over geld en goed Een pachter 65 jaar; wat zijn de konsekwenties? Wel of niet een B.V. •Mt Misverstand om 5,5 ha regeling Sterke groep van de Verzekeringsgroep OBF/CV in 1985 J.D. van Liere benoemd bij NIVAA Inhalen achterstallig onderhoud in groene sektor kan aan achthonderd personen werk bieden Klundert Ruim een jaar geleden, ingaande 1 november 1984, werd de Pachtwet op een aantal punten gewijzigd. Ingeval een pachter 65 jaar is of wordt heeft dat konsekwenties. Eén van de nieuwe bepalingen in de Wet heeft tot gevolg, dat een pachter na zijn 65e jaar geen wettelijk recht meer heeft op verlenging van zijn pachtkontrakt. De verpachter heeft de mogelijkheid gekregen om de pacht op te zeggen aan een pachter die 65 jaar is of die dat wordt. Daarbij is het echter niet zo, dat iemand die 65 is geworden, geen pachter meer mag zijn. Als de verpachter daarmee instemt blijft verlenging van het pachtkontrakt ook na het 65e jaar van de pachter uiteraard wel mogelijk. Tot 1 november 1984 speelde de leeftijd van de pachter bij het ver lengen van een pachtkontrakt geen enkele rol. Het wettelijke recht op verlenging gold ongeacht de leeftijd. Als een verpachter bezwaar maakte tegen verlenging van een pachtkon trakt, was bij het oordeel van de Pachtkamer over zo'n beëindigings- verzoek de leeftijd van de pachter niet in geding. Dat is nu dus anders geworden. Dat wil echter ook niet zeggen, dat het pachtkontrakt voor elke pachter die 65 jaar is of dat binnenkort wordt, nu beëindigd kan worden. Voor alle pachtkontrakten waarvan de looptijd van een pachtperiode (12 of 6 jaar) voor 1 november 1984 be gon, kan de pachter ongehinderd de pacht voortzetten tot het einde van de lopende periode. In sommige ge vallen betekent dat, dat de pachter b.v. de zeventigjarige leeftijd ge passeerd kan zijn, voordat de pacht kan worden beëindigd in verband met het bereiken van de leeftijds grens van 65 jaar. Einde pacht Alleen door opzegging Zoals hiervoor al is aangegeven, mag een pachtkontrakt ook nog wel ver lengd worden, ook al is de pachter inmiddels 65 jaar geworden. De ver pachter mag in zo'n geval beslissen wat hij wil doen. Een pachtovereen komst met een pachter die 65 jaar is of wordt, eindigt alleen als er wordt opgezegd. Doet de verpachter niets en wil ook de pachter het pachtrecht houden, dan wordt het kontrakt na afloop van een pachtperiode dus weer gewoon verlengd met de wette lijke duur van 6 jaar. Wil een verpachter wel opzeggen, dan moeten daarbij de normaal gel dende regels in acht worden geno men. Anders is de opzegging niet rechtsgeldig (ditzelfde geldt ook voor de pachter, maar het zal weinig voorkomen dat een verpachter be zwaar maakt als een pachter zijn kontrakt wil beëindigen). Die regels houden in, dat de opzegging schrif telijk moet plaatsvinden per aange tekende brief of bij de deurwaarders- eksploot. Verder moet de opzegging niet meer dan 3 jaar en tenminste 1 jaar voor het aflopen van de lopende pachtovereenkomst plaatsvinden. In bijzondere gevallen mag het ook nog tot een half jaar voor het einde van de overeenkomst. Let op de juiste datum In verband hiermee is het belangrijk In deze rubriek is over dit onderwerp reeds meerdere malen geschreven. De wens om zijn onderneming in de rechtsvorm van een B.V. te drijven kan afhankelijk zijn van een drietal faktoren te weten: afscherming van aansprakelijkheden, de wettelijke so ciale verzekeringsplicht en het fiskale voordeel. Het is deze keer niet de bedoeling het voor en tegen nog eens op een rij te zetten. Wel zijn een tweetal omstan digheden te melden die bij de over weging voor de B.V.-vorm zeker een rol zullen spelen. Recentelijk heeft de Centrale Raad van Beroep beslist dat de direkteur/groot aandeelhou der in het kader van de sociale wet geving niet in loondienst is van de B.V. Dit betekent dat over het salaris van de direkteur geen premie be hoeft te worden betaald aan de be drijfsvereniging. Wanneer wij weten dat bij de vergelijking van de kosten tussen de éénmanszaak en een op te richten B.V. juist de kosten van de wettelijke sociale verzekeringsplicht veelal de besparing op fiskaal gebied teniet deden, dan moeten wij met de recente uitspraak in de hand vast stellen dat sneller dan tot nog toe de B.V.-vorm aantrekkelijk wordt. Toch zullen wij nog even voorzichtig moeten blijven. Nog niet bekend is of ook voor de loonbelasting deze rechtspraak zal gaan gelden. Hier voor zal de Hoge Raad zich moeten uitspreken. Wanneer dit inderdaad zo zou worden dan ontvangt de di rekteur een vergoeding van zijn B.V. dat geen salaris meer mag worden genoemd. Dat betekent dan tevens Vrijdag 10 januari 1986 dat binnen de B.V. ook geen pen sioenopbouw voor de direkteur meer mag plaats vinden. En dat zou bij zonder jammer zijn. Voorlopig dus alle reden om op dit punt voorzichtig te zijn. De andere omstandigheid welke te melden is, is de negatieve W.I.R. Vaak zien wij dat de resultaten van de opgerichte B.V. laag zijn dan wel negatief. U moet bedenken dat de salariskosten van de direkteur als kosten zijn verwerkt, terwijl veelal ook een rentevergoeding over het geïnvesteerde vermogen in minde ring op het resultaat is geboekt. Wanneer derhalve de resultaten van de B.V. laag zijn, zal ook nauwelijks belasting verschuldigd zijn. Maar dan kan er ook geen W.I.R.-premie met de te betalen belasting worden verrekend. U moet er dan ook maar vanuit gaan dat dergelijke B.V.'s bij na geen W.I.R.-premie meer zullen ontvangen. Zolang de W.I.R. in hui dige vorm nog bestaat is het derhalve raadzaam dat u deze niet door op richting van een B.V. verliest. Overigens is de juiste ingangsdatum waarop de negatieve W.I.R. komt te vervallen nog niet bekend. Zoals u bekend zou dit ingaande 1 januari 1986 hebben moeten zijn. Maar door te laat gereedkomen van het betref fende wetsontwerp heeft de Tweede en Eerste Kamer het nog niet kunnen behandelen. Onduidelijk is of er on danks bezwaren uit de Kamer toch nog terugwerkende kracht aan wordt gegeven. De tijd zal het leren. B. Veerbeek in het oog te houden, wanneer een pachtkontrakt precies eindigt. Begin- en einddatum, zoals die gelden voor de Wet, hoeven namelijk niet samen te vallen met wat daarover overeen gekomen is, of met de datum waarop het gepachte in gebruik werd geno men of het kontrakt ondertekend. Bepalend hiervoor is de datum waar op destijds de overeenkomst ter goedkeuring aan de Grondkamer werd toegezonden. Volgens de Wet moet toezending plaatsvinden binnen 2 maanden na het aangaan van de overeenkomst. Gebeurt dit niet, dan begint de wettelijke looptijd van het kontrakt pas bij het begin van het pachtjaar volgend op het jaar waarin de overeenkomst aan de Grondkamer werd toegezonden. En het einde van de looptijd houdt daarmee uiteraard weer verband. Is een pachter al 65 jaar, of wordt hij of zij dat voor het einde van de lo pende pachtperiode, dan kan dus opzegging door de verpachter plaatsvinden. De pacht kan dan ein digen aan het einde van de nog lo pende periode. Wordt een pachter na afloop van de nu lopende periode, in de dan volgende zesjarige pachtpe riode 65 jaar, dan kan de verpachter ook bezwaar maken tegen de ver lenging van het kontrakt. In dat geval houdt de pachter echter recht op verlenging tot het einde van het pachtjaar waarin hij of zij 65 wordt. Zegt in dit laatste geval de verpach ter de pacht op ingaande aan het eind van de lopende pachtperiode (dus voorafgaande aan de pachtpe riode waarin de pachter 65 jaar wordt), dan kan de pachter zich daartegen verzetten. Er kan dan een verlengingsverzoek worden inge diend bij de Pachtkamer. Dit moet wel gebeuren binnen één maand na de ontvangst van de opzegging. De pachter mag dan rekenen op verlen ging van de pacht tot het einde van het pachtjaar waarin de leeftijd van 65 jaar wordt bereikt, tenzij de Pachtkamer andere redenen zou hebben om de pacht niet te verlen gen: Uitzondering Op de hier geschetste regeling is ook nog een uitzondering. Dat is het ge val als een pachter een kind, stief kind of pleegkind heeft, dat t.z.t. waarschijnlijk zal opvolgen maar daartoe nog niet in staat is op het moment dat de pachtovereenkomst zou aflopen. Als zo'n toekomstige opvolger tenminste 15 jaar oud is, kan de pachter op die grond een verzoek tot verlenging indienen, als de pacht wordt opgezegd in verband met het bereiken van de 65-jarige leeftijd. De pachter moet voorts op dat moment voor die opvolger bij de Pachtkamer een verzoek hebben in gediend om hem of haar t.z.t. in zijn plaats te stellen als pachter. Tot zover deze uiteenzetting over de regels die gelden als een pachter 65 jaar is of wordt. Wij willen er ten slotte nog eens op wijzen, dat men er goed aan zal doen, als men met dit alles te maken krijgt, een deskundige te raadplegen wanneer niet alles vol ledig duidelijk is. J. Markusse De Verzekeringsgroep. OBF/CV, heeft in 1985 een bijzonder goed re sultaat behaald. De groepsomzet be droeg 482 miljoen (1984: 446 miljoen) en het verzekerd bedrag nam met 1 miljard toe tot 13,8 miljard. De winst, in 1984 84 mil joen groot, steeg in 1985 tot ƒ97 miljoen, hetgeen een groei van 15% betekent. Voor OBF-Leven was 1985 een bij zonder goed jaar wat de verkoop van levensverzekeringen betreft. De pro- duktie van nieuwe levensverzekerin gen, die in 1984 een half miljard gulden (verzekerd kapitaal) bedroeg, werd met 175 miljoen overtroffen. Dit betekent een stijging met ruim 35%. In de huidige marktsituatie is deze groei opvallend te noemen. Aan (fiskale) koopsomverzekeringen werd ƒ37 miljoen geboekt (1984: 11 miljoen). Deze sterke stijging werd gerealiseerd door een gunstige tariefstelling. De omzet van OBF-Leven steeg in totaliteit met meer dan 45% en pas seerde de grens van 100 miljoen (1984: ƒ70 miljoen). Het verzekerd bedrag komt op het niveau van 5,9 miljard (1984: ƒ5,4 miljard). De winst over 1985 bedroeg ruim 15 miljoen (1984: 16 miljoen). De winst van het CV-pensioenbe- drijf over 1985 bedroeg 82 miljoen, waarmee ten opzichte van 1984 67 miljoen) een stijging van 22% werd gerealiseerd. De omzet was nage noeg gelijk aan die over 1984 380 miljoen resp. ƒ376 miljoen). Het verzekerd bedrag bedraagt per 31 december 1985 ƒ7,9 miljard (1984: f 7,4 miljard). Het Bestuur van het Nederlands In stituut voor Afzetbevordering van Akkerbouwprodukten (NIVAA) heeft de heer J.D. van Liere benoemd tot communicatief-technisch medewer ker. Hij volgt in deze funktie de heer J. Gernler op, die gebruik heeft ge maakt van de VUT-regeling. Jan van Liere (32) is afkomstig uit Zeeland en woonde enige jaren in de Flévopolder, waar zijn vader nu een akkerbouwbedrijf exploiteert. Na zijn middelbare schoolopleiding studeerde Van Liere een aantal jaren in Wageningen. Sinds 1979 is hij re- dakteur van De Landbode, een agrarisch weekblad dat nauw ge- liëerd is aan het Koninklijk Neder lands Landbouw-Comité. Bij het NIVAA zal Van Liere de voorlichting verzorgen over de di verse aktiviteiten van deze organisa tie. Die bewegen zich op het terrein van de afzetbevordering van kon- sumptie-aardappelen en aardappel- produkten, van pootaardappelen en van uien. Ook zal Van Liere nauw betrokken worden bij de verzorging van de vele tentoonstellingen waar aan het NIVAA jaarlijks deelneemt. De benoeming van de nieuwe NI- VAA-medewerker gaat in per 1 april 1986. De werkgelegenheid in de bosbouw, het natuurgebied en de groenvoor ziening staat nog steeds onder druk. Bezuinigingen op aanleg en onder houd leiden tot een vermindering van het aantal arbeidsplaatsen, vooral bij hoveniers- en groenvoor- zieningsbedrijven. Bovendien dreigt het gevaar van ontoereikend beheer en achterstallig onderhoud. In de afgelopen jaren is de werkach- terstand in de bossen enigszins ver minderd, in de natuurterreinen on geveer hetzelfde gebleven en in de gemeentelijke beplantingen in een snel tempo toegenomen. Ondanks allerlei overheidsregelingen is men er niet in geslaagd de werkachter- stand in de gehele groene sektor in zijn totaliteit terug te dringen. Het inhalen van achterstallig onderhoud zou voor tien jaar werkgelegenheid bieden voor zeven- tot achthonderd personen. Dit blijkt uit een enquête gehouden door het Landbouw-Eko- nómisch Instituut. bestemmings plannen De burgemeester van Klundert maakt, ingevolge artikel 22, lid 2 van de Wet op de Ruimtelijke Ordening bekend, dat de gemeenteraad in zijn vergadering van 17 december 1985 heeft besloten te verklaren, dat een bestemmingsplan "Landelijk Ge bied" wordt voorbereid voor: 1. I. een gebied ten westen van de Roode Vaart, omvattende onder andere de polders: Groote Pol der, Westpolder, Lokkerspolder en Polder Bloemendaal, alsmede de gehuchten de Druif en Peli kaan; 2. een gebied ten oosten van de Roode Vaart, omvattende onder andere de polders: Nassaupolder, Arenbergpolder, Blokpolder, Nieuwe Moerdijkpolder, Lok kersgors en Bredasche polder, alsmede het gehucht Roode Vaart, een en ander zoals op de bij dit besluit behorende teke ning is aangegeven. Het raadsbesluit met de daarbij be horende kaart, ligt met ingang van 2 januari 1986 voor een ieder in het gemeentekantoor 'de Prinsenhof af deling algemene zaken, ter inzage. Klundert, 27 december 1985. De berichtgeving rond de wijzi gingen in de Beschikking super heffing heeft in een aantal geval len tot het misverstand geleid dat verkoop van grond zonder verlies van quotum (de zogenaamde 5,5 ha regeling) in het geheel niet meer mogelijk zou zijn. De beperking van de 5,ö ha rege ling heeft echter slechts betrek king op losse grond die na 24 de cember 1985 is verworven (datum inschrijving in openbaar register). Verkoop van gronden, tot maxi maal de helft van de oppervlakte in gebruik voor de melkveehou derij met een absoluut maximum van A,5 ha, zonder vermindering van het quotum blijft normaal mogelijk in de volgende situaties: De grond is verworven vóór 25 december 1985. Indien voor deze datum de grond in eigen dom of pacht verkregen is kan deze dus eventueel zonder quo tum worden afgestoten. Er is sprake van verwerving van een geheel bedrijf. Ook in dien na 24 december een geheel bedrijf wordt gekocht kan maxi maal 5,ö ha grond zonder quo tum worden afgestoten van dat bedrijf. Dit geldt uiteraard niet voor losse grond die na aankoop van het bedrijf wordt verworven. Indien er sprake is van een pachtsituatie moet de verpachter toestemming verlenen voor het toepassen van de 5,5 ha regeling. Vraag, alvorens definitieve stap pen te ondernemen, steeds advies van een deskundige!

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1986 | | pagina 3