Het blote eigendom
Onderlinge Zuidelijke Hagelverzekering
geeft restitutie van 15%
over geld
en goed
Kringvergadering Suiker
Unie onder de maat
Loonakkoord Tuinbouw
Ophokplicht postduiven
Dankbetuiging
Gemeente Tholen wil
noodslachthuis sluiten
ingezonden
Op 18 maart 1987 hield de Onderlin
ge Zuidelijke Hagelverzekering haar
jaarlijkse ledenvergadering in hotel
restaurant 'Het Pannenhuis' te Hoo-
gerheide.
In zijn openingswoord gaf de voor
zitter, de heer Snoek, aan dat 1986
heel wat gunstiger is verlopen dan
het jaar daarvoor. Vandaar dat op
de agenda een voorstel was geplaatst
tot restitutie van 15%. Dit voorstel
werd door de vergadering grif aan
genomen.
In zijn openingswoord memoreerde
de voorzitter het overlijden van het
zeer gewaardeerde bestuurslid, de
heer J. Scheele. In diens plaats werd
benoemd de heer A. de Feyter te
Zaamslag. Voorts werd afscheid ge
nomen van de heer L. Mesu te Oude-
lande wegens het bereiken van de
statutaire eindleeftijd. In zijn plaats
werd benoemd de heer C. van Liere
te Ovezande.
Verder stond op de agenda een voor
stel tot reglementswijziging dat in
zijn geheel werd aangenomen.
Namens de HAFIMIJ waren aanwe
zig, de heren mr. P. v.d. Burgh, en
mr. J.W. Mijs. De heer v.d. Burgh
deed één en ander uit de doeken met
betrekking tot herverzekering van
het grillige hagelrisiko. Het werd de
aanwezigen duidelijk dat het een ri-
siko is waarvoor men niet overal in
de herverzekeringswereld terecht
kan.
In het verslagjaar is men gestart met
gemeenschappelijke taksaties, waar
bij zoveel mogelijk taksateurs van de
betrokken onderlingen werden inge
zet. Volgens ir. J.P.A. de Koeyer is
één en ander uitstekend verlopen en
het vertrouwen is dan ook zeker aan
wezig dit in de toekomst nog verder
te kunnen optimaliseren.
Afscheid hoofdtaksateur
Na afloop van de vergadering werd
tijdens een geanimeerd samenzijn
afscheid genomen van hoofdtaksa
teur, de heer A.P. Timmers. Na
mens de schadetechnische kommis
sie van de Nederlandse Vereniging
van Hagelverzekeraars memoreerde
de heer E. Hogendam dat de schei
dende hoofdtaksateur altijd graag
aan proeven meedeed om via onder
zoek een zo goed mogelijk inzicht te
krijgen in de schade, in het herstel
lend vermogen van het gewas en in
het voorkomen van schade. Uiter
aard is hierbij het zo goed mogelijk
kunnen takseren van de schade het
achterliggend motief. De oud-
direkteur van de Onderlinge Zuide
lijke, de heer A. Korteweg, wees er
op, dat het takseren van hagel- en
stormschade erg veel van de taksa
teurs vraagt aan vakkennis, inzicht
en takt. Je hebt met een levend pro-
dukt te maken en met mensen die
vaak vanwege de schade in de gewas
sen niet in hun beste humeur zijn.
Tot Timmers: 'Maar u kon de men
sen goed van uw standpunten over
tuigen'. Hij memoreerde ook nog
het bijzonder slechte hageljaar 1985
A.P. Timmers
waarin de werkdruk wel bijzonder
groot was. 'Desondanks bleef u
rustig, en dat is uw grote verdienste.
Hertaksaties kwamen bij u zelden
voor.
De heer Timmers wordt opgevolgd
door ir. J.P.A. de Koeijer (32 jaar).
De Koeijer heeft bij leermeester
Timmers reeds enige jaren ervaring
opgedaan met het takseren van
hagel- en stormschade. Hij zei voor
al bewondering te hebben gekregen
voor de wijze waarop de scheidende
taksateur met de verzekerden om
wist te gaan: op een innemende maar
zelfverzekerde manier. De heer Tim
mers tenslotte bedankte het bestuur,
van de onderlinge voor de zeer pret
tige samenwerking.
De voedingsbonden en de centrale
landbouworganisaties hebben een
principe-akkoord bereikt over een
tweejarige cao voor de tuinbouwDe
nieuwe cao zal lopen tot 1 maart
1989.
Afgesproken is dat de lonen op 1
maart 1987 met 1 procent stijgen.
Vervolgens zullen de lonen ook op 1
januari 1988 met 1 procent omhoog
gaan. Deze loonsverhogingen zullen
voor volwassenen per week mini
maal ƒ5,60 bedragen. Met ingang
van 1 juli 1988 wordt de vut-
gerechtigde leeftijd verlaagd tot 59
jaar. Deze cao-afspraken voor de
tuinbouw komen vrijwel overeen
met het akkoord dat twee weken te
rug in de landbouw is gesloten.
De partijen hebben afgesproken dat
bij werkloosheid gedurende de
wachtgeldperiode van acht weken de
volle vakantiebon wordt verstrekt.
Werknemers die volledig arbeidson
geschikt worden, zullen aansluitend
op de huidige regeling, waarbij de
eerste twee jaar 100 procent van het
loon wordt uitgekeerd, het derde
jaar een uitkering ontvangen van 80
procent. De wachtdag in de zieken-
Nu het groeiseizoen weer nadert,
komt voor een aantal gewassen ook
een jaarlijks terugkerend probleem
dichterbij: het probleem van verwil
derde duiven. Deze richten elk jaar
in teelten als b.v. erwten, bonen, au
gurken, spruiten en boomkwekerij
gewassen veel schade aan.
De schade kan slechts ten dele voor
komen worden door het afschrikken
en verjagen van duiven. Het afschie
ten van deze dieren heeft meestal
meer effekt. Daarom zijn ophokpe-
riodes vastgesteld. In Noord-
Brabant heeft overleg tussen de be
trokken instanties geleid tot een op
hokplicht voor postduiven in de pe
riode van 15 maart t/m 31 mei voor
de tijd van 08.00 tot 18.00 uur. In
Zeeland is de ophokplicht vast
gesteld voor de periode van 6 april
t/m 29 mei van 10.00 tot 17.00 uur.
De ophokplicht geldt niet voor zon
dagen en algemeen erkende feestda
gen. In Brabant geldt de ophok
plicht ook niet voor zaterdagen in
Zeeland alleen niet voor de zaterda
gen in mei.
geldregeling komt te vervallen. Vöor
de werkgevers wordt dit kollektief
herverzekerd via het ASF. De moge
lijkheid om losse werknemers in de
onderbreking te sturen vanwege
weersomstandigheden wordt be
perkt tot 16 weken per jaar. Hiervan
kunnen er maksimaal 3 weken bui
ten de winterperiode vallen. In die
drie weken moet dan de onderbre
kingsuitkering door de werkgever
aangevuld worden tot 100 procent
van het loon.
Het systeem van de automatische
prijskompensatie blijft gehand
haafd. Prijsstijgingen zullen in de
lonen verwerkt worden, indien het
prijspeil boven dat van oktober 1986
zou uitkomen.
Mede namens mijn vrouw en kin
deren wil ik allen hartelijk dank
zeggen voor alle blijken van be
langstelling ondervonden bij mijn
afscheid van de Accountantsunie
ZLM b.v.
M.N. Overbeeke
De gemeente Tholen wil de
noodslachtplaats en destruktieruimte
in Poortvliet sluiten. De gemeente
vindt de kosten voor de door het mi
nisterie verplichte aanpassing, die op
35.000 gulden worden geraamd, te
hoog. Het exploitatietekort van de
noodslachtplaats zou daardoor
20.000 gulden per jaar gaan bedragen.
Volgens de Rijksdienst voor de keu
ring van vlees en vee moeten in de
slachtplaats onder meer een uitsnijde-
rij en een extra koelruimte worden
aangebracht. In 1985 werden in
Poortvliet 52 en in 1986 56 noodslach-
tingen verricht. Een groot deel van het
vee was van buiten de gemeente af
komstig. Met het slachthuis komt te
vens de destruktieruimte, die in de
zomermaanden een bron van stanko
verlast vormde, te vervallen. Veel sla
gers en dierenartsen blijken zelf over
destruktievaten te beschikken.
Stage-adres gevraagd!
Hanny de Putter, leerlinge le klas
H.B.C.S. in Velp zocht een stage
adres van 10 mei t/m 3 juli a.s. op
een akkerbouw, een gemengd of een
weidebedrijf op Noord-Beveland,
Walcheren, Schouwen en Duive-
land, Tholen, St. Philipsland of in
West-Brabant.
Zij dient 1 of 2 weekeinden op het
stage-adres te blijven.
Wilt u kontakt opnemen met 01150
- 96721 of 085 - 635023.
Ooipremie vastgesteld
De ooipremie over het jaar 1986 is de
finitief vastgesteld op ƒ46,83 per ooi.
Dat meldt het Produktschap voor Vee
en Vlees. Aanvragen daarvoor
moesten in december en januari wor
den ingediend.
Daarmee is de premie vijftien gulden
hoger uitgevallen dan vorig jaar. Vol
gens het PVV is dat een direkt gevolg
van de lage prijzen van slachtlamme-
ren, met name in de tweede helft van
1986. De ooipremie wordt berekend
op basis van de bodemprijs en de
marktprijs van slachtlammeren.
Onderzoek grondtransakties
bij vermoeden ontduiking
superheffing
Bij het ministerie van landbouw en
visserij bestaat het ernstige vermoe
den, dat in een aantal gevallen de re
gels van de superheffing worden
ontdoken. Om deze reden heeft de
Algemene Inspektiedienst van het
ministerie een nader onderzoek in
gesteld.
Dit vermoeden is mede gebaseerd op
advertenties over kwotumverkoop in
de agrarische vakpers, waarbij een
kwotumburo zou zijn betrokken.
Voorts speelt een recente uitspraak
van de President van de Rechtbank
te Arnhem een rol. Daarbij werd uit
gemaakt dat het niet de taak van een
notaris is, grondtransakties en kwo-
tumoverdrachten vooraf te toetsen,
maar dat het de taak is van de minis
ter van landbouw en visserij om der
gelijke transakties achteraf te
toetsen.
Over de kringvergadering van de
Suiker Unie van 3 maart jl. te Brou
wershaven was ik zeer ontstemd.
Vooral de manier waarop de vragen
uit de zaal beantwoord werden was
uiterst beledigend. Ik zal mijn klacht
hieronder toelichten aan de hand
van de vragen over het bewaakt
mengprijssysteem:
Ongeveer vijfmaal werd gezegd,
vooral bij het beantwoorden van kri
tische vragen, dat het bewaakt
mengprijssysteem zo slecht nog niet
is. Het lijkt mij bijzonder voorbarig
om zoiets te beweren over een
systeem, dat nog maar enkele maan
den bestaat en nog niet eens in prak
tijk is gebracht.
Er moet fors ingeleverd worden,
vooral door telers, die regelmatig
bieten verbouwen. Op basis van de
jaren '82, '83, '84, '85 en '86 komen
er wel erg frappante verschillen voor
zoals nu het kwotum berekend
wordt. Het blijkt dat regelmatige te
lers tot 22% inleveren, waar onregel
matige telers, er zelfs ongeveer 3%
op vooruit kunnen gaan!!! Er wordt
gezinspeeld op de sociale gevoelens
voor kollega boeren (onregelmatige
telers). Dat zou een goede zaak zijn,
maar alleen dan, als de korting eer
lijk gedeeld wordt.
Wat opvalt is de wel zeer gunstige re
geling voor de industrie. De In
dustrie laat het risiko voor een pro-
duktie over de referentie helemaal
voor de teler. Deze zakt in uitbeta
ling van A B (ongever ƒ110,
direkt naar C (ongeveer ƒ15,Een
absurde situatie. Door de voor
gestelde referentie word je wel ge
dwongen C suiker te produceren.
Het profijt voor de industrie is dat
ze nooit onder de 915.000 ton suiker
zullen komen, omdat de teler zijn
kwotum niet wil laten verminderen.
Het late tijdstip van invoeren. Alle
betrokken slaan zich op de borst
over de snelheid, waarmee het be
waakt mengprijssysteem is ontwik
keld en uitgevoerd. Ook hierbij zet
ik mijn vraagtekens. Al jaren wordt
ér intern geprakkezeerd over de be
heersing van het areaal bieten. Op
z'n minst had er in maart 1986 al een
soort schaduwberekening meegeno
men kunnen worden bij de definitie
ve afrekening 1985. Bijvoorbeeld
hoe de mengprijs uit A, B en C is
samengesteld.
Overigens als men toen nog niets
voorbereid had, was dat wel een ern
stige nalatigheid van zowel organi
saties, landbouwschap als suikerin
dustrie. En daardoor moeten de sta
biele bietentelers de grootste veer la
ten. Het is wel erg gemakkelijk om
je daarna op de borst te kloppen
voor het snelle doorvoeren van dit
(mijns inziens) slecht bewaakte
mengprijssysteem. De nadelige ge
volgen van dat snelle doorvoeren on
dervonden regelmatige telers zoals
ikzelf en vele van mijn kollega's. Ik
heb in oktober het volle areaal nog
ontsmet, terwijl pas in december
werd meegedeeld, dat ik maar liefst
22% van mijn gemiddelde bieten
teelt moest minderen!!!
U begrijpt, dat deze en nog vele an
dere belangrijke punten mijns in
ziens een wat betere behandeling
zouden moeten krijgen, dan is ge
passeerd. Het besef zal moeten
doordringen, dat wel op zeer direkte
wijze op ons inkomen wordt gekort
en dat het wel hard aankomt als daar
zo makkelijk over wordt gesproken
als ik heb ervaren op de kringverga
dering van 3 maart. Het lijkt me dat
deze bijeenkomst niet voldeed aan
de eisen, waaraan dergelijke verga
deringen moeten voldoen. Vooral
binnen een koöperatie waar de be
langen van de individuele leden ge
diend behoren te worden.
J.J. Verseput
Zonnemaire
Het blote eigendom als begrip komt in het burgerlijk wetboek niet
voor. Toch is het een onderdeel dat in de praktijk veelvuldig kan voor
komen. Denkt u maar eens aan het begrip vruchtgebruik dat bij u al
len wel bekend is. Blote eigendom houdt daarmee ternauwste verband.
Wanneer op een zaak in volledig
eigendom het recht van vruchtgebruik
wordt gevestigd ten behoeve van een
derde, heeft de eigenaar geen volledig
eigendom meer over. Hij is blote eige
naar geworden van deze zaak. De blo
ten eigendom berust bij hem. Het
vruchtgebruik is een beperkt zakelijk
genotsrecht dat gedurende het leven
van de vruchtgebruiker hem het recht
geeft om andermans zaak te gebrui
ken en de vruchten daarvan te genie
ten. Vruchtgebruik en blote eigendom
ontstaan veelal door een testamentai
re bepaling welke ingaat na het over
lijden van degene die het testament
heeft gemaakt. U kunt zich het vol
gende voorstellen: bij het overlijden
van de eerste van een echtpaar wor
den de kinderen als erfgenamen aan
gewezen onder de last van
vruchtgebruik ten behoeve van de
langstlevende van het echtpaar. De
achterblijvende ouder is dan de
vruchtgebruiker en de kinderen zijn
de blote eigenaren van de bezittingen
behorende tot de nalatenschap van de
overledene. In deze situatie kan zich
dc vraag voordoen wie van beide par
tijen de bezittingen in het vermogen
moet opnemen. De Wet Vermogens
belasting is echter daarover zeer dui
delijk: dat is de vruchtgebruiker. Deze
moet het voor 80% van de waarde in
volle eigendom opnemen. Toch komt
het voor dat ook de blote eigenaar de
bezitting in zijn vermogen moet op
nemen, nl. wanneer deze bezitting bij
hem bedrijfsmatig wordt gebruikt.
Deze situatie doet zich voor in het vol
gende geval. De ouders hebben hun
landbouwbedrijf overgedragen aan
één van de kinderen, waarbij een deel
van de landbouwgronden niet in
eigendom zijn overgedragen maar aan
de opvolger verpacht. Komt één der
ouders te overlijden en is bij testa
ment bepaald dat de kinderen de erf
genamen zijn onder de last van
vruchtgebruik, dan betekent het dat
de langstlevende het recht op de
pachtpenningen van de verpachte
grond blijft houden. De bedrijfsop-
volger is voor een erfdeel blote eige
naar van de betreffende grond
geworden en moet dit bezit als be
drijfsmiddel in zijn balans opnemen.
De op deze grond rustende last van
hel vruchtgebruik vormt een bedrijfs
schuld. Door het ouder worden van
de vruchtgebruiker daalt de last van
het vruchtgebruik. Deze afneming
van de last moet als winst uit onder
neming worden aangemerkt.
Blote eigendom van een bedrijfsmid
del is dan ook geen voordelige zaak,
nog afgezien van de waarderingspro-
hlemen die hel met zich brengt. Doch
daarover graag een volgende keer.
B. Veerbeek
Vrijdag 27 maart 1987
3