Aardappelbewaring in kort bestek
Pootaardappelheffingen-beleid 1987
korte wenken
akkerbouw
Cebeco-Handelsraad
kommercialiseert Apollo
wintertarwe
Voordat aardappelen bewaard kunnen worden moeten ze geoogst
worden.
Rooi, indien mogelijk, een goed afgehard produkt.
Voorkom beschadigingen bij oogsten en inschuren.
Rooi niet bij temperaturen die lager zijn dan 10°C.
Zorg ervoor dat bij het inschuren de aardappelen en inbrenggrond re
gelmatig worden verdeeld.
Stort het produkt niet hoger dan 4 meter ca. 3.50 m bezakt.
Voorkom beschadiging bij het oogsten en inschuren
Drogen
Gezonde, natte partijen met veel
grond moeten, evenals partijen met
zieke knollen, direkt worden ge
droogd. Bij het drogen met buiten
lucht mag de temperatuur van het
produkt i.v.m. wondheling niet on
der de 10°C komen.
Buitenlucht heeft een drogend effekt
als de temperatuur daarvan gelijk of
lager is dan de temperatuur van het
produkt.
Droog niet met lucht waarvan de
temperatuur boven de 20°C ligt.
Bij probleempartijen dient in kom-
binatie met lage buitentemperaturen
de buitenlucht hierbij enkele graden
te worden opgewarmd.
Wondheling
Na het inschuren of drogen dient re
kening te worden gehouden met een
wondhelingsperiode gedurende 10 a
14 dagen. Deze wondheling verloopt
gunstig bij een hoge luchtvochtig
heid en een produkttemperatuur van
12-18°C.
Veel ventileren tijdens deze periode
is niet gewenst en alleen nodig als de
temperatuur boven de 20°C stijgt of
kondensatie moet worden bestreden.
Voor luchtverversing tijdens deze
periode is slechts een geringe ventila
tie voldoende.
Ontvelde en beschadigde knollen
hebben een hoger ademhalingsnivo
en zullen daarom wat meer ventilatie
nodig hebben.
Kiemremming
Gebruik geen poedervormige midde
len op een ontveld, beschadigd of
vochtig produkt.
Aardappelen, die langer dan 3
maanden worden bewaard, moeten
met een kiemremmingsmiddel wor
den behandeld.
Voor de langere bewaring (na
maart/april) zijn de ervaringen
gunstig met een halve dosering 'poe
der' aangevuld met 'gassen' later in
het seizoen.
Indien alleen van vloeibare middelen
gebruik gemaakt wordt, dient de
eerste behandeling tijdig plaats te
vinden (2 a 3 weken na de oogst).
In het algemeen dienen de behande
lingen regelmatig te worden her
haald. Voordat echter tekenen van
kieming zichtbaar worden, zal reeds
een nieuwe behandeling moeten
worden gegeven.
Een goede verdeling van het middel
is bij 'gassen' alleen mogelijk indien
men beschikt over een juist ventila
tiesysteem.
Na het 'gassen' de eerste twee dagen
niet ventileren met buitenlucht en
luiken en deuren gesloten houden.
'Gas' alleen als het produkt droog
is. Vaak zal dit betekenen dat er
voor het 'gassen' intern geventileerd
moet worden. Ook water in de venti
latiekanalen dient vermeden te
worden.
Er zijn aanwijzingen dat een betere
verdeling van het 'gas' verkregen
wordt als een halve dosering met een
persend- en de andere helft met een
zuigend ventilatiesysteem gegeven
wordt.
Veel teleurstellingen bij het 'gassen'
zijn te wijten aan een ondeugdelijk
ventilatiesysteem (b.v. een te ruime
afstand tussen de ventilatiekanalen).
Inkoelen
Laat, indien mogelijk, reeds voor
het inkoelen de blauwgevoeligheid,
het onderwatergewicht en de bak-
kwaliteit van het produkt bepalen.
De gewenste bewaartemperatuur is
afhankelijk van de bestemming van
de aardappelen.
Tracht deze in overleg met de afne
mer zo spoedig mogelijk vast te
stellen.
Gewenste produkttemperatuur bij
langere bewaring (langer dan 3
maanden): tafelaardappelen 4
5°C; chips 7 a 10°C; pommes frites
5 a 6°C.
Koel na wondheling zo snel mogelijk
terug. Streef in goed geïsoleerde be
waarplaatsen naar de volgende be-
waartemperaturen: begin oktober
ca. 8°C; begin november ca. 6°C
(niet voor chips).
Tracht gebruik te maken van vochti
ge lucht en benut daarbij perioden
met grote temperatuurverschillen
tussen het produkt en de buitenlucht
of menglucht (tenminste 2°C).
Nivelleer grote temperatuurverschil
len in de partij van meer dan 2°C
door na het inkoelen nog intern na te
ventileren.
houding die wordt aangehouden ten
opzichte van de plombeheffing, dus
de heffing bij certificering.
Zeker is het dat we in ieder geval voor
1987 zo ongeveer ƒ5 miljoen aan vaste
verplichtingen hebben en dat betekent
vertaald naar oppervlakte al zo'n
ƒ150,— per ha.
Er is een goede redenering op te zet
ten dat deze ƒ350,per ha in ieder
geval door iedereen betaald moet
worden. Of men nu veel of weinig laat
certificeren, öf dat men veel of zelfs
alles voor eigen gebruik aanwendt,
kortom, die vaste lasten moeten wor
den opgebracht door iedereen als een
soort algemene omslag.
Met name de kosten voor de bodem
prijsregeling zal in relatie moeten
worden gezien met de opbrengsten uit
de certificering.
En als de areaalheffing ook nog een
zekere "drempel-waarde" moet heb
ben komt men toch al gauw in de
richting van ƒ500,— per ha. Bij de re
denering dat extra overschotten zo
veel mogelijk op de betreffende rassen
moet worden verhaald past natuurlijk
in gunstige jaren de mogelijkheid tot
terugbetaling aan het eind van het
seizoen.
Dit temeer daar gedacht wordt in de
richting om meer per jaar af te reke
nen en slechts kleine reserves aan te
houden.
Tenslotte
Voor degenen die mee lezen en mee
denken geldt de aanbeveling om de
verschillende waarden van de areaal-
heffing nog eens te overwegen. Er kan
daardoor een veel bredere funktie aan
die areaalheffing worden toegekend.
Overigens! De afgelopen week ston
den de kranten bol over de vinding
naar een "nieuw wapen" tegen de
Aardappelmoeheid aan de Landbouw
Universiteit te Wageningen.
Wist U dat deze vinding voortkomt
uit het "projekt Gommerts" gefinan
cierd door het aardappel
bedrijfsleven? Fijn even "een tipje
van de sluier", van de gelden die wij
jaarlijks als vaste last op onze schou
ders nemen, te kunnen oplichten!
Swifterbant, A. Vermeer
Bewaren
Alleen gezonde partijen zijn geschikt
om lang te bewaren.
Probeer de bewaartemperatuur zo
konstant mogelijk te houden.
Ventileer met buitenlucht om de ge
produceerde warmte af te voeren
en/of voor de luchtverversing.
Beperk hierbij het aantal ventilatie-
uren en maak gebruik van 'geschik
te' buitenlucht.
'Geschikte' buitenlucht heeft een
hoge luchtvochtigheid en is ten
minste 1,5°C kouder dan het
produkt.
Benut nimmer lucht met een tempe
ratuur, die lager is dan de gestelde
minimum produkttemperatuur. Stel
de minimum-thermostaat hierop af.
Zorg ervoor dat deuren, luiken en
kleppen na het ventileren direkt
gesloten worden.
Temperatuurverschillen in het pro
dukt van meer dan 2,0°C en kon
densatie moeten in de partij door in
terne ventilatie worden beperkt.
Kontroleer en noteer dagelijks de
De afzet van uien richt zich voor
85% op de EKSPORTMARKT. De
konkurrentiepositie hangt af van
prijs en kwaliteit. Onze kostprijs is
relatief laag, onze kwaliteit is voor
verbetering vatbaar. Kwaliteitsbe-
houd is m.n. te bereiken door een
snelle oogst- en droogmethode.
Meer hierover kunt u lezen in het
vlugschrift 'Drogen en bewaren van
zaai-uien
Bij de oogst van TEUNISBLOEM
staan we voor de keuze, van stam
maaidorsen of hinderen en later dor
sen. Uit waarnemingen in praktijk
percelen bleek dat hinderen gem.
150 kg méér zaad opbracht, minder
kosten had van drogen en schonen
en geen kosten van doodspuiten. Na
verrekening van de ekstra arbeid le
vert hinderen f1.000,per ha
meer op dan van stam dorsen.
Bij WITLOF is het trekresultaat
sterk afhankelijk van de rijpheid van
Genenbanken weinig
toegankelijk door gebrek aan
doelgerichte informatie
Veel genenbanken, die kollekties
van belangrijke kuituurgewassen zo
als granen, peulvruchten, koffie en
cacao beheren, zijn weinig toeganke
lijk voor veredelaars en telers. De
bruikbaarheid van de kollekties in
de genenbanken staat of valt met een
systematische beschrijving van de
verzamelde rassen. Doelgerichte or
dening blijkt echter veelal te ontbre
ken. Daardoor blijft het nut van de
genenbanken voor de ontwikkeling
van de landbouw met name in de
derde wereld noodgedwongen be
perkt. Ook de uitbreiding en aanvul
ling van inkomplete kollekties is
moeilijk wanneer systematische in
formatie ontbreekt. Dit geldt zowel
voor genenbanken in westerse als
niet-westerse landen. Aldus ir.
J.M.M. Engels die een kollektie van
cacaorassen in een regionale genen-
bank in Costa Rica in kaart heeft ge-
temperatuur van het produkt.
Voorkom te sterke kondensatie te
gen wand- en dakvlakken door cir
culatie en afvoer van lucht boven het
produkt, eventueel met enige op
warming.
Afleveren
Om het optreden van blauw tegen te
gaan, zal het produkt voor het ople
veren moeten worden opgewarmd
tot tenminste 15°C. Blauwgevoelige
partijen dienen op een temperatuur
van 18 a 20°C te worden gebracht,
^ij gebruik van een luchtverhitter
mag de lucht, die in de partij wordt
geblazen, niet warmer zijn dan 20 a
22°C.
Om zuurstofgebrek tijdens het op
warmen met een luchtverhitter te
voorkomen, moet daarbij voldoende
verse lucht kunnen toetreden.
Namens de konsulentschappen
Akker- en Tuinbouw in Zuidwest
Nederland,
K.W. Bosma
de wortels bij de oogst. Wortels
bestemd voor de direkte trek moeten
bij de oogst voldoende rijp zijn. Ge
zien de narijping tijdens de bewa
ring, moeten wortels voor de mid
dellate en late trek beslist niet te rijp
zijn. Bij de beoordeling hiervan
wordt gekeken naar de vertikale
worteldoorsnede.
Bij de SUIKERBIETENOOGST
spelen tarra en verliezen nog steeds
een grote rol. Dit ondanks betere
machines. Weersomstandigheden
hebben grote invloed, evenals het op
een steeds later tijdstip rooien. Zorg
echter dat uw bieten 1 november op
een verharde opslagplaats liggen.
Benut de rooibare dagen goed, ze
zijn vaak schaars.
Zoals bekend zal zijn geeft de over
heid f28,— SUBSIDIE op het on
derzoek naar cystenaaltjes. De sub
sidie wordt automatisch op de on-
derzoekkosten in mindering ge
bracht. Laat de percelen waar in
1987 of 1988 bieten komen NU on
derzoeken. Indien nodig kunt u dan
het bouwplan nog tijdig bijstellen
en/of grondontsmetting uitvoeren.
bracht en genetisch onderzocht. En
gels, die werkzaam is als projektlei-
der bij de Genenbank Ethiopië in
Addis Abeba, is op vrijdag 12 sep
tember aan de Landbouwuniversiteit
gepromoveerd.
De firma Pen Zaden in Giekerk en
Cebeco-Handelsraad in Rotterdam
hebben overeenstemming bereikt over
de kommercialisatie in Nederland
door de afdeling Zaaizaad en Poot-
goed van Cebeco-Handelsraad van
het wintertarweras Apollo.
Apöllo is een nieuw ras, dat nog in
gebruikswaardeonderzoek is bij het
R1VRO in Wageningen. Het ras is in
de Bondsrepubliek Duitsland ge
kweekt en is daar reeds op de Rassen-
lijst opgenomen. Apollo heeft de
afgelopen jaren in proeven en in de
praktijkteelt zeer hoge opbrengsten
gegeven.
Vrijdag 26 september 1986
Terwijl er al wat beweging komt in de diskussies over het pootaar-
dappelbeleid 1987 is het zeker interessant om wat opmerkingen te ma
ken over onderdelen. Een zware kluif daaruit is de financiering van
de bodem-prijsregeling. Bij tegengestelde meningen zal stellig naar
compromissen gezocht moeten worden, die er dan ook zeker in moe
ten zitten.
Areaalheffing
De tot nu toe opgelegde areaalheffin
gen, dus heffingen per ha, werden
steeds geïnkasseerd over de definitief
goedgekeurde ha's pootaardappelen
door de keuringsdiensten van de
NAK. Maar voordat de definitieve
goedkeuring kan worden gegeven zijn
we vaak al laat in de herfst aangeland.
En soms lijkt het er op dat die defi
nitieve goedkeuring steeds maar later
komt, waardoor de opgelegde heffin
gen steeds later kunnen worden geïnd.
Voor een aantal rassen en klassen
komen de laatste jaren vaak zeer late
rooidata.
Door de late rooidata kunnen de
monsters voor nakontrole pas laat
worden genomen.
Nakontrole op Y-virus neemt nog
steeds 4-6 weken in beslag na
monstername.
Voor de klassen S en SE geldt sinds
enkele jaren ook een nakontrole op
de bakterieziekte zwartbenigheid.
Met name voor de grillige ziekte
phoma moeten nog steeds een groot
aantal monsters worden onderzocht.
Bovendien wordt met name voor pho
ma nogal eens gebruik gemaakt van
de beroepsmogelijkheid.
Veel werkzaamheden vallen in de
nazomer en herfst bij de keurings
diensten samen en geven een enorme
piekdrukte.
Al deze faktoren tezamen verschuiven
de definitieve goedkeuring naar late
data in de herfst.
En eerst dan kan de areaalheffing van
het Landbouwschap uitgaan. En als
dan ook nog de betalingstermijn van
3 maanden na datum van oplegging
gebruikt wordt, dan komt het geld
pas binnen op een reeds ver gevorderd
tijdstip in het jaar-seizoen. Een nadeel
bij de financiering!
Maar vooral een nadeel wanneer we
de areaalheffing ten dele willen ge
bruiken als drempel bij het begin van
de pootaardappelteelt in het volgend
seizoen.
Daarom is het te overwegen om de
areaalheffing niet op te leggen over de
goedgekeurde ha's, maar over de aan
gegeven ha's!
Dat gebeurt immers ook bij de kosten
ten behoeve van NAK- en Keurings
diensten. Ook daarbij wordt een split
sing gemaakt in een bedrag per ha en
in een bedrag per 100 kg. En dat be
drag per ha wordt geïnd direkt bij de
keuringsaangifte. We zouden daar als
Landbouwschap best bij kunnen aan
sluiten, zodat de areaalheffing begin
juni, wanneer in het algemeen de keu
ringsaangifte bekend is, kan worden
opgelegd en dan zou de betalingster
mijn van 3 maanden best kunnen
worden gehandhaafd.
Men zou dan bij afkeuring kunnen
besluiten om de bedragen terug te ge
ven, maar men zou ook kunnen be
redeneren dat alle aangegeven ha's
reeds hun stempel gezet hebben op het
lopende seizoen; dat er een hoeveel
heid vaste kosten zijn die breed gedra
gen moeten worden.
Ook degenen die laten afkeuren of de
aardappels laten doorgroeien naar
fabrieks- of konsumptie vallen bij het
huidige systeem buiten de boot wat
meebetalen aangaat.
Nogmaals de zaak overziende lijkt het
redelijk om nog eens te overwegen in
plaats van de areaalheffing op te leg
gen over de goedgekeurde oppervlak
te dit voortaan te doen over de
definitief aangegeven oppervlakte
pootaardappelen bij de keurings
diensten.
Hoogte areaalheffing
Hoe hoog de areaalheffing in 1987
moet worden is nog moeilijk aan te
geven. Dat hangt natuurlijk in de eer
ste plaats af van de hoeveelheid geld
die men denkt in 1987 nodig te heb
ben. Voorts hangt dat af van de ver