Ook zonder overschotten
milieubeleid noodzakelijk
Mr. H. Wolff, Landbouwschap:
Bepaalde categorieën ondernemers kunnen
volstaan met vereenvoudigde
mest boek houding Verplaatsingsbesluit
Bij melding uitgevoerde grondontsmetting voor
aardappelteelt altijd kopie kadastrale kaart
meezenden
Pootgoed staat aan de liasis van een
gezond en vlotgroeiend gewas aard
appelen. Door het pootgoed bij ont
vangst te kontroleren kunnen latere
tegenvallers voorkomen worden. Bij
de kontrole van het pootgoed moet
men uitgaan van de normen die de
NAK hanteert.
De NAK gaat bij de keuring uit van
het maksimum toegestane knollen
met ziekten en gebreken per 50 kg
aardappelen. Onder ziekten en ge
breken vallen o.a. zwarte harten,
vreterij, beschadigingen,
draadspruiten, vorstschade, groei-
scheuren, misvormingen, enz. In de
bijgaande tabel staan de toegestane
ziekten en gebreken bij aangetaste
knollen per 50 kg aardappelen.
Naast ziekten en gebreken is het zin
vol te letten op:
De schurftaantasting wordt beoor
deeld aan de hand van foto's (P.D.-
schurftschaal). Voor de klassen E, A
en B geldt een maksimum van schaal
2VL. Voor de klasse C geldt een mak
simum van schaal 3.
Omschrijving schurftschaal 2Vz: Bij
na alle knollen zijn enigszins door
schurft aangetast; per knol komen 5
a 10 ondiepe pokken voor, die soms
aaneengegroeid zijn tot een grotere
plek. De totale aantasting per knol
mag niet meer dan ongeveer 1/8 van
het knoloppervlak bedragen.
Omschrijving schurftschaal 3: Vrij
wel alle knollen zijn door schurft
aangetast. Per knol komen 10-15 on
diepe pokken voor, die soms aan
eengegroeid zijn tot een grotere
plek. De totale aantasting per knol
mag maksimaal ca. 1/6 deel van het
knoloppervlak bedragen.
Zilverschurft is te herkennen aan de
zilverachtige plekken op de schil. In
de partij mogen geen knollen voor
komen, die slap of sterk gerimpeld
zijn als gevolg van een aantasting
door deze schimmel.
Bij de kontrole op Rhizoctonia wor
den ongewassen aardappelen beoor
deeld. Als grens van goedkeuring
geldt dat in de klassen E, A, B en C
niet meer dan 25% van de knollen
licht met sclerotiën is bezet.
Maksimaal is in de partij 6% druk
plekken toegestaan. Alleen druk
plekken met een doorsnede groter
dan 1 Vi cm en die bij het doorsnij
den blauwkleuring onder de schil
vertonen worden als gebrek aange
rekend.
In de klassen E, A en B mogen mak
simaal 4matig glazige knollen
voorkomen. In de klasse C mag
maksimaal 10% matig glas voorko
men. Zwaar glazige knollen mógen
niet voorkomen. Wat betreft schot,
de spruiten mogen bij aflevering ge
middeld niet langer zijn dan 2 cm.
Maatsortering: In de partij is 2 ge
wichtsprocenten bovenmaat en 3 ge
wichtsprocenten ondermaat toe
gestaan.
Bij de ontvangst van het pootgoed is
het gewenst om vast te stellen dat
men voldoende pootgoed beschik
baar heeft om aan het gewenste aan
tal planten per ha te komen. Het
blijft noodzakelijk om het aantal
knollen per zakje te tellen.
maat in mm
a. maks. aantal afwijkende knollen
b. hiervan maks. aantal ziekten
en gebreken
waarvan maks. aantal Phy-
tophthora,
Alternaria en Phoma
c. maks. aantal hardgroene knollen
(variabel)
25/28
70
20
restant
(a-b)
28/35
40
12
4
restant
(a-b)
35/40
35/45
40/45
20
2
restant
(a-b)
45/opw
10
De agrarische sektor neemt een tweeslachtige positie in als het gaat
om het milieu en de milieumaatregelen. De bedrijven worden bena
deeld door milieuverontreiniging afkomstig van derden en vanuit de
eigen sektor. Tegelijkertijd hebben boer en tuinder alle belang bij een
schoon milieu, juist vanuit bedrijfsekonomisch oogpunt.
Mr. Hans Wolff, werkzaam bij de kommissie Grondgebruik en Pla
nologie van het Landbouwschap, benadrukt dat een schoon produk-
tiemilieu (bodem, water en lucht) voor de landbouw een levensvoor
waarde is. Overheidsmaatregelen die gericht zijn op het terugdringen
van verontreiniging van ons produktiemilieu moeten dan ook in prin
cipe positief worden beoordeeld.
restant
(a-b)
Mr. Wolff wijst op de tegenstelling
tussen de korte- en lange-
termijnbelangen van de agrarische
sektor: op korte termijn doen de mi
lieuvoorschriften pijn, omdat ze
meestal kostenverhogend werken;
op lange termijn zijn ze noodzake
lijk om te voorkomen dat na ons ko
mende generaties met een vervuild
produktiemilieu worden opgeza
deld. Met name behoud van de bo
demvruchtbaarheid is daarbij van
het grootste belang.
Gefaseerde invoering
Omdat een te snelle invoering van
maatregelen ernstige gevolgen voor
verschillende sektoren kan hebben,
kiest de overheid meestal voor een
gefaseerde invoering. Het spreekt
vanzelf, aldus Hans Wolff, dat wij
de noodzaak van deze maatregelen
telkens weer kritisch moeten beoor
delen. In sommige speciale bescher-
mingsgebieden kan op zo'n gefaseer
de invoering niet worden gewacht.
Zo zullen in waterwingebieden vrij
wel meteen strengere normen gaan
gelden ter bescherming van het
drinkwater. Hier is een financiële
kompensatie voor boeren en tuin
ders op zijn plaats. Voor zover de
milieuvoorschriften gelden voor het
land als geheel en zich dus richten
tot alle agrariërs, vreest Wolff dat
van financiële kompensatie geen
sprake zal zijn. Hoe onbillijk som
mige bedrijfsgenoten dit misschien
ook zullen vinden, hier is geen spra
ke van onevenredige schade.
Kritiek
Veel kritiek heeft Wolff op de pre
sentatie van het milieubeleid ^oor de
overheid. De voorschriften zijn vaak
zeer ondoorzichtig, onoverzichtelijk
en worden fragmentarisch gepresen
teerd. In feite ontbreekt het aan
koördinatie; daaraan wordt overi
gens gewerkt. Wolff: 'Voor een.boer
is het onverteerbaar dat het sociaal-
ekonomisch beleid veelal slecht
spoort met het milieubeleid. Hij
wordt als het ware met meerdere
overheden gekonfronteerd. De ene
overheid geeft WIR-premie op in
vesteringen, terwij leen andere over
heid regels stelt waardoor deze in
vestering niet, of niet optimaal, be
nut kan worden. Dit verhoogt de ak-
septatie van het beleid natuurlijk
niet'.
Om te drastische maatregelen op
korte termijn te voorkomen bena
drukt de georganiseerde landbouw
in reakties op het milieubeleid haar
grote nationaal-ekonomische bete
kenis. Maar van buiten de landbouw
worden de overschotten in de agrari
sche sektor nogal eens gebruikt als
argument voor een strenger milieu
beleid. Men hoopt dan twee vliegen
in één klap te slaan. Strengere voor
schriften voor het gebruik van
Mr. Hans Wolff.
(kunst)mest en bestrijdingsmiddelen
geeft een schoner milieu en wellicht
ook een lagere produktie, zo is de
gedachtengang.
Hans Wolff ontkent het bestaan van
de diskussie hierover niet, maar
noemt het een zeer heikele gedach-
tenwisseling, waarbij buiten kijf
staat dat, ook als de overschotten-
problematiek is opgelost, er een mi
lieubeleid gevoerd moet worden. Te
gelijkertijd wijst hij op het gevaar
dat enkel en alleen ekonomische
korte-termijnbelangen in de toe
komst wellicht niet langer voldoende
zullen zijn om bepaalde milieumaat
regelen, gericht op de agrarische
sektor, te vertragen of te ver
soepelen.
Om te voorkomen dat de belangen
van de boer en tuinder bij dit alles te
veel in het gedrang komen moet de
agrarische sektor naar de mening
van Wolff een samenhangende visie
ontwikkelen op het milieubeleid. Hij
noemt het niet ondenkbaar dat het
in het kader daarvan verstandig is
bepaalde milieuhygiënische ingrepen
te aksepteren, om op lange termijn
bedrijfsekonomische problemen te
voorkomen.
(Ontleend aan 'Standpunten, Land
bouwschap)
Minister ir. G. Braks heeft op 26
maart jl. het Besluit Mestbank en
Mestboekhouding en het Verplaat
singsbesluit naar de Eerste en Twee
de Kamer der Staten-Generaal
gestuurd. Naar verwachting zullen
beide besluiten op 1 mei a.s. in wer
king treden.
In het besluit Mestbank en Mest
boekhouding wordt de Stichting
Landelijke Mestbank te 's Graven-
hage aangewezen als mestbank.
Daarnaast regelt het besluit de door
producenten van dierlijke mest bij te
houden mestboekhouding. Ook be
paalde gebruikers, beheerders van
opslagplaatsen en van verwerkings
installaties zullen een mestboek
houding moeten bijbehouden. Ten
opzichte van het ontwerp-besluit
mestbank en mestboekhouding zijn
(onder meer) de volgende verande
ringen aangebracht.
Voor bepaalde categorieën onderne
mers wordt een vereenvoudigde
mestboekhouding ingevoerd.
Dit betreft:
-veehouders met een referentiehoe
veelheid van 125 kg. fosfaat of min
der per ha. per jaar, mits ze aan be
paalde nadere voorwaarden vol
doen.
-akkerbouwers en tuinders (die geen
producent zijn van dierlijke mest) in
het zogenaamde concentratiegebied
en akkerbouwers en tuinders die een
mestafzetovereenkomst hebben af
gesloten.
De genoemde voorwaarden bevatten
onder meer regels die afdoende con
trole op naleving van de meststof
fenwet waarborgen.
In het Verplaatsingsbesluit worden
de mogelijkheden aangegeven voor
de verplaatsing van de mestproductie
naar een andere locatie of naar een
ander bedrijf. Daarnaast geeft het
besluit een aantal uitzonderingen
aan op de regel dat de mestproductie
verminderd moet worden met 125 kg
fosfaat/ha indien de oppervlakte
van de tot het bedrijf behorende op
pervlakte landbouwgrond wordt
verkleind.
Ten opzichte van het concept-
verplaatsingsbesluit zijn onder meer
de volgende veranderingen aange
bracht. Verplaatsing van de mest
productie binnen het bedrijf is, gere
kend naar de situatie op 27 oktober
1986, toegestaan. Dit is de datum
waarop het ontwerp-besluit open
baar werd. In dit ontwerp stond als
datum 31 december 1986. Bij ruiling
van grond, mits van gelijke omvang
en binnen een kalenderjaar, behoeft
de mestproductie niet verminderd te
worden.
Geen medeverantwoordelijk
heidsheffing
verschuldigd voor voedermaïs
Aangezien de produktie van maïs
met het oog op het inkuilen daarvan
geen extra uitgaven voor de commu
nautaire begroting meebrengt, noch
moeilijkheden veroorzaak op het ge
bied van het beheer van de markt
voor granen, is voor het hakselen
van maïs met het oog op vervoede-
ring een vrijstelling van de medever
antwoordelijkheidsheffing opgeno
men. De beschikking werkt, evenals
Verordening terug tot en met 1 sep
tember 1986.
Als u als teler aardappelland ont
smet tegen aardappelmoeheid met
de bedoeling in aanmerking te ko
men voor de ruimere vruchtwisse-
lingsvoorschriften, dient deze ont
smetting gemeld te worden bij de
Plantenziektenkundige Dienst
(P.D.) middels daarvoor bij ge
noemde Dienst verkrijgbare formu
lieren.
Om deze melding geregistreerd te
krijgen is het verplicht een kopie
mee te zenden van het gedeelte van
de kadastrale kaart waarop het ont
smette perceel voorkomt.
De kopie dient een zodanige omvang
te hebben dat daarop één of meerde
re vaste punten zoals een huis of
wegkruising voorkomen. Ook de
De ekonomische politierechter bij de
arrondissementsrechtbank in Zwolle,
mr. J.H. Bosch, heeft vorige week tij
dens een marathonzitting, in Lelystad
vijftig boeren veroordeeld. De boetes
varieerden van 250 gulden voorwaar
delijk tot 5000 gulden, waarvan 1000
gulden voorwaardelijk. Voor de zit
ting waren 68 boeren uit voorname
lijk Flevoland gedagvaard. Zij werden
verdacht van overtreding van het
besluit bestrijding aardappelmoeheid.
De ziekte aardappelmoeheid, die
wordt veroorzaakt door het aardap-
pelcystenaaltje, komt in een steeds
groter deel van de IJsselmeerpolders
voor. Voor een effektieve bestrijding
moeten de aardappeltelers zich aan
het betreffende besluit houden. De
hoogste boete viel ten deel aan een
boer uit Nagele (Noordoostpolder).
noordpijl en de schaalverdeling
moeten op de kopie worden aange
geven. Zonder de gevraagde kopie is
registratie op de karteringskaarten
zeer problematisch hetgeen kan in
houden dat u in het jaar dat u op het
bewuste perceel weer aardappelen
teelt, de A.I.D. op bezoek kunt krij
gen, omdat u niet voldaan hebt aan
de vruchtwisselingsvoorschriften.
Haal op het gemeentehuis, bij het
Kadaster of bij het Waterschap een
overdruk van de kadastrale
kaart(en) van uw gehele bedrijf. Als
u eenmaal in het bezit bent van (een)
dergelijke overdruk(ken) kunt u
hiervan op het postkantoor of bij
een boekhandel zelf kopieën maken.
Zend zo'n kopie mee met de melding
nadat u het ontsmette perceel(s)-
gedeelte daarop duidelijk hebt aan-
Deze werd veroordeeld tot een boete
van 5000 gulden, waarvan 1000 gul
den voorwaardelijk. Officier van
Justitie, mr. J.R. Krol zag daarmee
zijn eis van 7000 gulden waarvan 1000
voorwaardelijk niet gehonoreerd. Te
gen een boer uit Dronten eiste de of
ficier van Justitie een boete van
10.000 gulden, waarvan 4000 gulden
voorwaardelijk. De officier achtte be
wezen dat de verdachte moedwillige
foutieve aanmelding van ontsmetting
van zijn grond had gedaan, waardoor
hij een voordeel van bijna 6000 gul
den genoot. De officier eiste daarom
naast de boete vordering van dit be
drag. Deze zaak werd aangehouden
in afwachting van een globaal onder
zoek naar de bedrijfsvoering van de
verdachte om te bepalen of de boete
niet diens faillissement zou betekenen.
gegeven.
Er zijn nog oude formulieren voor
het melden van een grondontsmet
ting in omloop, waarin gesproken
wordt over het maken van een
schets.
Deze zijn dus niet meer geldig.
Vraag daarom bij het Distriktskan-
toor van de Plantenziektenkundige
Dienst nieuwe formulieren aan en
vernietig de eventueel nog in uw be
zit zijnde verouderde eksemplaren.
Zaaiuien
De prijzen van zaaiuien liggen ge
middeld op een wat hoger niveau
dan in de twee voorgaande seizoe
nen, maar ze zijn nog wel laag. On
danks een inkrimping van het areaal
met 1000 ha kwam de bruto-
produktie van zaaiuien met 581.000
ton toch hoger uit (ca. 10 pet.) dan
in het voorgaande seizoen. Het gun
stige weer zorgde voor een recordop
brengst van gemiddeld 51 ton per
ha. Zo merkt het Produktschap voor
Groenten en Fruit. Inmiddels is het
seizoen al zover gevorderd dat het
wederom als een teleurstellend sei
zoen kan worden gekenmerkt. Wat
wel opvalt in de laatste 3 seizoenen is
de relatieve grote export in januari
als gevolg daarvan een hogere te-
lersprijs. In de maanden die ons nog
resten tot het einde van het seizoen
(juni) krijgen we weer te maken met
de overzeese concurrenten zoals
bijv. Zuid-Afrika, Australië en Chi
li. De Franse Camargue-uien en de
Westduitse winteruien komen resp.
in mei/juni en juni/juli aan de
markt. Volgens de laatste gegevens
is er door de vorst in Pfalz wel scha
de aangericht, terwijl de Camargue-
uien de winter goed zijn doorgeko
men. Wat dit allemaal voor conse
quenties zal hebben op de Neder
landse export en daaraan gekoppeld
de prijs is moeilijk te voorspellen.
Boete voor vijftig boeren wegens overtreden AM-besluit
8
Vrijdag 3 april 1987