Ontwikkelingen op Waiboerhoeve
LANDBOUW-RAI
RUNDVEE
Lagere krachtvoergift
Vervuiling
Melkwinningsapparatuur
Grote pakken voordroogkuil
Mestopslag
43
Het Proefstation voor de Rundvee-, Scha
pen- en Paardenhouderij in Lelystad vier
de kort geleden zijn 25-jarig bestaan. Al
lerlei technische vindingen en ontwikke
lingen worden hier met de praktijk over
eenkomende bedrijfstypen voortdurend
onderzocht. In dit artikel wordt een aan
tal van de onderzoeksplannen toegelicht.
door ing. J. van Geneijgen, PR-Lelystad
Op de Waiboerhoeve, het proefbedrijf van
dit proefstation, wordt men steeds gecon
fronteerd met nieuwe vragen. Zo wil de prak
tijk graag een antwoord op de vraag of de ho
ge jaarproduktie van de melkkoeien gepaard
kan gaan met een laag krachtvoerverbruik.
Andere terreinen die de aandacht hebben
zijn: de kwaliteit van de melk, de diergezond
heid, melksystemen, gebruik van de compu
ter, inkuilen en voeren van grote pakken
voordroogkuil, korrelkneuzen van snijmaïs,
mengen van mest in silo's en grondputten en
samenstelling van voerrantsoenen. Naast de
Waiboerhoeve, vindt er op de regionale on
derzoekscentra ook sterk op de praktijk ge
richt onderzoek plaats. Hier kunnen de spe
cifieke vragen die er leven in een regio, na
drukkelijker de aandacht krijgen.
Het melkvee op de Waiboerhoeve is uitslui
tend zwartbont. Er is een bedrijf opgezet met
60 koeien plus bijbehorend jongvee, waarbij
het doel is in een tijdsbestek van vijf jaar een
jaarproduktie van 8.000 kg melk te halen als
gemiddelde van de melkveestapel. Het
krachtvoerverbruik zal niet meer dan 1.650
kg per koe per jaar (exclusief jongvee) be
dragen. Er moet dus een hoge ruwvoeropna-
me verkregen worden uit een rantsoen dat
voor de helft uit snijmaïs bestaat. Gerekend
wordt op voordroogkuil met minstens 850
VEM in de drogestof.
De stal heeft een grote inhoud per koe. Als
ventilatie-systeem is aan de zijwand onder de
dakgoot een lattenrooster aangebracht, dat
veel frisse lucht aanvoert. Als experiment zijn
sleuven in de golfplaten gemaakt.
Bij de bouw van de stal is er zowel wat de
keuze van de materialen als de bouwtech
niek betreft, naar gestreefd om zo weinig mo
gelijk vervuiling in de stal te krijgen. Zo zijn
de roostervloeren en ligboxen zodanig ge
construeerd, dat de roosterspleten doorlo
pen tot aan de achterrand van de ligboxen.
Nagegaan wordt in hoeverre de hygiëne is te
bevorderen door de roostervloer zo droog
mogelijk te houden met een aangepaste
mestschuif. Verder zijn de vulbakken van de
krachtvoerautomaten buiten de melkstal ge
plaatst om stofvorming in de melkstal te voor
komen.
Op het hiervoor genoemde bedrijf wordt ge
molken in een tienstandsvisgraatmelkstal,
waar alle leidingen en ook de melkmeetgla-
zen onder de putrand zijn gemonteerd. Er
wordt gewerkt met een alternatief pulsatie
systeem en met een pulsatorstopsysteem.
Als de melkstroom ophoudt stopt de pulsator
van het betreffende melkstel. Het melkstel
blijft in rustslag aan de uier hangen en kan
door de melker op een voor hem geschikt
moment worden afgenomen.
Op afdeling twee (bedrijf met 120 melk
koeien) is de twaalfstandsvisgraatmelkstal
vervangen door een tweemaal achtstands zij-
aan-zijmelkstal. Alle leidingen zijn onder de
putrand aangebracht, ook de Enfarm melk
meters. De melkstal is voorzien van automati
sche afneemapparatuur en met perslucht be
diende in- en uitgangshekken. Er is geen
speciale wachtruimte. De koeien moeten aan
dezelfde kant de melkstal in en weer uit. Tij
dens het melken staan de koeien in een vast-
zethek.
Verder is een compleet electronisch boerde
rij-managementsysteem geplaatst met koe
herkenning in de melkstal, automatische
melkmeting en geprogrammeerde kracht
verstrekking in de melkstal en in buiten op
gestelde krachtvoerboxen.
In de grupstal wordt gemolken met zes melk-
Roosterspleten door laten lopen tot aan de rand van
de ligboxen; een voorbeeld van hoe het vervuilen van
de koeien in de stal kan worden verminderd. Ook de
uitvoering van het ligbed verdient daarbij meer
aandacht.
stellen met het MLG-systeem van Miele. Dit
systeem werkt met een stabiel en laag melk-
vacuiim van 42 kPa aan de spenen door
scheiding van melk en lucht. De apparatuur
is voorzien van het pulsatorstopsysteem. Ver
der geeft de apparatuur de mogelijkheid tot
automatische stimulatie bij koeien, die moei
lijk de melk laten schieten. Dat gebeurt dan
via een oplopend pulsatieaantal.
Het inkuilen van voorgedroogd gras in pak
ken van 450-600 kg heeft als systeem vooral
arbeidsorganisatorische voordelen. Het stelt
echter hoge eisen aan de afdekking van de
kuil. Ook het voeren van deze pakken gaat
nog niet zonder problemen. In de praktijk
wordt zowel met ronde als rechthoekige pak
ken gewerkt.
Op de Waiboerhove zijn kuilen aangelegd
met de rechthoekige pakken. Het inkuilre-
sultaat en de gang van zaken bij het in voor
raad voeren van de pakken wordt onder
zocht. De voerhekken staan hier 2,30 m af
stand van elkaar, buiten met een overkap
ping.
Er zal worden nagegaan wat de mogelijkhe
den zijn voor het mengen van mest met klei
ne, elektrisch aangedreven mixers (10 kW) in
mestsilo's.
Omdat voor het mengen van mest in een
grondput extra voorzieningen vereist zijn,
wordt op de Waiboerhoeve een rondpomp-
systeem beproefd, waarbij gewerkt wordt
met een verplaatsbare spuitkop. Hiertoe is
aan één zijnde van de grondput een rond-
pompleiding in de grondwal gelegd.
CLO magazine januari 1986