Gewijzigde en opnieuw vastgestelde statuten van de ZLM Op de Algemene Ledenvergadering van de Zuidelijke Landbouw Maatschappij op 7 december 1987 zijn de ge wijzigde statuten van de ZLM vastgesteld. Om onze le den in het bezit te doen komen van de nieuwe statuten leek het ons juist ze integraal in het ZLM-blad af te drukken. Ook het enigszins gewijzigd huishoudelijk reg lement staat in zijn geheel afgedrukt. Ze zijn afgedrukt op de vier middenpagina's, zodat het geheel op eenvou dige wijze uit het overige deel van het ZLM-blad kan worden gehaald en bewaard. Deze statuten zijn op 15 ja nuari 1988 notarieel verleden en dus op die datum in wer king getreden. Statuten Inleidend artikel Definities In deze statuten wordt verstaan onder: 1. De vereniging: "Zuidelijke Landbouw Maatschappij" bij verkorting ZLM genaamd. 2. Leden of lid: de ereleden, de leden van verdienste en" de gewone leden. Indien terzake de mannelijke vorm van een woord is gebezigd, is mede de vrouwelijke vorm bedoeld. 3. Ledenraad: het uit afgevaardigden bestaande orgaan van de vereniging dat de algemene vergadering in de zin van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek (Rechtspersonen) vormt. Het hoofdbestuur van de ZLM in vergadering bijeen, vorige week vrijdag in het Landbouwhuis te Goes. Rechts voorzitter de heer H.C. v.d. Maas. Naam en plaats van vestiging Artikel 1 De vereniging draagt de naam: "Zuidelijke Landbouw Maat schappij", bij verkorting ZLM genaamd. De vereniging, oor spronkelijk opgericht in het jaar achttienhonderd drie en veertig onder de naam Zeeuwse Landbouw Maatschappij is in negen tienhonderd negen en zestig gefuseerd met de Noord-Brabantse Maatschappij van Landbouw, oorspronkelijk opgericht in het jaar achttienhonderd één en vijftig. Zij is gevestigd te Goes. Duur der vereniging, verenigingsjaar Artikel 2 1. De vereniging, waarvan de duur in negentienhonderd acht en zestig werd verlengd tot dertig november negen tienhonderd zeven en negentig, wordt nu aangegaan voor onbepaalde tijd. 2. Het verenigingsjaar is het kalenderjaar. Doel, grondslag en middelen Doel Artikel 3 1. De vereniging heeft ten doel: a. de behartiging van de belangen van de agrarische sek- tor in het algemeen en die in de provincies Zeeland en Noord-Brabant in het bijzonder, benevens van de al gemene ekonomische, sociale en kulturele belangen van hen, die daarin of in enig ten dienste daarvan staand of verwant bedrijf werkzaam zijn; b. de verhoging van het welzijn en de welvaart in de agrarische sektor en de algemene bevordering van de belangen van het platteland, alles in de meest uitge breide zin. Grondslag en middelen Artikel 4 De vereniging streeft de in artikel 3 omschreven doeleinden na op grondslag van de aanvaarding van de beginselen van het Christendom, onafhankelijk van enige godsdienstige of staat kundige groepering, met alle daartoe geschikte en geoorloofde middelen, onder meer door: a. het verlenen van diensten aan de leden en het geven van voorlichting en bijstand; b. het behartigen van de belangen van de agrarische onder nemers bij de overheid en bij daarvoor in aanmerking komende instellingen en personen; c. het bevorderen van samenwerking in het algemeen en tus sen de leden onderling in het bijzonder, alsmede van de samenwerking met andere organisaties, zowel binnen als buiten haar werkgebied; d. het bevorderen en het geven van het onderwijs ten plat- telande; e. het bevorderen van de oprichting en het steunen van or ganisaties ten plattelande; f. het houden van vergaderingen en voordrachten; g. het vormen van tijdelijke of permanente commissies en instellingen met bijzondere opdrachten; h. het uitgeven van een officieel orgaan van de vereniging; i. het uitgeven van geschriften en het bevorderen van publi citeit in de ruimste zin van het woord; j. het bevorderen van proeven, tentoonstellingen en de monstraties op agrarisch gebied, met dien verstande, dat de vereniging bij de openstelling van door haar georgani seerde demonstraties en tentoonstellingen de zondagsrust naar gebruik en gewoonte eerbiedigt; k. het sluiten van collectieve arbeidsovereenkomsten. Vrijdag 5 februari 1988 Lidmaatschap Artikel 5 1. De vereniging bestaat uit ereleden, leden van verdienste, gewone leden en buitengewone leden. Naast leden kent de vereniging ook begunstigers. 2. Het lidmaatschap is persoonlijk en derhalve niet vatbaar voor overdracht of overgang. Leden Artikel 6 1. Ereleden zijn natuurlijke personen, die op grond van hun bijzondere verdiensten voor de vereniging of voor de agrarische sektor in het algemeen op voordracht van het dagelijks bestuur door het hoofdbestuuf als zodanig zijn benoemd. 2. Het hoofdbestuur kan een ere-voorzitter benoemen. Het hoofdbestuur kan de bevoegdheden van de ere-voorzitter regelen. 3. Leden van verdienste zijn natuurlijke personen, die op grond van hun vijftig-jarig lidmaatschap van de vereni ging door het hoofdbestuur als zodanig zijn benoemd. Voor deze vijftig jaren telt voor het betrokken lid mede de periode, gedurende welke hij/zij of zijn echtge- no(o)t(e) lid was van de Zeeuwse Landbouw Maatschap pij of de Noord-Brabantse Maatschappij van Landbouw en de periode van voorafgaand lidmaatschap van een overleden echtegeno(o)t(e). 4. Gewone leden kunnen zijn: a. natuurlijke personen, rechtspersonen, maatschappen en vennootschappen, die een agrarisch bedrijf uitoefe nen of uitgeoefend hebben of betrokken zijn of zijn geweest bij de agrarische sektor en wonen of gevestigd zijn, of hun bedrijf uitoefenen, in de provincies Zee land of Noord-Brabant. b. De echtgeno(o)t(e) en de in het bedrijf meewerkende meerderjarige kinderen van de onder a genoemde le den kunnen eveneens gewoon lid van de vereniging zijn. 5. Buitengewone leden kunnen zijn natuurlijke personen, rechtspersonen, maatschappen of vennootschappen, die instemmen met het doel van de vereniging, doch niet vol doen aan de in het vorige lid van dit artikel gestelde eisen voor het gewone lidmaatschap. 6. Het dagelijks bestuur kan, in zeer bijzondere gevallen, toestaan dat een natuurlijke of rechtspersoon die voldoet aan de eisen voor het gewone lidmaatschap niettemin buitengewoon lid is. Het dagelijks bestuur kan, in bijzondere gevallen, onthef fing verlenen van de aan gewone leden gestelde eisen be treffende de woonplaats of de plaats van bedrijfsuitoefening. Aanvraag en toelating als lid Artikel 7 1. Het gewone lidmaatschap wordt schriftelijk aangevraagd: a. hetzij bij het bestuur van de afdeling, in wier werkge bied de aanvra(a)ger(ster) woont of gevestigd is of zijn/haar bedrijf uitoefent; 2. Het buitengewoon lidmaatschap wordt schriftelijk aange vraagd bij het dagelijks bestuur van de vereniging. 3. Het bestuur dat de aanvraag ontvangt, beslist over de toelating met dien verstande dat over de toelating van personen die geen agrarisch bedrijf uitoefenen wordt be slist door het dagelijks bestuur. Het betreffende afde lingsbestuur neemt een besluit over toelating van deze personen als lid van de afdeling. Voor toelating van rechtspersonen als gewoon lid kan worden verlangd dat ook de bestuurders daarvan gewoon lid van de vereniging zijn. 4. Leden wier lidmaatschap door opzegging namens de vere niging, of door ontzetting, is geëindigd kunnen alleen door het dagelijks bestuur en het afdelingsbestuur geza menlijk opnieuw worden toegelaten als lid. 5. Bij niet toelating kan het hoofdbestuur alsnog tot toela ting besluiten. Rechten en verplichtingen van leden Artikel 8 Leden alsmede hun echtgenoten en buitengewone leden hebben het recht gebruik te maken van de diensten van de vereniging. De gewone leden en de buitengewone leden zijn jaarlijks gehou den tot het betalen van kontributie. Ereleden en leden van verdienste zijn slechts gehouden tot het betalen van kontributie, indien en voorzover dit in het huishou delijk reglement wordt bepaald. Einde lidmaatschap Artikel 9 1. Het lidmaatschap eindigt: a. door overlijden van het lid. Is een rechtspersoon lid van de vereniging, dan eindigt zijn lidmaatschap wan neer hij ophoudt te bestaan; b. door opzegging door het lid; c. door opzegging namens de vereniging; d. door ontzetting. 2. Opzegging van het lidmaatschap door het lid kan slechts geschieden tegen het einde van een verenigingsjaar. Zij geschiedt door een schriftelijke kennisgeving, welke voor de eerste december in het bezit van de sekretaris van de vereniging of de afdeling moet zijn. Deze is verplicht de ontvangst binnen acht dagen schriftelijk te bevestigen. In dien een opzegging niet tijdig heeft plaats gehad, loopt het lidmaatschap door tot het einde van het eerstvolgende verenigingsjaar, tenzij het bestuur anders besluit of van het lid redelijkerwijs niet gevergd kan worden het lid maatschap te laten voortduren. 3. Opzegging van het lidmaatschap namens de vereniging kan tegen het einde van het lopende verenigingsjaar ge schieden door het hoofdbestuur met inachtneming van een opzeggingstermijn van tenminste vier weken, wanneer het lid, na daartoe bij herhaling schriftelijk te zijn aange maand, op de eerste mei niet ten volle aan zijn geldelijke verplichtingen jegens de vereniging heeft voldaan alsmede wanneer het lid heeft opgehouden te voldoen aan de ver eisten welke te eniger tijd door de statuten voor het lid maatschap gesteld mochten worden. De opzegging door het hoofdbestuur kan onmiddellijke beëindiging van het lidmaatschap tot gevolg hebben, wanneer redelijkerwijs van de vereniging niet gevergd kan worden het lidmaat schap te laten voortduren. De opzegging geschiedt steeds schriftelijk met opgave van de reden(en). 4. Ontzetting uit het lidmaatschap kan alleen worden uit gesproken wanneer een lid in strijd met de statuten, reg lementen of besluiten van de vereniging handelt of de vereniging op onredelijke wijze benadeelt. De ontzetting geschiedt door het hoofdbestuur, dat het betrokken lid ten spoedigste van het besluit, met opgave van reden(en), schriftelijk in kennis stelt. De betrokkene is bevoegd bin nen één maand na ontvangst van de kennisgeving in be roep te gaan bij de ledenraad. Gedurende de beroepstermijn en hangende het beroep is het lid ge schorst. 11

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1988 | | pagina 11