De IOAZ en de oudere zelfstandige (IOAZ-serie, deel 2)
Vierde Nota Ruimtelijke Ordening is vaag over landelijk gebied
Nota: "Extensivering landbouw biedt
perspektieven voor natuurzorg"
Zaai erwten tijdig,
maar niet te vroeg
VOORSORTEREN OP DE 21STE EEUW
Provincie Zeeland wil aankoop natuurgebieden bevorderen
In het tweede artikel over de IOAZ
willen wij nader ingaan op de moge
lijkheden voor de oudere zelfstandige.
De oudere zelfstandige moet aan een
aantal voorwaarden voldoen om in
aanmerking te komen (zie kader). De
IOAZ is een regeling die uitkering ver
schaft aan de zelfstandige na het
beëindigen van het bedrijf ter hoogte
van het minimumloon. Deze kan dan
een uitkering krijgen tot zijn 65e jaar.
Kan er op de uitkering worden
gekort?
Ja, indien u of uw echtgeno(o)t(e)
nog iets bijverdient, en dat inkomen
ligt onder de uitkeringsgrondslag,
wordt de uitkering gekort. U mag
echter 30% van het verdiende (maxi
maal 15% van grondslag) zelf hou
den; dit wordt vrijgelaten gedurende
2 jaar. Tot slot kijkt men naar uw
vermogen. Het vermogen wordt tot
een bepaalde grens vrijgelaten. Al
leen van het meerdere boven
172.500,wordt jaarlijks 5% ge
kort onafhankelijk wat het vermogen
werkelijk opbrengt.
Hoe waardeert men uw vermogen?
De hoogte van het vermogen wordt
bij beëindiging vastgesteld. Zijn be
paalde vermogensbestanddelen dan
(nog) niet verkocht, dan geldt de vrije
waarde. Wordt het bedrijf aan de
kinderen overgedragen of treedt men
uit een samenwerkingsverband (b.v.
maatschap) dan kan voor de grond
worden uitgegaan van de waarde in
verpachte staat. Is de verkoopprijs in
die gevallen echter hoger, dan wordt
deze prijs aangehouden. Uw woning
mag voor 60% van de waarde in vrije
staat worden gewaardeerd. Echter al
leen als u erin blijft wonen.
Voorbeeld
Man (56) en vrouw (50) met kinderen
maar geen opvolger. Het bedrijf om
vat 20 ha. (waarvan 15 ha. pacht) ak
kerbouw met meststieren (20 stuks).
Gezien het struktureel te lage inko
men besluiten ze te stoppen en vragen
hun SE V-er hoe hoog hun uitkering
zal bedragen. Ze verkopen de grond
en de stieren. Het huis met de schuur
behouden ze en ze blijven erin wo
nen. Mogen ze nu nog wat stieren
houden? In principe wel als dit maar
niet de 10 SBE-grens overschrijdt. Na
aftrek van schulden en de te betalen
belastingen ziet het financiële plaatje
er als volgt uit: Vrije waarde woning
140.000,— x 60% 84.000,—,
schuur 3.500,x 100%
3.500,lening aan de kinderen a
6% 100.000,— 100.000,—,
spaarbank 6% 120.000,—, vrij
gesteld 307.500,niet vrijgesteld
172.500,—. Korting op de uitke
ring 135.000,— a 5% 6.750.
Welke uitkering ontvangen deze
mensen nu?
Uitkering IOAZ 12 x ƒ2.113,30
het bedrag voor echtpaar
25.359,60, aftrek: 5% van het
meerdere vermogen boven
172.500,—6.750,—aftrek: 70%
van wat de vrouw nog bijverdient is,
70% van 2.500,(bruto)
1.750,—, 16.859,60.
Naast uw uitkering 16.859,60 ont
vangt u nog: inkomen vrouw
2.500,rente van de bank
7.200,rente van de kinderen
6.000,bruto 32.559,60 is per
maand ƒ2.713,30.
Advies: maak met uw SEV-er in uw
regio ook eens zo'n berekening.
Schroom niet advies te vragen.
Voorwaarden oudere zelf
standige:
- 55 - 65 jaar
- tenminste 1225 uur per jaar in
het bedrijf gewerkt of 875 uur als
echtgenoot tenminste 525 uur
heeft meegewerkt.
- de laatste 10 jaar als zelfstandige
of in loondienst gewerkt.
- de laatste 3 jaar gemiddeld min
der dan 32.300,— fiscale be
drijfswinst (na vermogensaftrek
en eventueel voorraadaftrek).
- verwacht inkomen ligt duur
zaam beneden 32.300,—
- aanvraag indienen voor het
beëindigen
- beëindigen binnen IV2 jaar na
indiening van de aanvraag
- tot 57'A geldt een inschrijfplicht
bij het arbeidsbureau.
Donderdag 17 maart j.l. heeft het
kabinet officieel de "Vierde Nota
over de Ruimtelijke Ordening" ge
publiceerd. In deze nota geeft de re
gering aan hoe zij denkt dat Neder
land zich tot het jaar 2015 ruimtelijk
moet ontwikkelen.
Voorsorteren
De nota reikt twee brillen aan waar
mee naar de verwachte maatschap
pelijke veranderingen kan worden
gekeken. Beide zienswijzen worden
echter niet inhoudelijk met elkaar
verbonden, een duidelijk manco.
Eén benadering start bij de "dage
lijkse leefomgeving van de Neder
lander".
In de tweede optiek wordt Neder
land geplaatst in zijn internationale
context. Met deze benadering neemt
het kabinet met name een voorschot
op de gebeurtenis die in 1992 gaat
plaatsvinden: de opening van de
grenzen binnen de Europese Ge
meenschap. Nederland is mondiaal
georiënteerd.
Maar ook de Nederlandse landbouw
kent een sterk internationaal karak
ter. De agrarische ondernemer richt
zich vooral op buitenlandse mark
ten, aldus de nota. En omgekeerd is
de agrarische sektor afhankelijk van
"bovennationale ontwikkelingen"
zoals de invoering van quoteringsre
gelingen voor melk en suiker en de
"geleidelijke prijsdaling van pro-
dukten die op de vrije markt worden
verhandeld".
De afdeling Akker- en Weidebouw
van Cebeco-Handelsraad adviseert
niet te vroeg erwten te zaaien. De er
varing van de afgelopen jaren heeft
geleerd, dat de omstandigheden
waaronder de zaaibedbereiding en
het zaaien plaatsvinden, veel belang
rijker zijn dan het zaaitijdstip.
Een erwtengewas is bijzonder gevoe
lig voor een slechte bodemstruktuur
en verdichting van de ondergrond.
Opbrengstderving door slechte be-
worteling, problemen met de vor
ming van stikstofknolletjes door
zuurstofgebrek en het optreden van
voetziekten kunnen het gevolg zijn.
Nu vorst van enige betekenis is uit
gebleven, is extra voorzichtigheid
geboden. Vooral op percelen waar in
de herfst onder moeilijke omstan
digheden is gewerkt, is het zaak ge
duld op te brengen en niet te vroeg
met de voorjaarswerkzaamheden te
beginnen. Zaaien in april hoeft geen
opbrengstverlaging te geven. Voor
delen van iets later zaaien zijn
meestal een hogere veldopkomst en
een snellere beginontwikkeling.
Schade aan de bodemstruktuur is
niet te herstellen. Neem dit voorjaar
niet te veel risiko, en zaai erwten zo
vroeg als de grond dit zonder struk-
tuurbederf toelaat.
Vrijdag 18 maart 1988
Kansen
De regering verwacht dat mede hier
door zowel het aantal rundveebe
drijven - nu 58.000 - als het aantal
akkerbouwbedrijven - nu 17.000 -
rond het jaar 2000 met veertig pro
cent zullen zijn gedaald. De produk-
tie en de oppervlakte van de
glastuinbouw, de vollegrondstuin-
bouw en de bollenteelt zullen toene
men. Ook over de groeipotenties van
de intensieve veehouderij, die nu
door de mestwetgeving zijn geblok
keerd, is de regering hoopvol
gestemd. Als door "technische
maatregelen" de mestproblematiek
"beheersbaar" is geworden, kan de
produktietak mogelijk weer uitbrei
den, zo stelt zij in de koncept-nota.
In zijn algemeenheid zal de Neder
landse landbouw een "toenemende
verscheidenheid" te zien geven: spe
cialistische bedrijven die gebruik
maken van moderne technologie,
bedrijven die natuurbehoud en land
bouw verweven, sterk grondgebon
den bedrijven, en nauwelijks grond
gebonden bedrijven - het zal alle
maal tot de mogelijkheden behoren.
De ruimtelijke konsequenties van de
ontwikkelingen in de landbouw ver
schillen per streek, merkt de nota
op. Bovendien zijn in het landelijk
gebied nog twee andere ontwikkelin
gen gaande. De aandacht voor niet-
agrarische funkties, zoals rekreatie
en natuur- en landschapsbehoud, is
nog altijd groeiende, èn de Neder
landers hechten meer en meer waar
de aan de kwaliteit van milieu en na
tuur en de verscheidenheid in land
schappen. Dat levert een tweede re
den waarom de "kansen" en "be
dreigingen" van het landelijk gebied
per regio moeten worden bekeken.
Onderzoek
Op dat punt aangekomen, stokt de
nota en valt ze sterk terug op reeds
bestaand beleid. Voor gebieden
waar de produktie-omstandigheden
Gesprek LNO en SEV-diensten
over bespoediging afhandeling
BZ en lOAZ-aanvragen
Door de direktie Landbouw, Natuur
en Openluchtrekreatie (LNO) te
Goes zal een gesprek gearrangeerd
worden met de in Zeeland werkzame
SEV-diensten om te bezien in hoe
verre de van die zijde aangeboden
hulp benut kan worden ter bespoedi
ging van de afhandeling van de aan
vragen voor een BZ- en IOAZ-
regeling. Het gaat hier financiële
steun voor zelfstandigen. In de prak
tijk blijkt dat er een toenemende be
hoefte bestaat aan deze regelingen,
ook in de landbouw. Samen met de
gemeenten en de direktie LNO
streeft de SEV naar een zo snel mo
gelijke afhandeling van die aan
vragen.
niet optimaal zijn, of die, naast,
landbouwkundige, natuurlijke en
landschappelijke kwaliteiten bezit
ten, worden de Bergboerenregeling
van de EG, de Relatienota en de re
geling voor onderhoudsvergoedin-
gen opgepoetst.
Volgens de Wageningse hoogleraar
Planologie dr. ir. F. Kleefmann is
dat één van de redenen waarom hij
de Vierde Nota een "redelijk slordig
stuk" vindt. Het zal de inspraakpro
cedure bemoeilijken.
Doorbraak
Een heikel onderwerp tijdens de
voorbereiding van de nota was de
vraag of, bijvoorbeeld in de veen-
weidegebieden, het ruimtelijk beleid
moet streven naar verweving of
scheiding van de funkties 'natuur en
landschap' en landbouw. De RPD
wilde zoveel mogelijk verweving,
L&V was voorstander van een meer
op scheiding van funkties gericht be
leid. Uit de konceptnota van 4 ja
nuari blijkt dat ook op dit punt het
ministerie van Landbouw het pleit
heeft gewonnen.
Kleefmann konstateert dat het ac
cent in de Vierde Nota sterk ligt op
de "potenties van het stedelijk are
aal van Nederland". Maar, voegt hij
daar aan toe, "ik ben blij met de
verandering dat de nadruk niet al
leen meer ligt op de Randstad. Dat is
een opmerkelijke doorbraak in het
denken". Kleefmann onderschrijft
dat de nota vaag blijft over de lande
lijke gebieden, maar noemt dat niet
meer dan eerlijk: "Dat over het lan
delijk gebied niets dwingends wordt
gezegd, is een heel verstandige be
slissing. Men heeft vastgesteld: 'We
zijn er niet uit'. Er is besloten tot na
der onderzoek en dat is een goede
zaak".
(Uit WUB)
Dinsdag 8 maart maakten nieuw
gekozen bestuursleden van pro
vinciale landbouworganisaties
kennis met het KNLC. In het ge
bouw aan het Prins Mau-
ritsplein, waar het sekretariaat is
gevestigd, gaven algemeen sekre-
taris ir. G.D.J. Struikenkampen
voorzitter M.J. Varekamp o.a.
uitleg over de st ruk tuur en werk
wijze van het KNLC en het land
bouwbeleid. De deelnemers po
seerden tussen inleidingen en dis-
kussies door even voor de foto
graaf: (v.l.n.r. voorste rij) J.
Haanstra (LMIJ), W. Kranen
burg (HMvL), F.A. Dees (ZLM),
S.J. Nooteboom (ZLM), mevr.
B.B.A. Vedder-Soethout (DLG),
mevr. H.C. Aalsburg-Smits
(HMvL), mevr. K. Tuten-Valk
(OLM), J. W. Bakkenes (Gelder
se Mij.), B. Trip (DLG).
(v.l.n.r. achterste rij) G.D.J.
Struikenkamp (KNLC), W.
Koops (KNLC), M.J. Varekamp
(KNLC), H. W. Bronsvoort
(OLM), R.J. Jacobi (OLM), A.
de Bruin (OLM), A.J. Steendijk
(LMIJ), T. Klimp (Groninger
Mij.), H. Tinge (DLG).
(Foto Ab Westerbeek)
De provincie Zeeland heeft recent het ontwerp "Evaluatienota
Natuur- en Landschapszorg" uitgebracht. In de nota wordt het beleid
voor de komende jaren geformuleerd. Ze sluit aan op het Streekplan
Zeeland. In het rapport komt men tot de konklusie dat de voortgang
van de aankopen van grond voor natuur- en landschapsdoeleinden en
ook voor de landschapsbouw te weinig aan z'n trekken is gekomen
in het verleden. Wat de relaties met de landbouw aan gaat wordt
gesteld dat wanneer de ontwikkelingen in de landbouw zouden leiden
tot extensivering, een uitbreiding van de aanwijzingsmogelijkheden
van de Relatienota gunstige perspektieven biedt voor de natuurzorg.
Indien landbouwgebieden perma
nent aan de cultuur onttrokken wor
den biedt dit mogelijkheden tot
versterking van de struktuur van gro
te eenheden natuurgebieden en de
ecologische infrastruktuur.
In de gave landschappen dient de in
passing van nieuwe agrarische be
drijven met grote zorg te geschieden.
In landschappen waar het behoud
voorop staat zijn nieuwe agrarische
vestigingen niet op hun plaats, in de
poelgebieden slechts aan de randen.
De jacht dient in natuurgebieden zo
veel mogelijk te worden beperkt ter
wijl beheersjacht -indien
noodzakelijk- is toegestaan. Daar
naast kunnen maatregelen worden
genomen ter beperking van wild-
schade. Het gebruik van windmolens
zal positief worden benaderd mits ze
in het landschap kunnen worden in
gepast en rekening gehouden wordt
met vogeltrekbanen. De beplantings
verordening en de landschapsveror
dening blijven van kracht. Wat de
aankoop van natuurgebieden betreft,
wordt gesteld dat aan de stichting
"Het Zeeuws Landschap" en "de
Vereniging tot behoud van Natuur
monumenten" een grotere vrijheid
zal worden gelaten om het initiatief
te nemen tot het verwerven van na
tuurgebieden mits passend in het
provinciaal beleid. Het Zeeuws deels
van het Markiezaat wordt toegewe
zen aan het Noord-Brabants land
schap. De Stichting Behoud Natuur
en Leefmilieu wordt niet erkend als
behorende instantie.
Landinrichtingsplannen bieden goe
de mogelijkheden voor landschaps
bouw en -met name in de polders
achter de duinen ook voor bosbouw.
De provincie heeft de nota naar bui
ten gebracht omdat ze rijp wordt
geacht voor inspraak, vóór 1 mei
1988 moeten de reakties bij de pro
vincie binnen zijn. Het ligt in de be
doeling dat behandeling in
Provinciale Staten op 16 september
a.s. plaats kan vinden.