in het jaar 2050
Nederland
Planten die troosteloze wintertuinen
kleurig opfleuren
In het boek zijn vier ruimtelijke ontwerpen gebundeld. Elk ontwerp
past bij één van de ruimtelijke toekomst-scenario's: zorgvuldig, dyna
misch, kritisch en ontspannen.
In het Bouwcentrum te Rotterdam
is momenteel een expositie te zien
over Nederland zoals het er in het
jaar 2050 uit zou kunnen zien:
"Nieuw Nederland 2050". Door
middel van beelden, maquettes,
foto's en dergelijke kan de bezoe
ker kennis nemen van de visie van
een aantal ontwerpers op de toe
komstige ontwikkelingen zoals die
zich ten plattelande in ons land
voor zouden kunnen doen. Daar
bij is uitgegaan van een viertal
schema's. Deze vier zgn. sceira-
rio's zijn: zorgvuldig, dynamisch,
kritisch en ontspannen. Het gaat
er in deze schetsen vooral om, om
door middel van toekomstbeelden
ruimtelijk te laten zien dat Neder
land ook in het jaar 2050 nog
steeds een land zal zijn vol moge
lijkheden. Uit het scenario Zorg
vuldig hebben wij enige
fragmenten geplukt. Zo wordt in
een beschouwing voor Nederland
als geheel voor de landbouw het
volgende gesteld:
De beste kansen heeft de land
bouw in de lage, goed ontwater
de gebieden in het Noorden en
Zuidwesten. Hier wordt een tech
nologisch hoogstaande akker
bouw uitgeoefend. Naast de
vanouds bekende gewassen wor
den vooral vezelgewassen ver
bouwd. De meeste geavanceerde
landbouw wordt bedreven in een
beperkt aantal gebieden in het
Westen. Met universitaire en in
dustriële steun wordt hier geëxpe
rimenteerd met nieuwe
voedingsgewassen die sterk op de
export gericht zijn. Subtropische
soorten zijn door kruising met
noordelijker variëteiten geschikt
gemaakt voor het Nederlandse kli
maat; hierdoor is de kastuinbouw
grotendeels verdwenen.
In het scenario is met name Oost-
Brabant verder uitgewerkt. De
plannenmakers zien een en ander
als volgt:
In de landbouwgebieden van
Oost-Brabant liggen akker- en
weidebouwbedrijven door elkaar.
De gemiddelde oppervlakte van de
bedrijven is groter dan tegenwoor
dig, maar het blijven één- en twee
familiebedrijven. De boerderijen
zijn grotendeels zelfvoorzienend
op energiegebied.
Op de akkerbouwbedrijven wor
den voornamelijk gewassen ge
teeld die al dan niet na bewerking
als veevoeder dienen. De veeteelt
bedrijven zijn aangesloten op een
hogedrukmelkleiding. Melk is ech
ter een bijprodukt; de veestapel
wordt vooral voor de vleesvoorzie
ning gehouden.
In de Peel zijn verregaande maat
regelen nodig. De waterkwaliteit
verbetert na het in gebruik nemen
van twee nieuwe kanalen aan de
west- en oostzijde van het Natio
nale Park. Afstervende bossen
worden rond de eeuwwisseling ge
kapt en geleidelijk vervangen door
nieuw bos, dat uit inheemse soor
ten bestaat.
Om de oppervlakte natuurgebied
binnen de grenzen van het natio
nale park te vergroten, worden
grote aaneengesloten gebieden aan
de landbouw onttrokken. Een deel
van deze gronden verwildert on
der invloed van extensieve begra-
zing. Op andere plaatsen wordt
het waterpeil zodanig verhoogd,
dat er na verloop van tijd nieuwe
hoogvenen en moerassen
ontstaan.
Gezinsbedrijf
Er is ook een theoretisch model
voor een gezinsbedrijf. Dit ont
werp is ontwikkeld vanuit een aan
tal stellingen op het gebied van
technologische vernieuwing, voor
zover op dit moment te overzien
en voor zover toepasbaar bij de
ontwikkeling van de landbouw in
het bijzonder en het landelijk ge
bied in het algemeen.
Genetische manipulatie is voorlo
pig beperkt tót het inbouwen van
resistente eigenschappen en het
verbeteren van produktiecoëffi-
ciënten zoals voeropname. Op ter
mijn zijn allerlei groteske
gedaantewisselingen denkbaar bij
plant- en diersoorten wanneer de
ze geoptimaliseerd worden voor
zeer specifieke vormen van land
bouwkundige produktie.
langere ribbenkast: meer kar
bonades;
grotere uiers: meer melk;
kale kippen: besparing op het ve
ren plukken;
winterharde dadelpalmen: sa-
wah's in Groningen.
Een zorgvuldige bestudering van
het diergedrag en neuro-chemisch
onderzoek kan tot verrassende
doorbraken leiden op het gebied
van veeteelt. Niet alleen zal het
gaan om middelen die 'stress' ver
minderen. Wellicht is het mogelijk
met ingeplante 'stimuli-adaptors'
dieren weer vrij in kuddes te laten
grazen maar ze zo te konditione-
ren dat een optimaal produkt
ontstaat.
Klimaat
Het klimaat is in 2050 veranderd.
In de winter zal het gemiddeld 2
en in de zomer gemiddeld 0,5 gra
den Celsius warmer zijn dan nu.
Dit geeft enige hulp bij het afhar
den van (sub-)tropische gewassen.
Door verbeterde weersvoorspel
ling kan de precisie van het tijdstip
van planten en oogsten enorm toe
nemen. Er is sprake van het geheel
kunstmatig nabootsen van de
groeiomstandigheden in gesloten
systemen, waar de voeding via het
substraat en het licht via UV-
buizen zeer nauwgezet gedoseerd
kunnen worden. Zulke vormen
van niet grondgebonden land
bouw zullen een hoge vlucht ne
men, maar zich uiteindelijk
koncentreren in speciale in
dustriezones.
Melkveestallen met een volledige
interne robotisering zullen naar
verwachting rond het jaar 2000 se
riematig vervaardigd worden. Het
is dan nog slechts een kwestie van
tijd voordat de tuinbouw ook ge
robotiseerd kan worden. De gevol
gen voor de werkgelegenheid in de
landbouw zullen zeer groot zijn.
Boerderij
Niettemin blijft de boerderij de
kleinste eenheid van een land-
bouwgemeenschap: de hoeksteen
van de landbouw voor specifieke
teelten. Als gevolg van de stijging
van de bevolking en de enorme af
name van de werkgelegenheid in
de landbouw door robotisering
zullen er slechts weinige grote
boerderijen overblijven. Deze vor
men mede gezien de stijging van
de gemiddelde leeftijd woonge
meenschappen van wel 4 genera
ties. Verondersteld mag worden
dat het hobby-boeren door de
ouderen die niet meer aan het ar
beidsproces deelnemen, een be
hoorlijke omvang kan aannemen.
Vooral ook omdat de vraag naar
alternatieve, gezonde produkten
zal toenemen.
De expositie "Nieuw Nederland
2050" is tot 27 februari te zien in
het Bouwcentrum tegenover het
Centraal Station in Rotterdam. Ze
is dagelijks geopend van 10.00 tot
17.00 uur (ook zaterdags) en zon
dag van 11.00 tot 16.00 uur. Toe
gangsprijs bedraagt 10,per
persoon en voor kinderen 6,
In tegenstelling tot vorige winters is
de temperatuur nu vrij hoog gebleven.
Die hoge temperatuur stelt de winter-
bloeiers in onze tuinen in staat zich
weer eens nadrukkelijk te manifeste
ren. De troosteloosheid van veel grau
we wintertuinen kan met
winterbloeiende bomen en heesters
aanmerkelijk worden opgefleurd. De
planten die in de winter kleur geven
aan onze tuinen laten we in dit arti
kel de revue passeren.
Winterheide
In tuinen die geschikt zijn voor hei-
debeplanting kan de winterbloeiende
heide een belangrijke rol spelen. Het
zijn de cultivars van de soorten Erica
carnea en Erica darleyensis die in de
ze periode acte de présence geven. De
langst bloeiende cultivars zijn:
Erica carnea 'King George', ook in
cultuur als 'Winterbeauty' met don
ker paarsrose bloemen. Bloeit van de
cember tot maart en heeft een
compacte slechts 15 cm hoge
bloeiwijze.
Erica carnea 'Praecox Rubra', bloeit
van november tot maart met licht
paarsrode bloemen en wordt 20 cm
hoog.
Erica carnea 'Snow Queen', zuiver
witte bloemen en 15 cm hoog. Bloeit
van december tot maart.
Erica darleyensis 'Darley Dale', breed
opgaande groei tot 40 cm en licht
paarsroze bloemen van december tot
mei.
Erica darleyensis 'Silberschmelze',
een bossige groeiwijze tot 40 cm en
zuiver witte bloemen van november
tot mei.
Behalve deze langst bloeiende culti
vars zijn er vele anderen die in
februari-april bloeien en meestal in
tenser van kleur zijn.
Enkele voorbeelden:
Erica carnea 'Myretoun Ruby', don-
Vrijdag 15 januari 1988
48V, - ;.-H 4-
mm
Kat wilg Salix cinerea.
ker wijnrood, de roodste uit het sor
timent.
Erica carnea 'Pink Spangles', helder
rose.
Erica carnea 'Ruby Glow', diep
paarsrose.
Erica carnea 'Vivellii', diep
paarsrood.
Het is belangrijk om nadat in het
voorjaar de heide is uitgebloeid, de
uitgebloeide bloeitwijgjes weg te
snoeien. Daardoor blijven de planten
kompakt en worden ze gestimuleerd
tot het produceren van nieuwe bloei-
twijgen.
Toverhazelaars
De tot de verbeelding sprekende to
verhazelaars bloeien doorgaans in de
periode december - februari. Het be
kendst zijn de geel bloeiende cultivars,
maar het sortiment is de laatste decen
nia met een aantal oranje en rood
bloeiende vormen uitgebreid.
Toverhazelaars zijn twee tot drie me
ter hoge heesters die vrij breed uit
groeien en solitair aangeplant het
meest tot hun recht komen. U kunt
kiezen uit:
Hamamelis mollis, de oudste en meest
voorkomende met grote goudgele
bloemen.
Hamamelis mollis 'Pallida', met zeer
grote zwavelgele bloemen die bijzon
der aangenaam geuren.
Hamamelis intermedia 'Diane', met
grote bronsrode, naar oranjebruin
verkleurende bloemen.
Hamamelis intermedia 'Jelena',
bloeit met forse koperkleurig-oranje
bloemen.
Japanse mahonie
Van de mahoniestruiken worden
vooral de in maart-mei bloeiende
aquifolium cultivars aangeplant. In
toenemende mate groeit de belangstel
ling voor de Japanse mahonie. Ener
zijds door hun mooiere
verschijningsvorm als groenblijvende
heester met mooie bladeren en ander
zijds om de grote gele bloeiwijzen in
de periode december-februari. We
noemen u twee cultivars:
Mahonia japonica 'Hivernant', win
tergroene heester tot ruim 1 meter
hoog met mooie grote bladeren en
forse gele bloeiwijzen met tot 35 cm
lange bloemtrossen.
Mahonia media 'Charity', een flinke
tot 2 m hoge struik met tot 40 cm lan
ge bloemtrossen. Heeft in strenge
winters van de vorst te lijden.
Sierkers
Van de grote sierkersen familie is ver
tegenwoordigd: Prunus subhirtella
'Autumnalis', een kleine boom of
grote heester die in de winter bloeit
met bijna witte bloemen. Er is boven
dien een zachtrose bloeiende cultivar
onder de naam Prunus subhirtella
'Autumnalis Rosea'.
Sneeuwbal
Ook de grote plantegroep die we
doorgaans kennen als sneeuwballen
of gelderse rozen heeft afgevaardig
den voor de wintertuin. Het zijn:
Viburnum bodnantense 'Dawn', een
tot 2,5 m hoge heester met trosjes zui
ver rose bloemen.
Viburnum farreri, een smalle rechtop
gaande struik tot 2,5 meter met geu
rende rosewitte bloemen.
Hazelaars
In de wat verder gevorderde winter
hebben de hazelaars het volgende
moois te bieden:
Corylus avellana, de gewone vrucht
dragende hazelaar of hazelno
tenstruik bloeit met lange geel-groene
katjes. Het is een robuste struik voor
toepassing in windsingels en is ge
schikt voor aanplant onder bomen.
Corylus avellana 'Contorta', de kron
kelhazelaar, een bijzondere vorm met
gedraaide takken en twijgen. De kat
jes hangen sierlijk tussen de grillig ge
draaide twijgen.
Corylus colurna, de boomhazelaar,
een matig hoge boom met mooie grij
ze bast en talrijke lange geel-groene
katjes.
Kornoelje
Cornus mas, is een grote struik of
kleine boom die in februari bloeit met
gebundelde gele bloemen. Deze veel
zijdige plant is bruikbaar als solitair,
in groepsverband, in landschappelij
ke beplantingen en als haagplant.
Kamperfoelie
Lonicera purpusii 'Winterbeauty', is
een half wintergroene struikkamper
foelie met geelwitte bloemen van de
cember tot maart en later gevolgd
worden door rode bessen. Bij. niet
vriezend weer verspreiden de bloemen
een heerlijke geur.
Katwilgen
Wilgekatjes zijn er velerlei. We noe
men een paar winterbloeiers. Salix ca-
prea 'Kilmarnock', een waterwilg in
de vorm van een treurwilgje met sier
lijk neerhangende takken waaraan
grote zilverwitte katjes die later met
goudgele meeldraden uitbloeien.
Salix daphnoides 'Ruberrina', een se-
lektie uit de berijpte wilg. De twijgen
zijn blauwwit berijpt en bekleed met
grote rose-achtige katjes.
Natuurlijk is een tuin in de winter
geen feestelijke bloemenpracht zoals
we die in de zomer kennen. Dat hoeft
ook niet want ook de wisselende ver
schijningsvorm waarin een tuin zich
gedurende de verschillende seizoenen
aan ons voordoet is belangrijk. Niet
temin kunnen we er voor zorgen dat
een wintertuin niet helemaal kaal en
zonder kleur is.
De winterbloeiers helpen u daarbij-
C.J. Nouse
9