Minister Braks probeert versnelling
te brengen in bouw mestopslag
Fagoed nieuwe
financieringsmogelijk
heid voor landbouw
Ophokperiode postduiven van 3
t/m 17 januari i.v.m. jacht op
verwilderde duiven
Maandelijks gesprek
Ministerie Landbouwschap
Fagoed-fonds start februari 1987
Prins Claus op werkbezoek
bij Landbouwschap
Beleggers
Noodslachtplaatsen in nood...
Het Landbouwschap heeft vorige week in het maandelijks overleg
met minister Braks dringend aandacht gevraagd voor de problemen
die dreigen met de bouw van mestopslagruimten in het kader van de
nieuwe Meststoffenwet. De door de wet benodigde opslagkapaciteit
op de agrarische bedrijven dreigt in sommige gemeenten niet tijdig
gereed te komen omdat het afgeven van bouwvergunningen en hin
derwetvergunningen te veel tijd vergt. Het Landbouwschap wil dat
er uiterlijk op 1 april 1987 via een algemene maatregel van bestuur
wordt geregeld aan welke voorwaarden de mestopslag moet voldoen.
Afzonderlijke vergunningen zijn dan niet meer nodig als voldaan
wordt aan de kriteria in de algemene maatregel van bestuur.
Minister Braks beloofde het Land-
bouwschap dat hij hierover op zeer
korte termijn weer persoonlijk aan
dacht zal vragen bij zijn ambtgenoot
van Volkshuisvesting, Ruimtelijke
Ordening en Milieu. Verder zal het
ministerie een beroep doen op pro
vincies en gemeenten om snel en soe
pel mee te werken aan het verlenen
van vergunningen. Aan een algeme
ne maatregel van bestuur wordt op
het ogenblik gewerkt, maar die kan
pas eind volgend jaar operationeel
zijn. Een versnelling van de proce
dure levert hooguit enkele maanden
winst op, zo bleek tijdens het overleg
met de minister.
Registratiebesluit
Landbouwschapsvoorzitter Vare
kamp vroeg de bewindsman nog
eens duidelijk aan te geven wat de
betekenis is van 31 december 1986
als registratiedatum voor de mest-
produktie in ons land. Minister
Braks zei dat het gaat om het vast
leggen van de gebruikelijke stalbe-
zetting maar dat het ook mogelijk is
- als op die datum de gebruikelijke
bezetting niet aanwezig is - uit te
gaan van de gebruikelijke stalbezet-
ting op een andere datum in 1986.
De feitelijke aanwezigheid van de
dieren moet dan wel kunnen worden
aangetoond. Als er in relatie tot de
omvang van het bedrijf te veel die
ren worden geregistreerd zullen van
overheidswege achteraf korrekties
worden aangebracht.
De voorlichtingsbijeenkomsten van
het ministerie over de Meststoffen
wet zijn door 60.000 veehouders be
zocht. In het zuiden van het land
heeft 69% van de uitgenodigde vee
houders gehoor gegeven aan de uit
nodiging (landelijk 68%).
De voorlichting zal worden voortge
zet via het telefoonnummer
06-8991144.
Het Landbouwschap heeft de minister
opnieuw gevraagd om de jongvee-
opfokkers te beschouwen als mestpro-
ducenten in de zin der wet. De overheid
wil deze kategorie bedrijven (circa 140)
buiten beschouwing laten, waardoor ze
ook geen 'mestrechten' kunnen verwer
ven. De bewindsman zegde toe de pro
blemen en mogelijkheden nog eens op
een rijtje te zetten, maar wilde geen ver
wachtingen wekken.
Hij verklaarde zich eveneens bereid tot
nader overleg over de mogelij kheid om
melkveehouders die een ekstra kwotum
hebben gevraagd op basis van de Be
schikking aanvulling superheffing en
de Beschikking opvolgingssituaties met
onderbezetting alsnog voor het over
gangsrecht Meststoffenwet in aanmer
king te laten komen. Dit overgangsrecht
geldt nu alleen voor veehouders die
voor 1 januari 1986 ekstra kwotum heb
ben aangevraagd. Voor de twee ge
noemde beschikkingen kon men zich
echter pas dit jaar aanmelden.
Bedrijfsverplaatsing
Minister Braks ging niet in op een
hernieuwd pleidooi van het Land
bouwschap om mestneutrale be-
drijfsverplaatsingen via een aanpas
sing van het verplaatsingsbesluit
vanaf het begin af aan mogelijk te
maken.
Op verzoek van het Landbouwschap
zal de periode waarin in de melkvee
houderij grondtransakties met kwo
tum mogelijk zijn worden verlengd
van 15 december tot 15 januari a.s.
Het Landbouwschap verwacht dat
met name de overdracht van hele be
drijven hierdoor zal worden verge
makkelijkt, omdat als overgangsda
tum meestal wordt gekozen voor 1
januari.
Onlangs is opgericht de Stichting Fagoed die zich ten doel stflt het
Beleggingsfonds in Agrarisch Onroerend Goed Fagoed tot stand te
brengen.
De initiatiefnemers van de Stichting zijn het Koninklijk Nederlands
Landbouw Comité, Rabobank Nederland, Heidemij Nederland, de
Onderlinge Levensverzekeringsmaatschappij NOVO, Avéro Verze
keringen en Agro-Pool.
Met het Fagoed-fonds wordt een Boeren
nieuwe beleggingsinstelling gefor- Voor de boeren betekent dit een
meerd, die de aktiviteiten van beleg- nieuwe financieringsmogelijkheid,
gers in landbouwgrond bundelt. Het Het erfpachtrecht is een zakelijk
fonds houdt zich bezig met het aan- recht dat wordt gekenmerkt door
trekken van het benodigde kapitaal een grote mate van kontraktvrijheid.
tegen de uitgifte van participaties, Voor Fagoed is een modelkontrakt
het aankopen van landbouwgrond ontwikkeld waarin de rechten en
en het uitgeven van deze landbouw- plichten van het beleggingsfonds en
grond in erfpacht. de erfpachter evenwichtig zijn vast-
Het Fagoed-fonds kan een rol spelen gelegd. De looptijd van een erf-
als financieringsvorm, wanneer de pachtskontrakt is tenminste 26
verpachter zijn grond te koop aan- jaar. Bij de huidige marktrente mag
biedt aan de zittende pachter, indien worden verwacht dat de jaarlijks
een boer wil kopen voor bedrijfsuit- door de erfpachter te betalen canon
breiding of als er sprake is van een ca. 4,5% zal bedragen van het door
bedrijfsovername binnen de familie. Fagoed betaalde aankoopbedrag in-
De schade die jaarlijks wordt aange
richt aan land- en tuinbouwgewassen
door wilde en verwilderde duiven is
aanzienlijk. Ter bejaging van met na
me verwilderde duiven is door de ge
organiseerde Landbouw mede
namens de Koninklijke Nederlandse
Jagersvereniging afdeling Zeeland, de
afdeling Zeeland van de Nederland
se Bond van Zaterdagvliegers, de
Zuid-Nederlandse Bond van Postdui-
venhouders afdeling Zeeland en de
Contactambtenaar Faunabeheer van
het Ministerie van Landbouw en Vis
serij in de provincie Zeeland aan de
Zeeuwse gemeentebesturen verzocht
een ophokgebod voor postduiven in te
stellen voor de periode van zater
dag 3 januari t/m zaterdag 17 janua
ri 1987; met uitzondering van de beide
in deze periode vallende zondagen.
Aangezien iedere jachthouder in zijn
eigen jachtgebied duiven mag bejagen
wordt aan alle jagers in onze provin
cie verzocht om tijdens bovenge
noemde ophokperiode extra jacht op
dit gevogelte te maken.
Daarnaast zal in overleg met de
K.N.J.V. aan een 25-tal jagers, gelijk
matig verdeeld over de provincie, ge
legenheid worden geboden binnen het
in een daartoe speciaal af te geven ver
gunning (ex artikel 54 van de Jacht
wet) aangegeven gebied jacht te
maken op verwilderde duiven. Het
ligt in de rede dat de jager aan wie
zo'n speciale vergunning wordt ver
leend, overleg pleegt met de eventueel
aanwezige jachthouder, alvorens met
de daadwerkelijke uitoefening van de
jacht aan te vangen. Aan alle jacht-
houders in de provincie wordt ge
vraagd in de hierboven genoemde
ophokperiode aktief te willen zijn bij
het bejagen van verwilderde duiven.
Aan de postduivenhouders wordt ge
vraagd zich stipt te willen houden aan
het ophokgebod.
Door deze gerichte aktie kan bereikt
worden dat in het komende voorjaar
niet alleen de gewassenschade wordt
beperkt, doch dat ook de overlast ten
gevolge van vervuiling op en rond de
openbare gebouwen wordt terugge
bracht.
klusief kosten. De herziening van de
canon vindt plaats eens in de drie
jaar: voor de helft op basis van de
index gezinskonsumptie en voor de
helft op basis van de pachtprijsont
wikkeling voor de betreffende
grondsoort.
Van groot belang voor de grondge
bruiker is het periodiek kooprecht
dat in het erfpachtskontrakt van Fa
goed is uitgewerkt. De erfpachter
heeft het recht om op vooraf bepaal
de data om de 12 jaar en voorts o.a.
bij het einde van de overeenkomst de
grond te kopen. De koopsom wordt
dan bepaald door kapitalisatie van
de erfpachtscanon van dat moment.
Een en ander wordt voor het aan
gaan van de overeenkomst bespro
ken en daarna vastgelegd in het
kontrakt.
Voor de belegger heeft dit beleg
gingsfonds in agrarisch onroerend
goed een aantal aantrekkelijke ele
menten. Landbouwgrond is een soli
de belegging. Landbouwgrond ver
andert niet, slijt niet en is niet gevoe
lig voor brand, diefstal of molest.
Op landbouwgrond behoeft niet te
worden afgeschreven en kent ook
overigens nauwelijks risiko's. De
waarde-ontwikkeling is op lange ter
mijn waardevast gebleken en geeft
daardoor grote zekerheid met be
trekking tot vooraf omlijnde rende
mentsverwachtingen. Op basis van
een meerjarenbegroting kan worden
gesproken van een belegging die zo
wel in de hoofdsom als in het basis
rendement van minimaal 4% met
grote zekerheid inflatie
ontwikkelingen volgt met een buffer
tegen deflatie. Het fonds heeft
slechts beperkte kosten.
De werking van het Fagoed-fonds is
vastgelegd in de Voorwaarden van
Beheer en Bewaring.
Een Raad van Toezicht bestuurt het
fonds. Deze Raad van Toezicht
wordt benoemd door de vergadering
van participanten en de Stichting
Fagoed.
Het bestuur, het beheer en de
eksploitatie van het fonds vinden
door het Bestuurskantoor Fagoed
B.V. plaats. De direktie daarvan is
opgedragen aan Heidemij Beheer en
Grondzaken B.V. te Arnhem.
De juridische eigendom van de
grond zal bij het Trustkantoor Fa
goed B.V. berusten.
Besprekingen met verscheidene insti
tutionele beleggers - waaronder ver
zekeringsmaatschappijen en pen
sioenfondsen - bevinden zich in een
afrondende fase. Naar verwachting
kunnen begin 1987 de oprichtingsak
ten van het fonds worden gepas
seerd, waarna het fonds in februari
met haar werkzaamheden kan be
ginnen.
Prins Claus heeft woensdag 10
december 1986 in het kader van
een werkbezoek de wekelijkse
vergadering van het dagelijks
bestuur van het Landbouwschap
bijgewoond. Op de agenda ston
den onder meer de regelgeving
rond de Meststoffenwet, een no
titie over de biotechnologie en
Het lijkt er op dat een aantal Zeeuw
se noodslachtplaatsen binnen afzien
bare tijd zal moeten worden gesloten
omdat ze niet voldoen aan een aan
tal eisen die vermeld staan in het per
1 januari a.s. van kracht wordend
"Besluit Bijzondere Slachtplaatsen".
In dat besluit worden aanzienlijk
zwaardere eisen gesteld aan
noodslachtplaatsen dan waaraan ze
tot nu toe moeten voldoen. De be
heerders van de slachtplaatsen in Vo
gelwaarde, Goes, Zierikzee, Tholen
en Kruiningen zien zich dan ook
gesteld voor dusdanige investeringen
dat zij sluiting overwegen.
In de eerste negen maanden van dit
jaar steeg het bedrag aan nieuwe le
ningen dat de Rabobank aan de land
en tuinbouw heeft verstrekt met 41%
ten opzichte van dezelfde periode in
1985.
In de akkerbouw, de melkveehoude
rij en bij de gemengde bedrijven, was
deze stijging zelfs ruim 60%; in de
varkenshouderij en de tuinbouw was
deze stijging met respektievelijk 8 en
een notitie van de Rijksplanolo
gische Dienst over de inrichting
van Nederland in de komende 30
tot 40 jaar. Bij aankomst bekeek
Prins Claus in de hal van het
landbouwschap een maquette die
hij eerder dit jaar onthulde bij de
officiële ingebruikname van het
nieuwe kantoor.
Voor veehouders en voor partikulie-
ren (die hier o.m. pony's en geiten ter
slachting aanbieden) zou dit grote
problemen met zich meebrengen. De
Gewestelijke Raad van het Land
bouwschap is daarom in overleg ge
treden met de provincie om te bezien
of alsnog een aantal lokaties open kan
worden gehouden. De gemeente Rei-
merswaal heeft overigens reeds beslo
ten de exploitatie van de
noodslachtplaats in Kruiningen met
ingang van 1 januari a.s. te beëindi
gen. De gemeente acht, gezien het ge
ringe aantal dieren dat jaarlijks ter
slachting wordt aangeboden, verdere
exploitatie niet verantwoord.
15% overigens iets minder spektaku-
lair. Daartegenover stond ook een
versnelde aflossing van de leningen.
De Rabo konkludeert hieruit dat er
momenteel veel beweging zit in de
landbouw. Er is een flink aantal be
drijven dat zich vernieuwt en de be
drijfsomvang vergroot. Daarnaast
zijn er ook boeren die overgaan op
een extensieve bedrijfsvoering, dan
wel hun eigen bedrijf part-time voor
tzetten.
Grote toename in nieuwe leningen aan land- en tuinbouw
4
Vrijdag 19 december 1986