Varkenshouderij heeft onderzoek
Proefstation Rosmalen komende
jaren hard nodig
Voorkom zomerwrang,
genezen kan het niet
Flat voor varkens in Japan
Melkquotum als regel niet
in vermogensbelasting
Mengelingen
Oudtijdse boterbewaring
Met het proefstation voor de Varkenshouderij te Rosmalen, dat
woensdag 17 juni is geopend, komt het aantal proefstations in de ne-
derlandse landbouw op negen. Het proefstationsonderzoek verschilt
er van het overige landbouwkundig onderzoek doordat het sektorge-
wijs is opgezet en niet naar vakgebied. Verder is het onderzoek sterk
praktijkgericht en multidisciplinair van karakter. Rosmalen doet on
derzoek in nauwe samenwerking met de twee regionale proefbedrij
ven in Raalte en Sterksel.
De groei van het aantal slachtvar-
kens van ongeveer 5 miljoen in 1960
tot ca. 20 miljoen nu is waarschijn
lijk de belangrijkste reden van het"
ontstaan van het PV. De behoefte
aan onderzoek wordt steeds sterker
gevoeld.
Omvang onderzoek
Duidelijk is dat de varkenshouderij
de komende jaren een aanzienlijke
produktiviteitsverbetering nodig
heeft om een bloeiende sektor te blij
ven. Er zijn immers veel kostprijs-
verhogende faktoren op het gebied
van milieu en varkensgezondheid.
Deze moeten goedgemaakt worden
door kostprijsverlaging en kwali
teitsverbetering in het produktiepro-
ces. Om iets over de omvang van on
derzoek te zeggen wordt vaak geke
ken naar de verhouding met de om
vang van de sektor. Het beste is dan
te kijken naar netto-toegevoegde
waarde. Gemeten naar die maat is de
omvang van het praktijkonderzoek
in de varkenshouderij ongeveer ge
lijk aan die in de rundveehouderij.
Ten opzichte van de plantaardige
sektor is de omvang relatief klein.
Onderzoek en praktijk
Het onderzoek op proefstations en
proefbedrijven staat dicht bij de
praktijk. Er is dan ook sprake van
een sterke betrokkenheid van de
praktijk. Dit blijkt niet alleen uit een
sterke betrokkenheid bij bestuur en
inhoud van onderzoek. Het blijkt
ook uit de algemene lijn dat het
praktijkonderzoek fifty-fifty wordt
gefinancierd. In het geval van het
PV wordt de ene helft van de beno
digde gelden opgebracht door het
Ministerie van Landbouw en Visserij
en de andere helft door het Produkt-
schap voor Vee en Vlees. Omgere
kend gaan het de komende jaren om
ongeveer 8 cent per slachtvarken
voor Rosmalen, Raalte en Sterksel.
Het onderzoek richt zich op een ver
beterde bedrijfsvoering en een beter
rendement op de varkensbedrijven.
Het PV wil op die manier bijdragen
aan een bloeiende varkenshouderij
in het jaar 2000.
Problemen en onderzoek
Er wordt onderzoek gedaan naar
mestbeheer, mestscheiding en beper
king van mestproduktie. Veel aan
dacht zal ook nodig zijn aan fakto
ren die de ammoniakproduktie beïn
vloeden. Bij varkensgezondheids
zorg betreft het onderzoek de be-
drijfsstruktuur (afdelingen en derge
lijke), hygiënische maatregelen en de
invloed van klimaat op gezondheid.
Veel problemen op het gebied van
milieu en varkensgezondheid betref
fen echter niet zozeer individuele be
drijven maar vragen om een aanpak
Een overzicht van de mestvarkensstal op het nieuwe proefstation
voor de hele sektor. Denk bijvoor
beeld aan centrale verwerking van
mest, konsekwenties van regionali
sering in verband met varkenspest-
bestrijding of aan het plan 2000 wat
betreft varkensgezondheid. Het PV-
onderzoek is vooral gericht op on
derwerpen die aangepakt kunnen
worden binnen de muren van de drie
proefbedrijven. In de toekomst zal
het goed zijn ook onderzoek met
medewerking van praktijkbedrijven
op te zetten. Een voorbeeld daarvan
nu is het IKB-projekt waarin het PV
deelneemt.
Kostprijsverlaging wordt vooral na
gestreefd door onderzoek naar ven
tilatiesystemen, voeding, bedrijfsuit-
rusting, etc. Dit is als het ware het
meer traditionele onderzoek dat ech
ter zeer belangrijk blijft. Voorts zal
onderzoek worden gedaan naar ar
beidsomstandigheden en arbeidsor
ganisatie.
Op het PV werken naast 'vaste' PV-
mensen ook medewerkers van het
Konsulentschap in Algemene Dienst
(5 personen) en een gedetacheerde
van het LEI. Verder is er op projekt-
basis een medewerker voor 1KB en
komt er binnenkort een ekstra mede
werker voor mestonderzoek.
Grote internationale belangstelling
bestaat er voor de eerste varkens
flat ter wereld die bij de Japanse
stad Misawa is verrezen. Bij de
realisatie ervan zijn de Nederland
se ondernemingen Euribrid in
Boxmeer en de agro-
computerindustrie Fancom B.V.
uit Panningen ingeschekeld voor
de levering van respektievelijk
fokmateriaal en klimaat- en brij-
voercomputers en verwarmingsap
paratuur. In de zogenaamde
'Hyportower' ('Hypor' is de
merknaam van het Hypor-varken
van Euribrid), die uit 5 etages
bestaat, worden 3.000 zeugen ge
huisvest. Naast de flat worden nog
30 meststallen gebouwd. Hiervoor
levert Fancom ook de klimaat- en
brijvoercomputers en de verwar
mingsapparaten. Dat hoogbouw
ook in de agrarische sektor in Ja
pan zijn intrede doet, heeft te ma
ken met de hoge grondprijzen in
dat land.
De varkensflat bij de Japanse stad Misawa, waarvoor Nederlandse be
drijven fokmateriaal en computers leverden.
In het verleden werd veel over zo
merwrang gesproken, omdat het veel
voorkwam. Blijkbaar hebben de toe
gepaste middelen zowel de eens veel
schade veroorzakende zomer-
uierontsteking sterk teruggedrongen
alsmede het gesprek hieromtrent. De
ze toegepaste middelen verdrijven de
zg. meerijders. Dit zijn vliegen die ge
makkelijk wondjes aan het slotgat
kunnen toebrengen. De wrangvlieg,
die een rol speelt bij de overdracht
van de wrangbakterie, krijgt daar
door ook geen kans. Door de dieren
binnen te houden, vooral in de kritie
ke periode juli en augustus, kan zo
merwrang voorkomen worden. Met
het inbrengen van langwerkende an
tibiotica is men de mogelijke komst
van de bakterie een slag voor. Bij het
binnen houden van de dieren zal men
veel last kunnen krijgen van stalvlie-
gen. Hiertegen zijn goed werkende
middelen voorhanden.
Middelen tegen vliegen op het vee
Er zijn diverse middelen en toepas
singsmogelijkheden om vliegen op
buitenlopend vee te weren. De mid
delen kunnen als volgt worden toe
gepast.
Antiwrangbox. Tijdens het drinken
uit een weidepomp, wordt door het
gewicht van het dier een hoeveelheid
middel tegen vliegen op en rondom de
uier gebracht. Dit werkt prima. De
dieren moeten geen andere drinkge-
legenheid hebben. Middelen die door
middel van een anti wrangbox kun
nen worden toegepast zijn Barricade
vlb. (Cypermethrin), Tabanex meng-
olie en Stomoxin 20% mengolie (bei
de permethrin). De box dient in de
loop van juni geplaatst te worden.
Pour on. Dit is niets anders dan het
opdruppelen-gieten uit een doseerfla-
kon. Dit moet, afhankelijk van het
weer en de vliegendruk, om de vier tot
zes weken herhaald worden. De toe
gelaten merken zijn Ecapar, Luxan
Wixim en Sput-Op-S. De middelen
zijn op basis van een pyrethroïde. De
dosering per dier per keer is 10 ml. Na
het toepassen geldt een wachttijd van
twee weken voor de slacht.
Oormerken. Deze werken drie tot vier
maanden.
Ter voorkoming van zomerwrang zijn
twee oormerken per dier nodig, wel
ke in de eerste helft van juni inge
bracht worden. Om langere tijd van
de oormerken, die werkzame stof be
vatten, gebruik te kunnen maken, is
het zeer belangrijk deze bij het opstal
len te verwijderen. De volgende oor
merken, met tussen haakjes de
werkzame stof, zijn beschikbaar:
Flectron, Exfly (cypermethrin), Tira
de (fenvaleraat), Stockguard (flucy-
thrinaat), Atroban, Auriplak
Veterinair, Boga Klip, Ecapar, Luxan
Vliegenvrij (permethrin) en Debantic
(tertrachloorvinfos). Bovenstaand
zijn drie toepassingsmogelijkheden
van middelen tegen vliegen om wrang
te voorkomen. Als vierde mogelijk
heid kunnen middelen met een
rugspuit aangebracht worden. Hier
voor zijn toegelaten Barricade vloei
baar (cypermethrin), K-Othrine
vliegendood (deltamethrin 2,5%),
Denka Veeluismiddel, Veelex Vee-
luismiddel en Veecide (alle drie op ba
sis van methoxychloor), Pabanex MO
en Stomoxin 20% MO (beide op ba
sis van permethrin).
P.S. Er zijn goede middelen en mo
gelijkheden om zomerwrang te voor
komen. Pas de middelen goed en
zorgvuldig toe. Gebruik de juiste do
sering en volg de aanwijzingen op het
etiket.
A. Oosterwoud,
C.R. Friesland
Het melkquotum zal in de meeste ge
vallen geen rol spelen voor de vermo
gensbelasting. Staatssekretaris
Koning heeft dit vorige week laten
weten in een gesprek met het dagelijks
bestuur van het Landbouwschap. Er
komt nog deze maand een aanschrij
ving naar de belastinginspekteurs om
het quotum te belasten naar boek
waarde. Deze boekwaarde is nihil als
de melkveehouder het quotum op
grond van de Beschikking superhef
fing heeft toegewezen gekregen. Al
leen aangekochte quota zullen onder
de vermogensbelasting vallen.
Wat de inkomstenbelasting betreft
wees de staatssekretaris op de moge
lijkheid om bij overdrachten van het
quotum als onderdel van een bedrijfs
overname in familieverband de fiskale
faciliteit van de geruisloze doorschui
ving te gebruiken. Belastingheffing
blijft dan achterwege. De bewinds
man bevestigde een eerdere toezeg
ging dat er ook geen omzetbelasting
wordt geheven als de bij een quotum-
transaktie betrokken veehouders on
der de landbouwregeling vallen.
Staatssekretaris Koning heeft het
Landbouwschap een studie toegezegd
naar de mogelijkheid om melkvee
houders die van de opkoopregeling
gebruik maken een bijzondere fiska
le behandeling te bieden. Voorzitter
Varekamp pleitte ervoor om transak-
ties in het kader van de opkooprege
ling niet - of in elk geval volgens een
bijzonder tarief van 20 procent te be
lasten.
Koning toonde zich niet bereid om het
schrappen van de WIR-premie op ge-
bruiksvee weer ter diskussie te stellen.
Voorzitter Varekamp kondigde aan
dat hij alle wettige middelen zal be
nutten om deze maatregel ongedaan
te maken.
De melk neemt onder de mense
lijke voedingsmiddelen een be
langrijke plaats in. Van al onze
voedingsmiddelen staat ze het
dichtst bij een volledig voedsel. De
melk immers is van nature
bestemd om als enig voedsel voor
de jonge dieren te dienen en moet
dus alle stoffen bevatten die voor
leven en groei nodig zijn. Maar de
melk bederft snel.
De primitieve mens vond wel me
thodes om de melk of bestandde
len ervan lange tijd te bewaren
zonder dat er volledig bederf in
trad. Dit betrof de bereiding van
zure melkprodukten, kaas en bo
ter. Vroeger had men voor het be
waren van boter een eigentijdse
oplossing.
In de oude tijd werd de boter dik
wijls direkt na de bereiding
gesmolten en werd het botervet be
waard. Hoogstwaarschijnlijk
smolten ook onze Germaanse
voorouders hun boter uit. Deze
bereiding van botervet heeft zich
in sommige streken b.v. in Zuid-
Duitsland en Zwitserland tot in de
tegenwoordige tijd (1949) ge
handhaafd.
Ook botervet is niet onbeperkt
duurzaam. Teneinde de duur
zaamheid te verhogen werd het vet
dikwijls begraven, het liefst in
veengrond. In Ierland gebeurde
dit nog tot aan de vorige eeuw.
Ook in India begroef men boter
vet en rijkdom werd er wel beoor
deeld naar de hoeveelheid botervet
die men in voorraad had. Men had
het vet liever naarmate het langer
begraven was geweest. Goed vet
moest ten minste tien jaren oud
zijn. Dit botervet zal zeker een
scherpe smaak hebben gehad. De
kleur werd rood of grijs tot zwart.
De smaak van de mens is vroeger
zeker anders geweest dan tegen
woordig.
Het vorenstaande selekteerden we
uit een rede uitgesproken bij de
aanvaarding van het ambt van
Hoogleraar aan de Landbouw
Hogeschool te Wageningen op 21
juni 1949 door Dr. H. Mulder. In
vroegere tijden wist men met de
naar onze begrippen gebrekkige
hulpmiddelen van toen toch oplos
singen te vinden voor het opslaan
van voorraden. De aangehaalde
boterbewaring is er een voorbeeld
van.
J.H. Lantinga
Vrijdag 19 juni 1987
17