Iclllll"" Uil Duidelijkheid gevraagd De landbouwtrekker van de toekomst vanuit de Z.L.M. gezien Agro-mobiel zuidelijke landbouw maatschappij Mestoverschotten Graanoverschotten. Speciaal voor de landbouw RAI, die van 15 t/m 20 januari a.s. plaatsvindt, zette de be kende internationale ont werper Rudolf Das zijn ideeën op papier voor de landbouw trekker van het jaar 2035. Zijn visie vindt men in groot formaat uitgewerkt in de stand van HDM-Mundus, in wiens opdracht hij deze trekker ontwierp. HDM-Mundus houdt zich ondermeer bezig met leasing van bedrijfsmiddelen voor de landbouw. Volgens Rudolf Das zal de voortgaande mechanisatie in de akkerbouwbedrijven in de wat verdere toekomst leiden tot het gebruik van grote kraanbruggen, waarmee men vrijwel alle grondbewerkingen via afstandsbediening kan uitvoeren. Als gevolg van deze ontwikkeling zal de landbouwtrekker van het jaar 2035 nog maar nauwelijks lijken op de hedendaagse uitvoering. De transportfunktie komt centraal te staan. Hierbij zijn zes aangedreven wielen en een 2-persoons kabine zeker denkbaar. De bestuurbare voor- en achterwielen maken een grote wendbaarheid mogelijk. De speciale laadboom/werkboom bevordert de universele bruikbaarheid. Tevens zal het voertuig het niet zonder amfibische eigenschappen kunnen stellen. De lange, rechte bevloeiingskanalen die tegen die tijd centraal tussen de kraanbruggen zullen doorlopen, maken dit noodzakelijk. Overigens vindt Rudolf Das dat het woord "Landbouwtrekker" de diepgang mist om de multifunktionele aanwendbaarheid weer te geven. De benaming Agro-mobielis in dit verband een suggestie van hem die het optekenen waard is. h mm VRIJDAG 3 JANUARI 1986 BB M HA 74e JAARGANG NO. 3808 tuinbouwblad De (re)akties uit de praktijk geven aan dat er de komende tijd kritisch gekeken gaat worden naar hoe de landbouw organisaties zich zullen opstellen t.o.v. de problemen waarmee de Land- en Tuinbouw te maken heeft of krijgt. Hoe de landbouworganisaties bijv. zullen reageren op de maatregelen die nu bekend zijn om de mestoverschotten aan te pakken. Helaas houden de maatregelen te veel in wat niet mag of kan, waarbij oplossingen ontbreken. Tot nu toe heeft er ook weinig of geen onderzoek plaats gevonden hoe de mest op een andere manier verwerkt of afgezet kan worden dan tot nu toe gebruikelijk is. On derzoekers blijken meer geïnteresseerd te zijn in de pro blemen die overmatig mestgebruik kunnen veroorzaken voor het milieu, dan in de problemen op de bedrijven zelf. De aangekondigde periode waarin geen mest mag wor den uitgereden hangt nauw samen met de afslagcapaci teit op de bedrijven. Voor veel bedrijven is extra uitbrei ding van mestopslag bedrijfseconomisch niet verant woord. Maar dat niet alleen: veel bedrijven in de vee houderij zullen door deze maatregel onvoldoende mest op het eigen bedrijf aan kunnen wenden. Voor de vere- delingsbedrijven die onvoldoende mest op het eigen be drijf kunnen afzetten is het de vraag of uitbreiding van de opslagcapaciteit van mest de gewenste oplossing is op langere termijn. Naar mijn mening moet er meer gezocht worden in de richting van kwaliteitsverbetering, door in dikken dan wel drogen. Zolang er onvoldoende bekend is over deze mogelijkheden is het niet verantwoord bedrij ven op hoge kosten te jagen voor uitbreiding van de opslagcapaciteit. Meer dan tot nu toe dient het onderzoek in de richting kwaliteitsverbetering aangepakt en ge coördineerd te worden. Duidelijkheid ontbreekt hierover tot nu toe. Dat is gebleken bij het eerste overleg over de besteding van de gelden voor het onderzoek die be schikbaar zijn gekomen via de heffing op veevoer. De georganiseerde landbouw zal er attent op moeten zijn dat de gelden die het bedrijfsleven opbrengt via heffingen gericht aangewend worden voor het oplossen van de problemen van de mestoverschotten op de bedrijven. De akkerbouw heeft evenzeer te maken met te veel on duidelijkheid over hoe de problemen van de graanover schotten opgelost moeten worden. Het is opmerkelijk maar ook in hoge mate ergerlijk hoe gemakkelijk men in Brussel maar ook de Nederlandse overheid de oplossing van de graanoverschotten zoekt in de richting van een verdere prijsverlaging. Het aanscherpen van de kwali teitseisen en de medeverantwoordelijkheidsheffing bete kenen voor de graantelers niets anders dan een recht streekse prijsverlaging. Verontrustend is de onduidelijk heid die er is over wat met de medeverantwoordelijk- heidsgelden gaat gebeuren. Wij vrezen dat de nu voor liggende maatregelen geen oplossing bieden voor het verninderen van de graanoverschotten. Prijsverlaging al of niet via medeverantwoordelijkheidsheffing zal de graanproduktie niet verminderen en derhalve geen op lossing bieden voor de graanoverschotten in de E.G. Er zullen ingrijpender maatregelen genomen dienen te wor den. Wij denken steeds meer in de richting van het uit produktie nemen van de grond. Eén mogelijkheid is houtteelt. Het effekt hiervan vrezen wij, zal beperkt zijn aangezien hoofdzakelijk minder produktieve gronden in geplant zullen worden. Het effekt van tijdelijk uit pro duktie nemen van akkerbouwgronden zal op korte 'ter mijn meer effekt hebben. Met het tijdelijk uit produktie nemen van de grond wordt voorkomen dat er niet uitge weken kan worden naar andere gewassen. Uitwijken naar andere gewassen zal wel gebeuren bij kontigente- ring van de graanteelt. Om deze reden ben ik niet voor kontigentering van de graanteelt. De voordelen hiervan zullen bij lange na niet opwegen tegen de nadelen vande verschuivingen in het bouwplan die het gevolg zullen zijn van kontigentering. De ZLM zal de komende tijd niet aan de realiteit van de overschotten voorbij kunnen gaan. Bij het zoeken naar oplossingen en nieuwe mogelijkheden zullen de belangen van onze leden, van de individuele ondernemers, voorop staan. Oplossingen moeten ge zocht worden zodanig dat het voortbestaan van het ge zinsbedrijf op sociaal economisch en maatschappelijk verantwoorde wijze verzekerd blijft. A.J.G. Doeleman

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1986 | | pagina 1