"Keuze valt op diploïde rassen Engels raai" Notarissen ongerust over fraudebepaling bij de superheffing Luzerne, een zeer hoogwaardig en zuiver voer Cebeco-Handelsraad komt met nieuw graszaadmengsel Graslandbeheer Kosten Welke grassoorten Tetraploïd Toekomst Melkaanvoer bij Campina te hoog Fiscaal Onduidelijkheid korte wenken veehouderij "Een boer laat door een slechte zode vaak 20 tot 40 procent van de ruwvoerproduktie liggen. Voor een 20 ha groot bedrijf kan dit oplo pen tot 8000,Dit zei Cornelis J. van der Bergh, direkteur van de afdeling zaaizaad en pootgoed van de Cebeco-Handelsraad bij de presentatie van de vernieuwde weidemengsels voor herinzaai van grasland. Deze presentatie vond donderdag plaats op op het vrede- lingsbedrijf bij Lelystad. In de nieuwe BG-Extra mengsels van de Cebeco zit het zaad van een aan tal nieuwe rassen Engels raaigras. Het veredelingsbedrijf van de coöpe ratie kweekte de rassen Kardion en Tresor (weidetype) en Edgar en Ma- gela (hooitype) die voor het grootste deel de samenstelling van de meng sels voor hun rekening nemen. De rassen staan in de rassenlijst van het RIVRO bovenaan voor wat de pro- duktie betreft. Volgens de Cebeco- Handelsraad brengt het grasland hierdoor minstens 160 per hektare meer op dan door gebruik van ande re weidemengsels. Daarnaast scoren de nieuwe rassen goed voor winter- vastheid en standvastigheid. Hier door is het grasland minder snel aan vernieuwing toe. Uitstel van herin- zaai levert de boer nog eens een kostenbesparing van minimaal 70 per hektare op. Voor de meeste boeren is nog meer winst te halen uit een beter beheer van het grasland. Volgens Van den Bergh blijkt uit onderzoek dat 60 procent van het grasland geen opti male produktie levert. "Legio perce len hebben zich ontwikkeld tot prachtige flora-gebieden met een rijk geschakeerd palet aan onkrui den", vindt hij. Vooral de drijfmest- plicht richt veel schade aan in de graszode. Als een boer oppast met de hoeveelheid drijfmest kan hij de grasmat langer in stand houden. Verder moet hij alleen mest uitrijden met donker weer en zorgen voor een goede en fijne verdeling. De Cebeco-Handelsraad steekt jaar lijks twee miljoen gulden in de vere deling van graszaad. Dit is 20 pro cent van het totale budget voor de veredelingsaktiviteiten van het be drijf. De kosten voor de ontwikke ling van een nieuw ras Engels raai gras- kost daardoor al gauw enkele miljoenen. In een nieuw mengsel, zoals nu is geïntroduceerd, is minstens tien miljoen gulden gestoken. Het veredelingsbedrijfvan de Cebe co begon bij de oprichting in 1938 gelijk met de veredeling van grassen. In eerste instantie door het zoeken van goede rassen in zeer oude, graslanden. Vijftien jaar geleden be gonnen de veredelaars met het krui sen van rassen en selekteren in de na komelingen hiervan. De resultaten van deze werkwijze zijn nu te zien in de nieuwe rassen die de Cebeco- Handelsraad gebruikt in de nieuwe BG extra-weidemengsels. Bij de samenstelling van de BG- mengsel speelt de diskussie of het mengsel alleen uit Engels raaigras moet bestaan. Uit onderzoek blijkt dat enkele jaren na inzaai van soor ten als beemdlangbloem, veld- beemd, thimothee en witte klaver maar weinig terug te vinden is. De grasmat bestaat dan bijna alleen uit Engels raaigras. Volgens ir. Roelof Reiling, direkteur van het verede lingsbedrijf van de Cebeco- Handelsraad, is het daarom verstan dig om zich alleen te concentreren op de veredeling van Engels raai. Veel diskussie is er de afgelopen ja ren over de voor- en nadelen van te traploïde raasen ten opzichte van di ploïde rassen. Een weinig zinvolle diskussie vindt Reiling. "Het maakt voor de koe en dus ook voor de boer weinig uit of een grasras zijn eigen schappen te danken heeft aan 14 of 28 chromosomen. Je moet een ver gelijking maken tussen de beste di ploïde en de beste tetraploïde rassen en dan de beste kiezen", vindt hij. Op grond van de cijfers voor op brengst, wintervastheid en stand vastigheid valt de keus op diploïde rassen, aldus Reiling die betwijfelt of de betere smakelijkheid van de te traploïde rassen veel invloed heeft op de opname door koeien, als deze niet kunnen kiezen, daranaast is het drogestofgehalte van tetraploïde grassen lager waardoor een koe er ook meer van moet vreten om tot de zelfde drogestofopname te komen. De ontwikkelingen in de graszaadve- redeling gaan in de toekomst door. Reiling verwacht dat ook hier de ge netisch manipulatie zijn intrede zal doen. Aleen kan hij nog niet inschat ten op welke wijze. Op kortere ter mijn denkt hij dat efficiëntere vere- delingsprogramma's resultaten af zullen werpen. Hij denkt hierbij aan het kruisen van ouderplanten die daarna in de reageerbuis lange tijd bewaard worden. Door de resultaten van verschillende kruisingen te vol gen kan men bepalen welke ouders het meest geschikt zijn om met el kaar te kruisen. Een moeder-dochter vergelijking voor grassen. JA. "De werkingssfeer van het fraude-artikel 7d van de Beschikking Su perheffing wordt ruim uitgelegd. Dat geeft onzekerheid voor het grondverkeer. In dat artikel is een mogelijkheid opgenomen voor de minister om in te grijpen in situaties, waar de grens van 20.000 kg/ha wordt ontgaan. Het ministerie denkt hierbij ook aan situaties waarin bedrijven grondtransakties plegen om melk te vervreemden. Om de onzekerheid in het grondverkeer te verminderen is een interpretatieve verklaring vooraf gewenst, zodat men van te voren weet dat er geen moeilijkheden komen". Volgens Theo Timmerman, di rekteur van een groenvoederdro- gerij in Kortgene, is luzerne heel goed geschikt als eiwitrijk struk- tuurvoer. Vooral op melkveebe drijven waar topprodukties wor den gehaald, eisen hoogproduk- tieve dieren een rantsoen met een hoge voederwaarde. Luzerne was al bekend als een produkt voor verdere verwerking in de meng voederindustrie of als enkelvou dig krachtvoer op veehouderijbe drijven, maar dankzij verhitting bij het droogproces blijft de circa 70% eiwit bewaard. Zo wordt een zeer hoogwaardig en zuiver voer verkregen waar eigenlijk niet meer mee wordt gedaan dan het te hakselen op het land, het te drogen en vervolgens te persen tot een struktuurbrok. De luzernedrogerij produceerde dit jaar al ongeveer 2.500 ton van dit struktuurvoer, ongeveer 15% van de totale produktie aan ge droogde luzerne die het bedrijf jaarlijks verlaat. Directeur Tim merman verwacht een groei in De struktuur van luzernestruktuurbrok blijft, doordat het gehakselde produkt ongemalen wordt geperst, behouden het gebruik van luzerne struk- tuurbrokken. Voor de afzet van zijn produkten onderhoudt hij nauwe kontakten met de afdeling Voerartikelen en de afdeling Ruwvoeders van Cebeco- Handelsraad in resp. Rotterdam en Hengelo. Aldus Notaris B.F. Preller uit Raalte op een studiedag van de Koninklijke Notariële Broederschap, die op 24 november jl. gehouden werd te Utrecht over de superheffing en de meststof fenwetgeving. Notaris Preller wees de 500 praktize- rende notarissen op hun verant woordelijkheid als men schijn constructies onder ogen krijgt: "Als de notaris weet of kan weten dat er duidelijk sprake is van een construc tie, waarbij de wettelijke voorschrif ten worden gefrustreerd, zal hij zijn medewerking moeten weigeren. Maar met het fraude-artikel is het nog maar de vraag of de ruime inter pretatie van het ministerie hout snijdt". Volgens het ministerie is in de situatie, waarbij een bedrijf met een hectaregemiddelde van boven de 20.000 kg grond verwerft, uitslui tend met het oogmerk het aldus "verdunde" quotum vervolgens ge heel of gedeeltelijk over te dragen zonder de 20.000 kg-grens te over schrijden, sprake van ontduiking van de 20.000 kg-regel. Volgens de vertegenwoordigster van het ministerie, mw. mr.J.L.D. Heu- kers, gaat het hierbij om de hectare, uitgedrukt in gemeten maat, zoals bij de mei-tellingen en niet om de ka dastrale maat! Notaris Preller benadrukte de nood zaak om bij overdracht van grond met quottim in de akte te vermelden om hoeveel quotum het gaat. Als het niet vermeld wordt gaat het quotum niet over. Ook bij andere vormen van overdracht en overgang, zoals bij de vorming of ontbinding van maatschappen, boedelscheiding, faillissement en verpachtingen is heet vermelden van quota volgens notaris Preller gewenst. Wel kunnen er fiscale redenen zijn om melk niet in de maatschap te brengen. Of er in het kader van de Beschikking Super heffing problemen ontstaan, als het quotum nog op naam van bijv. va der blijft staan, is nog niet uitge kristalliseerd. Dat op dit moment nog weinig in zicht bestaat over de fiscale conse quenties van de superheffing werd door mr. M.J.J, van Vlokhoven van het CBTB-Accountantskantoor uit voerig toegelicht. Daarbij gaat het vooral om de vraag of het quotum fiscaalrechter lijk tot op de grond be hoort. Als men ervan uitgaat dat het quotum tot de grond behoort, is het bedrag voor de verkoper van het quotum onbelast. Beschouwt men het quotum als een fiscaalrechtelijk zelfstandig iets dan is het bedrag voor de verkoper van het quotum belast. Voor de verko per vormt het quotum dan een inves tering in een bedrijfsmiddel. In die visie, aldus mr. Van Vlokhoven, kan door de koper WIR-premie worden aangevraagd. Binnenkort worden enkele uitspraken van de gerechtsho ven over dit onderwerp verwacht. Ook bij de overdrachtsbelasting rijst weer de vraag of het quotum tot de grond behoort. Gaat men ervan uit, dat het quotum tot de grond be hoort, dan is de waarde van de grodn met quotum belast. Mr. Van Vlokhoven wees erop, dat, als grond en quotum fiscaalrechterlijk zelfstandig worden beschouwd, dit ook consequenties heeft voor de oprichting van de maatschappen en voor echtscheidingen, e.d. Als vader dan melk in de maatschap brengt zal vader iets moeten bedingen voor de melk, anders ie er sprake van "ont trekking" of schenking. Tijdens de discussie bleek dat de notarissen een groot aantal praktijkgevallen had den, waar geen helder antwoord op mogelijk was. "Van ons verwacht In Campina Contact wordt de vee houder nog weer eens voorgehouden dat de produktie nog steeds te hoog is, hoewel de dalende lijn in de melk aanvoer er is. En blijft zich voort zetten. Vanaf periode 18 wordt per periode gemiddeld circa 2% minder aangeleverd dan in de vergelijkbare perioden in 1985. Maar tussen 6 april en 1 november 1986 is nog bijna 12 miljoen kg melk méér aangevoerd dan in de vergelijkbare perioden in 1985, dit omdat er in de eerste perioden van het huidige melkprijsjaar, aanzienlijk méér melk werd aangevoerd. De da ling van de melkaanvoer in het C-C- gebied lijkt nu iets harder te gaan dan in de rest van ons land. Maar cumu latief gezien zit men in vergelijking men wél en antwoord", zei een van hen, toen de vertegenwoordigster van het ministerie liet weten, dat over die concrete gevallen nog nage dacht moest worden. Na afloop beaamden veel deelne mers de openingszin van de voorzit ter van de Koninklijke Notariële Broederschap, mr. D.W. van Ter- wisga: "Er is een bos gegroeid, waar nog maar weinigen de bomen, kun nen zien". met vorig jaar nog altijd 0,9% hoger. En dan zit men, in het kader van de "hardheidsgevallen" nog zo'n 3% te hoog. Hierbij is dan nog geen reke ning gehouden met de mogelijke kon sequenties van de nieuwevetquoter- ingsregeling voor de betreffende vee houder. Meestal moeten we vooruitzien, maar een TERUGBLIK kan ook wel eens interessant en leer zijn zijn. Bo vendien is de tijd rond de jaarwisse ling daar prima geschikt voor. Ga bij U zelf eens na wat er in het be drijf goed en wat er verkeerd is ge gaan. Zijn er oorzaken voor aan te wijzen en hebben we invloed op die oorzaken? Zo ja, dan is het verstan dig om daar eens goed over na te denken en dat in het komende jaar proberen te verbeteren. We zullen met de positieve zaken be ginnen, dus met hetgeen is goed ge gaan. Denk daarbij aan b.v. de VOEDER WINNING van het gras land. Dat is op de meeste bedrijven goed geslaagd. Op tijd maaien, di rect schudden en bij 40% ds de kuil in. Ook denken we aan de melk- produktie per koe. Die is op veel be drijven weer behoorlijk gestegen. Ook a! zitten we met de superhef fing, blijf toch streven naar een ho gere melkproduktie per koe. En zo zullen er nog wel meer zaken zijn. Ook van de dingen die verkeerd zijn gegaan kunnen we leren. Denken we hierbij aan de gevolgen van de kou de winter en het slechte voorjaar op b. v. het grasland. Dit grasland ging n.l. zeer slecht het groeiseizoen in. Op verschillende percelen is doorge zaaid of heringezaaid. Als we de re sultaten van deze twee methoden in de praktijk bekijken, dan komt HERINZAAI meestal het beste uit de bus. Een leer voor volgende ja ren! Behalve op zware grond, veen grond e.d. waar herinzaai in het voorjaar niet mogelijk is. Als we JONGVEE IN GROEPEN hebben gestald, moeten we niet meer dan 6 a 8 dieren in één hok doen. Ook de grootte en de leeftijd van de dieren moet ongeveer gelijk zijn. B. v. enkele kleine dieren tussen een groep grotere gaat niet goed. De kans is groot dat ze dan worden ver stoten, waardoor ze te weinig voer opnemen en de groei tegenvalt. Laat ook hier gelden: gelijke kansen voor iedereen! 20 Vrijdag 5 december 1986

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1986 | | pagina 20