Ij
•J
TUINBOL! WKLAIMKEISl
Nicotiana; een siertabak voor zaadteelt (II)
-
't Voorjaar nadert
De eerste aardappelen zitten er weer in
Stooktuinders hebben er hard aan
moeten trekken...
De BEVELANDSE fruittelers zijn af
gelopen week hier en daar begonnen
met de voorjaarswerkzaamheden.
Snoeihout versnipperen, stroken
poetsen en kunstmest strooien zijn ty
pische voorjaarswerkzaamheden en
tevens tekenen van een nieuw groei
seizoen. De boomgaard ziet er dan
weer fris en verzorgd uit en dat niet
alleen, want zwarte stroken zonder
begroeiing is een vorm van nacht-
vorstbestrijding rond de bloei.
Hoe kaler de grond er bij ligt, hoe be
ter deze grond ook zijn warmte af kan
staan. Uit proeven is gebleken, dat het
verschil wel twee graden Celsius kan
bedragen, tussen kale of begroeide
stroken en deze twee graden tempe
ratuurverschil kan op kritieke mo
menten beslissend zijn voor de
komende oogstgrootte. We kunnen
dus van te voren al iets doen aan pre
ventieve nachtvorstbestrijding en het
staat nog verzorgd ook.
Over de grootte van de stikstofgift is
de laatste jaren ook het één en ander
te doen. Vergeleken met 15 jaar terug
zijn de stikstof giften in de fruitteelt
sterk afgenomen. Gemiddeld strooit
men nu tussen de 70 en 100 kg. zui
vere stikstof op één ha boomgaard.
De te strooien hoeveelheid hangt uit
eraard nauw samen met de knopbe-
zetting, de grootte van de laatste
oogst, de groei in het afgelopen jaar.
In de bloei heeft de boom stikstof no
dig. Komt men in het voorjaar niet tot
stikstof strooien, of vindt men de pe
riode voor de bloei te kort worden,
dan is altijd nog de mogelijkheid in
de bloei te spuiten met ureum. Een
overbemesting na de rui, wanneer een
goede oogst wordt verwacht, is zeker
een goeie methode. De N toedienen
in gedeelten en vooral niet in één keer,
is verstandig, omdat bij het laatste een
groeistoot kan ontstaan, met vaak een
te sterke rui en het wegblijven van ge
mengde knoppen voor het volgend
jaar.
Te weinig wordt in de fruitteelt ge
bruik gemaakt van de mogelijkheid
de grond te laten bemonsteren. In de
praktijk laat men vaak een monster
nemen voor inplant van een nieuwe
boomgaard en hierbij blijft het. Maar
de samenstelling van de verschillen
de elementen kan wel degelijk veran
deren in de loop der jaren. De
rapporten van het bedrijfslaboratori-
um voor grond en gewasonderzoek
kunnen zekere aanwijzingen geven
over o.a. de kalk, fosfaat, kali en
magnesium toestand van de grond.
De samenstelling van de toe te dienen
meststoffen kan men hier naar rich
ten. Veelal zullen bepaalde voedings-
ziekten of bewaarproblemen niet in
één jaar zijn opgelost, maar een ver
betering op langere termijn is zeker
mogelijk. De peretelers zijn bijna aan
de eerste voorjaarsbespuiting toe, na
melijk de eerste bestrijding tegen de
gevreesde perebladvlo.
De vroege voorjaarsbespuiting met
D.N.O.C. is vrij algemeen ingebur
gerd. Volgens de geleerden is het een
methode, die men al jaren toepast met
succes in Frankrijk, maar al enkele ja
ren vóór deze konklusie, spoten fruit
telers in Zeeland hun perepercelen
met in de volksmond "kleurstof" ge
noemd met redelijk goede resultaten.
Eén ding is zeker, waar deze konklu
sie ook vandaan komt, deze eerste
bespuiting op de perepercelen mag
beslist niet worden vergeten. Een goed
begin is het halve werk.
Grond
Siertabak groeit op vrijwel alle grond
soorten. In de praktijk blijkt dit ge
was erg goed te voldoen op zavel en
goede zandgrond. Ofschoon de-groei
op zwaardere kleigrond eveneens
goed kan zijn, dient men er wel reke
ning mee te houden, dat de opkomst
moeilijkheden kan geven, daar we
met een zeer fijnzadig gewas te ma
ken hebben.
Grondbewerking
Een goed zaaibed wordt in aanvang
verkregen door klei en zavelgrond
vóór de winter te ploegen. Het zaai-
klaar maken van de grond, dat bij
voorkeur vlak voor het zaaien plaats
schoots voor het zaaien. Als er geen
stikstof in de basisbemesting voor
komt, wordt dit meestal later (b.v. in
de vorm van K.A.S.) als overbe
mesting toegediend.
Overbemesting met stikstof, als twee
de gift, moet worden afgeraden. Dit
leidt doorgaans tot een te weelderig
gewas met alle nadelige gevolgen van
dien.
Overbemesting met stikstof en dat
geldt niet alleen voor siertabak maar
voor zaadteelt in het algemeen is al
leen verantwoord als:
a. Er geen of onvoldoende stikstof in
de basisgift zit,
b. De stand van het gewas en de duur
van de teelt hiertoe noodzaakt.
heeft, kan met een triltandeg met ver-
kruimelrol of met een schudeg wor
den gedaan.
Fijn zaad vereist een fijn en ondiep
klaargemaakt zaaibed. Dit bevordert
een regelmatige goede opkomst. Bo
vendien moet de grond, om op gelij
ke diepte te kunnen zaaien, egaal
gelijk liggen. Bij hoogteverschillen
valt het zaad plaatselijk te diep of te
ondiep.
Bemesting
Daar voor bemesting moeilijk vaste
normen zijn aan te geven, volgen hier
bij enkele praktijkvoorbeelden.
Bij de keuze van soort en hoeveelheid
is rekening gehouden met: grond
soort, bodemvoorraad, voorvrucht en
de wetenschap, dat zaadgewassen re
latief veel kali en fosfor en weinig
stikstof behoeven.
Kali en fosfor meststoffen, indien af
zonderlijk aangewend, worden
meestal zeer vroeg in het voorjaar fe
bruari/maart gestrooid. In kombina-
tie met stikstof (mengmeststof)
gebeurt dit later, maar wel ruim-
Vrijdag 21 maart 1986
Praktijkvoorbeelden
Teler A. Fosfor kg/ha 250; 16 10
20 kg/ha 500
Teler B. 0 15 30 kg/ha 500;
K.A.S. kg/ha 100
Teler C. Kali 60% kg/ha 250; 23
23 0 kg/ha 250
Zaaien
De benodigde hoeveelheid zaaizaad is
3 kg per ha. Afhankelijk van de ge
schiktheid van de grond, het weer en
de bodemtemperatuur, zaait men in
de periode van half april tot half mei.
De rijafstand is doorgaans 50 cm. Bij
een teverwachten goede groei valt ech
ter bij een bladrijk gewas als dit, een
rijafstand van 75 cm te overwegen.
Meer ruimte bevordert een betere be
lichting van de planten waardoor de
bloemen vooral ook de lagere, bete
re kansen krijgen. Naast een goede
zaadzetting kan bij deze maatregel
ook zaad van nog betere kwaliteit
worden verwacht.
Bovendien zal bij een ruimere stand
een nat gewas sneller opdrogen waar
Ondanks het feit dat de vorst nog niet
geheel uit de grond was zijn de eerste
poters hier op THOLEN alweer aan
de grond toevertrouwd. De omstan
digheden waarin dit gebeurd is zijn
nog verre van ideaal; de grond is nog
zeer koud en nat. Hoewel de vroegst
geplante altijd voorblijven moet er bij
echt knoeiwerk toch wel enkele vraag
tekens geplaatst worden.
De natuur komt slechts schoorvoe
tend tot leven na de strenge vorst van
vorige maand, maar bij wat hogere
temperaturen zal dit zeker wel herstel
len. In hoeverre dit voor de winter
bloemkool ook geldt zal men nog
even af moeten wachten. Ze zijn toch
niet allemaal bevroren maar de
vroegste soorten zullen geen tijd meer
krijgen om voldoende nieuwblad te
vormen. De groei onder glas verloopt
met de vele uren zon heel wat sneller.
De achterstand die er ontstaan is in
de afgelopen winterperiode met eerst
veel donker weer en toen de vorst
wordt nu snel ingehaald. Voor de sla
brengt dit jammer genoeg weinig
voordelen mee, alleen zeer zware sla
waar geld bij moet. De radijsoogst
komt goed op gang, het huidige
prijspeil van rond de gulden de bos
zal zeker niet gehandhaafd blijven. In
hoeverre het in het volle seizoen lo
nend zal zijn is maar afwachten. Aan
bod zal er wel weer voldoende komen
maar dat hoeft bij een goede vraag
geen bezwaar te zijn. De kwaliteit en
opbrengst is over het algemeen vrij
goed al moet er hier en daar wat knol
len van een te lichte kleur uitgehou
den worden, een kwaal die hier vooral
op de lichtere gronden voorkomt.
Hoe dit ontstaat of hoe dit eventueel
te voorkomen is zou men als teler ze
ker wel willen weten. Wat onderzoek
naar de mogelijke oorzaak is dan ook
zeker gewenst. In de vakbladen leest
men over steeds verdergaande ont
wikkelingen op het gebied van het in
grijpen in de erfelijkheid ook van
tuinbouwgewassen; de zgn. genetische
manipulaties kunnen ongekende ge
volgen meebrengen. Of dit ten voor
dele of ten nadele is kan alleen de tijd
ons leren. Direkt positief zijn de ont
wikkelingen op het gebied van de bi
ologische ziektenbestrijding. Hoewel
het beslist niet de gemakkelijkste me
thode is. biedt het nu al voor een be
hoorlijk aantal insekten zoals b.v.
spint en witte vlieg een goede reme
die. Het werken er mee moet echter
geleerd worden omdat men een aan
vaardbaar evenwicht moet scheppen
tussen schadelijke en nuttige insekten.
Daar een groot aantal kollega's hier
in reeds slaagt moet men het als po
sitief ervaren en men zou ér veel meer
mee in de publiciteit moeten komen.
Ook voor vele bodemziekten is het in
principe mogelijk natuurlijke vijan
den in te zetten.
Voor aaltjes bestrijding en een aan
tal schimmels zal men binnenkort ze
ker resultaten kunnen verwachten. Of
we veel moeten verwachten van een
aantal preparaten en biologische be
mestingen die er nu al door handige
vertegenwoordigers hier op soms be
hoorlijke schaal aan de man zijn ge
bracht is de vraag. Daar er geen
officiële proeven meegedaan zijn is
enige voorzichtigheid wel geboden.
door de botrytisaantasting minder
kans krijgt.
Het zaaien wordt zowel met een hand
machine danwel met de grote zaaima-
chine gedaan.
Onkruidbestrijding
Voor dit gewas zijn geen chemische
middelen toegelaten. Bij veel opslag
vóór opkomst kan uiteraard wel kort
voor opkomst worden gespoten met
Reglone of Gramoxone.
Daar het een grootbladig en snelgroei
end gewas is, heeft het de grond vrij
snel bedekt en hoeft er derhalve alleen
maar in de beginperiode te worden ge
wied. De eerste keer kan dit met de
wiedmachine en daarna een keer met
de schrepel.
Ziekten
Ziekten en plagen komen in dit gewas
vrijwel niet voor. Soms botrytis, maar
dat is meestal in een dusdanig laat sta
dium, dat dit geen invloed meer heeft
op de produktie.
Oogsten
De oogst vindt de eerste helft van sep
tember plaats. Maaien met een zwad
maaier, waarna het gewas één dag
blijft liggen. Langer dan één dag moet
met 't oog op zaadverlies worden af
geraden.
Gedurende 3 weken na laten rijpen
en drogen op ruiters. Dit verloopt het
beste op niet te grote ruiters. Bij veel
groen blad verdient het aanbeveling
om hier en daar wat stro mee te rui-
teren. Dit voorkomt schimmelvor
ming. Ruiters met Siertabak regenen
vanwege het vele blad en stengels, niet
gauw in.
Ter voorkoming van veel zaadverlies
bij maaien en dorsen, verdient het
aanbeveling om dit 's morgens te
doen als het gewas nog vochtig is.
Dorsen
a. Grote percelen met de kombine va
naf de ruiter dorsen
b. Kleine percelen met de hand uit
schudden. 's Morgens bij goed weer
het gewas van de ruiters op kleden uit
spreiden en laten drogen.
's Middags het gedroogde zaad met
de hand uitschudden. Dit gaat erg ge
makkelijk, het zaad is schoner dan uit
de machine en het bespaart de kosten
van het dorsen.
Opbrengst
De opbrengst varieert gemiddeld tus
sen de 200 en de 250 kg per ha,
schoon zaad.
D.L. Koppenhol
Zaadteeltstudieklub
'Eiland Tholen'
Ook in DE LANGSTRAAT was
men blij met een vorstperiode, na
die lange regentijd. De grond kon
eens lekker doorvriezen en opdro
gen. Maar het is nu toch wel een la-
tertje geworden, we zitten nl. al in
maart en de vroege vollegrondspro-
dukten, zoals spinazie, bospeen,
worden onder gunstige weersom
standigheden al vanaf januari ge-
gezamenlijke veilingen in ons land
slechts met een 1/2% omhoog zijn
gegaan. Ook de tuinders in de
Langstraat profiteren van deze gun
stige omzetstijging, zodat de leden
een deel van de winst (ruim 100.000
gulden) in het voorjaar terug ont
vangen. De rest van de winst wordt
toegevoegd aan de reserve. Het le
denbestand is ook nog steeds groei-
De stooktuinders hebben de afgelopen winter veel energie aan moeten
wenden om de kassen op temperatuur te houden
zaaid. Nu dit niet heeft kunnen
plaatsvinden loopt alles in het voor
jaar wel op een hoop, wat voor de
tuinder, maar ook voor de veiling
niet erg gunstig kan zijn. Te veel in
eens geeft meestal een slechte prijs
vorming.
De stooktuinders hebben er de afge
lopen periode ook hard aan moeten
trekken, om nog een behoorlijk tem
peratuur in de kassen te houden. Het
is dan ook te hopen dat dit in de
prijs van de produkten gekompen-
seerd zal gaan worden. Maar dat is
in ons vak niet van te voren te voor
spellen. De prijzen op dit moment
zijn voor de meeste produkten aan
de lage kant, zoals die van komkom
mers, sla en witlof. Wat positiever
kunnen we zijn over onze Koopera-
tieve Tuinbouwveiling 'De
Langstraat' die vorig jaar een omzet
boekte van ruim 24,5 miljoen gul
den, dat is 11% meer dan in 1984.
Landelijk gezien was dit wel een uit
schieter daar de omzetcijfers van de
ende. Daardoor wil het veiling-
bestuur de eksportpositie verder uit
bouwen, zodat op het ogenblik de
veiling wordt uitgebreid voor een
eksporteur en een verdere uitbrei
ding van de veilinghal om in de nabi
je toekomst nieuwe koelcellen bij te
bouwen voor o.a. prei. Het is dan in
de toekomst mogelijk om vrijwel al
le produkten gekoeld af te leveren.
Gewasbescherming Groot
Fruit
Bij het konsulentschap voor de Ge
wasbescherming is onlangs versche
nen "Gewasbescherming en groeire-
gulatie Groot Fruit". Deze uitgave
werd als inlage van het weekblad
"De Fruitteelt" aan alle bij de
N.F.O. aangesloten fruittelers ver
zonden. Deze publikatie kost ƒ5,—
per stuk en kan worden besteld door
dit bedrag te storten op giro 16 90
875 ten name van het C.A.D. voor
de Gewasbescherming, onder ver
melding van "Groot Fruit".
11