Nieuwe start Nederland op SIMA te Parijs Veehouderijkommissie KNLC kiest voor B-systeem Voorzitter Schouten bij NRS: 'Opbrengst heffing rundveeverbetering wordt heroverwogen' Ir. De Bont; "Voorgestelde verlaging van graanprijs zal niet doorgaan" Uitvoer naar Frankrijk sterk gegroeid Nieuwe start Nederlandse eksport groeit Boeren moeten 130 miljoen superheffing betalen 'Sociale boter' in de EG Couveuse voor lammeren Nederland woont in bij Marokko. Die gedachte zette zich vast wan neer je de plattegrond raadpleegde van de tentoonstellingshal aan de Port de Versailles te Parijs, waar acht dagen lang de internationale landbouwsalon SIA en -werktuigenbeurs SIAL een plaats vonden. Het meest internationale landbouwgebeuren van het jaar en ook het interessantste. Van over de gehele wereld komt men naar de Franse hoofdstad om zelf te zien of iets te laten zien. De (vroegere) Franse koloniën nemen daarbij een belangrijke plaats in. Er is een tijd geweest dat de Neder landse inzending wedijverde met alle andere landen-paviljoens en in die kompetitie een best figuur sloeg. Maar toen pakten de bezuinigingen toe en het nederlandse paviljoen, on der auspiciën van het ministerie van Landbouw, verdween van het to neel. Het ministerie van Ekonomi- sche Zaken nam het verlenen van hand- en spandiensten aan Neder landse inzenders van werktuigen etc. over. De Veepro (vee- eksportbevordering) lag inmiddels in onmacht op zijn rug. De Holsteins hadden de plaats van de Frisionnes ingenomen. Maar Parijs liet dit jaar een nieuwe Nederlandse start zien. Weliswaar als de kleinste van de tien landenin- zendingen en tweezijdig ommuurd door Marokko. De herboren Veepro presenteerde zich weer. Er was een centrale balie en een vijftal zitjes voor de vee-eksporteurs Coveco, fa. Dekker, Heemskerk en Terpstra Van der Ploeg en de ETH. De per 1 maart jongstleden in funk- tie getreden koördinator- projektleider van Veepro, ir. Tony Bruggink was in Parijs de gastheer. In het nieuwe bestuur is het Land bouwschap vertegenwoordigd door Piet Blokland (voorzitter) en dr.ir. Abele Kuipers, het Produktschap voor Vee en Vlees door drs. Jos Jon- gerius, het FRS door ir. Pieter Scheer en het NRS door ir. Ebele Talstra. De vee-eksporteurs en het ministerie van Landbouw benoemen elk twee adviseurs. Onze vee-eksport zit weer in de lift. Er is zoveel vraag, vooral naar jonge dieren, dat sommige eksporteurs maar met moeite het kwantum vol kunnen krijgen. De grootste belang stelling komt uit oostelijke Middel landse Zee-landen en landen daar aan grenzend. Een vijftal landen had in hurt pre sentatie in Parijs melk- en slachtvee opgesteld: Canada 6, West- Duitsland 12 en Italië 8 stuks (ook schapen). Zwitserland en Oostenrijk eksposeerden ook op deze wijze. België zocht het vooral in bloemen. Engeland en Marokko hadden een grote verscheidenheid. Hongarije was nu voor het eerst met een flink paviljoen naar Parijs gekomen en etaleerde op een aantrekkelijke wijze zijn platteland en landbouw. Tussen een aantal afspraken in had den wij in het Veepro-paviljoen een gesprek met de Nederlandse Land bouwraad in Parijs, drs. Hans Wijn- maaien. Hij verheugde zich er over dat in het afgelopen jaar de Neder landse eksport naar Frankrijk weer flink toenam en een totale waarde van 8,2 miljard gulden bereikte. De uitvoer van sierteeltprodukten groei de met 20 procent, die van vlees met 15 procent; de uitvoer van onze var- kenssektor beliep één miljard gul den. De Franse uitvoer daarentegen zakte; voor varkens zelfs met 20 procent. Onze zuiveluitvoer naar Frankrijk bleef nog vrij stabiel. De Nederland se uitvoer evenaart in grootte nu bij na die van Frankrijk. Een open vraag is wel in hoeverre de veterinai re problemen die België ondervond met de uitvoer van varkensvlees, als gevolg van de Afrikaanse var kenspest, onze uitvoer ten goede zijn gekomen. ^.B. Brabantse mest naar Frankrijk? De Nederlandse landbouwraad in Frankrijk, drs. Hans Wijn- maaien, is druk bezig Brabantse boeren in kontakt te brengen met boeren in Noord-Frankrijk. Dit zijn meest akkerbouwbedrijven die organische mest heel goed kunnen gebruiken. Wijnmaalen wil overtollige (kippen- en kuiken-)mest uit het Brabantse naar het Franse laten vervoeren en ^ls het gelukken wil een re tourvracht mee naar huis te doen nemen, bijvoorbeeld pulp of stro. Er zijn reeds proeven opgezet met de Chambre de Agriculture om een en ander uit te proberen. Op wat langere termijn wordt ge dacht aan het inrichten van de pots in Frankrijk. Als deze proe ven zich gunstig laten aanzien openen zich perspektieven voor het verkleinen van het mestpro bleem in het zuiden des lands, zij het (voorlopig) alleen voor droge pluimveemest. De Nederlandse melkveehouders zullen over het op 1 april aflopende melkjaar 1985/1986 waarschijnlijk 130 miljoen gulden superheffing aan Brussel moeten betalen omdat zij meer melk hebben geproduceerd dan de EG-afspraken toestaan. Voorzit ter drs. H. Schelhaas van het Pro duktschap voor Zuivel heeft deze prognose woensdag gegeven op basis van de jongste produktiecijfers. Het schap is door het ministerie van landbouw en visserij belast met de verwerking van de produktiecijfers en de administratieve afhandeling van de superheffing. Het bedrag van 130 miljoen kan volgens Schelhaas nog wat lager uitvallen. Daarvoor zijn twee redenen: de slechte toestand van de weiden na de late, Voorzitter drs. H. Schelhaas van het Produktschap voor Zuivel noemt het beschikbaar stellen van 'sociale boter' een goede maatre gel. Het gaat om een duidelijke af zet aan armere delen van de bevolking en het is een manier om het boteroverschot in de gemeen schap te verminderen. Hij schat dat het in cje gehele EG om enige tienduizenden tonnen ekstra afzet gaat. Schelhaas zegt er geen moei te mee te hebben dat voor bepaal de bevolkingsgroepen boter goedkoper wordt, zolang de groep om wie het gaat duidelijk is aan gegeven. Dinsdag 18 maart 1986 kwam de KNLC-kommissie veehouderij bij een. Ditmaal stond niet de mestpro blematiek, maar (opnieuw) de super heffing centraal, met name de keuze tussen het zogenaamde A- of B- systeem en het "afromen" van het melkquotum bij grondoverdracht. De belangrijkste reden waarom de veehouderijkommissie kiest voor het B-systeem voor 1986/1987 is, het verdwijnen van de landelijke vereve ningsmogelijkheid. Zowel in 1984/1985 als in het huidige melk prijsjaar 1985/1986 kunnen lande lijk de overschrijdingen tegen de on- derschrijdingen worden weg gestreept, zodat niet voor iedere kg overschrijding een heffing moet worden afgedragen aan Brussel. Zo werd in 1984/1985 "slechts" 87 miljoen afgedragen aan Brussel, ter wijl de som van de individuele over schrijdingen 278.000 ton, oftewel ƒ156 miljoen, bedroeg. Ook in het huidige melkprijsjaar zullen vele veehouders hun quotum niet volmel- ken. De hoeveelheid onderschrijdin- gen zal aanzienlijk zijn. Bij het B- systeem wordt de af te dragen hef fing doorberekend aan alleen de overschrijders. De onderschrijders ondervinden geen rechtstreekse kon sequenties van een keuze tussen A of B. Een mogelijk voordeel voor iede re veehouder, dus ook voor de on derschrijders, is de betere benutting van de kapaciteit van de zuivelfa brieken bij systeem B, wat de uitbe- talingsprijs van melk positief beïn vloedt. Wanneer de zuivelfabrieken de produktie-ontwikkeling alert vol gen en deze informatie onmiddellijk doorspelen aan de veehouders bete kent het B-systeem geen extra pro- duktiestimulans. Dan kan immers nauwelijks gespekuleerd worden, omdat de hoogte van de onderschrij- ding steeds bekend is. Volgens de kommissie Veehouderij wegen de voordelen van systeem B op tegen het nadeel, dat bij dit systeem de hoogte van de heffing tussen de zuivelfabrieken onderling kan verschillen. Het Landbouwschap vindt dat de ƒ20 miljoen, die jaarlijks door de melkveehouders in ons land wordt opgebracht voor de rundveeverbe tering, aan een heroverweging toe is. Dit zei voorzitter Joris Schou ten van het Landbouwschap op vrijdag 21 maart jl. in Arnhem, waar het nieuwe kantoor van het Nederlands Rundvee Syndikaat (NRS) officieel werd geopend. Schouten zei dat de melkkontrole zich duide lijk heeft bewezen, maar wees er tevens op dat nieuwe aktiviteiten en ontwikkelingen ten dienste van de gehele rundveehouderij on dersteund dienen te worden. Begin 1984 werd de heffing van het Landbouwschap voor de rundvee verbetering (die via het produkt schap wordt geïnd) verhoogd van 14 naar 17 cent per 100 kg melk. De be vordering van de deelname aan de melkkontrole heeft hierbij steeds voorop gestaan, aldus Schouten, die becijferde dat momenteel ongeveer 34.400 van de ruim 50.000 melkvee houderijbedrijven hieraan deelne men en dat 74 procent van de koeien erbij betrokken is. De toekomst voor de melkveehoude rij ziet er volgens Schouten niet zo rooskleurig uit. De melkproduktie moet met het oog op een beter mark tevenwicht verder verkleind worden. Goede opkoopregelingen op EG- basis én op vrijwillige basis kunnen hiertoe bijdragen. Een vermindering van de melkkwota in alle EG- lidstaten sluit hij niet uit, al voegde Schouten eraan toe dat het Land bouwschap hier fel tegen gekant is. De voorzitter van het Landbouw schap benadrukte ook de voortdu rende noodzaak van verdere veever betering. De verschuiving van de vet-eiwit-prijsverhouding in de EG ten gunste van het eiwit is een ele ment, dat de fokkerij voor een moei lijke maar interessante opgave stelt, aldus Schouten. strenge winter en een groter gebruik van melk voor kalvervoeding. Schel haas schat dat er naast de betaling aan Brussel nog 20 miljoen gulden heffing beschikbaar komt die natio naal mag worden aangewend. Vorig jaar was dat ongeveer 60 miljoen gulden. Over het voorgaande melk jaar (84/85) is tot nu toe 125 miljoen gulden superheffing betaald, waar van 79 miljoen moest worden afge dragen aan Brussel. Ruim de helft van de melkveehouders, 29.000, moest een heffing betalen. Gemid deld ging het om een bedrag van 4.274 gulden. Ruim een kwart van de melkveehouders hoefde gemid deld "slechts" 425 gulden te beta len*. Daar tegenover stonden ruim 700 boeren die - gemiddeld bijna 31.000 gulden moesten betalen. In Engeland levert de f irma Polden vale Ltd een couveuse voor onderkoelde lammeren. De couveuse wordt verwarmd door een ventilator met verwarming die de lucht tevens circuleert. De lammeren worden daardoor aan alle kanten goed verwarmd. De deksel is transparant, zodat de konditie van de lammeren is te kontroleren zonder de temperatuur te beïnvloeden. De couveuse bestaat uit losse delen die eenvoudig zijn te verwijderen, zodat ze kunnen worden schoongemaakt en gedesinfekteerd. "Er zijn naar mijn mening voldoen de tegenkrachten in de EG die tot ge volg zullen hebben dat de huidige voorstellen van de Europese Com missie voor de granen niet zullen worden doorgevoerd. Die voorstel len leiden tot een desastreuze daling van de graanprijs, terwijl er boven dien nog geen wezenlijke aanzetten zijn gegeven om de marktsituatie te verbeteren". Dit onder meer konsta- teerde de heer ir. C.J.A.M. de Bont, hoofd van de Sociaal-ekonomische afdeling van het Landbouwschap op dinsdag 18 maart jl. te Stedum, waar een bijeenkomst werd gehouden van de afdelingen Garsthuizen, Lopper- sum en Nittersum van de Groninger Maatschappij van Landbouw. Voorzitter H. Wiersema (afdeling Nittersum) schetste de grote onrust en onzekerheid onder de akkerbou wers, die is ontstaan nadat in Brussel een forse verlaging van de graanprijs is aangekondigd. De georganiseerde landbouw zal volgens hem alles in het werk moeten stellen om deze voorstellen van tafel te krijgen. De Bont voorspelde dat het braak la ten van grond, al of niet tijdelijk, 16 steeds meer in de diskussies zal wor den betrokken. "Het is niet de meest aanlokkelijke optie, maar het is een element dat kan leiden tot een verbe tering van de marktsituatie. En vooral daarvan hangt af of de garan tieprijzen op termijn op een accepta bel niveau gehandhaafd kunnen worden", aldus de Bont. Het Landbouwschap voelt voorals nog niets voor een ingreep op de markt, zoals dat eerder is gebeurd in de zuivelsektor met de superheffing. Volgens De Bont is nauwelijks voor spelbaar wat er in geval van kontin- gentering (produktiebeheersing) met andere akkerbouwprodukten gaat gebeuren. De kans dat de akker bouw ook voor andere (nog vrije) produkten vervolgens met produk tiebeheersing wordt gekonfronteerd, achtte hij niet klein. Voorts wees hij op de toenemende gevaren van rena tionalisatie en de problemen bij de uitvoering in de praktijk en de kon- trole. "Voor een agrarisch export land als Nederland moeten we die kant niet op", zo verwoordde De Bont het standpunt van het Land bouwschap. Vrijdag 28 maart 1986

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1986 | | pagina 16