Aandacht Coo Minister Bukman op tentoonstelling werktuigen voor boeren in Afrika vanuit de Z.L.M. gezien zuidelijke landbouw maatschappij Saldo ^PELBU^. trrm VRIJDAG 16 OKTOBER 1987 75e JAARGANG NO. 3896 land- en tuinbouwblad "Beheersing van de bevolkingsgroei, het beschikbaar stellen van aan de situatie ter plaatse aangepaste werktuigen en de grootst mo gelijke aandacht voor de positie van de vrouw zijn drie belangrijke voorwaarden om met succes de hongersnood in de onderontwik kelde wereld effectief te helpen oplossen." Dit zei de minister van Ontwikkelingssamenwerking drs. P. Bukman maandag 12 oktober jl. bij de opening van de tentoonstelling "Werktuigen in Ontwik keling" die de afgelopen week in "De Stenge" te Heinkens^zand is gehouden in het kader van de Wereldvoedseldag en het project Trekkracht voor Kenya van de 3 Zeeuwse landbouw-organisaties en het ZAJK. De heer Bukman stelde o.m. dat de voedselproduktie in een groot deel van Afrika zeer zorgelijk is. Met gerichte hulp van de westerse landen kan evenwel veel bereikt worden. Naast bevolkingsgroei, landbouwwerktuigen en de positie van de vrouw is volgens hem ook veel aandacht nodig voor het marktgebeuren; oprichting van coöperaties en samenwerking in de afzet zijn van groot belang. Verder moet ook de kleine boer intensiever de grond gaan bewer ken en moet hij gemeenschappelijk nieuwe technieken toe gaan passen. "Wil hulp effectief zijn dan is de introductie van nieuwe technieken en werktuigen op het niveau van de gemeenschap ter plaatse een absolute voorwaarde", aldus de minister die zijn toespraak besloot met te zeggen dat voor alles het besef nodig is dat hulp geboden moet worden. Namens de 3 Zeeuwse landbouw organisaties zei de heer F. de Waal in een welkomswoord dat de genen die het Zeeuws gerei hebben gekend zich door de ten toonstelling zeer aangesproken zullen voelen. Hij sprak van een mooi project voor de Derde Wereld waarbij de discussie over de overschotten hier en de tekorten daar niet uit de weg moet worden gegaan. "Het is zeer nuttig om over deze gigantische problematiek te spreken zodat we meer van elkaar gaan begrijpen". Hij zegde toe dat de drie landbouworganisaties het project "Trekkracht voor Kenya" nog een aantal jaren zullen blijven steunen. Een van de initiatief-nemers van dit project, de heer R. van 't Westeinde, sprak van mensonterende toestanden in sommige onderontwikkel de gebieden. "En dat terwijl er voedsel genoeg is op de wereld". Hij hekelde de afzet van in het westen zwaar gesubsidieerd voed sel omdat daardoor de kleine boeren in Derde Wereldlanden on evenredig zwaar beconcurreerd worden. "Voor menigeen mag dit geen plezierige boodschap zijn maar de landbouworganisaties die nen hier hun verantwoordelijkheid te dragen", aldus Van 't Westeinde. Na de opening bekeken de minister en de bezoekers de tentoonstelling. Deze geeft o.m. een beeld van de schrijnende toestand in veel ontwikkelingslanden en van de mogelijkheden die er zijn om te helpen. Zo stonden er eenvoudige landbouwmachines waaronder ploegen en een zaaimachine. Ook kon veel voor ontwikkelingslanden vervaardigd gereedschap en gareel tuig worden bezichtigd. Op de foto v./.n.r. de ini tiatiefnemers van de tentoonstelling R. v.t Westeinde, A. Phernambucq en R. Hoiting met tweede van links minister Bukman bij een der panelen. Tijdens de algemene beschouwingen van vorige week in de Tweede Kamer, met betrekking tot 's Rijks begroting voor 1988, heeft de landbouwsector meer aandacht ge kregen dan de laatste jaren gebruikelijk was. De regeringspartijen CDA en VVD, alsmede de oppositie partij PvdA pleitten bij monde van de fractievoorzitters voor lastenverlichtende maatregelen ten behoeve van land- en tuinbouw. "De marges voor de agrarische beroepsbevoling zijn smal geworden", aldus Voorhoe ve (VVD). En "Boeren voelen zich miskend, bedreigd en in de steek gelaten", aldus De Vries (CDA). De VVD vroeg met name aandacht voor de huidige moeilijke si tuatie in de akkerbouw en de vollegrondstuinbouw. Daartoe zullen dezer dagen door de landbouworganisa ties het parlement en de diverse fracties wederom inten sief benaderd moeten worden. De realiteit en de knel punten met betrekking tot de benarde concurrentieposi tie van de Nederlandse land- en tuinbouw zullen zo goed mogelijk duidelijk gemaakt moeten worden. Parlementai re aandacht zal omgezet moeten worden in keiharde mo ties. De regering zal vervolgens die moties moeten aan vaarden en uitvoeren. Het van regeringswege "in over weging nemen"zal zeker niet genoeg zijn. Immers, een Haagse "overweging"is een beslissing met een nooduit gang. En van dat soort slinkse wegen hebben we de buik al meer dan vol. Zo bekeken zijn we er dus nog lang niet! "Eindelijk..." is onze verzuchting, eindelijk pakt de poli tiek de herhaalde luide en overduidelijke signalen van de georganiseerde landbouw op. Eindelijk lijkt nu - om "kwart over twaalf" - de periode voorbij van het totaal negeren en doodzwijgen van de onzerzijds met de regel maat van de klok geuite reeks gerechtvaardigde klachten en wensen naar het boer-vijandige Den Haag. We zijn daar uiteraard blij mee; zij het in alle betrekkelijkheid en op een gematigde manier. Reden tot juichen is er zeker nog niet. Concreet is nog zeer weinig bewerkstelligd. Het zal zaak zijn, dat bij de komende parlementaire be handelingen van de afzonderlijke begrotingen van Land bouw, Financiën en VROM de tot nu tot gebezigde poli tieke woorden omgezet worden in regeringsdaden. Het voorlopige (magere) saldo van de in de algemene be schouwingen meegenomen landbouwzaken ziet er als volgt uit: a. Ruding heeft nogmaals bevestigd dat cul tuurgronden niet onder het regime van de onroerend- goed-belasting gebracht zullen worden, b. Toegezegd werd dat voor wat betreft de overdracht van melkquota in bedrijfsopvolgingsverband géén successie- en schen kingsrechten geheven zullen worden, als in werkelijkheid geen waarde voor het quotum bedongen wordt. Met be trekking tot de inkomstenbelasting echter werd door de regering in antwoord op een duidelijke motie van Voor hoeven en De Vries nog steeds "nevelig" en onduidelijk gedaan, c. De door de VVD naar voren gebrachte wen sen, met als hoofdmoot dat weer rekening gehouden moet worden, met de reserverings- en investeringsfunc tie van het inkomen van de zelfstandige ondernemers, is niet met een motie onderschreven, d. De vraag van CDA en PvdA om voor '88 20 miljoen extra beschikbaar te stellen voor landinrichting werd door Ruding met "neen" beantwoord, e. De 60 miljoen rentelasten in het kader van de nationale voorfinanciering van de EG-fondsen, kunnen, volgens CDA-fractieleider De Vries, niet op de Nederlandse boeren afgewenteld worden. Hij stelde daarom voor om dan maar het landbouwforfait ongewij zigd te laten bij verhoging van het lage btw-tarief van 6 tot 7%. Het eerste punt is een toezegging om de on evenredig zware lastendruk op de agrarische sector niet nog veel zwaarder te maken. De volgende zaken leveren respectievelijk onduidelijke, onbeantwoorde en negatie ve reacties van de regering op. En het laatste punt - zijn de het voorstel De Vries - is nog kwalijker dan een sigaar uit eigen doos; het is een rib uit eigen lijf! Per saldo een héél mager resultaat tot nu toe - "Vinger aan de pols" en "er bovenop blijven zitten" dienen daarom onze mot to's te blijven! Overigens, op wat langere termijn zou "er bovenop blijven zitten" ook wel eens kunnen betekenen "het thuis blijven zitten" van boeren en tuinders bij de eerstvolgende verkiezingen voor het parlement. Wellicht dat deze "tip" een weldoordachte stimulans voor een daadkrachtiger en landbouwvriendelijker opstelling van bepaalde fracties kan betekenen... Voor de volgende dagen en weken wens ik u in ieder ge val toe dat de weersomstandigheden zodanig zullen zijn, dat de snijmaïs vlot geoogst kan worden en dat de nog niet geoogste aardappelen en uien alsnog geborgen kun nen worden. Van der Maas

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1987 | | pagina 1