Twijfels in de maalstroom
vanuit de Z.L.M. gezien
zuidelijke landbouw maatschappij
Behoud van genetische variatie
noodzaak
Genenbankfaciliteiten officieel
in gebruik genomen
land- en
tuinbouwblad
VRIJDAG 19 JUNI 1987
75e JAARGANG NO. 3881
De oogst van aardappelen onder
plastic - de z.g"supervroege"
aardappelen op Tholen kan door de
natte weersomstandigheden maar
niet op gang komen. Bij deze telers
loopt de schade dan ook al in de
tienduizenden guldens. Omdat bij
het rooien van vroege aardappelen
op veel percelen de datum van 28
juni niet kan worden gehaald ko
men veel telers volgend jaar met
hun bouwplan in de problemen. Zij
zullen voor een deel over moeten
schakelen op een AM-resistent ras
hetgeen de kosten aanzienlijk doet
stijgen. Overigens vielen de prijzen
van de vroege en supervroege aard
appelen op de eerste veilingdag in
St. Annaland woensdag de telers
nog niet eens tegen, wanneer men ze
althans vergelijkt met recente note
ringen op andere veilingen. Op de
foto probeert de familie Geuze uit
Poortvliet met veel moeite toch de
Premières te rooien.
De land- en tuinbouwsector komt de laatste maanden
meer en meer in een maalstroom van besluiten en re
gelgeving terecht. Ten grondslag daaraan ligt de hui
dige "anti"-landbouwpolitiek vanuit Brussel zowel
als vanuit Den Haag. De feiten zijn genoegzaam be
kend: afbraak van de EG-marktondersteuning, een
niet-aflatendde bezuinigingswoede en een uitgespro
ken prioriteit van natuur- en milieubelangen. Een
opéénvolgende reeks van veelal tegenstrijdige visies
en standpunten, overhaaste besluitvormingen en ad-
hoc regels en wetten zijn het klaarblijkelijk onvermij
delijke gevolg van die politiek-negatieve aandacht
voor de landbouwpolitiek. Visies, standpunten,
besluiten en regels die "over ons" en "zonder ons"
komen; mèt of zonder ons. In alle gevallen dienen wij
tijdig een mening te hebben, ja of nee te zeggen, of
alternatieven aan te dragen. Als wè niet ja of nee wil
len of kunnen zeggen, of te laat een mening formule
ren, dan wordt er éénzijdig "over ons" beslist. Een -
qua tijd en redenering- wei-overwogen meningsvor
ming wordt ons, door de maalstroom waarin we ons
bevinden, erg moeilijk gemaakt. De in diezelfde
maalstroom reeds eerder ingenomen standpunten
van Landbouwschap, KNLC of ZLM roepen daarenbo
ven alsnog twijfels op. Althans, zo vergaat mij dat
persoonlijk. Ik wil u enkele van die twijfels voor
leggen.
Op grond van het zogenaamde "verplaatsings-
besluit" is momenteel overdracht - naar een andere
locatie - van een veehouderijbedrijf met de daarbij be
horende referentiehoeveelheid mest (quotum) bijna
totaal uitgesloten. Bovendien is iedere uitbreiding van
het aantal dieren voor bedrijven die meer mest produ
ceren dan overeenkomt met 125 kg P20/ha. geblok
keerd. Deze regels worden als te knellend ervaren in
verband met de individuele bedrijfsontwikkelingsmo
gelijkheden. Het KNLC en de ZLM hebben daarom het
standpunt ingenomen, dat (onder voorwaarde dat
géén fiscale claims gelegd kunnen worden) vrije over
draagbaarheid verkoop) van mestproduktierech-
ten zonder meer mogelijk moet worden. Hierin ligt ui
teraard besloten dat dan een mestquotum een bepaal
de waarde gaat vertegenwoordigen; dus een prijs
heeft. De voorzitter van de KNBTB (Schouten) wil al
leen maar mogelijkheden tot verplaatsing bieden bin
nen strikte voorwaarden middels een vestigingswet,
dat betekent een politiek-gestuurd structuurbeleid en
een vergaande belemmering van het vrije onderne
merschap. Mijn standpunt: géén vestigingswet. Mijn
twijfels in geval van vrije verkoopmogelijkheden van
mestquota kunnen de grootste vervuilers "stinkend"
rijk worden. Is een dergelijk gevolg van de KNLC/ZLM
optie acceptabel? Waar ligt de gulden middenweg
tussen vrije verhandelbaarheid en vestigingswet?
Reeds bij de discussie in 1984 rond de invoering van
de quoteringsregeling in de melkveehouderijsector,
kozen KNLC en Landbouwschap in meerderheid voor
meer marktgericht beleid zonder contingentering. Dat
standpunt wordt nu bestendigd in verband met de
eventuele keuze in 1989 (einde van de eerste 5-jarige
periode). Dus de superheffing afschaffen! Vorige
week werden de uitkomsten gepubliceerd van een on
derzoek door LEI en L.U. Wageningen naar de inko
menseffecten van respectievelijk wél of géén quote
ring in de zuivel. Wat de praktijk al vermoedde, bleek
uit de rekenmodellen van dit onderzoek bevestigd te
worden de gemiddelde inkomensdaling bij voortzet
ting van de superheffing na 1989 bleek relatief erg
mee te vallen en beperkt te blijven tot 10% (1997
vergeleken met 1 983!). Daarentegen zouden afschaf
fing van de huidige regeling en prijsliberalisatie (in
etappes tot 1997) een inkomensreductie van mini
maal 30% tot gevolg hebben. Mijn twijfel: Is kiezen
voor afschaffing van de superheffing -dus
prijsverlaging-, op basis van vertrouwen in eigen Ne
derlandse concurrentiekracht in de vorm van vakman
schap en export, wel een verstandige keuze?
Overigens, in geval van handhaving aan de contingen
tering in de zuivelsector, zal een eenzijdige keuze voor
'Het Nederlands landbouwkundig onderzoek zal een
blijvende bijdrage moeten leveren aan de internationale
inspanning om de genetische variatie in en voor kuituur-
gewassen te behouden. Deze genetische variatie wordt
mondiaal bedreigd waardoor zowel de natuurlijke evolu
tie als de mogelijkheid kuituurgewassen te veredelen in
het gedrang komen'. Dit stelde dr. K. Verhoeff, alge
meen direkteur van de Direktie Landbouwkundig On
derzoek (DLO), tijdens de officiële ingebruikneming van
de genenbankfaciliteiten van het Centrum voor Geneti
sche Bronnen Nederland (CGN) op 18 juni te Wage
ningen.
Dokumentatiesysteem
De faciliteiten bieden de mogelijkheid zaden van duizen
den rassen zeer langdurig onder de meest optimale om
standigheden te bewaren. Een modern dokumentatie
systeem draagt ertoe bij dat de opgeslagen rassen ook
daadwerkelijk gebruikt kunnen worden voor het verede
len van kuituurgewassen. Nederland heeft op zich geno
men zorg te dragen voor het verzamelen, opslaan en in
stand houden van sla, kool, ui, bieten en aardappelen.
Met zeer veel landen wordt intensief samengewerkt om
zowel de wilde voorouders als de daaruit ontwikkelde
kuituurgewassen in zijn grote variatie van zgn. landras-
sen te behouden. Het CGN en de daaraan gelieerde
DLO-instituten voor landbouwkundig onderzoek maakt
deel uit van een wereldomvattend netwerk van genen-
banken.
Demonstratietuin
Voor deze dag werd een speciale demonstratietuin aan
gelegd, waarin inzichtelijk wordt getoond hoe uit wilde
rassen van kool, sla en tarwe de moderne kuituurgewas
sen zijn ontstaan. Een geschiedschrijving van duizenden
jaren evolutie wordt met levende planten op enkele hon
derden vierkante meters uitgevoerd. De demonstratie-
percelen van kool en sla zijn enkele weken, en die van
tarwe nog enkele maanden op afspraak te bezichtigen bij
het Centrum voor Genetische Bronnen te Wageningen.
marktgerichtheid prijsverlaging) in de plantaardige
sector directe funeste gevolgen hebben voor de ak
kerbouw, én, wegens het verdringingseffect, dien
tengevolge eveneens voor de tuinbouw. Daarom hier
omtrent geen twijfel: prijsliberalisatie (op korte ter
mijn en "zonder meer") in de akkerbouwsector is een
heilloze weg. Het aanpassingsproces in de akker
bouwsector dient geleidelijk - en niet schoksgewijs -
te verlopen. En om daarmee zoveel mogelijk calami
teiten én om de kansen voor de ondernemers te ver
sterken om in de toekomst de bedrijfsvoering te kun
nen richten op andere teelten en andere afzetmoge
lijkheden. Mijn standpunt is daarom onverkort, dat -
zeker voor de kortere termijn - een Europees plan om
grond uit directe produktie te nemen, zo spoedig mo
gelijk tot uitvoering gebracht moet worden. Concreet
betekent dat tijdelijk een deel van het graanareaal bra
ken, (gekoppeld aan het op een rendabel peil houden
van het Europese graanprijsniveau).
N.B.: In ons landelijk organisatieverband heeft men te
dien aangaande nog sterke twijfels! Mijn twijfel richt
zich alleen nog op: Braken op basis van vrijwilligheid
in het kader van de EG-extensiveringsregeling die
m.i.v. 1988 van kracht wordt (met braakpremie en
toch dalende prijzen), öf blijven pleiten voor een voor
iedere graanteler verplicht braaksysteem, (zonder
braakpremie en met instandhouding van de prijzen)?
In geval van vrijwilligheid zal minder regelgeving no
dig zijn en kan de individuele teler zelf beslissen, doch
bij verplichting zal veel sneller en doelmatiger de over-
produktie teruggedrongen worden, en het is wel met
name dat laatste waar het om gaat.
Het lijkt me van belang om in onze commissies en in
ons hoofdbestuur op korte termijn bovenomschreven
twijfels opnieuw te toetsen op een "ja" of een
"nee". Ik vertrouw erop dat de mening van u, ZLM-
leden, middels de afdelings- en kringbestuurskanalen
daarin door zal klinken.
H.C. van der Maas