over geld
en goed
Premie-aftrek lijfrenten
zonder maksimum?
Inkomensdaling Brabantse tuinders geringer
dan elders in Nederland
Ontheffing
Inhoud
Afstand
Afdekking
Kennisgeving
Aanvragen vergunningen
afschot reewild
Mest protest
Unilever verwerft
veredelingsbedrijven in
Engeland
Ooipremie veel hoger geschat
dit jaar
Verhuizing SNUiF achter de
rug
Landbouwattaché's oriënteren
zich in Zeeland
A
Steunbedragen vlas en hennep vastgesteld
Versoepeling in premieregeling zoogkoeien
In 1985 is de overheid in het kader
van deregulering begonnen met
plannen om daar waar mogelijk de
vergunningsplicht voor de Hinder
wet te laten vervallen voor bedrij
ven. Men moet hierbij niet alleen
denken aan agrarische bedrijven
maar ook aan slagerijen, brood- en
banketbakkerijen, horeca, wasserij
en, tankstations, opslagbedrijven,
etc.etc.
In totaal wil de overheid dit uitein
delijk in 22 zogenaamde algemene
maatregelen van bestuur vastleggen
(AMvB's). Dit houdt in dat er per
kategorie van bedrijven, bijv. melk
veehouderijbedrijven een algemene
maatregel van bestuur komt, waarin
alle eisen ten aanzien van gevaar,
schade en hinder zijn opgenomen.
Voor bedrijven die vallen onder de
werking van een algemene maatregel
van bestuur wordt dan geen hinder
wetvergunning meer verlangt. Om
onder de werking te vallen moet het
bedrijf echter wel aan bepaalde
voorwaarden voldoen, bijv. een mi
nimale afstand tot burgerbewoning
hebben. Het mes snijdt voldoende
aan 2 kanten: bedrijven kunnen vol
staan met een eenvoudige melding
aan de gemeenten over wijzigingen,
etc., gemeenten hebben alleen nog te
maken met algemene regels in plaats
van uitgebreide vergunningen. Voor
beide partijen verwacht men dan
ook een aanvankelijke tijdwinst en
kostebesparing bij behandeling. Een
van de eerste AMvB's is een belang
rijke voor de landbouw: het besluit
mestbassins.
Een hinderwetvergunning voor
mestopslag zal in vele gevallen niet
meer nodig zijn nadat het Besluit
mestbassins Hinderwet van kracht is
geworden. Dit zal naar verwachting
in 1988 het geval zijn. Vooruitlo
pend hierop is het mogelijk om al
vanaf 1 juni 1987 zonder Hinderwet
vergunning mestsilo's en mestbas
sins te bouwen. Dit kan wanneer de
te bouwen mestopslag op bepaalde
minimale afstanden van woningen,
rekreatieobjekten en natuurterrei
nen ligt. Tevens moet dan worden
Hoofdzakelijk gaat het er om belem
meringen in het huidige systeem tot
het opbouwen van onderhoudsvoor-
zieningen weg te nemen, door geen
maksimum meer te stellen voor de
premie-aftrek voor lijfrenten en
door geen voorwaarden meer te stel
len voor de opbouw van pensioenen.
Onderhoudsvoorzieningen kunnen
nu in de eerste plaats worden opge
bouwd in de pensioensfeer. Voor de
ondernemers en de vrije beroepsoe
fenaren die geen of onvoldoende
pensioenrechten hebben zijn lijfren
tevoorzieningen in het leven geroe
pen. Voor de opbouw van de
oudedags- en ondernemingsvoorzie
ningen betaalt men nu premies die
voor de inkomstenbelasting tot een
voldaan aan algemene voorwaarden
en bouwtechnische richtlijnen. De
algemene voorwaarden zijn bedoeld
om de milieuhinder van mestopslag
zoveel mogelijk te beperken.
Onder de reikwijdte van de AMvB
zijn mestbassins gebracht die op in
dividuele bedrijven zullen worden
gebouwd; mestopslagsystemen voor
dunne mest met een maksimale in
houd van 2500 m3 en een verdam
pend oppervlak van ten hoogste 750
m2. Deze inhoud korrespondeert
met de mestproduktie van 250 koei
en (half jaar), 833 mestkalveren,
1560 mestvarkens of 500 fokvar-
kens. De bovengrenzen zijn zo geko
zen dat bijvoorbeeld twee veehoude
rijbedrijven nog een gezamenlijke
mestopslag kunnen realiseren die
onder de werking van de AMvB valt.
Bij de bouw van mestbassins moet
tevens een minimum afstand in acht
worden genomen ten opzichte van
woningen, bossen en natuurterrei
nen. Deze afstanden zijn voor bur
gerwoningen en veehouderijwonin
gen bij kleine mestbassins (met een
maksimaal vloeroppervlak van 350
m2) respektievelijk 50 en 25 meter.
Voor grote mestbassins (vloeropper
vlak tussen de 350 m2 en 750 m2)
worden deze afstanden verdubbeld.
Voor mestbassins in de nabijheid
van bossen en natuurterreinen geldt
een minimum afstand van 250 meter
voor grote bassins en 150 meter voor
de kleine bassins. In dit laatste geval
kan de gemeente ontheffing verlenen
van deze afstandseis.
In verband met eventuele stankhin-
der en de verzuringsproblematiek is
volgens het ontwerp in een aantal ge
vallen afdekking vereist. Afdekking
in verband met stank is verplicht
binnen 350 meter van de bebouwde
kom, binnen 200 meter van een wo
ning en binnen 100 meter van een
ander veehouderijbedrijf. Afdek
king in verband met verzuring is ver-
jaarlijks maksimum als persoonlijke
verplichtigen aftrekbaar zijn. De uit
keringen die er tegenover staan, de
lijfrentetermijnen, zijn als inkomen
belast.
Voorgesteld wordt nu het maksi
maal aftrekbare bedrag (ƒ16.998
voor 1987) voor de lijfrentepremies
af te schaffen. Ieder kan dan zelf de
hoogte van zijn premieaftrek bepa
len, waarbij wel bepaalde voorwaar
den voorgesteld worden om de be
werkstelligen dat de premies uitslui
tend voor het beoogde doel kunnen
dienen. Ondernemers die geen of on
voldoende pensioenrechten hebben
worden fiskaal dan echter niet meer
belemmerd door een maksimumaf-
trek. Bijvoorbeeld voor onderne-
plicht binnen 300 meter van bossen
en natuurterreinen bij de kleinere en
binnen 500 meter bij de grotere bas
sins. Een uitzondering is gemaakt
voor rundveemest. Bassins voor uit
sluitend rundveemest hoeven voor
alsnog niet te worden afgedekt in
verband met stank. Wel dienen bas
sins voor uitsluitend rundveemest
binnen 150 meter van bossen en na
tuurterreinen te worden afgedekt in
verband met verzuring. Slaat men
naast rundveemest ook andere van
het eigen bedrijf afkomstige mest op
dan is geen afdekking vereist indien
een afdekkende hoek aanwezig is die
voldoet aan de volgende voor
waarden:
a) de hoek mag slechts éénmaal per
jaar worden gebroken in maart,
april of mei
b) de hoek moet tenminste 2 cm dik
zijn
c) roeren, in- en uitbrengen moeten
plaatsvinden onder de hoek.
Afdekking is wel vereist indien het
bassin binnen 150 meter van bossen
en natuurterreinen gelegen is.
Wil men onder hinderwetvergunning
bouwen dan moet er een kennisge
vingsformulier ingevuld worden. In
dien u dus van plan bent de
mestopslagkapaciteit op uw bedrijf
te vergroten, doet u er goed aan om
gelijktijdig met de aanvraag van de
bouwvergunning het kennisgevings
formulier Hinderwet in te vullen.
Een dergelijk formulier moet wor
den ingevuld een maand voordat
met de bouw van silo of bassin
wordt begonnen. Aan de hand van
het kennisgevingsformulier kan wor
den beoordeeld of de mestopslag op
een zodanige plaats wordt gebouwd
dat een hinderwetvergunning achter
wege kan blijven. Bij de kennisge
ving hoort een verklaring waaruit
blijkt dat de konstruktie voldoet aan
de bouwtechnische richtlijnen die
door de ministeries van VROM en
Landbouw en Visserij zijn op
gesteld. Een verklaring hieromtrent
moet worden verstrekt door de in
stallateur van het mestbassin.
Tot 1 oktober a.s. kunnen er nog
aanvraagformulieren worden terug
gestuurd voor een vergunning tot af
schot van reeën. Deze moeten naar
de konsulent van de direktie Natuur,
Milieu en Faunabeheer worden
gestuurd. Degenen die vorig jaar in
het bezit zijn geweest van een af
schotvergunning krijgen het aan
vraagformulier automatisch thuis
gestuurd. De formulieren kunnen
worden aangevraagd bij het Ministe
rie van landbouw en visserij, dir.
Natuur, Milieu en Faunabeheer,
Postbus 20401, 2500 EK Den Haag.
mers met sterk wisselende resultaten
biedt de voorgestelde regeling zeker
aantrekkelijke mogelij kiheden.
Door het laten vervallen van het
jaarlijks maksimaal aftrekbaar be-
dragt wordt de zogenaamde stam-
rechtvrijstelling (de gemaksimeerde
vrijstelling ter zake van de stakings
winst mits die wordt omgezet in een
recht dat uitkeringen voor de oude
dag oplevert) in feite onbeperkt
gemaakt.
Het belangrijkste voorstel voor le
vensverzekeringen, waarbij een ka
pitaal is verzekerd bij in leven zijn
op een bepaalde datum, dan wel bij
eerder overlijden, is voorts om het
rente-element van deze kontrakten,
saldo van uitkering en premies, on
der het inkomensbegrip te brengen.
De voorstellen, die met het bo
venstaande zeker niet volledig zijn
weergegeven, verdienen ongetwij
feld een uitgebreide kennisname!
In de provincie Noord-Brabant is
sprake van een inkomensdaling van
vollegrondstelers en fruittelers van
ongeveer twintig procent. Dat is een
beduidend gunstiger prognose dan
het Landbouw-Ekonomisch Insti
tuut geeft, die hebben berekend dat
de telers landelijk gezien de helft
minder gaan verdienen dan vorig sei
zoen. Vooral in het westen van het
land, waar de koolteelt grotendeels
mislukt is, is sprake van een rampza
lige toestand.
Vermoedelijk vallen de problemen
in Brabant enigszins mee, omdat in
deze provincie een goede vroege teelt
is geweest. Zo heeft de aspergeteelt
in Oost-Brabant goede resultaten
opgeleverd. Er kwamen wel minder
kilo's van het veld, maar daardoor
was de prijs beter en waren de loon
kosten lager. Ook voor de aardbei-
Minister Braks heeft, konform de
EG-regelgeving, de premieregeling
voor zoogkoeien versoepeld. De be
langrijkste aanpassing is dat een
aanvrager zijn recht op de premie nu
niet behoeft te verliezen als het wer
kelijk aantal zoogkoeien lager blijkt
te zijn dan het aantal waarvoor pre
mie is aangevraagd, mits de verande
ring in het aantal dieren een natuur
lijke oorzaak heeft. Ook dient de
veehouder de verandering binnen 10
dagen te melden bij de distriktsburo-
houder. De premie bedraagt seizoen
'87/'88 ca. ƒ67,per zoogkoe.
Circa dertig boeren hebben op dins
dag 18 augustus j.l. een onlangs ge
reed gekomen mestopslagplaats aan
de Kielsterachterweg in Hoogezand
bezet. Zij protesteerden hiermee te
gen een zo wer wer gezegd onredelij
ke heffing die wordt opgelegd in het
kader van de mestwetgeving. "Wij
willen niet betalen voor de over
schotten in het Zuiden", zo vertolkte
een van de aanwezigen het doel van
de actie. Ook werd de vrees kenbaar
gemaakt dat de nodige twijfels heer
sen ten aanzien van de kwaliteit. Ge
lijktijdig met de actie in Hoogezand
bezetten een aantal collega boeren
het mestdistributiekantoor in Arn
hem. Middels deze acties trachten de
Noordelijke boeren de besluitvor
ming in de Eerste en Tweede Kamer
nog te beïnvloeden. Omstreeks 17.00
uur werden de acties beëindigd.
Unilever zal per 30 september a.s.
nagenoeg het gehele plantenverede-
lingsinstituut PBI (Plant Breeding
Institute) en het zaadteeltbedrijf
NSDO (National Seed Development
Organisation) van de Engelse over
heid verwerven.
Het PBI, gelegen bij Cambridge, is
het voornaamste centrum voor plan
tenveredeling in het Verenigd Konin
krijk. Tot de huidige projekten be
hoort de ontwikkeling van nieuwe
variëteiten van tarwe, gerst, haver,
aardappelen en bonen. Bijna 80 pro
cent van alle in Engeland verbouwde
tarwe is afkomstig van tarwerassen
die door PBI/NSDO zijn ontwik
keld. Voor Unilever was de agrosek-
tor al een kerngebied voor groei:
haar omzet in de agrosektor was in
1986 meer dan 2 miljard gulden.
en, waarvan de kwaliteit wisselend
was als het voer, waren de prijzen
niet slecht. Alleen de witlofteelt, die
de laatste tijd in Brabant sterk is uit
gebreid, leverde matige prijzen op.
Bij de tuinders in de Peel zijn de ver
wachtingen zelfs nog wat minder ne
gatief, al bestaat op dit moment nog
nauwelijks inzicht in de inkomsten
van dit jaar. De balans kan pas wor
den opgemaakt na de konkurren-
tieslag dit najaar met het buitenland.
De goede hoop wordt gebaseerd op
het eveneens koude weer in het bui
tenland, waar de oogsten hier en
daar zijn mislukt. Het aanbod is
daardoor kleiner, wat weer geen
gunstige invloed op de prijzen heeft.
In de glastuinbouw in Zuidoost-
Brabant kunnen mogelijk lagere
prijzen worden gekompenseerd door
lagere stookkosten.
Aanvragen voor de premieregeling
zoogkoeien kunnen tot en met 30
november a.s. worden ingediend bij
de DBH's van de Stichting tot Uit
voering Landbouwmaatregelen
(STULM).
Bedroeg de ooipremie over 1986 nog
ƒ46,83 per ooi en over 1985 ƒ32,
over 1987 wordt voor Nederland de
ooipremie geschat op ongeveer
ƒ76,per ooi. Dit vanwege de
slechte prijs voor slachtlammeren in
de eerste helft van dit jaar. De ooi
premie kompenseert het verschil tus
sen de marktprijs en de vastgestelde
basisprijs van ƒ11,56 per kg lams-
karkas. De verwachting is dat pas
december, januari a.s. aanvragen
voor ooipremies kunnen worden in
gediend.
Sinds 1 augustus is de SNUiF niet
meer in Middelharnis maar in een
nieuwe kantoorakkomodatie op
proefboerderij 'Rusthoeve' te Co-
lijnsplaat gehuisvest. De hiervoor
benodigde interne verhuizing van
het kantoorgedeelte van proefboer
derij Rusthoeve kon vrij eenvoudig
worden gerealiseerd. Het telefoon
nummer van de SNUiF is nu
01199-755.
Van 25 t/m 27 augustus a.s. zal er in
Grand Hotel 'Huis ter Duin in
Noord wijk het kongres plaatsvinden
over Agrarische eksport: kansrijk en
bedreigd.
Het kongres wordt georganiseerd
door het ministerie van Landbouw
en Visserij ter gelegenheid van het
bezoek van onze agrarische verte
genwoordigers uit het buitenland (el
ke twee jaar). Minister Braks zal de
opening verrichten. Op maandag 31
augustus zullen vrijwel alle landbouw
attaché's naar Zeeland komen om
zich te oriënteren op het Zeeuwse be
drijfsleven. Er zal een bijeenkomst
plaatsvinden in Hotel Goes, vanaf
19.00 uur.
1
I
Zeer recent hebben de minister en de staatssekretaris van Financiën
een voorontwerp van wet gepubliceerd tot wijziging van het fiskale
regime voor onderhoudsvoorzieningen en spaarvormen. Om alle be
langstellenden in de gelegenheid te stellen zich uit te spreken over de
voorstellen is gekozen voor de vorm van een voorontwerp. Het is de
bedoeling het definitieve wetsvoorstel tegen 1988 naar de minister
raad te zenden; de beoogde datum van inwerkingtreding is 1 januari
1989.
Voor het verkoopseizoen 1987/1988
is, na aftrek van inhoudingen en hef
fingen, het steunbedrag voor vlas
voor de produktie van vezels vast
gesteld op netto ƒ400,26 per ha voor
de teler, en ƒ427,26 voor de koper.
De telers betalen per ha ƒ9,finan
cieringsheffing voor het Hoofdpro-
duktschap voor Akkerbouwproduk-
ten en een fondsheffing voor het
Vlasfonds van ƒ18,per ha.
De streefprijs voor lijnzaad is vast
gesteld op 55,41 ECU per 100 kg (ca.
ƒ148,16). Als de vastgestelde gemid
delde wereldmarktprijs lager blijkt
te zijn dan deze streefprijs, wordt
lijnzaadsteun uitgekeerd aan de han
delaar die de certifikaten ter verzil
vering heeft aangeboden. De zaai-
zaadsteun op de produktie van ba
siszaad en gecertificeerd zaad is vast
gesteld op ƒ57,76 (vezelvlasrassen)
en ƒ45,72 (olievlasrassen) per 100
kg. De zaaizaadsteun komt in princi
pe toe aan de teler.
Vrijdag 21 augustus 1987
3