Directie gebr. Mol brengt
Nederlandse ui weer in
concurrerende positie
Pootgoedsektor in
de problemen
'MoF investeert 15 miljoen in nieuwe
uientoekomst in 's Gravenpolder
MET GROENE OOGSTMETHODE
UITSLUITEND KLASSE 1 UI
ZONDER INGRIJPEN BEËINDIGING
ALLE AKTIVITEITEN ONAFWENDBAAR
P. de Fouw.
Mol Uienbedrijven B.V. in het Zeeuwse 's-Gravenpolder gaat na de
herstructurering van haar bedrijven - waarbij zoals bekend de uien-
sorteeraktiviteiten uit Emmeloord en Swifterbant in de Zeeuwse
hoofdvestiging worden geconcentreerd - met veel élan en vol vertrou
wen een nieuwe toekomst tegemoet. Het bedrijf is vast van plan haar
plaats op de markt van uien, uienolie en uienconcentraat vast te hou
den en zelfs uit te breiden. "Uit marktonderzoek is ons gebleken",
zo zegt de door het moederbedrijf Suiker Unie aangetrokken alge
meen directeur P. de Fouw, dat er beslist mogelijkheden zijn voor de
Nederlandse ui. "Maar ons produkt moet dan wel van een veel betere
kwaliteit zijn. En in ons land kan een produkt van klasse I geteeld
worden. Centraal in onze nieuwe strategie staat dan ook de kwali
teitsverbetering van de ui. Wij zijn ervan overtuigd, zo zegt hij opti
mistisch, dat wij een minstens even goede zaai-ui kunnen telen als
Engeland en Duitsland. Daar wordt klasse I geteeld en daarmee ver
dringen deze landen ons momenteel van de markt".
Contractbeleid
De Mol-directie heeft er veel ver
trouwen in dat de uienteelt op ter
mijn weer een gezonde en lonende
teelt kan worden. De heer De Fouw
wil in een toelichting op het nieuwe
beleidsplan eerst nadrukkelijk ge
zegd hebben dat het bestaande con
tractbeleid van Mol niet wordt ge
wijzigd en dat telers in de polders en
ook elders in kleinere teeltgebieden
uien voor Mol zullen kunnen blijven
telen. Wel zal het zo zijn dat het be
drijf wanneer het de keus heeft uit
praktische overwegingen wel eens
zal kiezen voor het zuidwesten.
"Maar het beleid blijft een spreiding
Ondanks het feit dat de eksport zich beweegt op een redelijk nivo,
zijn er in het lopende seizoen opnieuw overschotten van betekenis te
verwachten. Het georganiseerde bedrijfsleven kiest echter voor oogst
1988 opnieuw voor een stelsel van garantie-prijzen, zij het tegen lage
re prijzen en verzwaarde heffingen. Op 3 februari zal over de voor
stellen van de komende oogst een definitieve uitspraak worden ge
daan in de openbare bestuursvergadering van het Landbouwschap.
De totale produktie aan bruto-
opbrengst beweegt zich de laatste ja
ren ongeveer rond de één miljoen
ton in Nederland.
De overschotten over de laatste 3 ja
ren waren als volgt: oogst 1984
60.000 ton; oogst 1985 170.000
ton; oogst 1986 110.000 ton.
De overschotten over de lopende
oogst zouden wel eens rond de
200.000 ton kunnen uitkomen! Als
we uitgaan van een gemiddelde
toeslag bij overname van die over
schotten door de Stopa van ƒ250,
/ton, dan zou dat rond de ƒ50,
miljoen gaan kosten. De heffingen
die nu geïnkasseerd zijn en worden
(plombe-heffing basis-areaal hef
fing) belopen ongeveer ƒ30 miljoen.
Dus een duidelijk tekort. Daar is
echter in voorzien door een kosten
dekkend systeem via naheffingen
per ras en een zgn. kalamiteitenhef-
fing. Om al enigszins een idee te krij
gen van wat de pootgoedteler te
wachten staat in de komende maan
den een volgend staatje:
- bij overname van 130.000 ton - na-
heffing ƒ400,— per ha
- bij overname van 180.000 ton - na-
heffing ƒ800,per ha
- bij overname van 220.000 ton - na-
heffing ƒ1000,per ha
Het worden dus spannende maan
den voor de Stopa, maar vooral ook
voor de telers van pootaardappelen.
Beleid 1988
Na moeizame en moeilijke onder
handelingen in het pootaardappelbe-
drijfsleven wordt toch ook voor
1988 een garantieregeling voor
gesteld aan het Bestuur van het
Landbouwschap. De voorstellen die
thans op tafel liggen betekenen een
verlaging van prijzen en een verzwa
ring van de heffingen.
Prijsverlagingen:
klasse S: ƒ5,/100 kg; klasse E:
ƒ2,507100 kg; klasse A: 1,50/100
kg; klasse B: ƒ1,/100 kg.
Verzwaring van de heffingen: Er
komt een zgn. vóór-heffing van
ƒ600,/ha. En deze vóór-heffing
Vrijdag 22 januari 1988
wordt niet opgelegd over de defini
tief te velde goedgekeurde opper
vlakte, maar over de definitieve aan
gegeven oppervlakte bij de NAK in
mei/juni.
Nog eens duidelijk gesteld: iemand
die pootaardappelen aangeeft bij de
keuringsdiensten van de NAK is bij
die aangifte ƒ600,/ha verschul
digd ten behoeve van de garantie
regeling van de Stopa. Terwijl de
plombeheffing gelijk blijft aan het
lopende jaar zal het systeem op
nieuw kostendekkend worden ge
maakt via een verder doorlopende
naheffing per ras en een kalamitei-
tenheffing. Maar deze laatste gaat
via de huidige voorstellen veel later
in!
Bodem in de markt
Het is van grote betekenis dat we een
bodem in de markt behouden voor
de pootaardappelteelt. Als er ruim
500.000 ton eksport is naar meer dan
80 landen over de gehele wereld ver
spreid, dan zijn daar vaak grote risi-
ko's aan verbonden. Vooral eksport
naar landen waar politieke en eko-
nomische krisis een grote rol kunnen
spelen. We hebben een rassenpakket
van meer dan tweehonderd rassen.
Heel veel specifieke rassen gericht
op specifieke landen en specifieke
klimaten. Marktgerichte teelt en af
zet dus! Maar vaak risiko-vol, door
niet te voorziene omstandigheden.
Tenslotte
Er is dus duidelijk opnieuw gekozen
voor een garantiestelsel voor 1988.
De klemtoon komt meer te liggen op
het naar voren halen van de betalin
gen daar voor. De risiko's voor de
Stopa en daarmee voor het Land
bouwschap en het Bedrijfsschap
voor de handel in Aardappelen wor
den te groot om het zwaartepunt te
laten liggen op na-heffingen.
Pootaardappelteelt blijft een vrije
teelt met zeer zware financiële ver
plichtingen. Wie meedoet aan. keu
ringsaangifte van de NAK zal dat in
1988 ontdekken!
A. Vermeer
over de verschillende teeltgebieden
uit oogpunt van weerrisico en uit
coöperatieve overwegingen: "Als we
een bijdrage willen leveren aan de
kwaliteitsverbetering van de Neder
landse uienteelt dan doen we dat
voor alle teeltgebieden." De Fouw
vindt het overigens een zeer slechte
zaak dat tot nu toe te veel inferieur
produkt met lovende promotie de
grens over gaat. Het zou volgens
hem veel beter zijn die promotiegel-
den eerst te besteden aan de verbete
ring van de Nederlandse ui.
Uitsluitend klasse I
De aspiraties van de nieuwe directie
bij Mol waarvan ook de vroegere
SNUiF-medewerker, de heer L.
Blikman deel uit maakt, zijn niet ge
ring. Men wil zoals gezegd in nauwe
samenwerking met de telers nog uit
sluitend klasse I uien gaan telen. Dat
moet volgens de teeltdeskundige Blik
man ook zeker kunnen. Buitengewo
ne omstandigheden buiten beschou
wing gelaten. Uitgangspunt daarbij
is de zgn. snelle oogstmethode waar
bij groen wordt geoogst en de kleur
er in de bewaarplaats op wordt
gestookt. Bij deze snelle oogstme
thode behoort dus ook een andere
wijze van bewaren. De eisen aan de
bewaarplaatsen zullen streng zijn.
Zo zal de luchtkapaciteit minimaal
200 m3 lucht per m3 produkt per uur
moeten zijn en er moet een kachelca
paciteit zijn van 160.000 kcal. per
100 ton produkt. Uiteraard dient de
temperatuur in de bewaarplaats
goed regelbaar te zijn. Het plan is
om de komende vijf jaar telkens ca.
10.000 ton produkt meer volgens de
nieuwe methode te oogsten en te be
waren tot de totale produktie van
Mol die ca. 50.000 ton omvat op de
ze wijze kan worden verwerkt. Mol
investeert zelf ook in de bewaarca-
paciteit maar daarnaast zoekt men
bewaarmogelijkheden bij de telers.
Het bedrijf heeft een programma
opgesteld om de noodzakelijke aan
passing van de bewaarplaatsen bij de
telers aan te moedigen. Telers die
hierin investeren kunnen voor 3 jaar
een garantie krijgen voor een be-
waarvergoeding.
Contracten
Mol biedt haar telers twee soorten
contracten aan, nl. het bewaarcon-
tract en het af-land contract. Deze
contracten zijn overigens gebaseerd
op de Algemene Handelsvoorwaar-
den zoals die door het Landbouw
schap zijn opgesteld. In het bewaar-
contract is een vaste vergoeding op
genomen voor elke maand waarin de
uien worden bewaard. De Fouw:
"Ons contract is zodanig dat de teler
in ieder geval ruim uit de kosten
komt. Als hij door het drukken van
de kosten en of door een relatief ho
ge kg-opbrengst tot goede resultaten
komt dan is daarboven nog een
soort bonus te verdienen die op kan
lopen tot enige duizenden guldens
per ha." Uit de eerste reacties van de
telers blijkt dat de nieuwe contracten
in het algemeen positief worden ont
vangen.
Voorschriften
Volgens de heer Blikman zullen alle
contracttelers zich strikt dienen te
houden aan de voorschriften van
Mol. Daarin is o.m. opgenomen
welke hoeveelheid N maximaal mag
worden toegediend, hoe en met wel
ke middelen tegen onkruid en ziek
ten mag worden gespoten en op welk
moment gerooid moet worden. Dat
laatste is zeer belangrijk. De telers
zullen hierbij vanuit het bedrijf in 's-
Gravenpolder goede begeleiding
krijgen. Daartoe is o.m. de SNÜiF-
medewerker D. Hooghiemstra in
deeltijd aangetrokken. De telers zul
len ook een kaart ontvangen waarop
de verschillende teeltmaatregelen
bijgehouden moeten worden. De
kwaliteit zal na het inschuren objec
tief worden vastgesteld volgens een
nieuw systeem dat is ontwikkeld
door de SNUiF, het KCB en het
IBVL. Plan is om dit mogelijk te
maken op twee plaatsen in ons land
nl. in het zuidwesten en in de IJssel-
meerpolders. Een nog op te richten
onafhankelijke dienst zou zich hier
mee moeten gaan belasten.
Gebroeders Mol blijft uit het onder
eind van de uien met verhoogde in
zet uienolie en uienconcentraat pro
duceren. Over twee jaar zal - zo zijn
de plannen - ook de industriële ver
werking worden hervat. Samen met
het IBVL zoekt Mol thans naar nieu
we toepassingen van de ui als pro
dukt voor industriële verwerking.
De komende jaren kan het perso
neelsbestand in 's-Gravenpolder
waarschijnlijk met ca. 10 mensen
worden uitgebreid.
De Fouw tenslotte: "Hoewel we met
dit nieuwe plan als onderneming veel
risico's lopen hebben we er het
volste vertrouwen in dat we over een
paar jaar weer in een gezond bedrijf
zitten met een ook voor de akker
bouwer rendabele teelt."
(Zie voor bericht reorganisatie Mol
hieronder).
J. Wierenga
Om de kontinuïteit bij de Mol-uienbedrijven te handhaven zijn in
grijpende maatregelen noodzakelijk gebleken. Besloten is de aktivi-
teiten te konsentreren bij de hoofdvestiging in 's Gravenpolder (Zee
land) en de uiensorteerbedrijven in Emmeloord en Swifterbant (Fle
voland) te sluiten. Een en ander houdt in dat in 's Gravenpolder in
de komende twee jaar vijftien miljoen gulden zal worden geïn
vesteerd. Met de lokale en provinciale overheid zijn gesprekken gaan
de over de uitbreiding van de aktiviteiten in 's Gravenpolder. Op deze
wijze kan daar de werkgelegenheid voor de 64 medewerkers behou
den blijven.
Sluiting van de sorteerbedrijven in
Emmeloord en Swifterbant betekent
beëindiging van het dienstverband
voor 42 medewerkers. Mol zal bij
het zoeken naar nieuw werk voor de
ze personeelsleden behulpzaam zijn.
Tegelijkertijd zal in overleg met de
vakverenigingen een verantwoord
sociaal plan worden ontwikkeld.
Zonder deze ingrijpende maatrege
len zou volledige beëindiging van de
aktiviteiten van de gehele Mol-groep
onafwendbaar zijn geweest.
Het besluit steunt op vier pijlers:
konsentratie van alle sorteeraktivi
teiten op één lokatie, kwaliteitsver
betering door middel van een snelle
oogstmethode, versterking van de
marktpositie van uienolie en uien-
konsentraat, alsmede het op termijn
starten van andere industriële aktivi
teiten.
Zoals bekend is de opbrengst van ui
en al enige jaren ongunstig. Een van
de belangrijkste oorzaken van deze
teleurstellende situatie is een falend
kwaliteitsbeleid van de Nederlandse
uienbranche. De opbrengsten voor
de telers en voor de sorteerbedrijven
zijn daardoor te laag; dit laatste
heeft geleid tot enkele bedrijfsslui
tingen. Ook de Mol-groep had,
naast andere teleurstellende ontwik
kelingen, onder de problemen in de
sektor te lijden. Mol Products werd
in 1987 stilgelegd, omdat geen uit
zicht bestond op een rendabele be
drijfsvoering.
Nieuwe inzichten
Basis van het voor de gehele branche
belangrijke investeringsplan van de
'Mol'-bedrijven vormen nieuwe in
zichten in de teelt en opslag van ui
en. Daardoor wordt het mogelijk de
konsument gedurende het gehele
jaar een mooi kwalitatief hoogwaar
dig produkt aan te bieden tegen een
konkurrerende prijs.
In samenwerking mét telers zal in de
komende jaren de produktie van
kwaliteitsuien worden opgevoerd.
Aangetoond is dat met een snelle
oogstmethode goede resultaten kun
nen worden bereikt. De verwachting
is gewettigd, dat door de nieuwe
aanpak ook voor de Nederlandse
boer het telen van uien weer aantrek
kelijk kan worden.
In 's Gravenpolder zullen de volgen
de aktiviteiten plaatsvinden: opslag
en sorteren van konsumptie-uien,
opslag en sorteren van plantuitjes,
verwerking van zilveruien, produk
tie van uienolie, produktie van uien-
konsentraat en industriële verwer
king van uien (op termijn). De teelt
en inkoop van uien in de bestaande
gebieden zal worden gekontinueerd.
Negatieve periode afgesloten
De Mol-bedrijven werden in septem
ber 1986 door Suiker Unie (Breda)
overgenomen. De overname paste
goed bij de binnen het Suiker Unie-
konsern nagestreefde diversifikatie.
Met de konsentratie van aktiviteiten
op één lokatie en de investeringen al
daar wordt, naar mag worden ver
wacht, een negatieve periode voor de
Mol-groep afgesloten en zal ook in
deze sektor konkreet kunnen wor
den gewerkt aan Suiker Unie's stre
ven naar kwaliteiteverbetering bij
het telen en verwerken van agrari
sche produkten.
9