De maand maart 1987 op het zuidwestelijk akkerbouwbedrijf Voor de derde achtereenvolgende keer hebben we te maken gehad met een strenge winter. Dit keer geen elfstedentocht, maar het zat er wel dicht tegen aan. In de ak kerbouw lijkt de schade door de vorst (voorzover op dit moment te overzien is) mee te vallen, al hoewel enkele partijen aardappe len (lees frieten) te bruin bakken, dus te koud zijn geweest. Als de grond goed ligt kunnen er in maart reeds suikerbieten gezaaid worden. De samenstelling van het bouwplan voor 1987 is geen eenvoudige zaak geweest. Het bewaakte mengprijs- systeem voor de suikerbieten, pro blemen met de zaaiuien, wegvallen van de teunisbloemen en de lang weggebleven contracten voor de wit- lofwortelteelt. zijn enkele zaken die veelvuldig besproken zijn deze win ter. Het bouwplan komt uiteindelijk toch weer vol, alleen de manier waarop is niet voor iedereen even prettig. De stemming wordt op dit moment vrij sterk bepaald door negatieve toekomstverwachtingen, dat is be grijpelijk. Het is echter verstandig om niet bij de pakken neer te gaan zitten, maar om door te zetten. Met een goed bedrijfsinzicht en goed be drijfsbeleid kan er nog veel. Het zal echter steeds belangrijker worden om goede kg-opbrengsten in combi natie met goede kwaliteit te realise ren. Een eerste aanzet hiervoor kunt u in de maand maart al geven door goed in het achterhoofd te houden dat niet de kalender, maar de bo demomstandigheden bepalend zijn voor de veld werkzaamheden. Bemesting Voorzover de kali nog niet gestrooid is, is het nu de hoogste tijd om voor chloorgevoelige gewassen nog K-60% te strooien. Bij hoge kaligiften op lichte gronden is het in maart verstandiger om met name voor bieten, aardappelemen bruine bonen patentkali re gebruiken. Het is u inmiddels wel duidelijk dat een Pw-getal van 25 en een K-getal van 18 de minimale streefgetallen zijn voor onze kleigronden. Het is in de eerste plaats zaak om op dit ni veau te komen en vervolgens om minstens dit niveau te handhaven. Bij Pw-getallen van 45 en hoger kunt u best wel wat minderen met de kunstmestfosfaatgift. Deze vermin dering mag echter niet zo fors zijn dat het niveau terugzakt tot een Pw- getal van 25. Bovendien leert de er varing dat wat verse fosfaat in het. voorjaar nuttig is. De uitslagen van het onderzoek op N-mineraal in het profiel zijn nog niet allemaal binnen. Door de vorst in januari is het bemonsteren uit gesteld, zodat de gegevens pas laat beschikbaar komen. Toch is in een apart artikel dat vorige week ver schenen is reeds een N-bemestings- advies gegeven. Voor vrijwel elk gewas - bestaat ér een N-bemestingsadvies. Het advies voor zaaiuien zal echter nooit zo veel besproken zijn geweest dan de afge lopen twee jaren. Het is niet zo dat de koprotproble- men alleen worden veroorzaakt door de N-bemesting. Er zijn meerdere factoren die invloed hebben op de gevoeligheid van het gewas voor koprotaantasting. De N-bemesting is echter nadrukkelijk het eerste punt waar u op moet letten. Het advies is 180 kg N-mineraal (ge meten tot 60 cm bouwvoor) en maxi maal 150 kg N per ha. Een enkel be drijf adviseert al om zeffs nog een wat lager advies aan te houden. Méér N dan het advies strooien is echt niet nodig, de opbrengst neemt amper toe, de kwaliteit gaat wél sterk achteruit. Bovendien zal de op brengstderving in kg produkt bij een N-gift die iets beneden het officiële ligt vaak zeer gering zijn. Grondbewerking voor zaaien en poten De ontwikkeling in de machines voor grondbewerking gaat steeds door. Veelal betreft het verbeterin gen van bestaande principes of com binatiewerktuigen met zaai of poot- machines. Voor de lichtere gronden blijft de voorkeur uitgaan naar een niet te fijne ligging, die met een cul tivator goed te bëreiken is. Op zwaardere grond zullen de aangedre ven eggen goed werk kunnen leve ren. De keuze voor wél of niet aan gedreven werktuigen hangt onder meer af van het gewas, de vlaklig- ging (het ploegwerk) en de structuur. Onder de huidige omstandigheden (goede structuur) zal het vooral voor gewassen zoals uien en bieten oppas sen zijn om de grond niet te intensief en zéker niet te diep te bewerken. Wat dat betreft kan de tandensleep in deze situaties nog goede diensten doen. Aangedreven werktuigen gaan onder deze omstandigheden makke lijk te diep werken, waardoor dan de vaak vochtige ondergrond ver- smeerd wordt. Voor aardappelen is er een toene mende belangstelling voor gecombi neerd poten en klaarmaken van de grond. Het voordeel zit vooral in het feit dat aardappels op niet bereden grond beter groeien. Beperk bij de grondbewerking zo veel mogelijk de verdichting van de ondergrond. Dit kan door rekening te houden met de zwaarte van de trekker, zo laag mogelijke ban denspanning aan te houden en het zaaibed in zo weinig mogelijk bewer kingen klaar te leggen. Groenbemesting Engels raaigras voor grasgroenbe mesting moet in wintergranen vroeg gezaaid worden. Bij voorkeur het zaad met wat grond bedekken, dus met de zaaimachine zaaien. Bestel alléén zaaizaad dat vrij is van kweek en duist. Bij zomergranen en vlas kan Engels raaigras gemengd met het zaaizaad uitgezaaid worden. Bij vlas dient dan een diploid ras geko zen te worden. Er is de laatste tijd nogal wat reclame gevoerd over riet- zwenk als grasgroenbemester. Zoals wij het nu kunnen bekijken is het in maart verstandiger om voor Engels raaigras te kiezen. Bij erg vroeg zaai en in de winter is het misschien beter om rietzwenk te zaaien. De proeven zullen ons daarin nog meer inzicht moeten geven. Wintertarwe Let goed op of er duist in uw winter tarwe staat. Enkele duistplanten per m2 kunnen al heel wat schade ver oorzaken. De kans op duist is dit jaar groter omdat er in het najaar van 1986 in de regel wat minder Tri- bunil gebruikt is per ha. Zo'n 2-3 kg Tilbunil is vaak onvoldoende om duist goed op te ruimen, zéker op wat zwaardere grond. Op percelen waar nu duist staat moet deze zo snel mogelijk bestreden worden. Arelon en Tolkan S komen het eerst in aan merking. Tolkan S neemt ook kleine breedbladige onkruiden mee. De tar we moet wel wat hersteld zijn van de vorst. Als er kleefkruid komt is het verstandig te wachten tot alle kleef kruid gekiemd is en dan het middel Starane in te zetten. Het middel Tentron (isoproturo Starane) zou zowel duist als kleef kruid goed bestrijden. Het is prak tisch gezien echter erg moeilijk om het geschikte tijdstip te vinden voor toepassing. Voor duist moet men vroeg zijn en voor kleefkruid moet men op de laatste kiemers wachten. Wat later in maart kunnen bij wat groeizamer weer o.a. Graminon plus, Arelon combi of Foxtar DP in gezet worden tegen duist kleine breedbladige. onkruiden. Bij alle bovenstaande middelen (be halve Starane) kan er géén gras on- dergezaaid worden. Zaaiuien Geluiden alsof gecoat zaad méér koprotaantasting zou geven dan naakt zaad worden tot nu toe niet bevestigd door de SNUiF-proeven, zodat het gebruik van gecoat zaad niet ontraden wordt. Wanneer besloten wordt om naakt zaad te gebruiken is het goed zich er van te overtuigen dat er Phytosol- poeder beschikbaar is voor de nood zakelijke ontsmetting tegen de made van de uienvlieg. Het gebruik van precisiezaad heeft de voorkeur vanwege de hogere kiemkracht, zowel bij naakt zaad als bij gecoat zaad. Bovendien kunt u bij precisiezaad ±0.5 eenheid per ha. minder gebruiken dan bij ge woon zaad. Bedenk bij maart-zaai dat de veldopkomst vaak wat min der is, gebruik in maart daarom 5.5 eenheid precisiezaad en 6 eenhe den gewoon zaad. Om een snelle oogstmethode te kun nen toepassen (inclusief loofklap- pen) is het gewenst om de uien te zaaien volgens het rijpadensysteem. Erwten Precisiezaai van erwten heeft diverse voordelen. Er kan minder zaaizaad gebruikt worden. De zaaidiepte is gelijkmatiger en goed te regelen, waardoor een betere en gelijkmati ger opkomst valt te verwachten. Dit betekent ook minder kans op vogel- schade. Voor een goede stand zijn bij preci siezaai 45-50 pl./m2 nodig. Bij een DKG van 330 en 90% opkomst wil dit zeggen 165 kg zaaizaad per ha. Dit is 50 kg/ha. minder dan de zaai- zaadhoeveelheid die met de gewone nokkenradzaaimachine gebruikt moet worden. Bij de zaaizaadontsmetting van erw ten zijn er twee mogelijkheden; TMTD carbendazim is altijd no dig, Terwijl op percelen waar men voetziekte of valse meeldauw ver wacht het middel Aliëtte extra bij de TMTD carbendazim gevoegd moet worden. Uit proeven is echter gebleken dat op percelen waar geen voetziekte of valse meeldauw voor komt de Aliëtte-toevoeging vaak wat groeiremming geeft. Als u bij uw handelaar nog kunt kiezen voor een bepaalde ontsmetting is het advies: Aliëtte enkel toevoegen als u fre quent erwten teelt (eens per 6-7 jaar) of als u de ervaring heeft dat op uw perceel voetziekte of valse meeldauw voorkomt. Tegen vogelschade kan als extra ook het middel Mesurol op het zaad gebracht worden. Veldbonen Bedenk allereerst dat veldbonen in uw bouwplan overeenkomen met erwten wat vruchtwisseling betreft. Dat betekent dus 1 keer per 6-7 jaar erwten of veldbonen zaaien. Zodra de grond goed bewerkbaar is in het voorjaar kunnen veldbonen gezaaid worden. Zaai bij voorkeur met een precisiezaaimachine waarbij ook (fosfaat) rijenbemesting gege ven kan worden. Zaaien met de nokkenradzaaimachi ne wordt afgeraden. Als zaaizaad- hoeyeelheid is 5 eenheden per ha. voldoende (op erg zware, stro-arme grond iets meer). Bij het ras Alfred dat het meest gebruikt wordt, is een plantaantal van 20-25 per m2 het meest geschikt. Op strorijke gronden wordt enkel tripelsuperfosfaat als rijenbemesting gegeven. Op stro-arme gronden is het gunstig om ook een startgift met stikstof te geven. De mengmeststof 11 52 0 is hiervoor bijzonder ge schikt. Uitgaande van een Pw-getal van 25 is een gift van 120 kg zui vere fosfaat per ha. voldoende. Dit komt neer op 250 kg tripelsu per/ha. of 250 kg 11 52 0 per ha. Als bodemherbicide kan het beste Bladex gebruikt worden vlak na de zaai. Let bij Bladex goed op voor overlapping of te hoge concentratie, vooral op lichtere grond. Bieten Als de bodem- en weersomstandig heden goed zijn, zullen er in de twee de helft van maart bieten gezaaid kunnen worden. Waar het risico bestaat voor aantasting door ritnaal- den (koperworm) of emelten is een grondbehandeling met V/i-5 liter lindaan gewenst. Indien er tegen ver* wachte bietekevers nog geen andere maatregelen getroffen zijn (b.v. furathiocarb-pil of Tranid) is ook hiervoor het gebruik van V/i-5 liter lindaan gewenst. Lindaan dient na bespuiting zo spoedig mogelijk inge werkt te worden. Het is wel uitkij ken als er naast een 5 liter lindaan- bespuiting ook nog een stevige dosis bodemherbicide wordt ^verspoten. Vaak zien we bij de combinatie van deze twee toch wat groeiremming. Temik is dit jaar weer op de markt. Bij de vroege maart-inzaai is het ech ter zéér de vraag of Temik wel ren dabel is. De bietecysteaaltjes komen pas als de grondtemperatuur op een goed niveau zit, vaak zo rond half juni. Bij vroege zaai kan de Temik dan al een eind uitgewerkt zijn. Ui teraard zal de besmettingsgraad van de grond een grote rol spelen of er toch Temik gebruikt wordt. Controle pootgoed Wanneer in maart het pootgoed uit de mechanische koeling bij u op het bedrijf wordt afgeleverd, dienen een aantal zaken bekeken te worden. Controle op voorkomen van Fusari- um, Phytophthora en Rhizoctonia. Was enkele knollen eens onder de kraan, de besmetting met Rhizocto nia is dan duidelijker te beoordelen. Bovendien zit de Rhizoctonia- aantasting veelal onder de aankle vende grond aan de knol. Beoordeel de partij goed en ga na of een ont smetting met Solacol of Moncereen zinvol is. Belangrijk hierbij is ook het poottijdstip. Tel het aantal knollen per baaltje. Pas dan kunt u de benodigde hoe veelheid pootgoed bepalen. Bekijk voor uzelf nog eens kritisch de pootafstand in de rij. Levert u voldoende aardappelen boven 50 mm af of valt de sortering nogal eens tegen? Te nauw planten geeft vaak een te fijne sortering. Een wij de plantafstand kost niet veel kilo's, maar geeft wel een grovere sor tering. Plaats het pootgoed bij voorkeur op een luchtige plaats, niet teveel op el kaar gestapeld. Niet in de regen la ten staan. Kijk ook uit dat u géén pootgoed plaatst in ruimten waar "gegast" is. Korte wenken Vanaf begin maart kunt u weer ge bruik maken van de telefonische be richtgeving over actuele akkerbouw- problemen. Het nummer is 08106- 14166. U kunt weer in het bezit komen van een bouwboek door een bedrag van f 25,over te maken op postreke- ningno. 2249700 van het PAGV te Lelystad, onder vermelding "Bouw boek". Als de stikstof goedkoop is, is dat geen reden om de N-giften maar naar boven af te gaan ronden. Denk aan de kwaliteit vaji uw gewassen. Als u interesse hebt voor deelname van Epipré kunt u zich nu reeds op geven bij uw bedrijfsvoorlichter. Door zelf waarnemingen in uw ge was uit te voeren krijgt u een spuit- advies via de Epipré-computer. De bedrijfsvoorlichter, ing. W.L. v.d. Ree Bedrijfshygiëne Ziekten en plagen liggen overal op de loer om ook uw bedrijf te besmetten. Neem uw maatrege len waar dat nodig is. Maakt u uw machines schoon wanneer u gewerkt hebt op een perceel waarvan u weet dat er een grondgebonden ziekte in zit? Denkt u daarbij ook aan het ver slepen van grond bij de voor jaarsgrondbewerking? Heeft u de hopen met aardap- pelafval al afgedekt met plastic om hergroei in voorjaar en zo mer te voorkomen? Als u uien op de hoop moet rij den vanwege een te hoog percen tage koprot, denkt u er dan aan dat deze hoop weer een infectie bron is voor 1987? Het is ver standiger ook deze hopen af te dekken. Voor gewassen als uien en 'suikerbieten mag de grond niet te diep los gemaakt worden. 12 Vrijdag 27 februari 1987

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1987 | | pagina 12