Akkerbouwcommissie KNLC: Referentie
hoeveelheid suiker voor nieuwe telers 20%
Wilhelminapolder bedient zich van
zeer efficiënte zaaiapparatuur
Vetquotering
Minder beperkingen voor
boeren in Brabant
KNLC-Commissie Veehouderij
vreest verdere kwotumkorting
Introduktiedag
nieuwe bestuursleden
De Akkerbouwcommissie van het K.N.L.C. heeft onlangs het suiker-
systeem 1987 besproken aan de hand van een notitie opgesteld door
de zogenaamde werkgroep Bietenaangelegenheden. In deze werk
groep zitten zowel vertegenwoordigers van de suikerindustrieën
(C.S.M. en Suikerunie) alsmede het landbouwbedrijfsleven. Zoals
reeds in de vorige vergadering was geconcludeerd kiest de K.N.L.C.-
Akkerbouwcommissie in overgrote meerderheid voor een zogenaamd
bewaakt mengprijssysteem.
De referentiehoeveelheid van telers,
die alleen in 1986 leverden wordt be
paald door een bepaald percentage
van hun bedrijfsareaal en het dis
trictsgemiddelde in de afgelopen ja
ren. De K.N.L.C.-commissie Akker
bouw vindt dat dit percentage eigen
lijk gebaseerd moet zijn op het ak-
kerbouwareaal (exclusief snijmais)
in plaats van het totale bedrijfsare
aal. Is het toewijzen van referentie
hoeveelheden aan huidige telers al
een groot probleem, nog moeilijker
wordt het betreffende de toewijzi
ging aan nieuwe telers. In hoeverre
dient bij gehele of gedeeltelijke be
drijfsovername de referentiehoeveel
heid over te gaan naar de nieuwe
eigenaar c.q. pachter? De commissie
vindt dat bij grondoverdracht door
de verkoper c.q. verpachter een
evenredig deel van de referentiehoe-
veelheidd moet worden ingeleverd.
De commissie vindt ook dat bij toe
wijzing aan nieuwe telers het gehan
teerde percentage van het aange
kochte c.q. gepachte areaal voor ie
dere nieuwe teler gelijk moet zijn.
Dus ongeacht of er sprake is van
boerderijverplaatsing, ruilverkave
ling, bedrijfsovername, vestiging in
Zuidelijk-Flevoland etc.. Teneinde
een uitbreiding van de produktie zo
veel mogelijk te voorkomen, kiest de
Akkerbouwcommissie in overgrote
meerderheid voor een percentage
van 20%. Dit ondanks de bezwaren
vanuit de IJsselmeerpolders, waar
de voorkeur bestaat voor een per
centage van 25. De Hoofdafdeling
Akkerbouw zal dit ook nog bespre
ken. Hoewel de commissie in eerste
instantie een voorkeur had voor zgn.
vaste referenties kan men eventueel
akkoord gaan met een voortschrij
dende referentie.Omdat bieten die
als C-suiker worden afgerekend niet
worden meegenomen in de referen
tiebepaling voor volgende jaren,
worden extra uitbreidingen sterk ge
remd. Daarnaast looptde teler grote
risico's -afhankelijk van de landelij
ke produktie -dat de meerdere hoe
veelheid suiker die hij levert ook
daadwerkelijk wordt afgerekend als
C-suiker. Wat betreft het graanbe
leid is de suggestie gedaan om in Ne
derland een van overheidswege
gesteund experiment met betrekking
tot het braak leggen van gronden uit
te voeren.
De commissie Akkerbouw is het er
niet over eens of Nederland hiertoe
het voortouw moet nemen. Gezien
de toenemende belangstelling in EG-
verband voor het braak leggen van
gronden zouden ook Brusselse voor
stellen afgewacht kunnen worden.
Koops
Vorige week dinsdag passeerden
weer diverse onderwerpen de revue
tijdens de vergadering van de
K.N.L.C.-commissie Veehouderij.
Uiteraard werd de meeste tijd be
steed aan het EG-zuivelbeleid.
Dat commissaris Andriessen tussen
tijds met voorstellen komt geeft dui
delijk aan hoe moeilijk de zuivelsitu-
atie is. Ongetwijfeld zal de Europese
Commissie eind dit jaar nog verder
gaande maatregelen voorstellen voor
het melkprijsjaar 1987/1988. Ge
vreesd wordt dat het niet bij de reeds
aangekondigde quotumkorting van
2% zal blijven.
De commissie Veehouderij, vindt
evenals het dagelijks bestuur van het
Landbouwschap een tijdelijke ver
hoging van de superheffing (tot
maximaal 100%), in combinatie met
een premie op minder acceptabel.
Moeilijker is de discussie over een
hogere medeverantwoordelijkheids-
heffing en/of een verlaging van de
richt- en interventieprijzen. Als on
derdeel van een totaal pakket aan
maatregelen valt een verhoging van
de medeverantwoordelijkheidshef
fing te overwegen. Zeker als hierme
de een verdere quotumkorting kan
worden voorkomen. Omdat het ir
reëel is uit te gaan van een hogere
prijs (zie huidige prijzen) is een ver
dere quotumkorting vanuit inko
mensoogpunt niet te prefereren.
Daarnaast zal Nederland als export
land onevenredig gekort worden.
Een te vrezen differentiatie van de
korting zal in het nadeel werken van
de Nederlandse melkveehouder. De
collega's in de andere EG-lidstaten
hebben ook meer mogelijkheden ter
compensatie van de korting door
bijv. overdracht tussen regio's
(Frankrijk) en betere opkoopregeling
en. Om deze reden spreekt de Vee
houderijcommissie de voorkeur uit
voor een pakketmaatregelen, zoals
genoemd. Dit ter voorkoming van
een verdere quotumreductie. Vol
gens het dagelijks bestuur van het
Landbouwschap dient ook nagegaan
te worden in hoeverre het interven
tiesysteem verbeterd kan worden en
zijn onder bepaalde voorwaarden la
gere interventieprijzen bespreek
baar. Wat dit laatste betreft is de
commissie Veehouderij nog niet zo
ver. Het aantasten van het interven
tiesysteem zonder dat een alternatief
wordt geboden, wordt volstrekt af
gewezen.
In de prakijk blijkt nog onduidelijk
heid te bestaan over de recent door de
Europese Commissie afgekondigde
vetquotering. In het kort komt het er
op neer dat veehouders, die melk af
leveren met een hoger vetgehalte
eerder superheffing moeten betalen.
De regeling geldt met ingang van 1
oktober 1986 en heeft dus niet alleen
gevolgen voor de toekomstige melk
prijsjaren, maar ook voor de tweede
helft van het lopende melkprijsjaar
1986/1987. Van de periode oktober
1986 tot en met maart 1987 wordt het
gemiddelde vetgehalte van de afgele
verde melk vergeleken met het gemid
delde vetgehalte in de periode oktober
1985 tot en met maart 1986. Is het vet
gehalte gestegen, dan wordt de om
vang van de werkelijk afgeleverde
hoeveelheid melk in het melkprijsjaar
1985/1986 verhoogd.
Deze verhoging is 2,6% voor elke toe
name van het vetgehalte met 0,1%. Is
de toename 0,2% dan worden de melk-
afleveringen verhoogd met 5,2%,
etc.
Voorbeeld: Een veehouderijbedrijf
heeft in de periode oktober
1985/maart 1986 een gemiddeld vet
gehalte van 4,23%. In de periode ok
tober 1986/maart 1987 is dit gestegen
tot 4,38%.
Het bedrijf wordt daarom gekonfron-
teerd met de vetquotering.
De werkelijke melkaflevering in het
melkprijsjaar 1986/1987 is 100.000
kg. Deze aflevering wordt verhoogd
met 2,6 x 1,5 3,9% 3.900 kg
melk. Bij het bepalen van de super
heffing wordt dus uitgegaan van
103.900 kg geleverde hoeveelheid
melk. Deze hoeveelheid dient dus te
worden vergeleken met het toegewe
zen melkquotum ter bepaling van de
superheffing.
In voorgaande is uiteengezet hoe de
nieuwe vetregeling werkt betreffende
de tweede helft van het lopende melk
prijsjaar. Met ingang van het melk
prijsjaar 1987/1988 wordt het
gemiddelde vetgehalte vergeleken met
1985/1986. Dit geldt echter niet wan
neer het gemiddelde vetgehalte van
1985/1986 als gevolg van niet-
normale produktieomstandigheden
hoger is dan 1984/1985.
In dit laatste geval wordt het vergele
ken met het gemiddelde vetgehalte in
het voor de bepaling van het quotum
aangehouden jaar (meestal kalender
jaar 1983). W. Koops
Voor het zaaien van de wintertar
we heeft de "Wilhelminapolder"
de beschikking over een zeer mo
derne pneumatische "Accord"
zaaimachine. De (variabele) zaai-
breedte bedraagt naar gelieven 3
tot 8 meter. In dit trajekt zijn 5
standen mogelijk, de standaard
breedtes zijn 3, 4, 4!/2, 6 en 8 me
ter, maar deze uitgangsbreedtes
zijn te varieren door ze traploos te
verstellen. Deze machine, ontwik
keld door Vicon, is al enkele ja
ren in aktie, doch er worden wel
steeds nieuwe toepassingsmoge
lijkheden voor gevonden.
In de Wilhelminapolder gaat de
zaaimachine direkt achter de acht-
scharige ploeg aan. In geval van
erg zware grond (meer dan 50%
afslibbaar) wordt er tussen deze
bewerkingen door nog een bewer
king met een rotorkopeg uitge
voerd. Dit was vorige week op een
perceel van de "Wilhelminapol
der" het geval, waardoor het ge
heel Amerikaans aandeed.
Het grote voordeel van de zaai-
kombinatie noemde direkteur van
de "Wilhelminapolder", de heer
S. Duvekot desgevraagd de goede
gewichtsverdeling. Dat komt
hoofdzakelijk doordat het zaadre
servoir zich voorop de trekker be-
De boeren in Noord-Brabant kunnen opgelucht adem halen, nu pro
vinciale staten de belangrijkste regels voor het bouwen van stallen uit
de nieuwe streekplannen heeft geschrapt. Hierdoor is de bemoeienis
van de provincie bij de nieuwbouw en uitbreiding van boerderijen een
fors eind teruggeschroefd. De meerderheid van de staten in Den Bosch
ging met deze beslissing lijnrecht tegen het voorstel van gedeputeerde
staten in.
Onverwacht kwam de beslissing van
de Brabantse staten niet. Tijdens de
kommissiebehandeling liet met name
de fraktie van het CDA al weten dat
zij de ontwikkeling van de land- en
tuinbouw niet nog meer wil reguleren
dan in de nu geldende streekplannen
al gebeurt. Samen met de VVD drong
het CDA aan op een "positieve
opstelling ten aanzien van de ontwik
keling van de land- en tuinbouw".
In de beide ontwerp- streekplannen
(Midden- en Oost- alsmede West-
Brabant) was voor de hele provincie
geregeld waar niet en waar wel agra
rische bedrijven mogen komen. Nu de
meerderheid van provinciale staten
deze bepalingen heeft geschrapt, moet
weer van geval tot geval worden be
keken of er in een (al dan niet kwets
baar) gebied mag worden gebouwd.
Hiermee is tegemoet gekomen aan de
wensen van de Gewestelijke Raad van
het Landbouwschap, die de streek
plannen veel te globaal vindt en lie
ver in afzonderlijke gevallen de
belangen van de boer en het milieu te
gen elkaar af wil wegen.
Minder tevreden over het besluit van
de provincie is de Brabantse Milieu
Federatie. Woordvoerder Wim Haal-
boom noemt het besluit een erg goed
kope manier van het CDA om de
boeren voor zich te winnen. Boven
dien loopt de provincie bepaald niet
in de pas bij de landelijke wetgeving
(Hinderwet, Meststoffenwet), die wel
beperkingen stelt aan de bouw van
stallen. Hij kondigde aan waar nodig
beroepsprocedures aan te spannen.
De zaaikombinatie in funktie.
vindt. Door middel van twee
stijgbuizen wordt het zaad pneu
matisch uit het 1.100 a 1.200 liter
grote reservoir gezogen en over de
trekker heen naar het verdeelme
chanisme gevoerd. Voorop be
vindt zich ook nog een Packerwals
(rotorkopeg), zodat de Lady Ro-
terra (ook een rotorkopeg) achter
op de trekker niet onnodig diep
hoeft te werken. De afstelling van
het zaaimechanisme achter op de
trekker lukt dan ook beter. Met de
knipbestuurder 150 pk trekker is
op de "Wilhelminapolder" al zo'n
200 ha wintertarwe en -gerst ge
zaaid. Er kan ongeveer 1 Vi ha per
uur gezaaid worden. De heer Du
vekot toonde zich zeer tevreden
over het gebruik van de zaai
machine.
Op dinsdag 21 oktober heeft de der
de introductiedag plaatsgevonden
voor nieuw gekozen bestuursleden
van provinciale en gewestelijke land
bouworganisaties, aangesloten bij
het KNLC. De 13 deelnemers aan
deze dag kregen van algemeen secre
taris ir. G.D.J. Struikenkamp een
uitleg overde structuur en werkwijze
van het KNLC. Voorzitter M.J. Va
rekamp ging nader in op het KNLC
en het Landbouwbeleid. In de daar
op volgende discussie kwam de su
perheffing aan de orde of beter ge
zegd quotering in zijn algemeen. Dit
met name gezien vanuitde positie die
Nederland inneemt binnen de EG.
Verder werd aandacht besteed aan
de landbouwbladen en de mogelijk
heid om te komen tot één CLO-blad
het graanbeleid en het belang van al
gemeen bijzonder onderwijs. In de
kamer van KNLC-voorzitter Vare
kamp werd tenslotte geposeerd voor
een groepsfoto.
Vierde van linksziet U de heer Vare
kamp, het ZLM-hoofdbestuurslid
de heer J.H. Hartgers staat precies
in het midden vooraan.
(foto Ab Westerbeek)
4
Vrijdag 24 oktober 1986