kans dat we de con currentieslag niet zullen overleven. Vooral Frankrijk dat inmiddels zelf voorzienend is geworden en nog steeds aan het uitbreiden is, zal straks voor lagere prijzen kunnen leveren, temeer omdat daar geen mestwet is", aldus Ruud Evers. J. van Tilburg Vrijdag 15 april

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1988 | | pagina 4