Werkbezoek studieklub hazelnootteelt SEV-werkverslag: "Agrarische sektor dreigt vast te lopen in web van overheidsregels Aardappelen en sproeisporen Op initiatief van de ZLM is er in het voorjaar een studieklub hazel nootteelt opgericht. De studieklub bestaat uit een twintigtal belang stellenden (akkerbouwers, fruittelers en veehouders), dat in principe bereid is een aantal hektares met hazelaars in te planten. Om zich ver der te oriënteren heeft een kleine delegatie van de studieklub een werk bezoek gebracht aan vier hazelnoottelers in Normandië. Met begeleiding van de heer Jean Pierre Jany, medewerker van de Franse notentelersvereniging, en mevrouw Fran^oise Divanac'h, als tolk, heeft er een zeer leerzame en interessante ekskursie plaatsgehad. De meeste Franse hazelnoten worden geteeld in het Zuidwesten van Frank rijk. In deze regio zijn de meeste te lers, het proefstation en de hazelnotenvereniging gehuisvest. Maar ook in Normandië is een aan tal telers aktief. Afgezien van de heer Charpentier, die 25 ha. hazelnoten teelt, varieert de op pervlakte van de Normandische telers tussen 3 en 10 ha. Hazelnoten wordt gezien als een bijgewas naast het aan wezige akkerbouwareaal. In Normandië zijn de bekendste ras sen Fertile de Coutard en Merveille de Bollwiller. De bezochte opstanden zijn zo'n 10 jaar geleden aangeplant. De rijen staan 5 meter van elkaar en de afstand tussen de bomen is 2/i me ter. Bij een aantal telers blijkt nu, dat de bomen wat te dicht op elkaar staan. Volgens de heer Jany is dat een kwestie van afwegen; of eerder een hogere opbrengst, maar dan met meer snoeiwerk of een wat lagere opbrengst met minder snoeiwerk. Overigens is men het er over eens, dat goed snoei en, vooral de eerste jaren voor de vorm van de bomen, uitermate be langrijk is. Daarnaast is gebleken dat een windscherm eveneens zeer belang rijk is. Op de bezochte boomgaarden was geen windscherm aangelegd. Daar viel te konstateren dat de haze laars aan de rand van de boomgaard duidelijk achterblijven in ontwikke ling. Bovendien zijn deze bomen ex tra vatbaar voor ziekten en plagen. Voor het bestrijden van ziekten en plagen zijn in principe adequate mid delen voor handen. Zoals altijd is het zaak om tijdig te spuiten. In de prak tijk blijkt dit niet altijd eenvoudig te zijn. Het op tijd waarnemen, dat er schade wordt veroorzaakt door onge dierte en om welke soorten het gaat, blijkt soms lastig te zijn. Vooral de zgn. bakterieziekte is een probleem. Door deze ziekte kunnen nieuwe tak jes zich niet of nauwelijks ontwikke len, waardoor de vruchtzetting wordt geremd. Dit heeft nadelige gevolgen voor meerdere jaren. Fertigatie Verder blijken vooral de hazelaars in midden Frankrijk dit jaar nogal wat lege hulzen te bevatten. Dit wijt men aan de strenge kou in de afgelopen winter. Om de wisselende oogsten meer te stabiliseren zijn veel telers m De delegatie op het bedrijf van de heer G. Lucas (links) te Gironville. Tweede van links de heer M. Boonman, voorzitter van de Nederlandse hazelnotenstu- dieklub, en rechts studieklublid de heer J. Francke. Deze hazelnotenboomgaard is acht jaar oud. ff De agrarische sector komt meer en meer terecht in een web van regels. Daardoor worden de toekomstmo gelijkheden van individuele bedrij ven steeds meer door die Haagse re gels bepaald. Deze regels worden te snel ingevoerd, zijn te weinig aan de praktijk getoetst vóór de invoering, en daardoor zeer aan wijzigingen onder hevig zijn. Dit alles heeft tot gevolg dat de boeren door de bomen het bos niet meer zien en moedeloos worden". Ook het fis caal beleid van de overheid werkt stap voor stap ten nadele van de zelf standige ondernemers. De praktijk laaf zien dat ook dit beleid van regel rechte negatieve invloed zal zijn op de beschikbare financiële middelen van een aantal bedrijven". Deze kri tische opmerkingen zijn ontleend aan het werk verslag 1986-1987 en het werkprogramma voor 1987/'88 van de SEV van de ZLM. De overheid en de landbouworgani saties zijn en blijven volgens het SEV-verslag beiden verantwoorde lijk voor een begeleiding van het noodzakelijke ontwikkelings- en sa neringsproces in de landbouw. Deze instanties kunnen zich niet veroorlo ven om zich alleen met elkaar en of met vandaag bezig te houden. Het gaat om morgen, om de toekomst van de landbouw en de mensen die er in werken. Waar het om gaat is een duidelijk beleid, hoe moeilijk dit waarschijnlijk ook is. Pas dan kan de ondernemer, de opvolger en het gezin daarop inspelen". Ontwikkelingen In het verslag wordt verder opge merkt dat de ontwikkelingen in de landbouw zo snel gaan dat bij de be roepskeuze van de kinderen, er op gewezen dient te worden dat over tien, twintig jaar of misschien nog korter er aanmerkelijk minder be drijven zullen zijn waar een verant woord inkomen uit behaald kan worden. "Reeds nu dient men te be seffen dat indien een maatschap wordt gevormd, er twee gezinnen uit het bedrijf voor een bepaalde perio de een voldoende inkomen moeten behalen. Een fiscale bedrijfswinst van 80.000,— a 100.000,— per bedrijf is dan noodzakelijk". Hier mee wordt niet gezegd dat er voor een kleiner bedrijf geen perspectief meer zou zijn. Dit zal in/hoge mate afhangen van de bedrijfsvoering die wordt toegepast, de financiële posi tie, en de ondernemer die achter het bedrijf staat. In het verleden is ge bleken dat ondernemers met kleine bedrijven, zich konden ontwikkelen tot zeer levenskrachtige eenheden, soms beter dan ondernemers op gro te bedrijven die dachten dat ze er waren. Door alle ontwikkelingen heeft het zelfstandige gezinsbedrijf zich kunnen handhaven, ja, zelfs versterken. Ondernemerschap In de toekomst zal het ondernemer schap van de agrariër en zijn vrouw een nog grotere rol gaan spelen, zo wordt verder gezegd. Er zullen slechts produkten geteeld kunnen worden waar een markt voor is. Het zal er om gaan de produktiekosten te verlagen en de kwaliteit van de pro dukten te verbeteren. Bij het SEV-werk valt het op dat zo weinig ondernemers hun financiële positie kennen. Samen met het gezin en de voorlichter zal een nog beter financieel beheer van groot belang zijn voor de toekomst. Hieraan wordt veel aandacht besteed maar er zal nog meer het accent op dienen te worden gelegd. De computer die ve len als uitkomst zien op korte ter mijn om het financieel beheer te ver beteren, zal volgens de SEV-dienst niet dat effect brengen dat velen er van verwachten, omdat men het planten telen en het omgaan met die ren belangrijker vindt dan een goed financieel bedrijfsbeheer. Volgens het verslag zal daar waar de mogelijkheden in het bedrijf uitge put zijn vroegtijdig naast het bedrijf naar mogelijkheden moeten worden uitgezien, zoals dit in sommige ge bieden die zich daar voor lenen al veel gebeurd, bijv. "Het kamperen op de boerderij", het bedrijf gaan runnen als nevenberoepsbedrijf of het bedrijf beëindigen. "Men dient ook te beseffen dat een nieuwe pro- duktierichting vaak leergeld vraagt. Zeker in een tijd waarin om kwaliteit wordt gevraagd en steeds meer voor de markt geproduceerd moet wor den waar de marge nauwer komt te liggen en waarin je als starter moet concurreren met reeds gevestigde er varen ondernemers. Ervaring op doen bij derden om inzicht te ver krijgen, bereid zijn je te laten infor meren, en flexibel zijn, zijn zaken waaraan aandacht geschonken moet worden, aldus het SEV werkverslag. Door de vele regen zijn diepe sproeisporen ontstaan. Door de vele regen van de afgelopen zomer zal de kwaliteit van de aard appelen naast de diepe sproeisporen niet optimaal zijn (veel grond, be schadigde en groene en zieke knollen). Geprobeerd moet worden om deze aardappelen apart te bewaren, zodat het drogen beter tot zijn recht kan komen. Beperk de storthoogte tot 3 meter. Het drogen kan met koude buiten lucht gebeuren van 12-18°C (niet warmer). Probeer de temperatuur van deze partijen de eerste weken konstant rond de 16°C te houden, zodat ook nog aan wondheling wordt gedaan. Indien dit niet mogelijk is, zal de buitenlucht enkele graden moeten worden opgewarmd (veelal dus 's nachts). Het toepassen van poeder op natte aardappelen moet worden ontraden. Het 'gassen' van partijen met veel grond en/of zieke knollen moet ook in de 3e week na rooien gebeuren. Begin dus tijdig met drogen. Overleg zo mogelijk met de afnemer van uw aardappelen. Dit voorkomt later problemen. Specialist Kwaliteit en Bewaring J. van Nieuwenhuizen overgegaan tot druppelbevloeiing. Het blijkt dat de hazelaar in juni veel vocht nodig heeft voor de vruchtaf zetting, terwijl in deze maand relatief weinig neerslag valt. Bovendien kan er via dit systeem ook kunstmest wor den toegediend. De telers hebben er vertrouwen in dat de investering zich zelf door een hogere en meer gelijk matige opbrengst zal terugverdienen. In de Normandische boomgaarden wordt een opbrengst van 2.000 kg als goed beschouwd. Men denkt, dat de opbrengsten door druppelbevloeiing nog wel iets omhoog zullen gaan. Een aantal telers plukt de hazelnoten. De noten worden vervoerd naar Parijs om daar op de "verse" markt te wor den afgezet. Het grootste deel wordt geoogst als de hazelnoot bruin is en uit de huls valt. De heer Charpentier, die 25 ha. hazelnoten exploiteert, heeft een eigen machinepark. Een ze vental telers ten Zuiden van Dreux heeft zich verenigd in een koöperatie met in totaal 25 ha. Zij hebben de ma chines gezamenlijk aangeschaft. De voorzitter van de koöperatie, de heer Lucas, regelt de oogst. De machines zijn bij hem ondergebracht en hij zorgt ervoor dat de noten worden ge oogst, gewassen en vervolgens ge droogd. Daarna gaan de gedroogde noten naar een koöperatie in Zuid- West Frankrijk, waar ze worden ge sorteerd en vermarkt. "Deze manier van oogsten en verwerken funktio- neert naar ieders tevredenheid. On danks dat iedereen een vrij klein areaal hazelnoten heeft, kan er via de ze werkwijze efficiënter en goedkoper worden gewerkt. Wel is het zaak dat wij als een eenheid optreden", aldus de heer Lucas. Twee arbeidspieken Er is sprake van 2 arbeidspieken bij de hazelnootteelt. De ene ligt in de winter, wanneer er moet worden ges noeid. De ene teler blijkt hieraan nog al wat meer tijd te besteden dan de ander; de schattingen lopen uiteen van 15 uur tot 50 uur per ha. inklu- sief opruimen. De tweede piek ligt in de oogsttijd. In Zuid-Frankrijk begint deze rond 5 september; in Norman dië start men ruim een maand later. Normaal gesproken worden de hazel noten in 2 keer geoogst. Dit om ver kleuring en kwaliteitsverlies tegen te gaan. Met de machines die men daar gebruikt kan er bij een normale oogst ongeveer 1 hektare in een uur worden gedaan. De heer Lucas: "Of de hazelnootteelt een rendabele teelt voor ons is, zal de komende jaren moeten blijken. De beginperiode en de basisinvesteringen zijn nu voorbij. Veel zal afhangen van prijs en opbrengst, maar ook van de mentaliteit en inzet van de telers. De teelt zal pas perspektief kunnen bie den als men er serieus mee bezig is". Vrijdag 11 september 1987 15

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1987 | | pagina 15