Oudheidkundige kring Zevenbergen exposeert ontwikkeling van meekrap tot suikerbiet Agrarische Hogescholen vormen nieuwste instelling voor landbouwkundig onderzoek Landbouw en leasing ingezonden Bij sluiting laatste suikerfabriek Maquettes Zaaizaad in ontwikkelingslanden centraal op Tropische Landbouwdag Ervaring Langlopend onderzoek Artikel inzake ontgronden biet- en rietsuiker worden gemaakt. Voor de scholen zijn twee klank beelden vervaardigd, één over de teelt van meekrap, een gewas dat vroeger vóór de bietenteelt veel in het Zuidwesten werd geteeld voor de verfindustrie en een klankbeeld over de suikerbieten van zaaien tot snoepen. Ruim 500 leerlingen uit de omgeving van Zevenbergen zul len de expositie in schoolverband bezoeken. Veel oude foto's rond teelt, transport en verwerking van bieten maken de bezoeker duide lijk dat er sinds de eerste fabriek rond 1858 in Zevenbergen suiker produceerde heel wat is veranderd en dat de techniek veel van het zware werk van man en vrouw heeft overgenomen. Van bestuurslid A. Remus zijn foto's te zien van liefst 29 van de in to taal 33 suikerfabrieken die ooit in ons land hebben gestaan of nog staan. Voorts is er ter gelegenheid van de sluiting van de "Coöpera tief" een boek met 100 foto's sa mengesteld. De fraaie en vrijwel komplete expositie die donderdag door burgemeester dr. A.J.C. See- len is geopend wordt gehouden van 13 t/m 29 november. J. Wierenga Ieder jaar probeert het bestuur van de Oudheidkundige Kring Ze venbergen in het Cultureel Cen trum "De Schuur" te Zevenbergen een expositie te hou den die nauw aansluit bij een be langrijke gebeurtenis in het verleden van dit dorp. Voor dit jaar lag het onderwerp wel zeer voor de hand: het is nl. precies 75 jaar geleden dat de Coöperatieve Beetwortelsuikerfabriek in Zeven bergen werd gesticht. De ironie wil dat met die jubileum tevens het doek voor "De Coöperatief" de finitief valt. Met de ontmanteling van deze fabriek verliest Zeven bergen haar laatste suikerfabriek en er hebben er ooit vier gestaan. De eerste - tevens de eerste in ons land - heette "De Azelma". Ze is gesticht in 1858. Rond de eeuw wisseling waren er in Zevenbergen vier suikerfabrieken in bedrijf. Daarnaast was er nog een spiritus fabriek. Geen dorp in ons land kan zich beroemen op een zo nau we band met de geschiedenis van teelt maar vooral verwerking van suikerbieten. Het bestuur van de Oudheidkundige Kring is dan ook Door o.a. maquettess wordt op de expositie getoond hoe de verwerking van suikerbieten plaatsvond en waar de fabrieken hebben gestaan. van mening dat dit verplicht. Het heeft daarom het plan opgevat om in Zevenbergen een suikermuseum te stichten. Misschien wel in de binnenkort gesloten "Coöpe ratief". De expositie in het Cultureel Cen trum laat door middel van pane len, maquettes, voorwerpen, geschriften en foto's zien hoe de verwerking van suikerbieten plaats vond en vindt, waar destijds de al lang afgebroken fabrieken hebben gestaan en hoe zij toendertijd en nu nog voor een belangrijk deel het dorpsbeeld bepaalden. Waar heidsgetrouw in een schaal van 1 op 100 zijn de vier fabrieken "Azelma", "Phoenix", "De Dankbaarheid" en de "Coöpera tieve Suikerfabriek" door de hui dige medewerkers van de "Coöperatief" de laatste maan den in de avonduren tot in detail nauwkeurig nagebouwd. Op de expositie zullen de maquettes in logisch verband staan opgesteld zodat de bezoeker een goed beeld krijgt van de fabriek en direkte omgeving met haven, loskades, opslagterreinen enz. Voorts wordt door de Technische Universiteit Delft in leen gegeven lesmateriaal getoond. Zo zal op een groot ta bleau te zien zijn waarop aange geven is waar op de wereld biet en rietsuiker wordt geteeld, laat een ander tableau zien hoe een moderne suikerfabriek werkt ter wijl de bezoeker ook een overzicht krijgt van alle produkten die van De agrarische hogescholen in Nederland hebben een gezamenlijke brochure gemaakt over hun onderzoek. Deze brochure is verspreid om vooral het agrarisch bedrijfsleven, de proefstations, de onder zoeksinstituten en de Landbouwuniversiteit te informeren. Het is na melijk nieuw en daardoor nog weinig bekend, dat instellingen voor hoger beroepsonderwijs (HBO) praktijkgericht onderzoek mogen uitvoeren. De minister van Landbouw en Visse rij heeft de agrarische hogescholen deze nieuwe taak gegeven met de be doeling, dat het hoger agrarisch on derwijs (HAO) goed blijft afgestemd op de voortdurend veranderende ar beidsmarkt voor de toekomstige af gestudeerden. Aldus wordt zowel de innovatie van de hogescholen als van de bedrijven bevorderd. In toenemende mate wordt in het bedrijfsleven gebruik gemaakt van leasing als financieringsvorm van bedrijfsmiddelen. Daarvoor zijn allerlei redenen, soms fiska- le, soms redenen van liquiditeit. Deze zaken laat ik hier in deze rubriek buiten beschouwing. Als we zien dat met de investeringen in machines in de landbouw zeer grote bedragen gemoeid zijn zou ook deze financieringsvorm in toenemende mate in de land bouw gebruikt kunnen worden. Ik beperk me hier toe enkele juri dische aspekten van leasing. Wat is dat nu precies leasing? De En gelse term heeft nog steeds geen goede Nederlandse vertaling ge vonden. Het gaat om overeen komsten waarin aspekten van huur, huurkoop en koop op af betaling voorkomen. De belangrijkste twee hoofdvor men van leasing zijn de zoge naamde financial lease en de ope rational lease. Ik zal hier enkele belangrijke verschillen aandui den. Centraal staat de ekonomi- sche eigendom en de hiermee ver bonden risiko's van veroudering, onderhoud, reparatie en teniet gaan. Bij financial lease komt de eko- nomische eigendom bij de ge bruiker, hij draagt in feite alle ri siko's. De verstrekker van het be drijfsmiddel (de bank of de pro ducent) houdt alleen de juridi sche eigendom als zekerheid voor de betalingen. Meestal heeft de gebruiker na betaling van de lea setermijnen het recht het be drijfsmiddel in eigendom te ver krijgen tegen een vooraf bepaald vast (symbolisch) bedrag. Bij operational lease heeft de ge bruiker van de machine alleen een gebruiksrecht en veel minder ekonomische risiko (dus zijn de leasetarieven hoger). Het onder houd en de reparatie wordt bij operational lease meestal ver zorgd door de leverancier van de machine en de financiering door een bank. De eigendom en het ri siko liggen dan bij de bank. In zo'n situatie is er dan een drie partijen overeenkomst. Bij deze leasevorm krijgt de gebruiker na betaling van de termijnen meestal niet het recht de machine in eigendom te verwerven. Leasing van bedrijfsmiddelen kan in sommige bedrijven een aantrekkelijke methode zijn om ekonomisch te werken. Niette min is het verstandig om alvorens tot leasing te besluiten gedegen te studeren op bedrijfsekonomi- sche, fiskale- (WIR!) en juridi sche aspekten. mr.ir. J. Huisman De minister heeft de voorwaarde gesteld, da de agrarische hogescho len met elkaar gaan samenwerken. Dat hebben zij inmiddels gereali seerd in hete Samenwerkingsver band Hoger Agrarisch Onderwijs (SHAO), waarvan het buro in Wa- geningen is gevestigd. Het SHAO- buro zorgt voor de noodzakelijke koördinatie, advisering en informa tie van de agrarische hogescholen. De agrarische hogescholen hebben dit jaar met kontraktonderzoek voor agrarische bedrijven al bijna 1 mil joen gulden verdiend. Zij zijn daar mee in de uitvoering van kontrak tonderzoek koploper temidden van alle HBO-instellingen. Dit is vooral het gevolg van de traditioneel goede kontakten tussen het agrarisch be drijfsleven en het landbouwkundig onderwijs, onderzoek en de voor lichting. Zoals in de brochure is te lezen, wor den tot nu toe vooral kleine onder- zoeksprojekten in ongeveer 3 tot 5 maanden uitgevoerd. De bedrijven zijn doorgaans erg tevreden over de resultaten, waardoor vervolgop drachten niet uitblijven. De studen ten zijn reuze enthousiast en gemoti veerd, en willen erg graag voor hun afstudeeropdracht of stage bij kon traktonderzoek worden ingescha keld. Maar dit is niet altijd mogelijk voor alle 7000 studenten die aan de agrarische hogescholen hun oplei ding volgen. De huidige onderzoekservaring van de HAO-instellingen ligt in de kort lopende projekten voor het agra risch midden- en kleinbedrijf. De agrarische hogescholen streven er naar om ook omvangrijker en lang duriger projekten uit te voeren. Het ministerie van Landbouw en Visserij gaat ook steeds meer stimu leringsgelden verstrekken voor lang lopende onderzoeksprojekten bij de agrarische hogescholen. De brochure kan worden aange vraagd bij de Stichting SHAI i.o., Postbus 64, 6700 AB Wageningen. In de Stadsschouwburg van Deven ter zal op woensdag 11 november de 59ste Tropische Landbouwdag wor den gehouden. Bij die gelegenheid zal voor de eerste maal een studiedag geheel gewijd zijn aan de zaaizaad- problematiek in ontwikke lingslanden. Zaaizaad en plantgoed zijn naast bo dem, water en licht de belangrijkste primaire produktiefaktoren van de voedsellandbouw. Vanouds produ ceerden boeren, ook in de westerse wereld, zelf hun zaaizaad en plant goed. In de meeste ontwikke lingslanden is dit systeem nog gang baar en veel belangrijker dan het ge bruik van zaad dat van kommerciële zaadbedrijven of van de overheid betrokken wordt. De vraag die op deze Tropische Landbouwdag centraal staat is op welke wijze verbetering van de zaai zaad voorziening kan bijdragen aan verbetering van de inkomenspositie van de boeren in ontwikkelingslan den. In de diskussie zal speciaal aan dacht worden besteed aan de moge lijke rol van het Nederlandse beleid. Uw blad van 9 oktober jl. bevatte een artikel van de hand van de heer mr. ir. J. Huisman onder de titel "Gra ven in de provincie Zeeland". Nadat mijn eerste indruk, nl. dat het artikel was gewijd aan laatste rust plaatsen in deze provincie, onjuist was gebleken, heb ik het artikel als medewerker van het bureau wa terstaat en verkeer ter provinciale grif fie,- belast met de uitvoering van de ontgrondingenverordening Zeeland, met meer dan normale belangstelling gelezen. In het algemeen maak ik - en naar ik aanneem ook andere provinciale ambtenaren - er geen gewoonte van te reageren op informatieve artikelen in vak- en dagbladen omtrent zaken, die mij ambtshalve aangaan, zelfs niet indien in bepaalde gevallen de inhoud van die artikelen (feitelijk) niet geheel juist is. Ik meen evenwel, dat er in het onderhavige geval aanleiding is een korte reaktie te geven op het artikel van de heer Huisman. In het artikel wordt terecht gesteld, dat werkzaamheden, die uitsluitend en ter plaatse worden verricht ten be hoeve van de normale uitoefening van het land-, tuin- of bosbouwbedrijf, alsmede het rooien of planten van bo men, struiken of andere gewassen, zonder vergunning zijn toegestaan. Daaraan wordt de konklusie verbon den, dat egaliseren dus wel mag (zon der ontgrondingsvergunning). De parlementaire behandeling van de Ontgrondingenwet heeft duidelijk ge maakt, dat terreinegaliseringen, voor zover daarbij afgraving plaatsvindt, als ontgronding moeten worden aan gemerkt. Een andere zaak is of een dergelijke ontgronding vergunningplichtig is. Daarbij is van belang de beantwoor ding van de vraag of egalisering een normale behandeling is in het kader van de uitoefening van het land-, tuin- of bosbouwbedrijf. De heer Huisman beantwoordt die vraag blijkens zijn artikel bevestigend. Het college van gedeputeerde staten van Zeeland - het in deze bevoegde ge zag - heeft zich in de thans ruim 15-jarige uitvoering en toepassing van Ontgrondingenwet en -verordening op het standpunt gesteld, dat de be doelde uitzondering niet van toepas sing is op afgraving ten behoeve van terreinegaliseringen en dat daarvoor derhalve een vergunning van hen is vereist. Tot nu toe is (in Kroonbe- roep) niet gebleken, dat dit standpunt onjuist zou zijn. Teneinde problemen te voorkomen heb ik gemeend er goed aan te doen met deze bijdrage op dit punt duide lijkheid te verschaffen. Hoogachtend, G. Beckers, medewerker bur. waterstaat en verkeer, provinciale griffie Zeeland. Vrijdag 13 november 1987 15

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1987 | | pagina 15