'Men moet geen misbruik maken van
ons gevoel voor verantwoordelijkheid"
c
Landbouwschap akkoord met
uitwerking EG-premie rundvlees
Huib van der Maas:
KNBTB kiest voor
marktgericht beleid
KNLC- Commissie Akkerbouw: bij
aardappelteelt moet grondontsmetting
mogelijk blijven!
Kén van mijn eigenschappen is zaken wel eens zo zwart-wit mogelijk
Ce stellen. Het komt de duidelijkheid ten goede, zegt Huib van der
Maas. Hij neemt ook geen blad voor de mond. Maar hij is bereid te
luisteren en zonodig zijn mening te nuanceren.
Onze eerste kennismaking dateert uit 1974, het jaar van de grote trek
kerblokkades en de massale demonstratie in het Utrechtse voetbalsta
dion Galgenwaard. Vanuit het zuidwesten trad Huib van der Maas
naar voren als fel verdediger van de akkerbouwers. Hij deed dat op
zijn eigen wijze, dus in zwart-wit beelden. Dertien jaar later is de ak-
tievoerder van toen voorzitter van de Zuidelijke Landbouw Maatschap
pij ZLM, opvolger van Doeleman en maakt hij deel uit van het
hoofdbestuur van het KNLC. Hij is nu 48 jaar, praat bedachtzamer
dan destijds, maar is nog altijd even strijdlustig. Hij laat zich niet aan
de kant schuiven.
ZLM-voorzitter H.C. van der
Maas staat positief tegenover een
nauwe samenwerking tus&n de
bladen van de standsorganisaties.
Deelname door de ZLM aan een
gemeenschappelijk projekt is wel
afhankelijk van de mogelijkheden
om de identiteit van de ZLM-
organisatie'via het eigen blad te
handhaven. "Het blad is
kommunikatie- en bindmiddel tus
sen leden en organisatie. Dat moet
optimaal funktioneren. De her
kenning moet blijven. Eigenlijk
komt dat er op neer dat het bui
tenblad van de ZLM zal moeten
blijven en een deel van de binnen
bladen eveneens. Wij hechten er
aan dat voorzitter en sekretaris
hun kommentaren kwijt kunnen
op de voorpagina", zegt Van der
Maas. Voorstander is hij van het
opzetten van een soort CLO-
persbureau of centrale redaktie.
"Dat hoeft geen totaal vrijblijven
de zaak te zijn. Wij moeten een zo
groot mogelijke efficiency be
trachten en zeker geen dingen dub
bel doen".
Wij hebben meer tijd nodig
De boerenakties in de zeventiger ja
ren kwamen voort uit gevoelsmatige
overwegingen. Er was sprake van wel
vaartsgroei in ons land, maar door in
flatie, kostenstijging en
achterblijvende prijzen voelden boer
en tuinder dat zij niet deelden in die
welvaart. Dat leverde frustraties op.
"Nu is dat minder. En tóch staan wij
er veel slechter voor dan dertien jaar
geleden, zowel financieel als ook wat
betreft de vooruitzichten", zegt Van
der Maas. Hij wijdt dat aan het alge
hele gevoelen dat iedereen moet inle
veren. "De landbouw zit midden in
een aanpassingsproces. Een situatie
die de industrie al heeft doorgemaakt.
De boeren zien dat ook".
"Men moet echter geen misbruik ma
ken van ons verantwoordelijkheidsge
voel. Zoals de voorstellen van de
Europese Commissie er nu liggen, dat
kan natuurlijk niet. De Europese boe-
renfederatie COPA gordt zich aan en
ik ben bereid daar voluit aan mee te
doen. In Brussel en Den Haag moet
men beseffen dat wij tijd nodig heb
ben om ons aan de nieuwe situatie aan
te passen. Wij hebben meer tijd no
dig dan men ons nu gunt. De krisis
moet niet nodeloos erger gemaakt
worden. Om die reden zullen wij ons
ongenoegen moeten uiten. Hoe? Ik
denk door regionale demonstratieve
bijeenkomsten te organiseren. Grote
manifestaties houden, dat is een goe
de manier van aktievoeren". Aldus
Van der Maas, die ook bestuurlijke
akties zinvol vindt.
Zakelijke overeenkomst
Huib van der Maas is geboren en ge
togen op Noord-Beveland. Hij is ge
trouwd met Betsy van Fraayenhove,
afkomstig uit Zeeuws-Vlaanderen.
Het echtpaar heeft twee studerende
kinderen. Het gezin Van der Maas
woont in Kats, vlakbij de imponeren
de Zeelandbrug over de Ooster-
schelde.
Samen met zijn jongere broer runt hij
een akkerbouwbedrijf. "Wij hebben
een puur zakelijke overeenkomst. Met
vader is de bedrijfsopvolging destijds
goed geregeld: de broers zijn niet aan
elkaar gebonden", aldus Van der
Maas. Toen het voorzittersschap van
de ZLM in zicht kwam zijn er nieu
we afspraken gemaakt, want deze
funktie en alle daaruit voortvloeien
de werkzaamheden vraagt de hele
man.
Het bouwplan is de afgelopen jaren
geleidelijk aan gewijzigd. Het graan
areaal is van veertig procent terugge
bracht naar vijfentwintig procent en
ook het bietenareaal naar een vijfde
in het bouwplan. Een kwart wordt nu
bebouwd met konsumptie-
aardappelen (Rode Pipo, een ras met
goede afzetmogelijkheden in Enge
land). De groep "diversen" is steeds
belangrijker geworden met zaaierw-
ten, lucerne en graszaad.
Voor Betsy van der Maas is de
bestuurlijke carrière van haar man
geen belemmering om haar eigen weg
te gaan. Zij is bezig het ouderlijk ak
kerbouwbedrijf aan de overkant van
de Westerschelde over te nemen en te
exploiteren. Zij zou graag zien dat de
vaste oeververbinding met Zeeuws-
Vlaanderen zo snel mogelijk wordt
gerealiseerd. Om haar landbouwkun
dige kennis bij te spijkeren volgt zij
de Middelbare Agrarische School
voor Volwassenen. Zodoende wordt
in huize Van der Maas op het ogen
blik met veel kennis van zaken over
bemestings- en gewasbeschermings
schema's gesproken.
Verpaupering tegengaan
Hij neemt er even de tijd voor om na
te denken over het antwoord op mijn
vraag wat zijn grootste zorg nu is als
boerenvoorman. "Mijn grootste
zorg, vooral gevoelsmatig, is dat de
boer in een isolement raakt, in een
maatschappelij ke uitzonderingsposi
tie. Agrarisch ondernemer zijn en blij
ven vraagt tegenwoordig verschrikke
lijk veel van onze mensen.
Daar richten zij al hun aandacht op.
Als groep maken boeren en tuinders
echter een steeds kleiner wordend deel
uit van de beroepsbevolking. Uit ge
makzucht hecht de maatschappij
steeds minder waarde aan de voedsel-
produktie in eigen land. Zo wordt de
positie van de agrarische stand als
Donderdag 9 'april j.l. kwam de
KNLC-commissie Akkerbouw bijeen.
Vele onderwerpen passeerden de
revue.
Door de strenge vorst is nogal wat
schade toegebracht aan verschillende
gewassen, met name de wintergranen,
graszaad en koolzaad. Plaatselijk zijn
ook te vroeg gezaaide erwten kapot
gevroren. Er is ook schade door
ganzen.
De KNLC-commissie Akkerbouw
vindt het belangrijk dat de evaluatie
van het bewaakt mengprijssysteem
voor suiker tijdig plaatsvindt, zodat
de telers tijdig weten waar ze aan toe
zijn in verband met het bepalen van
het bouwplan.
De commissie Akkerbouw zou graag
zien dat ook de individuele teler de
mogelijkheid van doorschuiven van
een hoeveelheid C-suiker krijgt. Als
gevolg van de onzekere opbrengsten
per hektare en de verschillende per
ceelsgrootten is het voor de individue
le teler onmogelijk om precies zijn
toegewezen quotum vol te produce
ren. Omdat de meeste telers liever iets
meer dan hun quotum produceren
dan minder, wordt hierdoor de pro-
duktie ieder jaar gestimuleerd.
De overheid wil de Rijkslandbouw
voorlichting (deels) privatiseren. Dit
betreft met name de kategorie voor
lichters die rechtstreeks voorlichting
geven aan de agrarische bedrijven
(eerstelijnsvoorlichting).
De commissie Akkerbouw vindt dat
eerst de struktuur, de voorlichtings-
en personeelsbehoefte bekend moet
zijn, alvorens het bedrijfsleven een
overeenkomst gaat slui(en met de
overheid en de bij de funkties beho
rende personen worden over
genomen.
Bij de verdere invulling moet rekening
worden gehouden met de sektorale en
regionale verschillen. Speciale aan
dacht wordt hierbij gevraagd voor die
Huib van der Maas
kern van de samenleving ondergra
ven. Dat raakt de boerentrots. Als ge
volg daarvan vrees ik voor groeiend
fatalisme".
Volgens Van der Maas kan dat uitein
delijk leiden tot een stagnatie van de
ontwikkeling in land- en tuinbouw
met als resultaat een verpaupering van
het platteland. Hij ziet het als een be
langrijke opgave voor de organisaties
daar tegen te vechten. "Dat zullen wij
richting Den Haag goed duidelijk
moeten maken".
Nieuwe organisatie-opbouw
Huib van der Maas heeft vóór hij
boer werd, via een uitwisselingspro
gramma een jaar in de Verenigde Sta
ten gewerkt, een paar maanden in
India en in Egypte. "Geweldige erva
ringen", als hij terugblikt. Bestuur-
regio's, waar relatief zeer weinig ak
kerbouw is. De diskussie over het al
of niet overnemen van de voorlichting
kan zich niet beperken tot alleen de
bedrijfsvoorlichters. Dan zou men
immers alleen zeggenschap krijgen
over een onderdeel van de voorlich
ting, terwijl dit onderdeel tegelijker
tijd hiërarchisch weer zou vallen
onder overheidsfunktionarissen.
AM beleid
De diskussie met de overheid over de
aanpassing van het AM-beleid is
gestart. De mogelijkheden van re
sistente rassen en grondontsmetting
staan centraal in deze diskussie. De
Akkerbouwcommissie benadrukt
nogmaals dat een bouwplan geba
seerd op het afwisselend telen van de
vatbare en resistente rassen leidt tot
de ontwikkeling van hogere biotypen
en dus geen oplossing biedt. De prak
tijk heeft dit bewezen. Daarnaast
wordt nogmaals gewezen op de eko-
nomische konsequenties, wanneer een
aanzienlijk deel van het ras Bintje ver
vangen moet worden. Grondontsmet
ting moet mogelijk blijven, wanneer
besmetting is gekonstateerd. Bij de
verdere uitwerking van de voorstellen
van het bedrijfsleven wordt aandacht
besteed aan het verplichte grond-
monsteronderzoek en de sankties
voor bepaalde teelten op besmette
percelen.
De Akkerbouwcommissie blijft plei
ten voor het in het kader van het
Phoma-beleid wederom invoeren van
de O-norm voor het binnenland/Be
nelux. Tevens zou Phoma voor het
binnenland/Benelux moéten worden
beschouwd als een quarantaine-ziekte
en voor het buitenland als een kwali
teitsziekte. De overheid schijnt hier
over terughoudend te zijn. Wanneer
het bedrijfsleven het hierover eens is
moet dit toch kunnen?
Gezien de problemen met betrekking
lijk is hij aktief geweest in de
plattelandsjongerenorganisatie, als
provinciaal voorzitter en dagelijks
bestuurslid van de PJGN. In 1975 is
hij tot kringvoorzitter van Noord-
Beveland gekozen en sindsdien is hij
hoofdbestuurslid van de Zuidelijke
Landbouw Mij. Later komt daar on
der andere het lidmaatschap van de
hoofdafdeling Akkerbouw van het
Landbouwschap bij en Hoofdpro-
duktschap Akkerbouwprodukten.
Niet alleen voor de standsorganisatie,
maar ook voor de koöperatie heeft
Van der Maas zich ingezet. Tot fe
bruari jl. is hij bestuurslid geweest van
de aan- en verkoopkoöperatie
Cebeco-Zuid-West.
Vanuit zijn bestuurlijke ervaring stelt
Van der Maas dat standsorganisaties
en koöperaties meer samen moeten
optrekken. "De koöperaties zouden
zich in het algemeen wat meer bewust
moeten zijn van landbouwpolitieke si
tuaties. In ieder geval moeten orga
nisaties en koöperaties in hetzelfde
spoor op trekken".
Van der Maas beaamt de noodzaak
dat de landbouworganisaties meer
dan tot nu toe de bereidheid moeten
hebben met gezamenlijke standpun
ten te komen: "Anders zouden de
koöperaties vanwege de voortgaande
koncentratie weieens zoveel invloed
kunnen krijgen, dat wij als organisa
ties niet meer aan de bak komen".
Vandaag de dag is de politieke invloed
evenzeer onmisbaar om doeltreffend
de agrarische belangen te verdedigen.
"Ik denk dat wij als KNLC best eens
naar het zuiden van ons land mogen
kijken. Wij kunnen lering trekken uit
de samenbundeling van belangen
daar", zegt Van der Maas, eraan toe
voegend: "Ik ben niet zo voor
machtstrukturen en pyramidevormi-
ge organisaties. Maar om pragmati
sche reden zullen wij ons als KNLC
binnenkort ernstig moeten beraden
over de organisatorische opbouw. Ik
denk dat wij zowel grotere interpro
vinciale organisaties moeten maken,
als ook het centrale beleid meer
tot koprot in uien is er duidelijk be
hoefte aan een verordening ter voor
koming van afvalhopen.
Omdat landelijk zo'n verordening
nog niet haalbaar lijkt, staat de com
missie niet afwijzend tegenover pro
vinciale initiatieven. Rhizomanie bij
bieten begint ook steeds een groter
probleem te vormen. Er is behoefte
aan duidelijkheid voor iedereen wel
ke percelen nu wel en welke niet
besmet zijn.
gestalte moeten geven. Wij zullen het
KNLC wat meer centraal gezag moe
ten geven".
Nu is het vaak zo dat als provinciale
organisaties hun standpunt hebben in
gebracht in de federatie, zij zich ver
der weinig gelegen laten liggen aan de
anderen. In de huidige omstandighe
den kan dat niet meer. Als ZLM heb
ben wij ons ook altijd heel duidelijk
geprofileerd. Daar ben ik in opge
groeid. Maar wij zullen nu meer ge
zamenlijke standpunten moeten
proberen te bepalen met onze zuster
organisaties. Aldus Van der Maas,
die zich ervan bewust is dat zijn ach
terban de wenkbrauwen wel zal fron
sen als hun voorzitter dit zo zegt. "Ik
zie het als mijn verantwoordelijkheid
uit te leggen dat het tóch die kant uit
moet", zegt Huib van der Maas met
stelligheid.
Bartele A. Bokma
Gewoonlijk behoeven standpunten
niet herhaald te worden. Echter ge
zien de opstelling van onze Minister
bij de Europese prijsonderhandelin-
gen moet het nog maar weer eens dui
delijk gezegd worden. De door de
Europese Commissie voorgestelde
prijzen en maatregelen betekenen een
aanslag op de portemonnee van de
akkerbouwer en zijn daarom onaan
vaardbaar.
Het Landbouwschap gaat in grote
lijnen akkoord met de manier waar
op de EG-premie voor rundvleespro
ducenten in Nederland wordt uitge
werkt. Het schap konstateert echter
dat de premie geen reeële tegemoet
koming biedt voor gespecialiseerde
rundvleesproducenten. Door het
ontbreken van een minimumgrens
wordt bovendien de vleesproduktie
op niet gespecialiseerde bedrijven
gestimuleerd. In een brief aan minis
ter Braks wijst het Landbouwschap
op een aantal punten die bij de uit
voering van de regeling nog ondui
delijk zijn.
Bij de slacht van een dier moet tege
lijkertijd een aanvraagformulier
worden afgegeven. Het Landbouw
schap is van mening dat er spoedig
duidelijkheid moet komen over de
vraag wie verantwoordelijk is voor
de afhandeling van dit formulier. De
rundvleesproducent is alleen verant
woordelijk voor het formulier totdat
het dier geslacht wordt. Het Land
bouwschap wil tevens dat duidelijk
wordt omschreven hoelang het duurt
voordat een producent antwoord
krijgt op de aanvraag voor de pre
mie. Dit geldt ook voor de manier
waarop dit kenbaar wordt gemaakt.
Dieren waarvoor een premie is aan
gevraagd moeten tot het moment
van slachten geïndentificeerd en ge
registreerd zijn middels oormerken.
De mogelijkheid moet geboden wor
den om nieuwe oormerken uit te rei
ken als deze verloren gaan in het
produktieproces. Bij de uitvoering
van de regeling voor de EG-premie is
voorlichting op korte termijn naar
de producent van belang, aldus het
Landbouwschap.
De vier gewestelijke landbouworgani
saties die samenwerken in de Katho
lieke Nederlandse Boeren- en
Tuindersbond hebben zich uitgespro
ken vooreen marktgericht landbouw
beleid. Deze keuze, die overigens
gebonden is aan bepaalde voorwaar
den, werd gedaan tijdens een bijeen
komst in KNBTB-verband op
maandag 6 april 1987.
Bij de te nemen maatregelen in het ka
der van een marktgericht beleid dient
het inkomen op het individueel agra
risch bedrijf voorop te staan. Vervol
gens zal de werkgelegenheid - min of
meer als een afgeleide - toetssteen
voor het beleid zijn.
Het voorgestane marktgerichte beleid
houdt geen of nauwelijks verandering
in voor de zgn. vrije en de lichte,
marktordeningsprodukten.
Voor de zware marktordeningspro
dukten, die beschermd worden door
een vergaande Europese markt- en
prijspolitiek, zal in geleidelijkheid een
marktgericht beleid gekozen moeten
worden.
4
Vrijdag 17 april 1987