Landbouwjournalisten uit 25 landen bijeen
Droogbloementeelt slaat aan in Drente
Konferentieweek IFAJ in de Midlands
Een honderdzestigtal landbouwjournalisten uit 25 landen bracht een
IFAJ-kongresweek door onder de rook van Birmingham in de Engel
se Midlands.
Jaarlijks treft men elkaar beurtelings in de verschillende thuislanden.
Dit jaar was "Congress Britain" het 31ste in de rij. Volgend jaar is
Australië aan de beurt, gevolgd door respektievelijk Zwitserland en
Zweden. Voor 1991 is ons land geboekt, waarna de USA komt. Het
eerste kongres in Nederland van de International Federation of Agri
cultural Journalists was te Scheveningen in 1966.
Een van de vier twee-daagse exkursies
ging naar Wales. Begunstigd door
mooi voorjaarsweer was de ken
nismaking met dit westelijke stuk van
Groot Brittannië bijzonder plezierig
en interessant.
Meer dan 90 procent van alle grond
in Wales is in gebruik als landbouw
grond of er staat bos op, in totaal 2,1
miljoen ha. De gemiddelde bedrijfs-
grootte is er kleiner dan in Engeland.
Ongeveer 30.000 boerderijen hebben
30 tot 100 ha. in gebruik. Maar 341
boerderijen zijn groter dan 200 ha.
Hierbij moet in aanmerking worden
genomen dat Wales erg heuvelig en
soms bijna bergachtig is, met hoog
ten tot wel 1000 meter. Alleen langs
de kust is vlak land te vinden en daar
wordt melkvee gehouden. In de heu
vels loopt mestvee en een geweldig
groot aantal schapen.
Ons eerste bezoek gold het bedrijf van
mevrouw Avril Evans. Samen met
haar man startte zij een pluimveebe-
drijf. In 1972 begon ze met het beken
de Engelse slachtveeras Hereford en
stapte al spoedig over op het ont-
hoornde Canadese Charolais mestvee,
Canadian Polles Charolais. Het was
de eerste invoer in Groot Brittannië
van dit van origine Franse vleesras.
De Canadese fokrichting is minder
robuust. Na het overlijden van haar
man zette mevrouw Evans het bedrijf
voort. De grootte is nu 260 ha. Het
aantal stuks grootvee is 200, waarbij
nog 15 Herefords. Er wordt veel ge
bruik gemaakt van embryo
transplantatie. Fokschapen zijn er 350
stuks, meest van de rassen Welsh Mu
les en Black Faced Leicester. Op 150
ha wordt nu wintergerst en wintertar
we verbouwd. Vanaf twee wagens,
met pakken stro als zitplaats, werd
een rondgang over de landerijen
gemaakt.
Schapen en bos
's Middags werd Bronydd Mawr
Farm bezocht een onderzoeksinstituut
van Welsh Plant Breeding Station en
Scottish Hill Farm Research Orga
nisation. De oppervlakte is 260 ha en
de hoogteligging schommelt tussen
250 en 400 meter boven zeeniveau.
Het regent er bijna twee keer zoveel
als in ons land, 1400 mm per jaar. De
produktieverbetering van het heuvel
land wordt beschouwd als een der
grootste onderzoeksuccessen van de
Britse landbouw, in het bijzonder in
Wales. Daar is meer dan de helft van
het heuvel grasland opnieuw inge
zaaid, met als gevolg dat het aantal
schapen zich snel uitbreidde.
Op elke ha. landbouwgrond in Wa
les lopen gemiddeld vier schapen; die
bezetting wordt de hoogste ter wereld
genoemd, Nieuw Zeeland inbegrepen.
Doorgaan op deze wijze wordt niet
meer verantwoord geacht. In een
landbouwblad zagen wij al de vraag
gesteld: krijgen wij ook een schapen
quotering? In Wales bepleit men
daarom meer aandacht voor de vlees
kwaliteit en verlaging van de produk-
tiekosten. Het onderzoekswerk spitst
zich nu sterk toe op een kombinatie
van bosbouw en schapenhouderij:
grasmat, afstand tussen en soort van
de bomen, welke schapenrassen, enz.
Men noemt deze kombinatie van
schapen en bos "agraforesty".
De volgende morgen leidde de exkur-
sie naar de Royal Welsh Showground,
bij Llanel wedd, een tentoonstellings-
komplex waar jaarlijks de grote Royal
Welsh Show wordt gehouden, dit jaar
op 20 tot en met 23 juli. Getoond wer
den er de variatie onder de bekende
Welshpony's, enkele rundveerassen
waaronder de Welsh Black Cattle en
een dertiental schapenrassen, waaron
der de opvallende Welsh schapen met
zwarte kop en het vier-hoornige ras,
het Jacob schaap. Dat laatste ras
dankt zijn naam aan het oud
testamentische verhaal dat aartsvader
Jacob zijn zoon Isaak moest offeren
maar op het laatste moment daarvoor
in de plaats een ram uit de struiken-
kon nemen, die daar met zijn horens
in vast zat. De demonstraties werden
besloten met de "show" van de
wereldkampioen-schaapscheerder
John Ivor Davies. Hij haalde in hoog
tempo enkele schapen uit de wol en
had daarvoor minder dan 1,5 minuut
per schaap nodig.
's Middags brachten wij een bezoek
aan de vakantie-boerderij. Three
Wells Farm van Ron en Margaret
Bufton. Twintig jaar geleden begon
nen ze op eenvoudige wijze met "bed
en breakfast". Nu hebben ze door
aanbouw en verbouw, vakantie-
In Wales lopen op elke ha landbouwgrond gemiddeld 4 schapen, dat is de
hoogste bezetting ter wereld.
akkommodatie met badkamers enzo
voort, voor 30 gasten. De veestapel
omvat, mestvee (Welsh Black), scha
pen, pony's en pluimvee. De boerde
rij is bijzonder fraai landelijk gelegen
met onder andere viswater. Het toe
risme is de tweede ekonomische poot
van Wales. Menig boerengezin pro
beert daar een graantje van mee te
pikken. De vraag dringt zich echter
wel op of een akkommodatie voor 30
personen en gelegenheid voor dineren
niet te veel doorslaat naar het profes
sionele. Voorlopig weten veel gasten
van heinde en ver dit soort vakantie
boerderijen goed te vinden.
De donderdag was gereserveerd voor
een bezoek aan de tweedaagse inter
nationale graslanddemonstratie WKF
Grassland '87 op de Showground bij
Stoneleigh. Een uniek en veel omvat
tend gebeuren dat eens in de drie jaar
wordt gehouden. Naast een gemeen
schappelijk demonstratieterrein liggen
stukken land waarop elke firma een
eigen terrein ter beschikking heeft
voor haar werktuigendemonstraties.
Voor ons nieuw was het persen van
het pas gemaaide gras in grote rollen
van zes ton, bij elkaar gebonden met
touw of gaas. Een ander werktuig
wond plastik rond de grasrol die daar
door geheel luchtdicht werd ingepakt.
Het verhaal was dat het gras blijft wat
het is. De komende winter kunnen de
rollen gras van een wagen af worden
afgedraaid en dan moet er vers gras
voor de koeien liggen.
Koninklijke boerderijen
De laatste dag werd het koninklijke
landgoed bij het paleis van Windsor
bezocht. Een prachtig mooi aangelegd
park met een opvallende beplanting.
Veel vrijstaande bomen die zich ge
heel naar eigen aard ontplooiden, en
boeiende boompartijen. Er zijn twee
koninklijke boerderijen, de een met
150 stuks roodbonte Ayreshires, de
ander met 150 stuks Jersey koeien. De
bedrijfsleiders doen hun best goed uit
te komen met de bedrijfsresultaten.
Maar ze hebben ook te maken met de
melkquotering. De melkquota zijn in
Engeland niet grondgebonden en er
is gewoon handel voor. Vorig jaar
kochten de Royal Farms quota voor
een hoeveelheid melk van 200.000 li
ter. De marktprijs voor een liter quo
tum schommelt rond de gulden.
A.B.
Ruim tien jaar geleden werd in het Drentse Smilde gestart met de teelt
van droogbloemen op enkele akkerbouwbedrijven. Drie jaar later
was deze teelt uitgegroeid tot rond twintig hektare op zestien bedrij
ven. De ontwikkelingen zijn in de loop der jaren doorgegaan en in
middels staan ca. 65 bedrijven ongeveer 110 hektare vol met droog
bloemen. De kombinatie van akker- en tuinbouw in de buurt van de te
levisietoren van Smilde is door veel inzet en doorzettingsvermogen
tot stand gekomen, al blijft het de vraag hoeveel de markt van droog
bloemen kan hebben.
Die vraag is relevant in een periode
dat de vooruitzichten voor de akker
bouwers tamelijk somber zijn en
Brussel niet alleen voor de granen en
eiwithoudende produkten, maar ook
voor andere akkerbouwprodukten
prijsverlagingen in het vooruitzicht
heeft gesteld. Velen zoeken naar al
ternatieven. De teelt van droogbloe
men kan er een zijn, al is een waar
schuwing zeker op zijn plaats. Want
ook deze teelt is een vak apart.
Een gemiddeld akkerbouwbedrijf in
het droogbloemengebied heeft een
hektare bloemen. De teelt is bijzon
der arbeidsintensief: de arbeidsbe-
hoefte varieert van 1.000 tot 1.100
uur per hektare. Aan die ene hektare
heeft het gemiddelde bedrijf ook
zijn handen vol, al zijn er bedrijven
met een grotere teeltoppervlakte.
Van deze ondernemers wordt een be
langrijk stuk management gevraagd.
De organisatie van het oogstwerk
vraagt veel aandacht omdat in die
periode veel ekstra krachten nodig
zijn. Onderschatting hiervan levert
in de praktijk grote problemen op.
In tegenstelling tot het omliggende
akkerbouw- en veehouderijgebeuren
is er in de droogbloementeelt nog
niet zoveel gemechaniseerd, al zijn
er wel enige nieuwe ontwikkelingen
tot stand gekomen. Zo wordt op veel
percelen een vijfrijige zaaimachine
gebruikt. Omdat er op bedden wordt
geteeld, zijn er betere mogelijkheden
voor het mechanisch schoffelen.
Toch blijven de werkzaamheden bij
de oogst en ook het wieden veelal
handwerk.
Het 'Juffertje in het groen' past qua
teelt prima in het bouwplan van de
boer. De vroegste eenjarigen worden
eind maart onder geperforeerde folie
gezaaid. De rest wordt voornamelijk
in april-mei gezaaid. Zo is dit een
mogelijkheid om de arbeid- en
oogstpiek iets te verlagen. Voor het
zaaibed-klaarmaken wordt een
ploeg en vorenpakker of een spit-
frees gebruikt. Na de grondbewer
king wordt direkt gezaaid. De grond
is dan vochtig, wat van belang is
voor het vlot kiemen van de zaden.
Het is belangrijk dat het zaad een
goed kontakt krijgt met de boven
laag. De grond in dit gebied is ge
schikt, namelijk arme en goed door
latende zandgrond.
Stuiven
Op sommige percelen, voornamelijk
de zandkoppen wordt na het zaaien
slib aangebracht. Dit om het stuiven
tegen te gaan. De teeltduur van dit
breed assortiment is circa drie maan
den, afhankelijk van het soort
bloem dat wordt verbouwd. Het juf
fertje in het groen is een 'sikkel-
bloem', die hooguit binnen een week
wordt geoogst. Soms wordt een op
pervlakte van 14 are in één dag voor
de voet op geoogst. Op zo'n moment
is het 'alle hens aan dek'.
Naast het juffertje in het groen als
eenjarig gewas is er ook een assorti
ment vaste planten, die als droog
bloemen worden gebruikt. Siergras-
De werkzaamheden bij de oogst, en ook het wieden, blijven veelal
handwerk. Er kan wel mechanisch worden geschoffeld, het zaaien
gebeurt op veel percelen met een vijfrijige zaaimachine.
In het Drentse Smilde wordt op ca. 65 bedrijven in totaal 110 ha
droogbloemen geteeld.
sen, haver zijn een leuke aanvulling
op het droogbloemenboeket. De ge
oogste bossen worden met trekker
en wagen van het land gereden en
naar de drogerij gebracht. Hier wor
den de bossen gesorteerd en
gekeurd.
Vervolgens worden circa 500 bossen
op één droogkar gehangen en in de
droogcel geplaatst, waar ze bij een
temperatuur van 48°C-60°C wor
den gedroogd. Het aantal uren in
de droogcel varieert van circa 48 tot
60 uur. Dit is afhankelijk van o.a. de
weersomstandigheden tijdens de
oogst, de soort bloem en dikte van
de bos en het totale aantal bossen in
de cel. Zo moet een strobloem (Heli-
chrysum) langer gedroogd worden
dan een Acrolinium.
De kwaliteit voor het eindprodukt
vraagt grote aandacht. Het is zeker
van belang voor teler en droger dat
de afstand van het veld naar de dro
gerij zo kort mogelijk wordt ge
houden.
Net zoals bij bieten en aardappelen,
het cysteaaltje schade veroorzaakt,
is er op deze lichte zand- en dalgron
den ook een aaltje dat schade ver
oorzaakt bij de eenjarige gewassen.
Het noordelijke wortelknobbelaaltje
begint een grotere rol te spelen.
Planten in een jong stadium worden
aangetast. Een grondontsmetting of
een vruchtwisseling van eenzaadlob-
bigen blijkt noodzakelijk te zijn.
Op het gebied van onkruid en ziekte
bestrijding is in de loop van de jaren
veel onderzoek verricht. Door de
grote inzet van J. Hoogstrate, ge
wasbeschermingsspecialist bij het
CAT te Assen kunnen er gerichte ad
viezen worden gegeven. Als een
bloemenveld grenst aan een aardap
pelveld moet men uitkijken bij het
gebruik van bestrijdingsmiddelen.
Door het overwaaien kan schade
ontstaan in de bloemen.
Vooruitzichten
Het aantal droogbloemtelers is nu
zodanig dat er onderling veel infor
matie uitgewisseld kan worden.
Mijn aanstelling als teeltbegeleidster
geeft dit ook aan. Regelmatig vinden
er voorlichtingsaktiviteiten plaats,
gericht op een verdere uitwisseling
van ervaringen en informatie. Infor
matie, die deels beschikbaar komt
uit onderzoek, dat door de telers zelf
verricht wordt.
H.J. Huisman,
Stichting tot bevordering bloemen
teelt Smilde e.o.
12
Vrijdag 5 juni 1987