tufntfps Werken aan de voorjaarstuin c. j. nouse beveland bv. 12 Vrijdag 8 april 1988 Andere struiken niet of weinig snoeien Behalve de typische voorjaar- of zomerbloeiers is er nog een kate- gorie struiken die ook wel in het voorjaar of zomer bloeien maar waaraan in het algemeen niet of nauwelijks moet worden ge snoeid. Dat zijn de wintergroene heesters en de typische solitair heesters zoals rhododendron, co- toneaster, magnolia, toverhaze- laar, sierkers en dergelijke. Het snoeien beperkt zich hier tot het wegnemen van duidelijk ver keerd groeiende takken, takken die in de wegzitten en dergelijke. Sterk verouderde struiken Sterk verouderde voorjaar- of zomerbloeiende struiken waar aan lange tijd niets is gedaan, t kunnen het beste een keer rigo- reus verder aangepakt door alle takken terug te snoeien tot 30-40 cm van de grond. Ze lopen dan opnieuw uit en vormen als het ware nieuwe jonge struiken die op voornoemde wijze kunnen worden gesnoeid. Nu de winter zijn langste tijd heeft gehad en de eerste voor- jaarsboden zich wat schuchter aandienen, breekt het moment aan waarop we in de tuin de na tuur weer een handje kunnen hel pen. Onderhoudskarweitjes als snoeien en bemesten vragen nu onze aandacht. Veranderingen waarop we al een hele winter za ten te broeden kunnen we nu uit voeren. Voor onze zomerbollen en zaaibloemetjes maken we nu onze keuze en we zorgen er voor dat hun bedje tijdig gespreid ligt. Kortom er is werk aan de winkel. Werk waarin we in een zekere na- tuurverbondenheid onze schep pingsdrang en energie royaal kwijt kunnen. Snoeien Het snoeien van planten blijkt voor veel mensen een moeilijke opgave. Het is ook niet zo ge makkelijk en daarom zullen we wat richtlijnen proberen te ge ven. In de eerste plaats wordt de vraag hoe we zullen snoeien be paald door de vraag wat we snoeien. Daartoe delen we de struiken in drie groepen in: 1de struiken die in het voorjaar bloeien, zoals forsythia, jasmijn, riber, weigelia, sering, spirea en dergelijke. 2. de struiken die in de zomer bloeien, zoals rozen, vlin derstruik, ganzerik, fuchsia, herts- hooi en dergelijke. 3. andere struiken. Voorjaarsbloeiers snoeien na het bloeien De struiken die in het voorjaar bloeien snoeien we na de bloei. Zodra de laatste bloempjes van een heester zoals forsythia zijn uitgebloeid nemen we de snoei- schaar ter hand en gaan we de struik te lijf. Staande voor zo'n struik krab ben we ons eens op het achter hoofd en vragen ons af wat nu? Wel, als we de struik bekijken zien we oude, dikke takken, waaraan bloemen hebben geze ten en we zien dunne jonge tak ken die nog niet of weinig ge Grootbloemige clematis snoeien we elk voorjaar in Voer voor de tuin Het voorjaar is de tijd waarop de tuin bemest dient te worden. Ook bij planten gaat de liefde door de maag. Willen we straks kunnen genieten van een uitbundige bloe menpracht, dan moeten we nu voor een welvoorziene dis zorgen. Zomerbloeiende bolgewassen zoals deze Kaapse lelie kunnen nu ge plant worden De rozen Van onze rozen verwachten we dat ze zullen bloeien, bloeien en nog eens bloeien. Dat bloeien is een energie verslindende bezig heid en daarom is een stevige maaltijd aan het begin van de reis zeer wenselijk. Stalmest en ande re organische mest is ook verpakt en dus gemakkelijk verwerkbaar verkrijgbaar, dat licht wordt in gewerkt is een uitstekend voorge recht. In maart-april dienen we dat voorgerecht royaal op. In de loop van het groei- en bloeisei- zoen serveren we dan nog eens een of twee keer kunstmest in de vorm van NPK mengmest 12-10-18. Een a twee kg per 100 m2 per keer is voldoende. De perkplanten verstrekken we het zelfde menu als de rozen. Vaste planten Vaste planten zijn bescheiden eters. Een bemesting met stal- meststof kompost in het voorjaar is in het algemeen voldoende voor een voorspoedige ontwikke ling. Bij vaste planten oppassen voor al te gulle voedselgiften, want het gevolg daarvan is een soms te slappe plantengroei met alle problemen van dien. Het gazon De meeste mensen bedelen het gazon te karig met meststoffen. Ten onrechte wordt dan gedacht dat het gazon minder snel zal groeien en dat men dus minder behoeft te maaien. Misschien heeft het enige invloed, maar de bijkomende nadelen zijn veel groter dan het voordeel van een keertje minder maaien. Een slecht gevoed gazon nodigt uit tot önkruidgroei en mosvor ming. Een slecht gevoed gazon is slecht van kleur, geslachtig meestal en bepaald geen lust voor het oog. Een slecht gevoed gazon is veel minder goed beloopbaar. Een hartig menu kan daar veel verbetering in brengen. In het vroege voorjaar strooien we fijn gemalen stalmest of kompost over het gazon uit. Bij vettige ga zons vermengen die mest met wat metselzand om een stroevere, drogere toplaag te krijgen. Na die eerste bemesting strooien we om de vier tot zes weken NPK mengmest én een hoeveelheid van een tot twee kg per 100 m2 per keer. Planten en verplanten Het voorjaar is een uitstekende tijd om te planten en te verplan ten. Willen we wat dingen in on ze tuin veranderen dan kunnen we dat nu doen. Heesters kunnen tot eind april geplant en verplant worden. Vaste planten kunnen tot begin mei worden geplant. Wanneer in bestaande borders de vaste planten verouderen kunnen we die planten nu uit de grond halen en scheuren. Scheuren wil zeggen dat we van zo'n oude pol de jonge delen aftrekken of af snijden en die afgesneden jonge delen planten we opnieuw. Zomerbloeiende bollen en knollen Wie zijn tuintje wil uitdossen met de meestel eksotische vormen- en kleurenpracht van zomerbloeien de bol- en knolgewassen zoals dahlia, lelie, tijgerbloem, gladio len enz. moet in april de daartoe benodigde bollen en knollen aan de grond toevertrouwen. Vanaf juli zullen de verschillende soor ten hun schoonheid ten toon spreiden. Een schoonheid waar tegen de eeuwige afrikaantjes, salvia's en petunia's het duide lijk afleggen. Een wat gedurfder plantenkeus zal daarom weinig tuintjes mistaan. Zaaien Veel zaaibloemen kunnen in maart-april in de vollegrond wor den gezaaid. Zoals gezegd bij de bol- en knolgewassen, durf eens iets anders dan de overbekende soorten. Houdt rekening met het gezelschap, waarbij de zaaibloe men zich moeten voegen, want de dikdoenerige kleurdotten van een heleboel éénjarigen misstaan soms lelijk naast elegant vaste- planten. In de meeste gevallen zijn de enkele bloemen veel mooier dan steeds maar gevulde re en meerdubbele soorten. Hortensia's moeten elk voorjaar worden gesnoeid. Oude takken ver wijderen en jonge scheuten licht inkorten bloeid hebben. De wijze waarop we nu gaan snoeien is dan heel eenvoudig. Oude takken snoeien we weg en jonge takken laten we zitten. Die oude takken snoeien we zo dicht mogelijk bij de grond weg. Zijn er maar weinig jonge takken, dan laten we vdn de oudere takken nog wat zitten. De jonge takken die zijn overge bleven vormen in de loop van het groeiseizoen de bloemknoppen waaruit het volgend voorjaar weer de talrijke bloemen te voor schijn zullen komen. Deze snoei- handeling moet ieder voorjaar en steeds na de bloei worden herhaald. Zomerbloeiers snoeien in het voorjaar De zomerbloeiende heesters heb ben als kenmerkende eigenschap dat ze de mooiste bloemen krij gen aan de scheuten die vanaf het voorjaar worden gevormd. Daar om moeten deze soorten haast al lemaal in het voorjaar kort bij de grond worden teruggesnoeid. Vanaf de grond vormen ze dan weer nieuwe scheuten. Aan die scheuten verschijnen in de loop van de zomer de bloemen. Pezen snoeien we zo dat er vanaf de grond gerekend een taklengte resteert die varieert van 5-30 cm. Vlinderstruiken en vergelijkbare soorten zoals zomersering korten we in tot op 30 cm. Ganzerik, hertshooi en dergelijke snoeien we tot haast aan grond toe af. Hibiscus en hortensia en dergelij ke snijden we flink diep in. Angst dat u zomerbloeiende heesters te kort insnoeit hoeft u in het alge meen nauwelijks te hebben. Hoe meer u snoeit des te sterker rea geert de struik door het vormen van veel sterke, jonge scheuten waaraan in grote getale bloemen zullen komen. Ook hei moet ieder voorjaar kort worden teruggesnoeid.

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1988 | | pagina 12