L. de Bruine uit Rilland is
wagenmaker in hart en nieren
Buitenplaatsen in Zeeland
Twee man
Oude ledikanten
Walcherse brik
Televisie
Voorkomen in Zeeland
Verdeling binnen de
provincie
Het beroep van wagenmaker
mag dan niet meer van meester
op leerling overgaan, dat wil
geenszins zeggen dat het een uit
gestorven beroep is. De heer L.
de Bruine uit Rilland heeft het
afgelopen decennium al heel wat
Zeeuwse boerenwagens ge
bouwd. Zonder de hulp van ie
mand anders. Voorwaar geen ge
ringe prestatie.
Voor de goede orde, we spreken
hier over schaalmodellen: zoals
ze vroeger door de Zeeuwse boe
ren gebruikt werden, eksakt zo
maakt Leen de Bruine ze nu ook,
alleen veel kleiner. En net als de
authentieke wagens kunnen zijn
mini-wagens geheel uit elkaar ge
haald en weer in elkaar gezet
worden, zonder dat ergens een
spijker uitgetrokken hoeft te
worden. Met dat demonteren van
boerenwagens is het allemaal be
gonnen. Oorspronkelijk van
Noord-Beveland afkomstig
moest de jonge Leen al op
9-jarige leeftijd gaan werken. Hij
is 15 jaar boerenknecht geweest.
Als los arbeider ging hij van de
ene naar de andere boer. Een
deel van zijn werkzaamheden be
stond in de herfst uit het schoon
maken van de wagens. De mest
en de klei moesten eraf. De wa
gens moesten er helemaal voor
uit elkaar gehaald worden en ui
teraard weer in elkaar gezet, van
daar dat de Zeeuwse wagens voor
hem geen geheimen meer
hebben.
De Bruine is pas op latere leeftijd
met zijn hobby begonnen. Eerder
had hij er ook geen tijd voor,
want ook na zijn periode als land
arbeider heeft hij een druk le
ven gehad. Hij heeft o.a. meege
holpen bij het egaliseren van
Waarde na de ramp, waarbij de
voorman hem zei: 'De Bruine, je
werkt voor twee man'. Na veel
los werk is hij tot zijn pensioen
nog 19 jaar fabrieksarbeider ge
weest. Dat is nu al weer ruim 11
jaar geleden. Hij verveelde zich
een beetje toen hij zijn pensioen
had en toen is het eigenlijk be
gonnen met zijn hobby, 's Mor
gens is hij altijd in de 4 x 6 meter
grote schuur achter het huis te
vinden, 's Zomers ook 's avonds,
soms wel tot 11 uur. 's Middags
gaat hij vaak biljarten en bij
goed weer in de tuin werken of
fietsen. Op 76-jarige leeftijd
heeft hij zich nog een nieuwe ra
cefiets aangeschaft.
Sommige wagens maakt hij uit
het hoofd, andere van een teke
ning of van een keer op de televi
sie te hebben gezien. Dat laatste
was het geval bij de wagen waar
mee Tjeerd Velstra wereldkampi
oen vierspanrijden is geworden.
Uit afgedankte houten ledikan
ten maakt hij op de draaibank al
tijd eerst de wielen. Achter 12 en
voor 10 zaagt hij dan de spaken
uit. Dan volgen de assen en de
lankwagen (onderstel), vervol
gens de boomplank(bodem), de
ladders (zijschotten), het schotek
(achterschot) en de ren (verbin
ding tussen de ladders van de
voorkant). De ladders worden
overeind gehouden door zg.
roengen. Deze ijzers werden
vroeger warm in het hout gesla
gen. De Bruine vindt het prakti
scher om gewoon een paar gaat
jes te boren waar de roengen in
kunnen. Bij bietenwagens komen
op de ladders de bietenplanken.
Dit is het geval bij de Thoolse
wagens. De kleuren zijn wit en
groen, soms bruin, en rood aan
de binnenkant.
Pronkstuk in de kollektie is een
kerkbrik. De Bruine vertelt trots
dat hij aan een tekening voldoen
de had om die te maken. Op zijn
verlanglijstje staat nog een Wal
cherse brik waar niet aan de zij
kant maar aan de achterzijde in
gestapt moet worden. Deze zijn
nog in gebruik bij ringsteek
wedstrijden. De Bruine kent
echter niemand die zo'n brik
heeft en hij heeft ook geen te
kening....
De paarden om voor de wagens
te spannen kocht hij vroeger in
een speelgoedwinkel in Goes. La
ter wilde hij grotere dan die er in
de winkel voorhanden waren,
toen is hij ze zelf maar gaan ma
ken. Drie of meer stukken multi
plex (een rechter-, midden- en
linkerdeel) lijmt hij aaneen. Het
voorbereiden van de delen is een
sekuur werkje. Na het lijmen
wordt het geheel met beitel en
schuurpapier bewerkt en netjes
afgewerkt. Staart en manen
maakt De Bruine van hennep,
hetzelfde hennep als de loodgie
ter wel gebruikt. De tuigage
snijdt hij uit stukken leer of een
oude tas.
De heer De Bruine verricht zijn
hobby niet om er geld aan te ver
dienen maar soms verkoopt hij
wel eens een werkstuk. Hij heeft
ook wel 'op bestelling' een kar of
een paard geleverd. Hij verdient
omgerekend ongeveer drie
kwartjes per uur, heeft hij bere
kend, en dan komen alle on
kosten er nog bij. Gezien de boei
ende manier waarop hij zijn met
veel anekdotes doorspekte le
vensverhaal vertelt en het en
thousiasme dat hij uitstraalt ligt
hij van die karige beloning niet
wakker. Een hartewens wil hij
tot slot nog wel kwijt: 'Ik zou
graag een keer op t.v. komen', zo
vertrouwt hij ons toe, 'om alle
mensen te laten zien hoe interes
sant deze hobby wel is'.
L. Kattenwinkel
Zittende voor een uitstalling van zijn werkstukken toont De Bruine ons
een brik
van een middeleeuwse kasteelto
ren aan, overigens op een plaats
waar vroeger inderdaad een
kasteel stond, en misschien zelfs
gebouwd met stenen van dat
oude kasteel.
De aanleg in landschappelijke
stijl was makkelijker te realiseren
in de licht golvende duinrand.
Eenzelfde verschijnsel zien we
trouwens in Utrecht: daar trok
men van de rand van de riviertjes
de Vecht en de Kromme Rijn
naar de rand van het Gooi en de
Utrechtse Heuvelrug.
Vergeleken met bijvoorbeeld de
Vechtstreek zijn in Zeeland ei
genlijk weinig buitenplaatsen tot
in de huidige tijd bewaard geble
ven. Diverse watersnoodrampen
en de vrij vroeg verdwijnende
ekonomische belangrijkheid
(Amsterdam won de konkurren-
tieslag van Middelburg) zijn daar
duidelijk de oorzaak van.
Met name de oude buitenplaat
sen in de polder zijn veelal ver
dwenen. Alleen de namen van
boerderijen herinneren nog aan
deze buitenplaatsen. Vaak zijn
deze boerderijen bij de oude bui
tenplaats gebouwd, en soms zien
we nog enkele restanten van de
toenmalige tuin- en parkaanleg,
zoals bijvoorbeeld vijvers of
grachten. De buitenplaatsen uit
de duinrand zijn daarentegen
vaak nog wel aanwezig. Tussen
Domburg en Vrouwenpolder lig
gen onder andere nog: Hoogduin,
Duinvliet, Westhove, Duinbeek,
Berkenbosch, Schoonoord, Du-
no, Zeeduin, Overduin en Ipen-
oord. Deze buitenplaats had
den minder te lijden van waters
noodrampen omdat ze op hoge
re gronden lagen.
Over het uiterlijk van de huidige
buitenplaatsen, het onderhoud
wat er plaats vindt en de waarde
voor natuur en landschap wordt
een volgende keer wat meer ver
teld. Dan wordt ook nog iets ge
zegd over buitenplaatsen die de
laatste 50 jaar nog zijn aan
gelegd.
Inlichtingen: Stichting Land
schapsverzorging Zeeland, Grote
Markt 28 te Goes, tel. 01100 -
30936.
Kleine landschapselementen
Bij het woord buitenplaatsen
denk je niet meteen aan kleine
landschapselementen. Buiten
plaatsen zijn immers soms tien
tallen hektaren groot. Toch zijn
er ook veel kleinere buitenplaat
sen, soms niet groter dan enkele
duizenden vierkante meters. Om
dat de Stichting Landschapsver
zorging Zeeland zich bezighoudt
met het onderhoud van buiten
plaatsen in Zeeland wordt dit on
derwerp in de artikelenreeks over
kleine landschapselementen ook
eens belicht.
Momenteel treffen we in Zeeland
nog maar een uiterst bescheiden
deel aan van de buitenplaatsen
die er ooit voorkwamen. Al in de
middeleeuwen treffen we buiten
plaatsen aan in Zeeland. In die
tijd ging het vooral om kastelen
en hun bijgebouwen met omge
ving. Nog enkele van deze kaste
len zijn tot op heden bewaard ge
bleven. Soms herinnert alleen de
naam nog aan zo'n middeleeuws
kasteel. Bekende voorbeelden
van kastelen die er nog altijd
zijn: Westhove bij Domburg,
Slot Haamstede bij Haamstede.
In later tijden, met name vanaf
de Gouden Eeuw, trok de gegoe
de burgerij de stad uit. Een ver
schijnsel dat we ook in de huidige
tijd nog al eens kunnen waarne
men. Men kocht een flink stuk
grond, er werd een riant optrekje
op neer gezet en, wat met name
voor ons van belang is, er werd
een uitgebreid tuin-, park- en
boskomplex aangelegd. De hier
bedoelde buitenplaatsen lagen
meestal in de direkte omgeving
van in die tijd belangrijke han
delssteden: Middelburg, Vlissin-
gen en Zierikzee.
Omdat Zeeland, zeker in de Gou
den Eeuw, één van de ekono-
misch belangrijkste regio's bin
nen Nederland was, zijn er hier
bijzonder veel buitenplaatsen
aangelegd. Met name op Walche
ren vond men indertijd honder
den grote tot kleine buitenplaat
sen, soms niet meer dan een here
boerderij, soms uitgegroeid tot
een landgoed waar niet alleen
bossen bijbehoorden, maar ook
tientallen hektaren land
bouwgrond.
Opvallend is dat de buitenplaat
sen zich vooral in bepaalde gebie
den konsentreerden. Op Walche
ren lagen de oudste op de kreek
ruggen in de Polder Walcheren
(vooral langs de weg Vlissingen-
Koudekerke-Middelburg, en
langs de weg Middelburg-
Ruttinge-Sint Laurens-
Serooskerke). Later werden veel
buitenplaatsen aangelegd in de
duinrand. Het bekendst is wel
het gebied tussen Domburg en
Vrouwenpolder, ook wel bekend
als de Manteling. Op Schouwen-
Duiveland treffen we buiten
plaatsen aan aan de rand van het
duingebied, en met name ook in
de direkte omgeving van Zierik
zee bij Schuddebeurs. Verder
hebben in de rest van de provin
cie ook wel verspreide buiten
plaatsen gelegen, maar tot grote
re konsentraties kwam dat niet.
De verschuiving van het zwaarte
punt van het voorkomen van bui
tenplaatsen van de vruchtbare
kreekruggrond in de polder naar
het licht golvende zanderige
overgangsgebied tussen duin en
polder wordt deels verklaard
door het veranderen van stijl van
aanleg van de tuinen en parken.
Voor de negentiende eeuw wer
den tuin en park op een uiterst
kunstmatige manier aangelegd
(Franse stijl: strakke rechte lij
nen; voorbeeld: tuin van paleis
Het Loo). Als reaktie daarop
ontstond in de negentiende eeuw
juist een tegenovergestelde stijl:
de tuin en het park moesten zo
natuurlijk mogelijk aandoen, tot
in het overdrevene toe. Daarbij
hoorden flinke hoogteverschillen
in het terrein, kronkelende wa
terpartijen, enz. Men ging zelfs
over tot het nieuw bouwen van
ruïnes van tempels, en tot het
'planten' van dode bomen om de
romantiek van het landschap zo
goed mogelijk te benaderen.
Zo treffen we op de buitenplaats
Ellewoutsdijk nog een in de vori
ge eeuw nieuw opgetrokken ruïne
«s&s ee» bwittiftlft tsectsi vm és Aw
Vrijdag 13 maart 1987
13