Nederlanders kunnen
borst wel nat maken
'EG-zetmeeibeleid brengt zetmeelindustrie in ernstige
moeilijkheden en pakt voordelig uit voor suikerindustrie'
Forse groei van Duits koöperatief
landbouwkrediet
President-direkteur C.P.C., de heer P. Tjepkema:
Drs. Sa la, voorlichtingsbureau Vlees
Export landbouw- en visserijsektor daalt
Duitsland heeft te hoog
melkquotum uitgegeven
'De EG-verordening waarbij is geregeld dat de suiker (van de suiker
biet) en glucose (van de zetmeelindustrie met als grondstoffen mais
en tarwe) op gelijke basis met elkaar kunnen konkurreren heeft de
zetmeelindustrie in ernstige moeilijkheden gebracht. Bij de vaststel
ling ervan is te weinig rekening gehouden met de ekonomische voor
delen die het suikerbeleid biedt aan de suikerindustrie. De zetmeelin
dustrie is daarmee in een positie komen te verkeren waarbij de netto
opbrengst van de produkten is komen te liggen onder de totale pro-
duktiekosten'. Deze kritiek liet de president-direkteur van CPC Eu
rope Industrial Products, de heer P. Tjepkema, maandag 22 septem
ber jl. horen bij de officiële opening van een nieuwe tarwezetmeelfa-
briek in Sas van Gent.
De heer Tjepkema hekelde eveneens
de recent tot stand gekomen veror
dening die de produktie van zetmeel
regelt. Daarbij is door ambtenaren
en politici te weinig rekening gehou
den met de agro-industriële en eko
nomische facetten en is te vëel uitge
gaan van landbouwpolitieke overwe
gingen. Het EG-beleid met betrek
king tot de produktie van zetmeel is
voorts te ingewikkeld en afgestemd
op een veel te korte termijn en bo
vendien niet konsekwent. Investeren
wordt daardoor ernstig bemoeilijkt,
aldus de president van CPC Europa
die overigens ook de hand in eigen
boezem stak door vast te stellen dat
de zetmeelindustrie z'n ten opzichte
van de suikerindustrie, wat achter
gestelde positie ten dele aan zichzelf
te wijten heeft door onvoldoende en
niet bijtijds tot een eenheid te
geraken.
Avebe
President-direkteur Tjepkema zei
zich zorgen te maken over het laten
voortbestaan door sommige lidsta
ten van ondernemingen waarvan de
ekonomische levensvatbaarheid
twijfelachtig is: 'De financiële voor
delen die aan dergelijke onderne
mingen (de heer Tjepkema doelde
hier op Avebe) worden verleend lei
den tot verstoring van natuurlijke
marktverhoudingen' waarbij winst
gevende ondernemingen zoals de on
ze de ekstra last dragen van een kon
kurrentie met een onderneming voor
wie winst geen absolute voorwaarde
is'.
Namens minister Braks, die wegens
EG-verplichtingen in Brussel moest
zijn, reageerde de direkteur Verwer
king en Afzet Agrarische Produkten
van het ministerie van Landbouw,
drs. J.J. Groeneveld, al tijdens de
bijeenkomst op de door Tjepkema
geuite kritiek. Groeneveld sprak bij
het zetmeelbeleid van een uiterst
komplexe materie waarbij het Ne
derlandse uitgangspunt steeds is ge
weest dat er evenwicht zou moeten
bestaan tussen de grondstoffen
mais, tarwe en aardappelen en dat
voorts de betrokken industriën de
gelegenheid zouden moeten krijgen
zich geleidelijk aan te passen aan de
nieuwe verordeningen. 'In dat kader
is in onze ogen voortzetting van de
evenwichtspremie voor de Europese
aardappelzetmeelindustrie een ge
rechtvaardigde zaak'. Hij verzeker
de de aanwezigen dat de Nederland
se regering er op toe zal zien dat de
afschaffing van bestaande produk-
tierestituties voor zowel de food- als
de nofoodsektor geleidelijk de ko-
P. Tjepkema
mende jaren plaats zal vinden vol
gens de gemaakte afspraken.
De heer Groeneveld ging ook in op
de Avebekwestie. Ter rechtvaardi
ging van de Nederlandse over
heidssteun wees hij op o.m. de eko-
nomisch zwakke regio noord-oost-
Groningen, op de duizenden bij Eve-
be betrokken boeren aldaar, op hun
beperkte omschakelingsmogelijkhe
den in het bouwplan en op de bijdra
ge van de aardappelzetmeelindustrie
aan de Nederlandse betalingsbalans.
Overigens is, gelet op de recente
voorstellen aan Avebe, de Neder
landse overheid van mening dat
Avebe evenals de andere industriën
op eigen benen moet staan, aldus ir.
Braks in de persoon van direkteur
Groeneveld.
J. Wierenga
De Nederlanders kunnen hun borst wel nat maken. De konkurrentie
wordt harder. Dat zegt drs. L.C.M. (Pol) Sala, hoofd exportbevor
dering van het Voorlichtingsbureau Vlees in Den Haag. De uitvoer-
cijfers van dit eerste halfjaar wijzen daar ook op. Er is méér
geëxporteerd, maar tegen een lagere prijs dan vorig jaar. De statistie
ken wijzen op 8 procent volume-toename, maar tevens op 8 procent
prijsdaling. Italië, Duitsland, Frankrijk en Engeland zijn traditioneel
de belangrijkste afnemers. "Onze export heeft vooral geprofiteerd van
het tekort in andere landen. Elk procent produktiestijging elders be
tekent extra konkurrentie voor Nederland", aldus Pol Sala.
Protest C.O.P.A./COGECA tegen zuivelvoorstellen
van de Europese Commissie
Gezien de huidige afzetmogelijkheden
in de EG is volgens Sala niet te ver
wachten dat méér produktie meer op
brengst zal leveren. Ook acht hij het
niet reëel te verwachten dat veel meer
vlees buiten de EG afgezet zal kun
nen worden. Hij waarschuwt dus dui
delijk voor een verdere uitbreiding
van de produktie: "Nederland heeft
nu nog een voorsprong, maar de kon
kurrentie knabbelt aan die achter
stand. "Wij zullen orde op zaken
moeten stellen, goede afspraken ma
ken. Vooral de interne konkurrentie
zet de opbrengstprijzen onder druk",
zo meent Sala.
Kommerciële innovatie
Uiteindelijk is het de konsument die
bepaalt wat er gegeten wordt. Met an
dere woorden: de vleessektor moet het
aanbod zeker wat assortiment en
kwaliteit betreft, afstemmen op de
vraag. "Je kunt niet kontinu de wet
van vraag en aanbod negeren. Per sal
do zal de rekening altijd hoger uitval
len dan wanneer je daar wel op
inspeelt". Aldus Sala die verder stelt
dat de hele vleessektor aan het begin
staat van een kommercieël innovatie
proces.
Koncentratie in de export is onvermij
delijk. Schaalvergroting is nodig om
de kosten in de hand te houden. Mar
keting gaat steeds belangrijker wor
den. Wie daaraan niet mee doet zal
op den duur afhaken. In dat verband
wijst Sala op positieve resultaten van
de gezamenlijke aanpak door bacon-
exporteurs op de Britse markt. Ook
de bundeling van exportaktiviteiten
door Coveco en NCB met name in de
varkenssektor is een goed voorbeeld
van de nieuwe aanpak.
De ekonoom Sala is er ook van over
tuigd dat het EG-beleid tot te hoge in
terventieprijzen heeft geleid.
Daardoor werkt het vraag- en aanbod
mechanisme niet meer. "Tijdelijke
maatregelen zijn blijvende maatrege
len geworden. De markt straft niet
meer als je te veel produceert". Ove
rigens is Sala van mening dat de in-
terventievoorraad van 700.000 ton
rundvlees "zo geruimd kan zijn". Het
gaat om ongeveer tien procent van de
Vrijdag 26 september 1986
rundvleeskonsumptie in de EG van de
Tien.
Merkartikelen gevraagd
De grote supermarkten verwerven een
steeds groter deel van de vleesverkoop
aan de konsument. In de Bondsrepu
bliek is dat al zestig procent. Frank
rijk en Groot-Brittannië tonen
eenzelfde ontwikkeling. "Supermark
ten willen zoveel mogelijk service en
gemak verkopen tegen de laagst mo
gelijke prijzen", vertelt Sala. In die
situatie is herkenbaarheid van het
produkt, de identifikatie of zo moge
lijk een merk heel belangrijk. Dan
heeft het ook zin om te vertellen dat
Nederlands vlees van goede kwaliteit
is.
Sala voorziet dat het aanbieden van
vers vlees steeds belangrijker gaat
worden. Daar zal de industrie op
moeten inspelen, door het vlees zó af
te leveren dat in de winkel afgesneden
kan worden.
Meer aandacht zal er volgens de ex
portpromotor van Voorlichtingsbu
reau Vlees b.esteed moeten worden
aan de verpakking van ons vlees. Dat
is zeker nodig als vlees over lange af
standen vervoerd wordt. Bovendien
biedt een goede verpakking de moge
lijkheid van grote herkenbaarheid.
"Daar wordt in Nederland nog te wei
nig aandacht aan besteed", aldus Pol
Sala.
Bartele A. Bokma
Grieven bonden in
zuivelkonflikt afgewezen
De bij de cao voor de zuivelindustrie
betrokken vakbonden zijn niet in het
gelijk gesteld in het door hen aan
gespannen hoger beroep tegen een
uitspraak in het zuivel-c.a.o.-
konflikt dit jaar, zo blijkt uit het de
zer dagen bekend geworden vonnis
van het Amsterdamse Hof.
De bonden hadden bezwaar aangete
kend tegen de uitspraak in het kort
geding op 2 mei jl. van de Utrechtse
Rechtbankpresident mr. C.L. Baron
van Harinxma thoe Slooten die be
paalde dat bij een zuivelstaking
hoogstens 3 miljoen kg melk per dag
onverwerkt mag blijven.
C.O.P.A. en COGECA protesteren
met kracht tegen de noodmaatregelen
die de Europese Commissie voor de
zuivelsektor heeft gedaan, zonder van
te voren de landbouworganisaties
daarover te konsulteren.
C.O.P.A. en COGECA wijzen erop
dat zij akkoord zijn gegaan met een
produktiebeersing van melk, echter
onder de voorwaarde dat de garanties
in het kader van de E.G.-
marktordening in stand gehouden
worden. Vooral de voorgestelde
maatregelen die betrekking hebben op
de aanpassing van het interventie
systeem, hebben volgens
C.O.P.A./COGECA katastrofale ge
volgen voor het marktbeheer, het
handelsverkeer en het inkomen van de
producenten. De fundamentele pro
blemen worden er echter niet door op
gelost. In feite hebben deze
maatregelen tot gevolg dat de finan
ciële lasten van het E.G.-zuivelbeleid
op de melkproducenten worden afge
wenteld.
C.O.P.A. en COGECA zullen door
gaan met het onderzoek naar alterna
tieve maatregelen die bijdragen tot
een herstel van het marktevenwicht in
deze sektor.
De waarde van de export van agrari
sche en visserijprodukten is in het eer
ste halfjaar met 6,5 procent gedaald
ten opzichte van het eerste halfjaar
1985 en kwam daarmee op 21,5 mil
jard gulden. De totale invoerwaarde
van deze soorten produkten nam met
14 procent af tot bijna 16 miljard gul
den, zo blijkt uit cijfers van het Cen
traal Bureau voor de Statistiek.
Het gaat hierbij om onbewerkte en
bewerkte produkten. Bijna 70 procent
van de daling van de agrarische export
van ons land betreft produkten van
niet-Nederlandse herkomst, aldus het
CBS. Van de totale uitvoerwaarde
van 21,5 miljard gulden had ongeveer
38 procent betrekking op de veehou
derij. Hiervan ging 15 procent in on
bewerkte en 85 procent (vooral
zuivelprodukten en vlees) in bewerk
te vorm naar het buitenland. Deze
laatste kategorie had een uitvoerwaar
de van 8,1 miljard gulden of ruim 5
procent minder dan in de eerste zes
maanden van 1985. De iets kleinere
groep akkerbouwprodukten (34 pro
cent van het totaal) had een export
waarde van 8,6 miljard gulden, een
daling met 12,6 procent. Hierbij gaat
het voor ongeveer tweederde om pro
dukten met niet-Nederlandse her
komst (cacao, tabak, katoen, rijst
etc.).
De enige groep waarvan de uitvoer
waarde in het eerste halfjaar toenam
waren de tuinbouwprodukten. Die
groei bedroeg 0,5 procent tot 5,9 mil
jard gulden.
De melkopkoopregeling van de
Duitse deelstaat Noordrijn-
Westfalen heeft 17,7 miljoen kg
referentiehoeveelheid opgebracht
De deelstaat heeft er ƒ13,9 miljoen
voor moeten betalen bij een ver
goeding van ƒ787 per 1000 kg. De
gekochte, heffingvrije hoeveelhe
den zijn door de deelstaatregering
in Düsseldorf gebruikt voor her
verdeling onder boeren. In aan
merking kwamen hoofdberoepen
in benadeelde gebieden en in be
paalde beheersgebieden ter be
scherming van natte weilanden
(''Feuchtwiesen-
Schutzprogramm
Het opkoopprogramma dat in de
cember vorig jaar begon is op 14
juli jl. beëindigd nadat de Bonds
republiek er bij de deelstaten op
heeft aangedrongen hun opkoop
regelingen ten gunste van het
EG-opkoopprogramma stop te
zetten. De Bondsregering, die de
EG-regeling beheert, hoop met dit
programma de som van verdeel
de heffingvrije hoeveelheden flink
terug te brengen.
Door de Brusselse kortingen van
de nationale garantiehoeveelheden
en door gulle verdeling van quota
aan zogenaamde hardheidsgeval-
len zit de Bondsregering nu met
een probleem, want er is ongeveer
één miljoen ton aan heffingvrije
melk te veel toebedeeld.
Detlef Stachetzki
Het Duitse koöperatieve bankenstel-
sel, de Volks- en Raiffeisenbanken,
heeft in 1985 kredieten ter hoogte van
ƒ292 miljard verstrekt. Dit betekent
een stijging ten opzichte van 1984 van
ƒ9,3 miljard oftewel 3,3 procent.
Sterk uitgebreid zijn de kredieten op
lange termijn, die met ƒ12,2 miljard
7,5 procent) tot ƒ175 miljard zijn
gegroeid. Veel kredietnemers hebben
gebruik gemaakt van het lage rente-
nivo en zijn van kort- naar langlopen
de kredieten overgeschakeld.
Bijzonder sterk was de groei bij het
landbouwkrediet, dat een toename
van 11,2 procent tot ruim ƒ25 miljard
toonde, bij kredieten op lange termijn
zelfs met 13,5 procent.
Een positief verloop toonde ook de
ontwikkeling van het inleggeld. De
klanten belegden ƒ375 miljard het
geen ƒ20,7 miljard oftewel 5,8 pro
cent meer was dan in 1984.
Bij het koöperatief bankenstelsel zijn
3660 bedrijven aangesloten met meer
dan 10 miljoen leden. Het ledental
groeide in 1985 met 300.000 tegenover
1984.
Iets minder rooskleurig is de situatie
bij de in- en verkoopkoöperaties en
zuivelkoöperaties. Volgens sekretaris-
generaal dr. H.J. Wick van het Duit
se Raiffeisenverband heeft de omzet-
vermindering die in 1985 voor het
eerst plaatsvond, zich ook in 1986
voortgezet. Tijdens de "Raiffeisen-
tag" deeldë hij in Karlsruhe vorige
week donderdag mede dat de omzet
van de nu 6.390 raiffeisenkoöperaties
in de eerste acht maanden van 1986
met 3,8 procent tot ƒ91 miljard is ge
daald. Ook is het einde van het kon-
centratieproces nog niet in zicht. De
laatste 30 jaar toonden een teruggang
van het aantal raiffeisenkoöperaties
met 14.565, oftewel rond 70 procent.
Alleen al in de eerste acht maanden
van 1986 vonden 129 fusies of schrap
pingen plaats.
D. Stachetzki, Agra-Europe, Bonn