VOO It mi
vrouw
'Kunst'
p.j. zuid
geluid
Tunesië:
een andere
wereld
uit de
Konkurrentie
Portretten
'Genre'
Stilleven
Landschap
redaktie Peter Risseeuw
Agrarische Studiereizen 1986:
Veel belangstelling voor dropping PJZ-Goes
Wat is kunst?!
Idee belangrijker dan
voorstelling
onder redaktie van de Redaktiekommis-
sie Bond van Plattelandsvrouwen voor
Zeeland en Brabant
Redaktieadres:
Mevr. P.J. de Rooy-Janse
Postbus 42, 4424 ZG Wemeldinge
De kulturele kommissie van de
plattelandsvrouwen organiseerde
27 februari j.l. een studiemorgen
over de 17de eeuwse schilder
kunst. Dit ter voorbereiding op de
te maken ekskursie (25.3.86) naar
museum Boymans-van Beunin-
gen. Mevrouw P.J. de Rooy leid
de mevrouw Molhuysen,
verbonden aan het museum, in.
Mevrouw Molhuysen....
De 17de eeuw is de grootste bloeipe
riode, die de schilderkunst ter wereld
ooit heeft gekend en is voorgoed ver
bonden met de namen Holland en zijn
Gouden Eeuw. Hoe kon dit ont
staan? De 15de eeuw kende nog de
religieuze kunst. Schilders werkten
voor de Kerk of het Hof. In de 16de
eeuw nam de macht van de vorst toe
(Karei V). De burgers werden zich be
wust van hun gezamenlijke kracht.
Men begon te twijfelen aan de tradi
tionele kerk (Luther, Calvijn). De sa
menleving was in beroering. Alqm
heerste oorlog, onrust, verslechteren
de ekonomie en kritiek. Die uitte zich
in de Beeldenstorm (1566) en het uit
breken van de 80-jarige oorlog (1568).
In de 17de eeuw maakte de Vrede van
Munster (1648) een einde aan deze
oorlog. De Noordelijk- en de Zuide
lijke Nederlanden komen bij elkaar.
Beide hebben echter in die oorlog een
totaal andere ontwikkeling onder
gaan. De Noordelijke Nederlanden
waren Calvinistisch geworden en de
Zuidelijke Nederlanden waren het
Katholieke geloof en de Vorst trouw
gebleven. Dit is bepalend voor de
kunstuitingen geweest.
Na 1648 varen de Hollandse schepen
uit over alle wereldzeeën. Er wordt
volop handel gedreven (Oost- en West
Indische Kompagnie). De stad
Amsterdam groeide. Er komt een rij
ke koopmansstand en een welvaren^
de burgerij. Zij wilden zichzelf, hun
familie, hun rijkdommen en huizen
vereeuwigd zien. Omdat er zoals ge
zegd geen Hof en geen Kerk was,
waarbij men in dienst kon zijn, wa
ren alle schilders zelfstandig werk
zaam. Hierdoor ontstond een grote
konkurrentiestrijd, waardoor: a. men
zich ging specialiseren in 'het Portret',
het 'Genre', 'het Landschap', 'het
Stilleven', b. er schilders en schildert-
jes kwamen, die enorm veel gingen
produceren om in het levensonder
houd te voorzien.
In de Zuidelijke Nederlanden, met als
centrum Antwerpen kregen schilders
opdrachten van de Kerk en de Adel.
Anthonie van Dijck en Rubens waren
de grootsten. Zij waren hofschilders
en werkten ook voor kerken en
kloosters. Zij behoefden niet voor
hun dagelijks bestaan te 'vechten', zo
als hun noordelijke kollga's. De doe
ken van deze schilders waren dan ook
vaak groot en voorzien van weelderi
ge taferelen en vrolijke kleuren.
Aan de hand van dia's gaat mevrouw
Molhuysen vervolgens dieper in op de
hiervoor genoemde vormen van schil
derkunst. De grootste onder de 'Hol
landse meesters' is natuurlijk
Rembrandt. Hij behoort tot de laatste
der grote universele meesters van de
late Renaissance. Hij was niet alleen
schilder maar ook tekenaar en etser.
Hij beperkte zich niet alleen tot por
tretten en groepsafbeeldingen, maar
schilderde ook stillevens, landschap
pen en niet te vergeten zijn doordrin
gende bijbelse taferelen. Wat hem
bekend maakte waren zijn in op
dracht vervaardigde werken zoals de
Nachtwacht, de Anatomische Les en
de Staalmeesters.
De portretten en groepsportretten van
de Noord-Nederlandse schilders laten
ons deftige, statige dames en heren
zien in 'strakke' zwarte kledij (Gerard
Terborch) en goedgeklede, weldoor
voede mannen en vrouwen (Frans
Hals). Deze schildertrant ontaarde al
vlug in bekwaam, modieus maar op
pervlakkig schilderwerk. De ijdele
burger wilde er zo voornaam moge
lijk uitzien (geen decolletés: geen
losse haren; blank gezicht en voor
hoofd; dunne kanten kragen). Een ge
lukkige uitzondering hierop was
natuurlijk Rembrandt maar ook
Frans Hals. Laatst genoemde wordt
door zijn knappe, losse verfslag ook
wel vergeleken met Velasquez. De
hofschilders van het zuiden werkten
veel 'losser'. Rubens en Velasquez la
ten ons portretten zien van geestelij
ken en adellijke mannen en vrouwen
in prachtige gewaden, kapsels in de
vorm van de kledij, en 'behangen'
met juwelen.
De familieportretten laten ons zien
dat de bezigheden van mannen en
vrouwen streng gescheiden waren. De
vrouw was voor de kinderen en het
huishouden en de mannen moesten
kennis overdragen aan de zonen. Men
moest ook altijd bezig zijn, want le
digheid is des duivels oorkussen (spin
nende vrouw van Terborch). Deze
familie- en groepsportretten brengen
ons naar 'het Genre-schilderij'.
Hierop zijn scènes uit het dagelijkse
leven van de kleine burgerij, het Hol
landse gezin te zien. Zo verschijnen
de interieurs met de plavuizen; het in
terieur in het interieur; het schilderij
in het schilderij. Jan Steen kiest in dit
genre echter niet voor het rustige, stil
le (Vermeer) maar voor het volle, be
weeglijke leven. Hij schildert
markten, kermissen, bruiloften, hui
selijke feestjes, alles met veel kleur en
gevoel voor humor. Alle taferelen zit
ten vol symboliek: zoals scherven en
oesters op de grond, één verlaten
schoen, citroenen, noten, zoutvaten,
honden, vogelkooien 'al dan niet
open, en vol wijze lessen en spreek
woorden. Rembrandt heeft aan de
ze schildertrant, 'het Genre', nooit
meegedaan....
Volgens mevrouw Molhuysen kan
men het Stilleven een Hollandse spe
cialiteit noemen. De schilderijen wa
ren vaak klein en daardoor betaalbaar
voor iedereen. Het Stilleven is een uit
ing van de pronkzucht van de Hollan
ders. Zij laten ons tinnen kannen en
zilveren zoutvaten zien als statussym
bool (Heda). Zo ontstaan ook de
bloemen-, jacht- en wildstillevens (Jan
Fijt). Ook de uitbeeldingen, waar al
les schuin staat en vervult is van sym
boliek, welke alle de vergankelijkheid
moeten weergeven, b.v. scherven, no
ten en citroenen met loshangende
schil (van Beyeren).
Door de onrust en de oorlogen in de
16de eeuw was er geen belangstelling
voor het Landschap. De 17de eeuw
met zijn groeiende welvaart geeft ons
een nieuw soort Landschapsschilde
rij, n.l. het brede, vlakke, waterrijke
Hollandse landschap met zijn lage ho
rizon en grote wolkenpartijen (rivier-
De P.J.Z., afd. Goes, heeft op 18
april jl. een dropping gehouden. De
ze vond plaats in Brabant en wel in
Ossendrecht en omgeving. Na het ver
zamelen in Goes reden we met auto's
naar Ossendrecht.
Daar werd eerst een kop koffie ge
dronken in het café waar de groepen
ook weer terug moesten komen. De
groepen werden verdeeld en allemaal
uitgezet. Ze kregen opdrachten mee,
die ze onderweg uit moesten voeren.
9 mei Afd. Bevelanden organiseren
weer voor iedereen het geweldige
schuurfeest aan de Stekeldijk te Kam
perland. Entree voor de leden is maar
ƒ2,Niet-leden betalen slechts
4
19 mei Afd. Tholen houdt de jaarlijk
se fietstocht. Het vertrek is om 11.30
uur van de boerderij van de fam.
Rooyman. Na afloop barbeque.
Kosten ƒ12,50. Opgeven voor 15 mei
bij Elles, tel. 01184- 11060.
24 mei Afd. Tholen doet mee aan een
oriëntatierit, dë zgn. 'Bloemenrit'.
Snelle opgave is gewenst, Connie tel.
1666 - 2644. Start om 18.45 in de
Zoekweg.
De opkomst van zowel leden als niet-
leden was trouwens bijzonder goed.
Toen de groepen allemaal weer bin
nen waren werd er gekeken welke
groep de opdrachten het beste had
uitgevoerd. Deze kregen een prijs.
We kunnen wel zeggen dat deze akti-
viteit erg goed geslaagd is, dit stimu
leert dus weer tot het organiseren van
nog veel meer leuke aktiviteiten. En
daarbij hopen we ook weer op een
goede opkomst van leden en natuur
lijk ook niet-leden.
Namens de P.J.Z-Goes,
Carla Goud
Oost Zeeuws-Vlaanderen
Wij organiseren een schuurfeest op
vrijdag 16 mei bij de familie Diele-
man, Axelsestraat 114, Zaamslag.
Aanvang 20.30 uur. Entree: leden en
donateurs ƒ3,50 en niet-leden ƒ5,00.
Agrarische vrouwen op
ekskursie
Jonge agrarische vrouwen gaan op
donderdagmorgen 15 mei op ekskur
sie naar het melkveebedrijf van F.
Modde, Nieuwstraat 90 te Oostburg.
Aansluitend brengen ze een bezoek
aan kaasmakerij Ysenagel, Bak
kerstraat 58 te Oostburg. Verzamelen
om 9.30 uur op het Ledelplein te
Oostburg. Informatie te krijgen via
tel.nr. 01146 - 1980.
TUNESIË, de kleinste Noordafri-
kaanse staat, is een land vol tegenstel
lingen: in traditionele sèfsari gestoken
vrouwen, paard en wagens, de souks
(arabische markten) maar ook gewo
ne Europese steden. Veel steden heb
ben een medina, een ommuurde oude
stad met een wirwar van smalle stra
ten en stegen. In de binnenlanden
overheerst de oosterse sfeer: de men
sen dragen de traditionele kledij en als
vervoermiddel wordt mujldier of dro
medaris gebruikt.
De belangrijkste bron van inkomsten
In Tunesië is de LANDBOUW. In het
noorden wordt graan verbouwd,
zuidelijker groeien de olijfbomen, ci-
trusbomen, dadelpalmen en het al-
phagras. Het noorden van Tunesië
heeft een gematigd klimaat, buiten de
maanden juli en augustus wordt het
niet tè heet, in mei en juni zijn de tem
peraturen het aangenaamst en is de
natuur op zijn mooist.
Daarom organiseert Agrarische Stu
diereizen een 8-daagse vliegreis naar
Tunesië, 10-17 juni-1986. U logeert in
Sousse aan zee. Van hieruit worden
allerlei ekskursies gemaakt, wandeling
door Sousse met de typisch oriëntaal
se sfeer; bezoek aan een landbouw-
koöperatie; een rozenkweker; naar de
hoofdstad Tunis met een bezoek aan
het Bardomuseum (nergens ter wereld
zijn zoveel mozaïeken bij elkaar ge
bracht); bezoek aan de voormalige
hoofdstad Cartago; het schilderach
tige plaatsje Sidi Bou Said; bezoek
aan een stoeterij en een runder K.I.
station, bezoek aan de markten in de
eeuwenoude stad Mahdia en Jemmal;
wandeling door de presidentiële tui
nen in Monastir; bezichtiging van een
zuivelfabriek en een staats-
rundveebedrijf met een voeder-
fabriek.
Twee dagen bezoekt u het zuiden van
Tunesië: het Romeinse amfitheater El
Djem; een bezoek aan Sfax, de be
langrijkste havenstad, een prachtige
tocht door de olijfbossen en de dadel
palmplantages; in Gabès zelf zijn er
zo'n 300.000 dadelbomen geteld. In
de bijzondere plaats Matmata, waar
de inwoners in holen wonen over
nacht u. 's Ochtends héél vroeg de
tocht per dromedaris om de zon in de
Sahara te zien opkomen. Via een
tocht door de zoutmeren - het gebied
van de fata morgana's - bereikt u de
schitterende oase Tozeur, al in de tijd
van de Romeinen bekend. Ook Gaf-
sa wordt bezocht, merkwaardig gele
gen op 350 m hoogte. De ruïnestad
Sbeïtla is een goed voorbeeld van een
Noordafrikaanse garnizoenstad uit de
Romeinse tijd. Ook aan de heilige
stad Kairouan wordt een bezoek ge
bracht. Als in geen ander land komt
de bevolking van Tunesië 'het land
van de vriendschap' u op ongefor
ceerde en vriendelijke wijze tegemoet.
Het zal u spijten, het land weerde
moeten verlaten!
En verder:
Zeil am See, Oostenrijk, 5-14 juni
1986, 10-daagse busreis
Noorwegen, Noordkaap, 16-28 juni,
13-daagse vliegreis/rondrit
Schwarzwald, 23-28 juni, 6-daagse
busreis
Normandië, 23 juni - 2 juli, 10-daagse
rondreis per bus
Midden-Engeland, 30 juni - 9 juli,
boot/rondreis per bus
Voor üw aanmelding, nader overleg
gezichten van Ruysdael en
winterlandschappen van Jacob Ruis-
dael). Talrijk zijn ook de uitbeeldin
gen met zeeslagen, stads- en
zeegezichten. Zo komen ook de land
schappen met watermolens, pluimvee
en dieren (Paulus Potter). Seghers
schilderde weer een ander genre: dra
matisch geladen landschappen, wel
ke Rembrandt beïnvloed moeten
hebben.
Al met al kunnen we op de leerzame
en boeiende morgen terugkijken, met
een onderhoudend vertellende me
vrouw Molhuysen.
De ekskursie, die hierop volgde (25
maart j.l.) stond in het teken van 'de
oude Meesters' en de 'Moderne
kunst'. Per bus vertrokken we met
ongeveer 50 dames en 1 heer naar
Rotterdam. In de bus werden wij ver
welkomd door de voorzitster van de
kulturele kommissie mevrouw M. de
Jonge. Zij wenste ons een fijne dag
toe. Iri het museum troffen we weder
om mevr. Molhuysen. Aan de hand
van een diavoorstelling voerde zij ons
snel door de geschiedenis van de schil
derkunst. Via 'de 3 vrouwen aan het
graf' van de gebroeders van Eyck; 'de
verloren zoon' van Jeronymus Bosch;
kleine schilderijtjes zoals Geertgen tot
St. Jans; 'de toren van Babel' van
Bruegel, naar de Impressionisten,
welke als eersten buiten gaan schilde
ren. Zij moesten snel werken, daar zij
een impressie wilden geven van licht
en landschap (Monet en Sisley). Via
Expressionisten, welke door kleur het
karakter van de mensen wilden uit
beelden (van Gogh, van Dongen) naar
de Surrealisten, zoals Dali en Magrit-
te. Voor Dali geldt min of meer het
wroeten naar verdrongen angsten en
begeerten in het onbewuste. Magrit-
te distancieert zich uitdrukkelijk van
deze bemoeienis. Hij wil de verwant
schap tussen het gewone en ongewo
ne aantonen (een paar voeten, dat in
schoenen overgaat).
Na de dia-serie 'doken' we het mu
seum in en werden met onze neus ge-
djukt op het verschil in kunstuiting
van 'de oude Meesters' en 'dë moder
ne kunst'.
Twee groepen schilders, die tot zover
wij konden nagaan niet veel gemeen
hadden en hebben. Bij 'de oude
Meesters' komt bewondering voor
techniek en voorstelling naar voren en
bij 'de moderne kunst' vraagtekens.
Kandinsky raadt de leek in een arti
kel (1912) aan 'zich bij het bekijken
van een kunstwerk niet af te vragen:
waarom is de kunstenaar zo vrij ge
weest geen rekening te houden met
mijn wensen?, maar: welke eigen in
nerlijke aandrang heeft de kunstenaar
hier tot uitdrukking gebracht?' De
wens, dat een schilderij iets moet
voorstellen is hierdoor vervallen. Vol
gens mevr. Molhuysen is in de moder
ne kunst het idee belangrijker dan de
voorstelling. Mondriaan, Kandinsky
(kleur en beweging) Appel (ik rotzooi
maar wat aan). Vooral de moderne
Amerikaanse kunst is voor ons Euro
peanen moeilijk. Mark Rothko zei
zelf 'Voor ons is de kunst een avon
tuur in een onbekende wereld, die al
leen geëksploreerd kan worden door
wie bereid is risiko's te lopen'. De
beeldhouwkunst daarentegen pro
beert samen met de toeschouwer een
relatie te leggen tussen de objekten en
de ruimte (minimal art: grote blok
ken; tegels op de vloer; banen vilt aan
de wand). Sommigen onder ons ver
zuchten 'dat heb ik met handwerken
ook aleens geprobeerd' of 'dat doet
de juffrouw op de kleuterschool
ook'Wie weet dames?
Voordat het spitsuur begon vertrok
ken we weer huiswaarts. Het was een
gezellige dag. We lieten de ten
toonstelling van de Moderne kunst
met gemengde gevoelens achter. En
weer rees de vraag 'Wat is kunst'.
Ingrid Bom - Wattez
of het aanvragen van de brochure
Agrarische Studiereizen 1986, kunt u
opbellen naar het Sekretariaat van
Agrarische Studiereizen, mevrouw L.
Deumer, Roermondsplein 20, 6811
JN Arnhem, 085 - 512087 (eventueel
085 - 427784).
Vrijdag 9 mei 1986
17