Rassenbijlage
1987
'Stroomversnelling in de akkerbouw'
zuidelijke landbouw maatschappij
Produktie- of
prijsaanpassingen
Bedrijfsgrootte neemt toe
Bodemvruchtbaarheid in
gevaar
De kracht van de
akkerbouw
Het A.M-beleid
Kennis, noodzaak!
otra
land- en
tuinbouwblad
Vrijdag 23 januari 1987
Bij het afsluiten van de Ooster-
scheldedam afgelopen jaar tra
den er plotseling stroomversnel
lingen op in andere delen van
ons Delta-gebied die niet voor
zien en berekend waren. Deze
stroomversnellingen hebben
menig kuub zand in beweging
gebracht en gaf de scheepvaart
veel overlast. Met schuiven in de
Oosterscheldedam is men gaan
regelen, echter het ene belang -
de leefbaarheid van het milieu -
was strijding met andere belan
gen en na overleg is er een kom-
promis gevonden dat voor alle
partijen aanvaardbaar was.
In de landbouw zijn de laatste
jaren ook een aantal dammen
gebouwd of ontstaan. De wet
Bodembescherming en de
Meststoffen Wet maar ook de
Superheffing en de Interimwet.
Deze dammen zijn gebouwd om
te regelen. Net als het sluiten
van de Oosterschelde kunnen
strijdigheden van belangen ont
staan bv tussen grote en kleine
bedrijven of tussen akkerbouw
en vollegrondsgroente.
P. van Velde
ze teelten de financiële opbrengst
per ha goed kan inschatten.
Bepalen de schuiven van de dam
in de Oosterschelde in sterke mate
de stroomsnelheid, zo zal 'Brussel'
sterk de toekomst van de landbou
wers in de Gemeenschap bepalen.
Duidelijk is geworden dat zij de
de spiraal van te veel daar begint.
Ook wordt het ondernemerschap
hierdoor deels uitgesloten en de
bedrijfsstruktuur niet ontwikkeld
hetgeen juist wel nodig is. In dit
voorstel speelt ook het vraagstuk
van grond uit produktie nemen
(hoe, waar, beheer en kosten) een
rol.
Aanpassing van prijzen is een
tweede optie. De voordelen van de
ze optie zijn dat de ondernemer vrij
blijft, er nieuwe afzetkansen blij
ven, gewassen voor de verwerken
de industrie aantrekkelijker wor
den, nieuwe gewassen een betere
kans krijgen om tegen de be
schermde prijs van granen te kon-
kurreren en de prijs het signaal
geeft hetgeen een prikkel blijft om
innoverend bezig te zijn.
Naast bovenstaande voordelen
zullen hiermee de inkomens van
de ondernemer onder druk komen
te staan, zal het proces langzamer
gaan en zullen we nog een lange
tijd met overschotten te maken
hebben. Hoe het precies gaat is
nog moeilijk te zeggen, misschien
komen er ook nog tussen
voorstellen. Als Nederlandse ak-,
kerbouw is het echter belangrijk
Zoals opgestuwd water zijn nieuwe
weg probeert te vinden, zo zoekt
de ondernemer in de landbouw ook
naar nieuwe mogelijkheden. Van
uit andere takken is er daarom
meer druk op de plantaardige tak
ken gekomen. Produceren is voor
de Nederlandse ondernemer niet
iets onbekends. Hoe kunnen we
zoveel mogelijk tegen de minste
kosten telen met het hoogste ren
dement. Dit is een sterk punt voor
de Nederlandse landbouw. Er is
echter een maar: 'er moet een
markt voor de produkten zijn'. De
opgeworpen dammen in de afzet
zijn bepalend voor de weg die de
akkerbouwer in de toekomst moet
kiezen.
De overproduktie van de gewassen
is niet zozeer het gevolg van meer
areaal, maar meer het gevolg van
de produktie toename per ha. Met
vrije produkten werkt het prijsme
chanisme als signaal voor de be
slissing. Voor een aantal gewassen
ontbreekt dit signaal, bv. granen,
peulvruchten en suikerbieten
waardoor de ondernemer voor de-
overschotten in de toekomst niet
meer kunnen en zullen financie
ren. Bovendien is uit het oogpunt
van handelspolitiek dumpen op de
wereldmarkt ook niet aanvaardbaar.
In dit verband zullen de komende
tijd keuzes gemaakt worden, waar
voor 2 opties momenteel voorlig
gen: produktie beheersing door
kwotering of prijsverlaging.
Produktie beheersing betekent dat
er minder van bepaalde gewassen
geteeld mag worden of met andere
woorden kwotering. Via deze maat
regel zal snel resultaat behaald
kunnen worden. Omdat de produk
tie per eenheid zal blijven toene
men zal regelmatige bijstelling van
de toegelaten produktie moeten
blijven plaatsvinden en zal een
kontrole-apparaat nodig zijn.
Deze maatregel zal een vlucht be
tekenen door vrijkomende grond
naar andere gewassen waardoor
Het verheugt ons U traditiegetrouw weer een
rassennummer aan te kunnen bieden. Wij hopen dat de
informatie U een steun kan zijn bij de beslissingen die
t.a.v. de gewassenkeuze en de te telen rassen moeten
worden genomen.
Bewaart U dit nummer; het kan li in de nabije
toekomst nog goed van pas komen.
Dank aan allen die aan de totstandkoming van dit
rassennummer hebben meegewerkt!
DEREDAKTIE.I
zowel individueel als kollektief niet
af te wachten maar zelf ook oplos
singen te zoeken.
Een ander probleem dat in de loop
der tijd is ontstaan is de be
drijfsstruktuur in de akkerbouw.
Een vijftal jaren geleden is er voor
het Zuidwesten een studie ge
maakt over de problematiek op de
15-30 ha akkerbouwbedrijven. Na
dien hebben een aantal van deze
bedrijven nog kans gezien om de
intensiteit van het bedrijf te vergro
ten door o.a. het opnemen van vol-
legrondsgroenten in het bouwplan
of de trek van witlof. Op veel bedrij
ven is de arbeidskapaciteit groter
dan benut kan worden. In de toe
komst zullen aanpassingen mbt de
inzet van kapaciteit zal nodig zijn
om wat aan die kosten te doen. Dit
is noodzakelijk voor een gunstige
re konkurrentieverhouding.
Aan vergroting van de nu gemid
delde bedrijfsgrootte van nu ca 30
ha in het zuidwesten zal op ekono-
mische gronden niet te ontkomen
zijn. De arbeidsbehoefte per ha in
de akkerbouw is de laatste 50 jaar
sterk afgenomen, mede dank zij
mechanisatie, veredeling en ge
wasbescherming. Hoe snel zijn de
landarbeiders niet verdwenen van
het akkerbouwbedrijf?
Het laatste probleem waar de ak
kerbouw mee gekonfronteerd
wordt werpt de natuur zelf op. Een
nauw bouwplan gaat ten koste van
opbrengst en kwaliteit. Omdat er
manieren zijn gevonden om welis
waar tegen hogere kosten deze ge
volgen te 'kamoufleren' is het tot
heden aantrekkelijk gebleven om
er mee door te gaan.
De akkerbouwer is op het scherpst
van de snede bezig en er komen
steeds nieuwe problemen bij waar
'kamoufleren' moeilijk of niet meer
mogelijk blijkt te zijn. Voorbeelden
die genoemd moeten worden zijn
Rhizomanie, Phoma, aaltjes en
knolcyperus. Een modern akker
bouwbedrijf is kapitaalintensief
zodat de werktuigen grote opper
vlakten per jaar moeten bewerken
om rendabel te zijn.
Grotere oppervlakten betekent
meer kans op versleping. Men
werkt veel samen, maar gaat de
samenwerking ook al zover dat
men aan zijn kollega akkerbouwer
meldt dat een bepaalde kwalijke
ziekte of besmetting op zijn perceel
voorkomt?
De genoemde problemen of om de
vergelijking weer eens te trekken
de ontstane dammen zullen voor
de Nederlandse akkerbouw een
stroomversnelling te weeg bren
gen. Om deze stroomversnelling in
goede banen te leiden en de kon-
kurrentiekracht te behouden zijn
een aantal gunstige faktoren aan
wezig. De opleiding van de akker
bouwer is in het algemeen goed.
Het realiseren van goede op
brengsten toont het vakmanschap
aan. Het gemiddeld percentage ei
gen vermogen t.o.v. andere takken
in de landbouw ligt hoog. Er zijn
goede toeleverende en afnemende
organisaties aanwezig en voor het
op peil houden van kennis en ont
wikkeling is een redelijk toegerust
onderzoeks- en voorlichtingsappa
raat aanwezig.
De akkerbouwer zal de produktie
zo goed mogelijk moeten afstem
men op de vraag van de verwer
kende industrie naar produkten
met een goede kwaliteit. De kwali
teit en de kostprijs zullen de ko
mende jaren bepalend zijn voor het
behouden van de konkurrentie-
kracht. De kwaliteit is niet alleen
wat we met het oog zien. Het kwali-
teitsstreven zal zich ook meer rich
ten op de inhoud van de produk
ten, zoals brouwgerst (brouwkwali-
teit), tarwe (bakkwaliteit), aardap
pelen (onderwatergewicht), suiker
bieten (sapzui verheid).
De teelt van inlandse tarwe is door
gescheiden opslag dankzij de
certifikaten-regeling ook interes
sant voor de maalindustrie. De ei
sen aan tarwezetmeel zijn over
eenkomstig die aan baktarwe. Met
de nieuwe fabriek in Zeeuws-
Vlaanderen liggen hiervoor in het
Zuidwesten ook mogelijkheden.
Het tijdperk van de biotechnologie
staat voor de deur. Kunnen of dur
ven we dit al binnen te halen?
De veredeling van akkerbouwge
wassen zal door deze stroomver
snelling ook weer voor nieuwe uitda
gingen komen te staan om vraag
en aanbod op elkaar af te
stemmen.
Bij de aardappelteelt zal het aan
deel van het ras Bintje, mede ter
behoud van dit ras, voor een deel
in het bouwplan vervangen moeten
worden door A.M. resistente ras
sen, in verband met nieuwe richtlij
nen de PD ter bestrijding van de
aardappelmoeheid. De suggestie
van de voorzitter van de VBNA de
heer G. Lodewijk recent gedaan op
de akkerbouwstudiedag te Fijnaart
om als telers samen met industrie
en handel de nieuwe rassen te te
len en af te zetten middels gerichte
promotie aktiviteiten om aldus in-
troduktie van AM-resistente rassen
te stimuleren, wordt hierbij nog
maals onderstreept.
Voor de akkerbouwer van morgen
is het belangrijk dat hij een maksi
maal rendement weet te halen uit
de produktiefaktoren grond, arbeid
en kapitaal. De 4e faktor die het
verband legt tussen deze 3 fakto
ren, is de 'kennis'. Dit wordt steeds
belangrijker, zowel teelttechnisch
als ekonomisch. De akkerbouwer
zal zich meer moeten richten op
een geïntegreerde vorm van be
drijfsvoering. Dat wil zeggen dat in
deze vorm van bedrijfsvoering
meer gekeken moet worden naar
het optimaliseren van de bedrijfs
resultaten van produkten waar een
afzet voor is en minder naar het
maksimaliseren van de kg-
opbrengsten.
De geïntegreerde vorm van be
drijfsvoering vraagt meer en an
dere kennis van de akkerbouwer.
Daarom vinden wij de oprichting
van Takorganisaties Akkerbouw
in het Zuidwesten een goede
zaak. Zij kunnen een belangrijke
rol vervullen voor een optimale
doorstroming van broodnodige
informatie.
Uitgekomen bij de kennis van de
akkerbouwer mag zeker de jaar
lijks uitkomende Beschrijvende
Rassenlijst voor Landbouwge
wassen niet ontbreken. In de nu
al weer 62e editie staat veel in
formatie om een goede keuze te
maken. Let daarbij zeker op de
afzetmogelijkheden.
ir. P. van Velde
Tak-ingenieur Akkerbouw
en vollegrondsgroenten
CAT Tilburg