Niet het ras alleen bepaalt kwaliteit tarwe Graanprijzen vallen in Zuidwesten mee Bij wintertarwe is er in 1987 een radikale omschakeling geweest van voerrassen naar zogenaamde kwaliteitsrassen. Het slechte weer van deze zomer deed echter veel schade aan de korrelkwaliteit. Voor 1988 toch doorgaan in de richting kwaliteit lijkt de beste weg, mede omdat enkele in de ras senlijst genoemde rassen met een betere bakkwaliteit ook de hoog ste opbrengst geven. Tabel 1 Korrelopbrengsten in verhoudingsgetallen 1) van 3 rassenproeven wintertarwe in het zuidwestelijk kleigebied over 1987 en het gemiddelde over de jaren 1981 t/m 1987 Proefveld "Westmaas" "Rusthoeve" Vogel- gemid-ZW-klei- waarde deld gem. 2) teeltmethode I 11 I 11 II 1987 1981-1987 Ras Obelisk 113 110 115 107 111 111 105 Granta 93 95 90 97 110 95 99 Kraka 91 91 93 105 95 95 99 Pagode 115 109 124 113 110 114 105 Arminda 99 98 105 97 104 101 98 Okapi 96 90 106 103 97 98 101 Saiga 94 102 101 98 96 98 98 Granada 87 104 74 90 98 91 97 Citadel 95 99 98 100 102 97 100 Taurus 108 108 101 105 104 105 101 Sarno 94 97 92 92 93 93 100 Tombola 102 102 95 98 101 100 103 Miller 105 98 100 102 103 102 102 Apollo (943 B7) 117 110 89 93 109 104 Pluton (CF 69861) 90 90 90 98 94 93 CB 8277 112 105 116 101 98 106 vdH 1150-83 99 93 112 101 97 100 vdH 7518 102 100 105 98 102 101 Semu 82-35 83 99 79 99 92 90 Herzog 100 104 100 104 101 Triticale Salvo 99 95 91 95 G 1221 117 102 94 104 100 kg/ha 6890 8420 6290 8440 8670 7740 1) De verhoudingsgetallen van de teeltmethoden zijn wel vertikaal (binnen de kolom), maar niet horizontaal (tussen kolommen) vergelijkbaar omdat ze berekend zijn uit het gemiddelde per teeltmethode. Dit laatste is onderaan in de kolommen vermeld. 2) Voorlopige gegevens; nog geen officiële getallen van het RIVRO ontvangen. De aanzienlijke hogere opbrengst van teeltmethode II ten opzichte van teeltmethode I op "Westmaas" en "Rusthoeve" kan worden toegeschreven aan de ziektebestrijding (zie hiervoor het gemiddelde per teeltmethode onderaan in de kolommen). Een laag getal voor opbrengst bij teeltmethode I en een hoog getal bij II duidt op een hoge ge voeligheid voor ziekten. Tabel 2. Enkele raseigenschappen van wintertarwe volgens het ontwerp voor de Ras- senlijst 1988 resistentie tegen rassen winter stro stro gele bruine meel afrij- schot geschikt vast lengte stevig- roest roest dauw pings- gevoe- heid als heid heid 1) ziekten ligh. dekvrucht Obelisk 8 5,5 7 8/7 8 7 6 7 6 Granta 6,5 5,5 7,5 7/6 4 6,5 4,5 6,5 7 Kraka 7 8 5,5 8/7 3,5 8 7,5 6,5 6 Pagode 8 5 7 /4 8 7 6 7 6 Arminda 7,5 5 8,5 9/7 6,5 6 6 7 9 Okapi 8 7,5 6 5/5 6 5 8 5 6 Saiga 6,5 5 8 7/6 6,5 6,5 6,5 6 7,5 Granada 6 5,5 8 5/3 4 6,5 6 6,5 8 Citadel 8 5,5 7 7/7 4 6,5 5,5 6,5 7 Taurus 5,5 5,5 8 8/7 5 6,5 5,5 7,5 9 Sarno 7,5 5 7,5 9/8 7 6 5 8 7 Tombola 7 7 5,5 6/5 5 6 6,5 6,5 6 Miller 8 5 7 8/7 5 6 6 7 8 De twee belangrijkste coöperatieve innemers van graan in het Zuid westen Cebeco Zuidwest te Zierikzee en de coöperatieve Zeeuwse Aan en Verkoopvereniging de CZAV te Wemeldinge hebben voor de graanoogst 1987 hun uitbetalingsprijzen bekend gemaakt. Voor kwa- liteitstarwe (Obelisk, Granta, Minaret en Pagode) betaalt de CZAV 49,per 100 kg (incl. BTW, excl. mvh) en Cebeco-Zuidwest 47,04. De doorsneetarwe (Arminda, Okapi en Miller) haalt bij bei de een uitbetalingsprijs van resp. 45,— en 44,—. Voor brouw- gerst betaalt CZAV bij meerjarige contracten 62,bij eenjarige contracten 56,— en voor uitmaalgerst 41,—. Cebeco Zuidwest heeft hiervoor gemiddeld 53,— uitbetaald. De CZAV past bij de tarweprijzen geen kortingen toe voor schot of lage hl-gewichten. Andere rassen Toen in 1986 bleek dat voor een be tere kwaliteit tarwe meer betaald kon worden, is hierop door de praktijk ge reageerd door een spektakulaire om mezwaai naar andere rassen, de zogenaamde kwaliteitsrassen. Dit was mogelijk door het beschikbaar komen van de rassen Obelisk, Granta, Kra- ka en Pagode. Bijna 2/3 deel van het areaal wintertarwe in het Zuidwesten werd in 1987 met deze rassen beteeld, waarvan Obelisk met ruim 55% het grootste ras was. Arminda, jarenlang het meest geteelde ras, viel terug naar 25%, terwijl Okapi met nog maar 3% bijna verdween. Enkele nieuwe rassen deden hun intree: Tombola 3% en Miller 1%. De met wintertarwe be- teelde oppervlakte was in 1987 in het zuidwesten praktisch gelijk aan vorig jaar, bijna 46.000 ha. Natte zomer slecht voor kwaliteit De vele regen van deze zomer heeft een sterk nadelige invloed uitgeoefend op de korrelkwaliteit van de tarwe. Vrij veel pleksgewijze legering en slecht weer tijdens het afrijpen deden al vermoeden dat 1987 geen kwali teitsjaar zou worden. Inmiddels be vestigen de eerste bepalingen op kwaliteitskenmerken dit vermoeden. Daaruit kan tevens de konklusie wor den getrokken dat naast het geschik te ras de groeiomstandigheden in de zomer van grote invloed zijn op de uiteindelijke kwaliteit van het ge oogste produkt. Rassenproeven wintertarwe 1987 In het zuidwesten hebben dit jaar 3 rassenproeven wintertarwe gelegen. Deze waren aangelegd op de volgen de bedrijven: - Proefboerderij "Westmaas: teelt methode I en II; - Proefboerderij "Rusthoeve": teeltmethode I en II; - L. Baecke, Vogelwaarde: teeltme thode II. teeltmethode I stikstof volgens advies, geep ziektebestrijding; teelt methode II stikstof volgens advies, wel ziektebestrijding. Op de proefvelden "Westmaas" en Vogelwaarde kwam in mei een aan tal rassen voor met een flinke aan tasting door meeldauw. Op "Rusthoeve" kwam in juli bruine roest flink opzetten. Op de proef te Westmaas waren sommige rassen voor een deel gelegerd; ook in Vogel waarde waren enkele rassen meer of minder gelegerd. In tabel 1 zijn de korrelopbrengsten in verhoudingsgetallen van de drie proeven per teeltmethode afzonder lijk weergegeven. Daarnaast is in de voorlaatste kolom het gemiddelde van deze proeven over 1987 vermeld en in de laatste kolom de gemiddelde op brengst over 6 jaar. Korte beschrijving van de rassen Rassen geschikt voor de broodbe reiding Obelisk heeft een vrij goede brood kwaliteit en geeft zeer goede op brengsten. Is vrij goed wintervas^. Het stro is middenkort en vrij stevig. Werd weinig door gele en bruine roest, vrij weinig door meeldauw en middelmatig door bladvlekkenziekte en afrijpingsziekten aangetast. Rijpt vrij vroeg. Is vrij weinig gevoelig voor Vrijdag 25 september 1987 schot. Is gevoelig voor sommige bo demherbiciden.* Granta heeft een vrij goede brood kwaliteit en geeft goede opbrengsten. Is middelmatig tot vrij goed winter- vast. Het stro is middenkort en vrij stevig tot stevig. Wordt vrij weinig door gele roest, middelmatig tot vrij weinig door meeldauw, middelmatig door bladvlekkenziekte, vrij sterk tot sterk door afrijpingsziekten en sterk door bruine roest aangetast. Rijpt middenvroeg. Heeft een harde korrel en is middelmatig tot vrij weinig ge voelig voor schot. Is gevoelig voor sommige bodemherbiciden.* Kraka heeft een vrij goede broodkwa liteit en een goede deegkwaliteit. Heeft goede opbrengsten gegeven. Is vrij goed wintervast. Het stro is lang en middelmatig tot matig stevig. Werd weinig door meeldauw en afrij pingsziekten, middelmatig tot vrij weinig door bladvlekkenziekte aange tast. Is sterk tot zeer sterk vatbaar voor bruine roest. Rijpt middenvroeg. Is middelmatig tot vrij weinig gevoe lig voor schot. Pagode heeft een vrij goede brood kwaliteit en heeft zeer goede op brengsten gegeven. Is goed wintervast. Het stro is vrij kort en vrij stevig. Lijkt vatbaar voor gele roest. Werd vrij weinig door meeldauw en weinig door bruine roest en middel matig door bladvlekkenziekte aange tast. Rijpt vrij vroeg en is vrij gevoe lig voor Schot. Is gevoelig voor som mige bodemherbiciden.* Overige rassen Arminda geeft vrij goede tot goede opbrengsten en is vrij goed winter vast. Is weinig vatbaar voor gele roest en middelmatig tot vrij weinig voor bruine roest. Middelmatig vatbaar voor meeldauw en afrijpingsziekten. Rijpt vrij vroeg tot vroeg. Door ste vigheid en geringe bladrijkdom zeer geschikt als dekvrucht. Is gevoelig voor sommige bodemherbiciden.* Okapi geeft goede opbrengsten en is goed wintervast. Is vrij sterk vatbaar voor gele roest en meeldauw, middel matig vatbaar voor bruine roest. Wei nig vatbaar voor afrijpingsziekten. Is vrij sterk gevoelig voor schot. Rijpt vrij vroeg tot vroeg. Saiga geeft vrij goede tot goede op brengsten en is middelmatig tot vrij goed wintervast. Is vrij weinig vatbaar voor gele roest. Is middelmatig tot vrij weinig vatbaar voor meeldauw, bruine roest en afrijpingsziekten. Is een vrij goede tot goede dekvrucht. Granada geeft vrij goede tot goede opbrengsten en is middelmatig win tervast. Is in het voorjaar vrij traag. Heeft middenkort en stevig stro. Werd vrij sterk door gele roest aan getast. In 1987 werd Granada nogal door bruine roest aangetast; op het proefveld in Colijnsplaat zeer sterk. Middelmatig tot vrij weinig vatbaar voor meeldauw en afrijpingsziekten. Rijpt vroeg. Heeft een vrij goede schotresistentie. Is een goede dek vrucht. Citadel geeft goede opbrengsten en is goed wintervast. Vrij weinig vatbaar voor gele roest. Wordt middelmatig tot vrij weinig door meeldauw en nog al door afrijpingsziekten aangetast. Is sterk vatbaar voor bruine roest. Mid delmatig tot vrij weinig gevoelig 'voor schot. Is een vrij goede dekvrucht. Is gevoelig voor sommige bodemher biciden.* Taurus heeft goede opbrengsten ge geven en is middelmatig tot matig wintervast. Heeft middenkort en ste vig stro. Werd middelmatig tot vrij weinig door meeldauw, vrij sterk door 'bruine roest en nogal door afrijpings ziekten aangetast. Rijpt middentijds en is vrij weinig tot weinig gevoelig voor schot. Lijkt gevoelig voor som mige bodemherbiciden.* Sarno geeft goede opbrengsten. Heeft vrij kort en vrij stevig tot stevig stro. Werd middelmatig door meeldauw en vrij sterk door afrijpingsziekten aan getast, vooral fusarium in de aar. Rijpt vroeg. Is vrij goed tot goed win tervast en is weinig gevoelig voor schot. Is een vrij goede tot goede dek vrucht. Is gevoelig voor enkele bo demherbiciden.* Tombola heeft goede tot zeer goede opbrengsten gegeven. Lijkt vrij goed wintervast. Het stro is vrij lang en middelmatig tot matig stevig. Werd middelmatig door meeldauw, gele roest en afrijpingsziekten en vrij sterk door bruine roest aangetast. Rijpt middenvroeg. Heeft een zeer grote korrel en is middelmatig tot vrij wei nig gevoelig voor schot. Miller heeft goede tot zeer goede op brengsten gegeven. Is goed winter vast. Het stro is vrij kort en vrij stevig. Werd middelmatig door meel dauw en afrijpingsziekten en vrij sterk door bruine roest aangetast. Rijpt vrij vroeg en is vrij weinig gevoelig voor schot. Lijkt een middelmatige ge schiktheid voor de broodbereiding te hebben. Sommige bodemherbiciden: me- toxuron met als merk Dosanex en chloortoluron met als merken Bra bant Chloortoluron FW, Dicuran 700 FW, Luxan Chloortoluron-500 FC en Luxan Chloortoluron spuitpoeder. De rassen Arminda, Citadel en Gran ta lijken ook gevoelig voor isoprotu- ron (diverse merken). Toelichting bij tabel 2 Een hoog cijfer voor een raseigen schap betekent: goede wintervastheid, lang stro, grote resistentie, weinig schotgevoelig en goede dekvrucht. 1) Het eerste cijfer berust op veld waarnemingen; het tweede cijfer geeft de kans op aantasting door gele roest aan bij eventuele uitbreiding van de fysio's waar het ras vatbaar voor is. Advies Het lijkt gewenst de in 1987 ingesla gen weg met de teelt van kwaliteits rassen bij wintertarwe ook in 1988 te blijven volgen. Weliswaar is de kwar liteit van het geoogste produkt dit jaar als gevolg van de slechte zomer niet in alle gevallen voldoende, maar er zijn toch duidelijke verschillen met de overige rassen. Bij de uitzaai voor 1988 verdient het aanbeveling voor een deel van de op pervlakte wintertarwe één of meer kwaliteitsrassen te kiezen. Daarvoor komen Obelisk en Pagode in aanmer king omdat beide rassen zowel dit jaar als over meerdere jaren gezien een zeer goede opbrengst hebben ge geven. Ook voor kwaliteitsrassen geldt dat naast opbrengst op andere raseigenschappen gelet moet worden. Van de overige rassen die in aanmer king komen, waarbij de geschiktheid als dekvrucht voor graszaad of groen- bemesting een belangrijke faktor kan zijn, kunnen Taurus en Arminda wor den genoemd. Van de huidige rassen- lijstrassen kunnen verder Miller en Tombola een goede aanvulling zijn. Er is de laatste jaren wat meer belang stelling voor tarwerassen, die op de Europese maar niet op de Nederland se rassenlijst zijn geplaatst. Van ras sen, waarvan bekend is dat ze erg ziektegevoelig zijn (gele en bruine roest en meeldauw, zoals bijvoorbeeld Kanzier) wordt uitzaai afgeraden. An dere rassen, zoals bijvoorbeeld Ur ban, brengen in vergelijkende proeven minder op. In een jaar met een regenrijke zomer, zoals 1987, komt duidelijk naar vo ren dat behalve een goede korrelop brengst van een tarweras, ook eigenschappen als stevigheid van het stro en resistentie tegen ziekten en schot van groot belang zijn. Het is mede om deze redenen, dat voor 1988 aanbevolen wordt niet al les op één kaart te zetten bij de ras- senkeus. Als tarwe van betekenis in het bouwplan voorkomt is het beter om twee of meer rassen te telen. Voor meer gegevens over de rassen wordt verwezen naar de 62ste be schrijvende Rassenlijst voor land bouwgewassen 1987. Hoewel de pas bekend geworden prijzen tussen 5 en 9% lager liggen dan vorig jaar en de kg-opbrengsten per ha. ook lager zijn bleek het be richt voor veel boeren toch een aan gename verrassing. De directeur van CZAV, de heer Rijlaarsdam, kreeg zelfs een aantal telefoontjes binnen van blije telers. Dat deze relatief goede prijs kan worden gemaakt is volgens de CZAV-directeur mede te danken aan het verhoudingsgewijs goede produkt in het Zuidwesten. Hij stelt ook vast dat de prijszetting uitwijst dat we met de baktarwes de goede richting op zijn gegaan. Ur ban blijkt een nog betere kwaliteit te hebben dat de hiervoor genoemde baktarwes en Rijlaarsdam acht het zeker denkbaar dat dit ras zijn lagere kg-opbrengsten financieel goed gaat maken. Het zal dan 8 tot 10% meer op moeten brengen dan de voertar- wes en dat sluit hij niet uit. De direc teur Granen bij Cebeco-Zuidwest, de heer D. Mooijaart, stelt tot zijn vreugde vast dat de prijzen toch een Konsulentschappen voor de Akker en de Tuinbouw in het Zuidwestelijk kleigebied, ing. J.M. van der Weele vriendelijker beeld laten zien dan aanvankelijk werd verwacht. Ook hij spreekt van goed nieuws voor de telers. Overigens is hij van mening dat het verschil in de prijzen tusen de beide coöperaties bedrieglijk is. Ze zijn in feite niet te vergelijken. Ten eerste, zo zegt hij, komt de CZAV- prijs niet geheel uit de markt maar zit daar ook een klein stukje winst van andere bedrijfsafdelingen in. Voorts merkt hij op dat de CZAV- prijzen definitief zijn terwijl bij Cebeco-Zuidwest een "no-risk"- uitbetalingssysteem wordt toegepast hetgeen er vereenvoudigd op neer komt dat weliswaar de gehele door telers geleverde partij meteen wordt afgerekend maar dat over tweederde van de totale partij nog een nabeta ling plaats kan vinden afhankelijk van de mogelijkheden in de markt de komende maanden. De afgelopen jaren bedroeg deze nabetaling ge middeld 1,per 100 kg. bij de grootste coöperatie in het Zuid westen. 17

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1987 | | pagina 17