Grote verschillen in opbrengst steelkleur bij rabarberrassen en Verschillen tussen rassen bij tuinbonen groot In Nederland is de rassenkeuze bij rabarber per teeltgebied nogal ver schillend. Zo zweert Limburg bij Frambozen Rood, terwijl rond Ba- rendrecht voor de forcering voornamelijk Goliath geteeld wordt. Daarnaast wordt voor de vroege forcering nog Timperley Early ge bruikt. Tussen deze rassen komen grote ver schillen voor in opbrengst en steel kleur. Frambozen Rood heeft in de forcering de mooiste steelkleur, maar de opbrengst is bijna de helft lager dan van Goliath. Timperley Early is het vroegst forceerbare ras met een opbrengst, die vergelijkbaar is met Goliath. Maar de kleur, dikte en rechtheid van de stelen laten te wensen over. Het is dus van groot belang het rassensortiment te verbe teren met rassen, die de verschillen de eigenschappen beter in zich vere nigen. Daarom werd gestart met on derzoek aan rassen afkomstig uit o.a. Engeland en Canada^ forcering in trekruimten, vervroegde teelt met folie en normale buiten teelt. Begin januari 1983 werd be gonnen met het forceren van de tweejarige pollen bij 14°C. Drie tot Rassen Het vooronderzoek aan elf rassen werd bij het PAGV in Alkmaar en te Vierpolders uitgevoerd. In 1981 is gestart met een uitgebreid onderzoek aan negen rassen. Plantmateriaal af komstig van het PAGV is op 18 fe bruari 1981 geplant bij de proeftuin te Wieringerwerf en op 6 maart in Breda. De plantafstand was resp. 100 x 75 cm en 180 x 75 cm. Alle ras sen hadden dezelfde plantafstand. Bij de foreering kan de uitwendige steelkleur beïnvloed worden door de temperatuur tijdens de trek Goliath, Versteeg, Timperley Early, Sutton's Seedless, Holsteiner Bloed, German Wine, Crimson Wine, Champagne Rood en Frambozen Rood werden in de proeven opgeno men. De rassen zijn onderzocht voor Het areaal tuinbonen in 1984 bedroeg 1.649 ha, waarvan ongeveer 1.280 ha op kontrakt werd geteeld. De aanvoer op de veilingen bedroeg in 1983 6,4 miljoen kg peulen ter waarde van 2,4 miljoen gulden en vindt hoofdzake lijk aan het begin van het tuinbonen seizoen plaats. Het merendeel van de latere tuinbonen vindt direkt zijn weg naar de verwerkende industrie. De handelsproduktie, waar de veilin- gaanvoer, omgerekend naar korrelge wicht, is opgenomen, bedroeg in 1983 10,9 miljoen kg ter waarde van 5,8 miljoen gulden. Noord-Brabant is met ruim de helft van het totale areaal een belangrijk produktiegebied, gevolgd door Lim burg. Voorts komt teelt van redelij ke omvang voor in Drente, Noord-Holland en Zuid-Holland. De industrie neemt circa 60% van de tuinbonenproduktie af, waarvan het grootste gedeelte bestemd is voor ste riliseren in blik of glas, terwijl de rest wordt diepgevroren. De rassen kunnen in twee groepen worden verdeeld: rassen die na steri lisatie of na koken bruin worden en de typische bittere tuinboonsmaak be zitten en rassen die na sterilisatie of na koken blank of groen blijven en de bittere smaak missen. Voor vers gebruik worden overwe gend bruinkokende rassen gebruikt. De teelt ervan vindt plaats op tuin bouwbedrijven, waar tuinbonen vol- velds worden geteeld of als windkering in kombinatie met wind gevoelige gewassen, zoals augurken. Dikwijls worden tuinbonen onder Rassenbijlage platglas gezaaid om later in de volle- grond te worden uitgeplant, waardoor vervroeging van de oogst wordt ver kregen. Meestal worden rassen of se- lekties gebruikt die vroeg zijn en forse peulen vormen, wat de plukkosten drukt. Ook worden de plukkosten la ger naarmate de peulen uniformer af rijpen. Bij vroege pluk is het noodzakelijk er op te letten dat de za den reeds voldoende zijn ontwikkeld, daar anders het rendement (zaadge wicht per kg peul) erg laag ligt. De industrie gebruikt zowel bruinko kende als blankblijvende rassen. Bruinkokende rassen hebben een goe de konsistentie en smaak, maar geven bij sterilisatie, wanneer geen toevoe ging van calcium-dinatrium-ethyleen- diamine-tetra-acetaat (EDTA) plaats vindt, een troebele opgiet en een grauwbruine kleur, waardoor ze wei nig ogen. Dit is de reden dat voor konservering in glas de voorkeur wordt gegeven aan blankblijvende rassen. In het algemeen wordt in een jong stadium geoogst om een kwali tatief zo goed mogelijk produkt te verkrijgen. De industrie vraagt speci aal om rassen met fijne zaden. Voor de industrie komen ook late rassen in aanmerking. In bepaalde gevallen ver dienen deze zelfs de voorkeur door een gunstiger tijdstip voor ver werking. Vooral bij de wat latere teelten kan veel schade worden ondervonden van topvergelingsvirus, dat bladrol ver oorzaakt, en van bonescherpmozaïek- virus, dat mozaïekverschijnselen in de bladeren geeft. Er zijn belangrijke rasverschillen. vier weken later werd de tempera tuur verlaagd tot 12°C. In 1982 werd met de oogst bij de ver vroegde teelt eind maart in Breda en eind april te Wieringerwerf begon nen. In 1983 en 1984 was het begin van de oogst een week later. De pol len van de normale buitenteelt wer den voor het eerst in 1983 geoogst. In Breda werd half april en te Wie ringerwerf begin mei begonnen met de oogst. In 1984 was dit door het koude voorjaar ongeveer drie weken later. Opbrengst Zowel tussen de teeltmethoden als tussen de rassen werden grote ver schillen in opbrengst gevonden. Bij de forcering bedroeg de gemid delde opbrengst ruim 32 ton per ha, waarbij het laagst opbrengende ras 19 en het beste ras 40 ton per ha pro duceerde (zie tabel). Bij de forcering en de vervroegde teelt heeft de plantafstand een grote invloed op de opbrengst. Zo was in Breda door een grotere plantafstand dan in Wieringerwerf de opbrengst per pol het hoogst, maar per ha ge teelde pollen het laagst. Bij de ver vroegde teelt werd van dezelfde pol len drie jaar achter elkaar geoogst. De gemiddelde opbrengst was 51 ton per ha. De opbrengst per jaar va rieerde van 45 ton in het eerste jaar tot 49 ton in het derde oogstjaar. Tussen de rassen traden enorme op- brengstverschillen op. Het slechtste ras bracht 22 ton en het beste ras maar liefst 78 ton per ha op. Bij de normale buitenteelt werd twee jaar achter elkaar van dezelfde pollen ge oogst. Doordat in Wieringerwerf de groei van de pollen in het voorjaar eerder op gang kwam dan in Breda, was de opbrengst ook hoger. In 1983 was de opbrengst in Wieringerwerf 60 ton en in 1984 115 ton per ha. Te Breda was de opbrengst de heltt la ger. Gemiddeld over twee jaar bracht het slechtste ras 31 ton en het beste ras 90 ton per ha. De op- brengstverschillen worden bepaald door het aantal stelen, de dikte en de lengte van de stelen. Bij het forceren hebben Champagne Rood, Frambozen Rood, Sutton's Seedless, Goliath en Versteeg onge veer hetzelfde aantal stelen gegeven en nam de opbrengst per ras toe met de stengeldikte. Timperley Early, die dunne stelen vormde, produceerde evenveel als Versteeg, doordat Tim perley Early meer stelen gaf. De ste len van Crimson Wine, German Wi ne, Sutton's Seedless en Holsteiner Bloed waren gemiddeld even dik. Holsteiner Bloed gaf de meeste ste len gevolgd door Sutton's Seedless, German Wine en Crimson Wine. De opbrengst van Sutton's Seedless was hoger dan van Holsteiner Bloed door de langere stelen. Zo ook gaf German Wine meer stelen dan Crim son Wine, maar de opbrengst van German Wine bleef achter door de kortere stelen. Bij de vervroegde teelt hebben Holsteiner Bloed, Ger man Wine, Frambozen Rood, Goli ath, Versteeg en Crimson Wine on geveer hetzelfde aantal stelen gege ven. Ook hier nam de opbrengst toe met de steeldikte. Timperley Early en Champagne Rood hadden even dunne stelen. Maar Timperley Early kon qua opbrengst wel mee door het grotere aantal en de ook iets langere stelen. Sutton's Seedless had de hoogste opbrengst, doordat dit ras meer stelen heeft geproduceerd dan Versteeg en Crimson Wine, die even dikke stelen hadden als Sutton's Seedless. Bij de normale teelt rea geerden de rassen hetzelfde als bij de vervroegde teelt. In de loop van de jaren reageerden de rassen verschillend. Zo nam bij Sutton's Seedless de opbrengst per jaar zeer sterk toe. Bij German Wine nam de opbrengst per jaar bij de be dekte teelt af. Bij Frambozen Rood nam de opbrengst eerst toe om daar na sterk af te nemen. Kennelijk was van dit ras in 1983 teveel geoogst. Bij Versteeg was er waarschijnlijk te weinig geoogst in 1983, want de op brengst nam in 1984 zeer sterk toe. Steeldikte Verwacht mag worden dat de teelt methode en de lengte van de oogst- periode ook invloed heeft op de steeldikte. In het algemeen geeft for ceren dunnere stelen dan de ver vroegde teelt of de normale teelt. Verder bleek de steeldikte bij Goli ath in de vervroegde teelt door de ja ren af te nemen en bij Timperley Early daarentegen toe te nemen. Daarnaast is het bij German Wine opmerkelijk dat na één oogstjaar de steeldikte sterk terugliep zowel bij de vervroegde teelt als bij de normale teelt. Steelkleur Bij de forcering kan de uitwendige steelkleur sterk beïnvloed worden door de temperatuur tijdens de trek. Een hoge temperatuur geeft licht rood gekleurde tot groene stelen. Een lage temperatuur geeft rood tot donkerrood gekleurde stelen. Een uitzondering hierop vormt het ras Versteeg, dat in het geheel niet rood kleurt. Het instellen van de juiste temperatuur is dus erg belangrijk. Bij de vervroegde en de normale bui tenteelt hebben we de temperatuur echter niet in de hand. Bij de bedek te en normale teelt werd de uitwendi ge steelkleur van de rassen niet al leen beïnvloed door de proefplaats, maar ook sterk door het jaar. Voor al bij Goliath, Crimson Wine, Champagne Rood en Frambozen Rood was de kleur van jaar tot jaar nogal verschillend. De inwendige steelkleur werd sterk beïnvloed door beschadigingen van de steel. Bescha digde stelen waren altijd inwendig rood. Daarnaast had ook de teeltmethode invloed op de inwendige steelkleur. Zo was de inwendige steelkleur bij Crimson Wine bij forcering veel be ter dan bij de vervroegde en normale teelt. Dit gold in nog sterkere mate bij Frambozen Rood. Ook het jaar had invloed op de inwendige steel kleur. In 1984 was de inwendige kleur bij de vervroegde en normale buitenteelt veel minder dan in 1982 en 1983. Tenslotte Wie vroeg met forceren wil begin nen, is aangewezen op Timperley Early. Voor de iets latere forcering kan gekozen worden uit Goliath, Sutton's Seedless en Frambozen Rood. Goliath heeft een hoge op brengst en een goede steelkwaliteit hoewel de steelkleur wel wat beter kan. Frambozen Rood heeft de mooiste kleur, maar de opbrengst is eigenlijk te laag. Sutton's Seedless geeft een hoge opbrengst en heeft een goede zowel uitwendige als in wendige kleur. Dit ras is dan ook ze ker het beproeven waard. Voor de vervroegde teelt met folie komen alleen de vroegste rassen in aanmerking. Dus vooral Timperley Early is hiervoor geschikt. Daar naast komt Frambozen Rood, die wat later is, in aanmerking. Voor de normale buitenteelt komt Goliath als beste naar voren. Ook Frambozen Rood is geschikt, alhoe wel de opbrengst een stuk lager is dan bij Goliath. Sutton's Seedless heeft niet voldaan in deze teeltwijze vanwege de zeer dikke stelen. Mis schien kan door dichter te planten en langer door te oogsten de steeldikte naar een meer aanvaardbaar nivo gebracht worden. De stelen van Timperley Early hebben onvoldoen de kleur en zijn te krom in deze teeltwijze. Voor de teelt voor de industrie ko men Versteeg en Goliath in aanmer king. Vooral Versteeg is zeer ge schikt vanwege de hoge opbrengst en de groene steelkleur. De overige ras sen hebben niet voldaan. Holsteiner Bloed vanwege de kromme steel- voet. German Wine vanwege de lage opbrengst, te korte stelen, het barsten van de stelen en de zeer dun ne opperhuid die gemakkelijk be schadigd wordt. Crimson Wine van wege de te dikke stelen, het barsten van de stelen en de zeer dunne op perhuid. Champagne Rood bleef te sterk in opbrengst achter. J.J. Bakker, G. Schroën en C. Roe- lands, resp. RIVRO Wageningen, proeftuinen Wieringerwerf en Breda. Tabel. Overzicht van enkele raseigenschappen bij rabarber voor de forcering, de vervroegde en de normale teelt. 1) Ras- Teelt Opbrengst «7o Kwal.I Steel Steel Steel Gebruiks naam wijze in verhou dikte kleur 1) kleur 1) waarde I) dingsge uitwendig inwendig verse tallen markt Goliath forcering 121 75 7,5 5,5 3,5 6 bedekking 111 79 7 5 3 5.5 normaal 100 85 7 5 2.5 5 Versteeg forcering 123 80 8.5 4 3 4 bedekking 11S 86 8 5.5 3 5.5 normaal 122 86 7,5 5,5 2.5 4.5 Timperley forcering 123 45 5 5.5 4.5 4 Early bedekking 101 60 5 4 3 4.5 normaal 133 61 5 4 3 4 Sutton'd forcering 118 64 6,5 7 7,5 6.5 Seedless bedekking ISI 68 8 6,5 6.5 5.5 normaal 144 77 7,5 6 6.5 5.5 Holsteiner forcering 106 53 6,5 7 6 5 bloed bedekking 94 64 6,5 7 7 5 normaal 70 68 6,5 7.5 7 4.5 German Wine forcering 88 58 6,5 7,5 7 6 bedekking 78 59 6,5 7,5 6,5 6 normaal 87 65 6,5 7,5 6,5 6.5 Crimson Wine forcering 96 69 6,5 7 7.5 6 bedekking 130 63 8 6,5 6 5 normaal 125 71 8 6 5.5 5 Champagne forcering 58 35 4,5 5.5 6 4 Rood bedekking 44 58 5 5 4.5 5 normaal 50 65 5,5 6 5 5 Frambozen forcering 66 43 5,5 8 7 5 Rood bedekking 75 85 6,5 7,5 4.5 6.5 normaal 71 85 6,5 8 4 6,5 I) Een hoger cijfer betekent een gunstiger waardering voor de betreffende eigenschappen 19

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1987 | | pagina 43