De herontdekking van de
wonderschone Camellia
Sluiting Openluchtmuseum maakt
van verzamelingen dode
berg spullen....
Openluchtmuseum misschien dicht, maar Wie schrijft
onze geschiedenis op als jullie het niet meer doen?"
Af en toe is er in oude beschutte
tuinen nog een schitterend exem
plaar van de heester Camellia te
zien. Wie deze zeldzame heesters
ooit in volle bloei heeft gezien is
levenslang onder de indruk van de
overweldigende schoonheid van de
bloesem. De geringe verspreiding
van de Camellia heeft uiteraard
een oorzaak. Die oorzaak zit voor
al in de geringe winterhardheid
van deze prachtige plant. Nieuwe
ontwikkelingen met betrekking tot
die winterhardheid lijken de toe
passingsmogelijkheden te verrui
men. Door kruisingen zijn
hybriden en cultivare gekreëerd
die zich nu ook onder Nederland
se omstandigheden in volle
schoonheid kunnen ontwikkelen.
Camellia en thee
Haar oorsprong schijnt de Camel
lia in lang vervlogen tijden gehad
te hebben in de Burmaanse
landstreek Irrawaddy. In de loop
der eeuwen vond ze geleidelijk
haar weg naar het oosten zoals on
der andere Japan en Taiwan en
naar het noorden naar China.
Daar zou het vermoedelijk bij ge
bleven zijn indien niet omstreeks
1650 door de Portugezen de thee
werd ontdekt en vanuit Macao het
vervoer daarvan op gang kwam
naar Europa. De verklaring voor
het verband tussen Camellia en
thee is even kort als simpel. De
thee wordt gewonnen van de Ca
mellia sinensis-soort.
Het verhaal wil dat de chinezen,
die toen reeds genieters en dus te
lers van het theeprodukt waren de
Portugeze kolonisten om de tuin
wilden leiden dan wel behagen
door het meegeven van een
Camellia-plant. In dit geval niet de
De Camellia Elegans Supreme.
thee-Camellia, maar een andere
soort die niet te gebruiken was
voor thee en die beeldschone bloe
men droeg.
Vanaf dat moment steeg niet al
leen het gebruik en de invoer van
thee in Europa, maar kwam er
ook een botanische jacht op gang
naar de talloze siervariëteiten van
de Camellia, die in China en Ja
pan al eeuwenlang voorkwamen
en in hoog aanzien stonden. Bo
vendien bleek het kruisen en selek-
teren van nieuwe cultivars een niet
al te moeilijke opgave.
In Frankrijk werd de plant inge
voerd door de jezuiet J.G. Kamel
in het begin van de achttiende
eeuw. De naam Camellia zou van
zijn naam zijn afgeleid. Sedertdien
ontstond er in Europa een ware
adoratie voor de Camelliaplant
zowel onder kwekers als pure be
wonderaars.
Hoogtepunt in de 19e eeuw
In de 19e eeuw bereikte de Camel
lia als sierplant haar grootste ver
maardheid. Rond 1900 waren er
vermoedelijk al enige duizenden
variëteiten ontdekt dan wel door
kruisingen tot stand gebracht. In
Frankrijk was de Camellia met na
me in Bretagne en Normandië een
belangrijke kultuurplant gewor
den evenals in het door een zacht
klimaat gezegend Zuid-Engeland.
De Camellia die tot dan toe over
wegend uit de soort japonica voort-
kwam, had één vervelende
eigenschap. Ze kon slecht vorst
verdragen en moest in koudere
streken in de winter met veel zorg
worden omringd. Mede daardoor
bleef het hebben van Camellia's
veelal voorbehouden aan rijkere
milieus die konden beschikken
over een kas of serre van enige
omvang en over één of meer tuin
lieden. Immers, in volgroeide staat
heeft de Camellia een omvang van
twee tot drie meter.
Het uitbreken van de Tweede We
reldoorlog en de daarop volgende
spreiding van de welvaart hebben
er toe geleid dat vele kostbare Ca
mellia kollekties teloor gingen. Als
sierplant verdween daarmee de
Camellia voor langere tijd uit de
belangstelling.
Nieuwe ontwikkelingen
Gelukkig waren er ook na de oor
log weer kwekers die zich enthou
siast en volhardend toelegden op
het ontwikkelen van soorten met
nog betere eigenschappen. Met na
me in Nieuw Zeeland zijn er suc
cessen geboekt ten aanzien van een
betere winterhardheid. Het is ge
lukt om een aantal fraaie hybriden
te kweken die bestand bleken te
gen het koudere klimaat van West
Europa. Met name de zogenaam
de Jury hybriden zijn geschikt
voor omstandigheden die de tem
peratuur 18 graden onder nul niet
te boven gaan.
Groeiplaatsomstandigheden
In het gebied van oorsprong groei
en Camellia's in bossen onder in
vloed van de zee. Het klimaat
wordt gekenmerkt door een voch
tige niet al te koude winter, een
warme droge zomer met daartus
senin een vochtig en ook relatief
warm voorjaar. De grond moet
humushoudend zijn met zuur
graad van pH 4-5, vergelijkbaar
met die van bijv. Rhododendrons.
Ze groeien in de schaduw of half
schaduw van bomen en andere
struiken die bescherming bieden
tegen felle zon en scherpe wind.
Willen we in ons klimaat succes
vol Camellia's in onze tuin aan
planten dan zullen we ons naar die
oorspronkelijke groeiplaatsom
standigheden moeten richten.
De Camellia Jury's Yellow.
Een Camellia is zeker geen gemak
kelijke plant die overal in een tuin
kan worden geplant. Toch zijn er
plaatsen denkbaar waar andere
planten moeilijk gedijen die juist
voor de Camellia geschikt zijn.
Denk aan vochtige schaduwrijke
plekken op een beschutte westzij
de van de woning of onder wat
ouder geboomte waar het nog vol
doende vochtig is e.d.
In potten en containers
Een toepassing die steeds meer
aandacht krijgt is het planten van
Camellia's in potten op terrassen
en dergelijke. We hebben dan de
groeiplaatsomstandigheden zelf
geheel in de hand. We kiezen de
geschikte potgrond, geven op tijd
water en zetten de plant in de scha
duw of halfschaduw op plaatsen
met als het even kan een hoge
luchtvochtigheid.
Vooral wat sombere patio's kun
nen met Camellia's prachtig wor
den verlevendigd. Een voordeel
van de planten in pot is het gege
ven dat bij vorst de planten ge
makkelijk vorstvrij kunnen
worden weggezet. Planten in pot
moeten om de paar jaar na de
bloei worden verpot.
De kuituur van Camellia's is niet
de gemakkelijkste. Wie zich de
moeite van een goede verzorging
getroost, wordt echter rijkelijk be
loond met een bloemenpracht die
door geen andere tuinheester
wordt geëvenaard.
"Wie schrijft nu onze geschiede
nis als jullie het niet meer doen?"
Een telefonische reaktie van een
zwaar teleurgestelde boer die de
konsekwenties van een mogelijke
sluiting van het Openluchtmu
seum in Arnhem bijzonder raak
onder woorden bracht. "We krij
gen de laatste dagen overigens veel
meer reakties uit de agrarische we
reld", vertelt drs. B.P. Wubbels
die in de hektische gebeurtenissen
rond het museum het afgelopen
weekend even tijd vond voor een
gesprek. Er zijn veel boeren die
zeggen de sluiting verschrikkelijk
te vinden. Ze vragen nog gauw
even langs te komen om nog iets
op te halen van vroeger. Maar het
omgekeerde gebeurt ook. Er zijn
er die een ooit gegeven voorwerp
weer terug willen, "want als het zo
moet dan had ik er ook wel geld
voor kunnen vragen".
Gewone gezin
Wat hier op het spel staat is, al
dus Wubbels, de geschiedenis van
de gezinnen op het platteland.
"Het publiek komt hier naar zijn
eigen verleden kijken. Wij hebben
dat verleden zo wetenschappelijk
verantwoord mogelijk in beeld ge
bracht. Het in een kader plaatsen
van de verschillende voorwerpen
en gebouwen vraagt veel weten
schappelijk speur en onderzoek
werk. Als het openluchtmuseum
wordt gesloten gaat dat teloor en
als het wordt geprivatiseerd dan
zal de nieuwe eigenaar juist op dat
onderdeel zwaar gaan bezuinigen
en dat kan een museum als dit nu
juist niet hebben".
Direktie en personeel hebben uit
respekt voor het verleden en uit
liefde voor het werk en het mu
seum een protestaktie gehouden
Behalve een aantal kollekties klederdrachten, wagens en ploegen uit Zeeland
en Noord-Brabant, staan er op het terrein de landbouwwerktuigenloods van
Massee uit Goes. Het voorste gedeelte hiervan is opgebouwd en zal dienst doen
als werkplaats voor het repareren van oude landbouwwerktuigen. Ook zullen
er Zeeuwse voorwerpen uit de zuivelbereiding worden tentoongesteld. Op het
museumterrein staat verder een weeghuisje uit Wolphaartsdijk. Er wordt mo
menteel druk gewerkt aan de herbouw van een kerkje uit 's-Heerenhoek zie
foto). Uit Noord-Brabant staan er boerderijen uit Etten-Leur en Budel.
die zijn uitwerking naar het pu
bliek niet heeft gemist. Het afge
lopen weekend kwamen tegen de
honderdduizend bezoekers een
kijkje in het museum nemen om
met een handtekening te proteste
ren tegen de sluiting die door het
ministerie van WVC is aange
kondigd.
Uit een bezoekersonderzoek dat
afgelopen seizoen is gehouden,
blijkt dat het publiek uit zowel de
stedelijke als de plattelandsgebie
den komt. Uit de relatief dun be
volkte gebieden komen de meeste
bezoekers. Volgens Wubbels valt
uit de gegevens af te leiden dat er
veel mensen bij zijn die in het ver
leden uit de landbouw zijn gegaan
of die vroeger uit hun agrarische
dorpjes zijn verhuisd naar de stad.
"Zij willen hun verleden nog eens
weer terug zien".
Deze week heeft het personeel bij
de Kamerleden duidelijk proberen
te maken dat sluiting van het
Rijksmuseum of een puur kom-
merciële exploitatie als een soort
pretpark een historische vergissing
is. Het zou de vernietiging van een
groot stuk kuituur en van een
enorm kapitaal betekenen", aldus
de heer Wubbels.
J. Wierenga
Op 3 februari heeft de minister van
WVC in weerwil van recente afspra
ken zijn voornemen bekend gemaakt
om het Nederlands Openluchtmu
seum te sluiten en het personeel-
bestand van 120 tot 40 mensen terug
te brengen. Deze maatregel zal aan
het Nederlandse kultuurbezit een
schade toebrengen die in geen verhou
ding staat tot de eventuele financiële
besparingen, aldus het personeel van
het Openluchtmuseum in een uitgege
ven verklaring. Vanaf 1912 zijn hier
verzamelingen aangelegd van boerde
rijen, molens, woonhuizen en be
drijfsgebouwen. Daarnaast is er een
enorme variëteit aan voorwerpen uit
het dagelijks leven, zoals de interna
tionaal befaamde klederdrachten, wa
gens en karren, gereedschappen van
alle mogelijke verdwenen en verdwij
nende beroepen, winkel- en kleinbe-
•drij fsinventarissen, nij verheidsproduk-
ten, huisraad, handwerken en volksaar
dewerk.
Tenslotte is er een uitgebreide doku-
mentatie over dit alles opgebouwd.
"Sluiting van het museum maakt de
verzamelingen in één klap tot een do
de berg spullen die maatschappelijk
en wetenschappelijk nog slechts van
marginale betekenis is. Het eventueel
later weer op gang brengen van de ba
sis, de wisselwerking tussen museum
en publiek, zal uiterst moeizaam zijn
- zo'n relatie wordt niet zomaar even
weer opgebouwd, en zeker ni^t op
kommerciële basis. Daarom vragen
wij uw steun, zodat minister Brink
man zich realiseert wat hij eigenlijk
verkwanselt, en dat dit niet kan", al
dus een verklaring van het personeel.
De acties in Arnhem lijken succes te
hebben. Dinsdagavond heeft minis
ter Brinkman een brief naar de
Tweede Kamer gestuurd. Daarin
wordt een onderzoek aangekondigd
door de Nationale Investeringsbank
naar de mogelijkheden om het mu
seum tegen lagere kosten open te
houden. In afwachting van de resul
taten van dit onderzoek gaat het mu
seum volgens het oorspronkelijke
plan gewoon op 1 april open. Wel
heeft de minister aangekondigd dat
de huidige toegangsprijs van vijf
gulden fors zal worden verhoogd.
Afgelopen weekend was de
belangstelling voor het Openlucht
museum bijzonder groot.
12
Vrijdag 13 februari 1987