"ZLM-organisatie kan terugzien op rustig jaar" Doeleman op voormiddag A Igemene Vergadering vervolg van pag. 10 de belangen zijn in de provincie Brabant en Zeeland. Brabant heeft een mestverordening ingesteld voor uitlopend op de landelijke Algemene Maatregel van Bestuur. Wij vragen ons af of dit wel een goede aanloop is op de landelijke AMvB waarvan het in de bedoeling is dat deze snel in gevoerd wordt. In Zeeland kijkt men argwanend wat de gevolgen zijn als Brabant het gebruik van mest in de konsentratiegebieden gaat beperken. De nota mestproblematiek van de provincie Zeeland is realistisch. Daar is reden toe "Men hoeft niet bang te zijn voor overbemesting. De akker bouw is beperkt in het gebruik van mest, willen wij niet in de problemen komen bij de teelt van de gewassen. Wel vinden wij het onjuist dat de problemen van het zuiveringsslib met een prijskaartje in deze nota zijn opgenomen, wanneer zuiveringsslib niet kan worden afgezet in de akker bouw. Financiële problemen bij de verwerking van zuiveringsslib mo gen niet afgewenteld worden op de landbouw. Zuiveringsslib is een afvalstof. Ge bruik in de landbouw moet verboden worden, mits aangetoond kan wor den dat de kwaliteit aan scherpe eisen voldoet, zodat er geen proble men op langere termijn kunnen ont staan. Bij de afweging van de belan gen tussen landbouw enerzijds en natuur, milieu en landschap ander zijds blijken dwars door alle politie ke partijen natuur en milieu gunstig te liggen. Ook wij zijn van mening dat natuur en milieu een zeer be langrijke funktie hebben in onze dichtbevolkte samenleving. Te veel ervaren wij evenwel dat afwegen van belangen gebeurt uit politieke over wegingen. Voorbeelden zijn de aan wijzing tot Wetlands het Nationale landschapspark de Biesbosch. Aan wijzing van de gronden in de Kram mer en het Volkerak en de inpolde ring van de Markerwaard. De be langen van de landbouw worden te veel beïnvloed door de overschotten van dit moment. Niet alleen voor de landbouw, maar ook ekonomisch en maatschappelijk zijn nieuwe land bouwgronden aantrekkelijk. Aller eerst gaat men volledig voorbij aan het gevaar van de bevriezing van de ontwikkeling van land- en tuinbouw. Ruilverkaveling is belangrijk voor nieuwe ontwikkelingen in de land bouw, maar ook voor infrastruktu- rele aanpassingen, landschappelijke inrichting en rekreatievoorzienin- gen. Ruilverkavelingen kunnen alleen slagen, wanneer voldoende grond door de diverse taakstellingen be schikbaar is. Nieuwe polders vervul len daar een belangrijke funktie bij. De belangstelling voor ruilverkave lingen in ons werkgebied en de zeer positieve uitslag van de stemming in de Yerseke Moer zijn daar duidelijke voorbeelden van. Nieuwland voor Oudland Ruilverkavelingen en ontwikkelingen in nieuwe polders vervullen een voor- trekkersfunktie niet alleen voor de landbouw. De Provinciale Besturen in Zeeland en sinds vorige week ook in Noord- Brabant onderschrijven het belang om een gedeelte van de grond in de Vrijdag 13 december 1985 Krammer en het Volkerak als land bouwgrond aan te wijzen. Deze beoordeling door de Provinciale Be sturen zullen zwaar dienen te wegen nu het Ministerie van Landbouw geen eigen standpunt heeft ingeno men maar dit overlaat aan de politie ke besluitvorming. Boer en tuinder zijn bereid ekstra lasten voor haar rekening te nemen, wanneer de bedrijfssituatie struktu- reel verbeterd kan worden. Deze be reidheid is er op Schouwen-Duive- land wanneer zoet water beschikbaar komt. Dat schept ekstra verplichtin gen voor de Overheid. Alle investe ringen die er gedaan zijn voor het milieu bij de afsluiting van de Oos- terschelde en de kompartimente- ringswerken, rechtvaardigen volle dig dat de aanvoer van zoet water door de overheid gefinancierd moet worden. Deze opvatting wordt on derschreven door een brede politieke meerderheid. Vooral het innovatieve karakter van de wateraanvoer dient een belangrijke rol te spelen bij beoordeling van de financiering. Ook de provincie heeft zich daarover duidelijk uitgesproken. Wij vinden dat de bijdrage die door het Rijk aan de Provincie gevraagd wordt zeer onredelijk. Zeer veel geld is er naar het geldverslindende prestige projekt Oosterschelde gestroomd. Geld waar de Zeeuwse samenleving weinig of geen voordelen van ondervindt. Zeeland zal alert moeten zijn bij de verdeling van de gelden die de over heid aan de provincies ter beschik king stelt. Als belangrijke belangengroep bin nen het waterschapsgebeuren, doen wij een dringend beroep op de Pro vinciale Staten rekening te houden met de opvattingen die er in brede kring in Zeeland leven over de sa menvoeging van de waterschappen. Onvoldoende of geen duidelijkheid bestaat over de financiële voor- of nadelen van de konsentraties. Daar tegenover zal de afstand tussen be stuurders en bestuurden groter wor den. De problemen van de zuive- ringstaak wordt slechts gedeeltelijk opgelost. Kiezen voor 2 waterschap pen houdt teveel een politiek kom- promis in. Zeeland bestaat ondanks de vaste oeververbindingen geogra fisch nog steeds uit waterschapkun- dige eenheden wat een zelfstandig voortbestaan rechtvaardigt. De be sluitvorming over de zoetwatervoor ziening op Schouwen-Duiveland heeft dat nog eens ekstra bevestigd. Het kamperen bij de boer blijft ak- tueel. De Provinciale Landbouwnota geeft aan dat het kamperen op de boerderij voor veel bedrijven een belangrijke inkomensaanvulling be tekent. Bedrijven die de afgelopen jaren hebben geïnvesteerd zullen toestem ming moeten krijgen 10 eenheden te behouden. Dat dient planologisch geregeld te worden. Voor uitwijk mogelijkheden in piekperiodes bie den minikampings goede mogelijk heden. Kwaliteit, rust en individuele benadering zijn belangrijke elemen ten voor het kamperen op de boer derij. Afvalzuivering en de erfbeplanting blijven aandacht vragen. Wij gaan ervan uit dat er een werk bare regeling tot stand komt. Kam peren bij de boerderij staat bij de vakantiegangers in de belangstelling. Het kamperen bij de boer levert een bijdrage aan de bekendheid van Zeeland als vakantieland. De land en tuinbouw heeft veel belang bij een leefbaar platteland. De land- en tuinbouw speelt getals matig een veel beperkter rol dan in het verleden. Door de gebondenheid op de bedrijven dreigt de invloed van de landbouw op het platteland te verminderen. Sociale kontakten ko men moeizaam tot stand. Schaalvergroting gaat door. Normen gehanteerd bij het onderwijs sluiten niet meer aan bij de omstandigheden op het platteland. De ZLM verliest een groot deel van het in het verleden met veel inzet opgebouwde verant woordelijkheid bij het onderwijs op het platteland. Wij hebben daar bij zonder veel moeite mee. Ons uit- Als ZLM-organisatie kunnen wij te rugzien op een vrij rustig verlopen jaar. Helaas is de rust van de forma tieplaatsen bij de SEV wel doorbro ken. Na een lange tijd zonder wisse ling in de formatieplaatsen moeten wij dit jaar 3 goed ingewerkte en ge waardeerde voorlichters missen. Wij hebben er begrip voor dat jonge mensen de mogelijkheid aangrijpen door te stromen. Hierdoor wordt blijkbaar bij de ZLM een goede basis gelegd. Dat is een kompliment voor de heer Markusse en het funktione- ren van de SEV van de ZLM. Daar tegenover staat dat er nu veel ekstra werk op het team afkomt. Tijdelijk werk opvangen en het inwerken van de nieuw aangestelde voorlichters. Het ZLM-bestuur is van mening dat de sev-formatieplaats die er voor de ZLM nog beschikbaar nu opgevuld moet worden. Dat betekent dat na invulling van 2 vakatures er nu nog 2 vakatures zijn. Vandaag wil ik voor bij gaan aan de relatie met het Ac countantsburo. Straks komt de di- rekteur, de heer Veerbeek zelf aan het woord. Wel wil ik melding ma ken dat de voorzitter, de heer Jac. Scheele, deze maand af zal treden. Het afscheid met direktie, medewer kers en de kommissarissen zal op 18 december a.s^ zijn. Van deze plaats willen wij de heer Scheele dankzeg gen voor de inzet voor het "boek- houdburo". U heeft duidelijk een stempel gelegd op het Accountants buro zoals dat nu funtioneert. Moei- gangspunt dient te blijven dat wij ons sterk blijven maken voor het onder wijs op het platteland. Het land bouwonderwijs vraagt daarbij spe ciaal onze aandacht. Vele jaren heb ben wij gepleit voor nieuwbouw van de MAS in Goes. Wij zijn blij dat uiteindelijk besloten is tot nieuw bouw. Wij doen een dringend beroep op alle instanties nu voortvarend verder te werken. De huidige huisvesting is nu absoluut onhoudbaar en onve rantwoord. Wij geven nu allereerst prioriteit aan de nieuwbouw van de MAS. Wel zullen wij de ontwikke ling van het agrarisch onderwijs nauwlettend moeten blijven volgen. De land- en tuinbouw heeft veel be lang bij praktisch gericht onderwijs. Het lager agrarisch onderwijs blijft daar een belangrijk onderdeel van. lijke beslissingen zijn er genomen zoals het afbreken van de fusiebe sprekingen met het buro van de Hol landse Mij en de CBTB, de benoe ming van de heer Veerbeek als di- rekteur - wat overigens geen moei lijke beslissing was. Dat was wel het geval met het besluit .voor nieuw bouw. Nu kunnen wij zeggen dat de verschillende besluiten juist zijn ge weest. De Accountantsunie funktio- neert goed ten behoeve van veel van onze leden. Dat zouden er overigens meer moeten zijn. De OVM draait nu ongeveer een jaar met aan de leiding de nieuwe direk- teur Doeleman. Vanuit de ZLM ge zien kunnen wij zeggen dat de OVM zeer goed draait onder leiding van de direktie en het bestuur met als voor zitter de heer Van Nieuwenhuijzen. Belangrijk is dat de band tussen OVM en de ZLM ongewijzigd goed is gebleven. Wij hopen dat deze toch wel unieke struktie niet door ont wikkelingen van buiten af in het ge ding komt. Minder optimistisch zijn wij over de ontwikkelingen bij het LHNO. De door het Ministerie van Onderwijs opgelegde schaalvergroting nood zaakt tot fusie met andere vormen van onderwijs. Aan deze fusies is niet te ontkomen wil er nog enig redelijk voortgezet onderwijs op het platte land overblijven. Deze ontwikkeling heeft tot gevolg dat de invloed van de ZLM op het gebied van onderwijs op het platteland drastisch verminderd. Het tot ontwikkeling brengen van een agrarisch onderwijscentrum in Zeeland blijft onze aandacht vragen. Wij zijn verheugd over de recente ontwikkelingen met betrekking tot de positie van het Hoger Agrarisch Onderwijs, waarvoor het KNLC ve rantwoordelijkheid draagt. Fusie tussen Dordrecht en Utrecht ver sterkt de positie van het Hoger Agrarisch Ónderwijs in het Westen van het land. Wij vinden dat ook Boskoop bij deze nieuwe opzet aan moet sluiten. De Plattelandsvrouwen, de PJZ en de ZLM hebben overlegd hoe zij ge zamenlijk een positieve bijdrage kunnen leveren aan de verbetering van het platteland. Besloten is een symposium te organiseren met als thema: "Plattelanders ontmoeten el kaar". Samenvattend kunnen wij stellen: Ontwikkelingen in de land- en tuin bouw gaan door. De verschillende sektoren in de land- en tuinbouw zijn bereid nieuwe initiatieven te nemen om zich aan het gewijzigde europese landbouwbeleid aan te passen. Daar tegenover staan de zorgen over een konkurrentie vervalsend beleid. De overheid zal nieuwe initiatieven moe ten ondersteunen bij de infra-struk- turele aanpassingen onderzoek, voorlichting en onderwijs. Verdere bezuinigingen door de over heid zijn niet verantwoord. Fiskaal dient meer rekening te worden ge houden met de specifieke positie van de agrarische sektoren. Evenwichtige belangenafweging tus sen natuur en milieu en landbouw is noodzakelijk. De ZLM zal zich zo veel mogelijk versterken bij de belan genbehartiging van haar leden", al dus de ZLM-voorzitter tot slot van zijn inleiding. De voorzitter van de Onderwijs- kommissie de heer Oggel en de me dewerkers van de afdeling onderwijs - mevr. Van der Leeden en de heer Paauwe - zetten zich in om als ZLM waar mogelijk nog invloed te be houden en ook de werkgelegenheid van de afdeling onderwijs van de ZLM zoveel mogelijk veilig te stel len. De ZLM heeft in het verleden het onderwijs op het platteland sterk gestimuleerd toen anderen daar niet aan toe kwamen. Aan de ZLM wordt nu door het overheidsbeleid de ve rantwoordelijkheid voor het onder wijs op het platteland in verschillen de regio's praktisch ontnomen. Een nieuwe ontwikkeling is de sa menwerking tussen de Verenigingen voor Bedrijfsontwikkeling en de Stichting voor Landbouwkundig Onderzoek in Zeeuws-Vlaanderen enerzijds en de landbouworganisa ties anderzijds. Onder gezamenlijke verantwoordelijkheid is het sekreta- riaat bij de ZLM ondergebracht. Vanmiddag kom ik hierop nog terug met ook een beroep om ook in Bra bant en Takorganisatie akkerbouw op te richten. Met het Agrarisch Jongeren Kontakt en de 3 ZLO is afgesproken geza menlijk een aktie te voeren voor hulp aan de 3e wereld. Daarvoor is een projekt gekozen: "Dierlijke trek kracht voor Kenia". Op vrijwillige basis wordt getracht gelden bijeen te brengen. Wij willen vanaf deze plaats een beroep doen op onze leden dit projekt financieel te ondersteunen. Ik wil eindigen met alle medewer kers (sters) vanuit het bestuur dank te zeggen voor de inzet voor onze organisatie en de goede sfeer die er is op het kantoor. Met de personeels- reis hebben we dat mogen ervaren. De SEV heb ik reeds genoemd. Wij hebben veel waardering voor het dikwijls moeilijke werk wat de voor lichters hebben te doen". 11 In het ochtendgedeelte van de algemene vergadering hield voorzitter Doeleman nog een kort huishoudelijk praatje. Hij begon met zijn waardering uit te spreken voor de belangstelling van de agrarische vrouwen voor het werk van de ZLM, de OVM en het Accountantsburo: "wij ervaren deze belangstelling als bijzonder positief. De vrouwen hebben tegenwoordig meer belangstelling voor het organisatiewerk dan de mannen. In de bestuurssamenstelling komt dat tot nu toe nog niet naar voren. Wij zullen met positieve belangstelling afwachten of daar verandering in komt. Saldoberekening voor gewassen was voor de leden reden genoeg om de verte genwoordigers van de A CC. Unie om meer inlichtingen te vragen.

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1985 | | pagina 11