Zuidwesthoek Brabant vraagt ruilverkaveling aan Natuurvriendelijk handelen landbouw met subsidie stimuleren KIMLC kommentaar Ing. J. Markusse in Ouwerkerk: Milieuvraagstnkken meer in bedrijfsvoering betrekken. 150 jaar belangenbehartiging Wetsvoorstel Rijwielbelasting ingediend De besturen van de NCB-afdelingen Hoogerheide-Woensdrecht en Os- sendrecht en de ZLM-afdelingen Rilland en Wouw-Ossendrecht heb ben minister Braks in een brief verzocht om voor het gebied dat globaal wordt begrensd door het Schelde/Rijnkanaal, Bergen op Zoom, Rijks weg A58 langs Hoogerheide, Galven, Ossendrecht via de grens weer naar het Schelde/Rijnkanaal, zo spoedig mogelijk een landinrich tingsplan voor te doen bereiden. De besturen opteren voor de inrich- tingsvorm ruilverkaveling terwijl de planvoorbereiding volgens de vereenvoudigde wijze en parallel aan de verdere uitwerking van de Zoomweg kan verlopen. In de brief motiveren de besturen de aanvraag door onder meer te wijzen op de ernstig tekort schietende exter ne produktiefaktoren in het gebied. Zo is gekonstateerd dat de konstruk- tie van diverse wegen niet berekend is op zware transporten, terwijl de land en tuinbouw in het gebied nog ge bruik moet maken van ca. 20 km on verharde wegen. De betrokken besturen wijzen de minister er verder op dat de waterafvoer in het gebied plaatselijk onvoldoende is. Doordat een aantal hoofdwaterlopen van on voldoende afmetingen is, kunnen in dividuele boeren en tuinders moeilijk goede perceels- en detailafwatering realiseren. Ten aanzien van de verka veling wordt vastgesteld dat de bedrij ven gemiddeld een te groot aantal verspreid liggende kavels hebben, dat de kavelvorm in het algemeen slecht is en dat de melkveebedrijven gemid deld een te kleine huiskavel in gebruik hebben. Daarnaast wordt er in de brief op ge wezen dat het gebied wordt gekon- fronteerd met de aanleg van de Zoomweg. Deze weg zal in het pol dergebied worden aangelegd. Diver se bedrijven zullen met een aanzienlijke oppervlakte worden ver kleind, waardoor de bestaanszeker heid van verschillende daarvan in het geding komt. Verder zullen diverse overblijvende perceelsgedeelten een slechte vorm krijgen. Uit een globale inventarisatie is gebleken dat van circa 20 bedrijven de gebouwen aan de ene zijde van de weg en een groot deel van de gronden aan de andere zijde van de weg komen te liggen. Daarnaast zijn er nog vele bedrijven welke een kleiner gedeelte van de gronden "over" de weg krijgen te liggen. "Een verbetering van de ontsluiting, de waterbeheersing en de verkaveling zal een aanzienlijke kostenbesparing voor de individuele land- en tuin bouwbedrijven tot gevolg hebben. Een kostenbesparing welke naar on ze mening noodzakelijk is ten behoe ve van de instandhouding van gezonde land- en tuinbouwbedrijven in onze regio. Deze noodzakelijke kostenbesparing is thans, in een pe riode waarin door overheidsmaatre gelen beperkingen aan de uitbreiding van de produktie zijn en/of zullen worden gesteld, des te urgenter ge worden. Verder zullen via een herver kaveling van het gebied de grote nadelige effekten van de aanleg van de Zoomweg kunnen worden op geheven. Behoefte groot Op een tweetal vergaderingen zijn de problemen inzake de externe produk tiefaktoren voor de land- en tuinbouw en de aanleg van de Zoomweg uitvoe rig met de leden besproken. Op die Het provinciebestuur van Noord-Brabant wil over een nieuw instru ment beschikken, dat een aktieve opstelling van boeren in het natuur vriendelijk produceren beloont. Zo'n instrument zou het subsidiëren van natuurvriendelijk investeren in de landbouw kunnen zijn. Dit staat in een notitie "stimulerend beleid ten aanzien van de landbouw", die vorige week vrijdag door de kommissie ruimtelijke ordening in de Bra bantse staten als uitgangspunt voor verder beleid is geaccepteerd. Op de notitie is aangedrongen door het CDA, dat wil waken voor het al te eenzijdig opleggen van beperkingen aan de landbouw ter bescherming van natuur en landschap. De bestaande instrumenten, die nu het landbouw- natuurprobleem reguleren, zoals de relatienota en de bestemmingsplannen buitengebied, zijn volgens de nota weinig effektief en vooral gericht op het beperken van de agrarische be drijfsvoering. De minister van Landbouw heeft al te kennen gegeven per geval een sub sidie te willen verstrekken voor na tuurvriendelijke investeringen door boeren. Dat zal overigens zeker niet neerkomen op een honderd procent vergaderingen is duidelijk geworden dat er bij de agrariërs een grote be hoefte tot herverkaveling van de gron den bestaat. Uit een gehouden enquête is gebleken dat ruim 70% van de leden voorstander is voor het in dienen van een verzoek tot landin richting. Tenslotte wordt in de brief aandacht gevraagd voor enkele enclaves land bouwgrond in de bosgebieden binnen de gemeente Ossendrecht. De verka veling is hier in het algemeen slecht en de ontsluiting laat veel te wensen over. Verder bevindt een deel van de ze gronden zich in de beschermings zones van waterwingebieden; in een tweetal gevallen bevinden de bedrijfs gebouwen zich in het waterwingebied. De besturen verzoeken de bewinds man om te bevorderen dat de te zij ner tijd te benoemen Landiiirichtingskommissie de proble matiek van deze landbouwgronden nader bestudeerd en voorstellen doet om deze gebieden al of niet aan de ruilverkaveling toe te voegen. subsidie. De boeren zullen ook zelf hun verantwoordelijkheid voor dit soort investeringen moeten invullen, zo zei gedeputeerde Ton Brugman in de kommissievergadering. Voorbeelden Uit het recente verleden is erfbeplan- ting een goed voorbeeld van een mi lieuvriendelijke investering, waarbij boer en overheid hand in hand zijn gegaan. Als investeringen die eveneens voor een rijks- en provinciale bijdrage in aanmerking kunnen komen, noemde Brugman de aanleg van veetunnels, de aanschaf van wildredders, aange paste kunstmeststrooiers en het her stel van greppels langs houtwallen. In de provinciale notitie prijkt ook een voorstel om 50.000 gulden bij wij ze van stimuleringsmaatregel ter be schikking te stellen van het partikuliere landschapsbeheer. Het beheer en onderhoud van natuur en landschap laat op veel plaatsen te wensen over, omdat het binnen de huidige agrarische bedrijfsvoering niet meer rendabel te maken is. De kommissie bleek van de hoogte van dat bedrag bepaald niet onder de indruk. Volgens Brugman is dit geld alleen bedoeld voor het aanschaffen van kleine gereedschappen en andere attributen ter waarde van hooguit en kele honderden of duizend gulden. Omstreeks het midden van de vo rige eeuw ontsproten in Nederland diverse Landbouwmaatschappijen en Landbouwgenootschappen met vele lokale vertakkingen. Daar voor waren de in 1805 door de overheid ingestelde Provinciale Commissiën van Landbouw, no ta bene een eerste poging van over heidsingrijpen in landbouwzaken, een geruisloze dood gestorven. De eerste van de provinciale maat schappijen was de Groninger Maatschappij van Landbouw, die nu dit voorjaar haar honderdvijf- tigjarig bestaan herdenkt. Van zelfsprekend is dit een jubileum dat een felicitatie waard is. En ik maak gaarne van de gelegenheid gebruik om langs deze weg de "Groninger MijLmijn gelukwen sen aan te bieden. Honderdvijftig jaar geleden was er, gelet op de ontwikkelingen in de landbouw en de relatief zwak ke positie van de individuele boer en tuinder, alle aanleiding voor agrariërs om zich te organiseren en te trachten gezamenlijk techni sche, sociale en ekonomische be langen te bezien en te behartigen. Verder was er een groot verschil tussen bevolking in de steden en die op het platteland. Derhalve was verheffing van de plattelands gemeenschap ook een van de doelstellingen van de organisaties. Uiteraard is er in de afgelopen honderdvijftig jaar veel tot stand gebracht, maar is er ook veel ge passeerd, zowel bij boeren en tuin ders als ook bij hun organisaties. Zoals een jubileum als dat van de Groninger Mij tot terugblikken noopt, meen ik dat er evenzeer re den is om vooruit te zien. Aan het verleden is niets meer te verande ren, maar aan de toekomst kan mogelijk nog richting gegeven worden. Daarbij dient naar mijn mening beseft te worden dat wij veel dank zijn verschuldigd aan de vele mensen die zich bestuurlijk voor land- en tuinbouw hebben in gespannen. Deze waardering mag ons er echter niet van weerhouden de zaken, indien nodig en gewenst anders ter hand te nemen. De agrarische sektor lijkt nu op nieuw in een situatie terecht te zijn gekomen waarin een eendrachtige belangenbehartiging een vereiste is. Nog steeds staan individuele boeren en tuinders als zelfstandi gen zwak. Misschien niet meer zo zwak naar de markt toe vanwege de koöperatieve en Europese markt- verordeningen. Maar wel is er spra ke van individuele zwakte ten aanzien van allerlei overheden, die zich met diverse beleidsvelden be zig houden en allerlei regelingen, soms zeer ingrijpende, opstellen. Men kan zich afvragen of de struktuur van de belangenbehar tiging die in de loop van anderhal ve eeuw is ontstaan en die o.a. door verzuiling is uitgedijd tot een netwerk van drieëntwintig sociaal- ekonomische organisaties in ons land nog wel als de meest wense lijk kan worden beschouwd. Kan deze organisatie-struktuur naar de toekomst gezien, bijvoorbeeld in het jaar tweeduizend, als de meest wenselijke, maar ook als de meest krachtige worden betiteld? Zonder hierover nu een oordeel te willen uitspreken, moet naar mijn mening zowel in eigen KNLC- kring als in groter verband, in ie der geval de diskussie niet ge schuwd worden. De mijlpaal van het honderdvijftig jarig bestaan van de Groninger Mij. is aanlei ding tot een feestelijk gedenken, maar het geeft ook reden tot na dere bezinning. In het verleden ligt het heden, in het nu wat komen gaat. Marius Varekamp voorzitter KNLC In de komende jaren zal de land bouw steeds meer aandacht moeten besteden aan milieuvraagstukken. Deze aanbeveling deed ing. J. Mar kusse, hoofd Sociaal Economische Helft Zeeuwse gemeenten heeft eigen kapverordeningen Op 26 april 1985 werd door Provin ciale Staten een voorstel aangeno men tot vaststelling van een nieuwe beplantingsverordening in Zeeland. Daarnast werd gevraagd of er een rapport kon worden gemaakt voor wat betreft het aantal gemeenten dat is overgegaan tot een kapverorde- ning. Dat rapport is ondertussen ge maakt, en daaruit blijkt dat 12 ge meenten de beschikking hebben over een eigen kapverordening. Vier ge meenten hebben geen aanleiding ge vonden over te gaan tot vaststelling van een eigen kapverordening. Ne gen gemeentebesturen hebben nog niet gereageerd. Desgevraagd deelde men ons van provinciezijde mee dat de twaalf ge meenten die wèl een kapverordening hebben opgesteld, zijn: Duiveland, Domburg, Hontenisse, Borssele, Westerschouwen, Sluis, Sas van Gent, Valkenisse, Brouwershaven, Aardenburg, Bruinisse en Veeré. Dit aantal zal waarschijnlijk nog wor den uitgebreid tot ongeveer 16. 'Men is daar nog bezig met het vaststellen van een nieuwe algemene Politiever ordening', aldus de woordvoerder van Provinciale Staten. Met het oog op de noodzakelijke ver sterking van de Rijksmiddelen, heeft de minister van financiën het nodig geoordeeld met terugwerkende kracht met ingang van 1.4.1987 belasting op rijwielen te gaan heffen. Die belasting geldt voor iedere ingezetene, ongeacht of hij een rijwiel bezit of niet, maar de kontrole erop zal uitsluitend wor den uitgevoerd op wielrijders. Een wetsvoorstel, hiertoe dienende, is bij de Tweede Kamer ingediend. De belangrijkste artikelen van deze wet luiden: Artikel 1 De rijwielbelasting hangt samen met een strikt persoonlijk plaatje dat op de kleding kan worden gedragen en dat tegen betaling van rijkswege wordt verstrekt. Artikel 4 Er worden kosteloze rijwielbelasting- plaatjes verstrekt voor rijwielen die uitsluitend worden bereden door per sonen die: a. uit hoofde van hun beroep of be drijf een rijwiel nodig hebben; b. uitkeringsgerechtigd zijn. Alsdan gelden enige beperkende be palingen, o.a. men mag er ook op zondag of zaterdag mee fietsen, maar niet voor plezier. Artikel 7 Een rijwielplaatje is niet vereist voor a. kinderrijwielen waarvan de wiel om vang niet meer bedraagt dan 15 cm.; b. dienstrijwielen, die worden bere den door funktionarissen in uniform of uitmonstering met hun ambtelijke onderscheidingstekenen. Artikel 8 Overtreding wordt streng gestraft. Door middel van verrijdbare elektro nisch geleide poortjes (bekend van warenhuisuitgangen en vliegvelden) wordt op de openbare weg naleving gekontroleerd van het in de wet be paalde. Bijgaand vindt u een rijwielbelasting- plaatje, geldig voor het belastingjaar 1987. Voorlichting van de ZLM op de jaarvergadering van de landbouwver- eniging Aller Belang te Ouwerkerk op 17 maart jl. Daarnaast zal er naar de mening van het hoofd van de SEV ook meer re kening gehouden moeten worden met afvloeiing van bedrijven. De ge middelde oppervlakte op Schouwen- Duiveland is in vijf jaar gestegen van 23.9 naar 24.5 ha. Markusse deed voor de komende vijf jaar geen kon- krete voorspelling over bedrijfsgrootte-ontwikkeling. Hij zei het te betreuren dat tot nog toe vanuit de landbouw zo weinig aan dacht aan biotechnologie wordt ge schonken, met name wat betreft het volgen van cursussen. "Deze aandacht past ook in het ge rechtvaardigde streven: niet meer maar beter." Verder zou hij het een historische vergissing vinden om het zoete water negatief te benaderen. Bestuurswisseling Na 25 jaar in het bestuur nam voor zitter W.A. Kuyper afscheid. Zijn opvolger wordt A.J. Romeyn. J. van den Hamer neemt het vice- voorzitterschap over van J.B. Man- ni. Het bestuur wordt gekomple- menteerd door de heren Bodbijl, Bo- vée en Manni. In zijn afscheids woord memoreerde Kuyper de vele externe invloeden gedurende zijn bestuurslidmaatschap. Verdwenen is o.a. de grasdrogerij, de vlasteelt en de melkfabriek. "Door de veelheid aan voorschriften zullen wc op scherp moeten staan voor het eigen bedrijf." Vrijdag 27 maart 1987

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1987 | | pagina 4