Vader en zoon Oosting:
Bedrijfsovername via maatschap
Yp Westerhof via loondienst op weg
naar zelfstandig ondernemer
Beloning en
verzekering
In het uiterste noorden van de provincie Groningen, bijna onder de rook
van de Eemshaven, boert Piet Oosting (67 jaar) met zijn zoon Doeke
(26) in maatschapsverband op een akkerbouwbedrijf van rond 50 ha niet
al te zware zeeklei. Het bouwplan van dit bedrijf, dat is gelegen aan de
Schapeweg in Uithuizermeeden zag er globaal dit jaar als volgt uit: 14
ha pootaardappelen, T/i ha suikerbieten, 19 ha tarwe, 3,5 ha koolzaad en
2 ha erwten.
De Oostings werken vanaf mei 1982 in maatschapsverband. Daarvoor
was de zoon Doeke ruim 3 jaar bij zijn vader in loondienst. Behalve
Doeke is er nog een dochter van 23 jaar, die haar emplooi buiten de
landbouw zoekt.
Waarom maatschap?
Zowel vader en zoon zien de maat
schap als een goede manier voor de
opvolger om "in het bedrijf te groei
en". Daarbij kan de jongere maat
niet alleen nog een aantal jaren pro
fiteren van de kennis en ervaring van
de oudere maat, die bijvoorbeeld
vaak de grond door en door kent,
maar krijgt de oudere maat ook de
gelegenheid zijn werk langzaam af te
bouwen.
Alhoewel de zoon ook in de loon
dienstverhouding verder had kunnen
sparen om het bedrijf over te nemen,
heeft men bij de familie Oosting daar
toch niet voor gekozen.
Vader Oosting daarover: "Zo'n
loondienstverhouding brengt nogal
wat administratieve rompslomp met
zich mee, terwijl de premiedruk nog
al fors is. Weliswaar staat daartegen
over, dat men dan ook volledig
verzekerd is, maar een aantal zaken
kun je ook zelf wel verzekeren. Nu is
de zoon veel meer een echte partner,
die er financieel bij betrokken is en
die er ook op dat punt geheel in kan
groeien".
Zoon Doeke: "Het is daarbij echt
niet zo, dat ik toen ik nog in loon
dienst werkte anders tegenover het
bedrijf stond. Als er vroeger wat mis
ging met een gewas, raakte mij dat
niet direkt financieel, maar had ik er
toch zeker ook wel last van.
Je wilt ook als aspirant-boer toch
graag, dat het zo goed mogelijk gaat
met het bedrijf. De maatschap heeft
in mijn ogen als groot voordeel, dat
je het bedrijf geleidelijk kunt over
nemen en flexibel kunt inspelen op
gunstige jaren. Overname in een keer
van het gehele bedrijf, dat in ons ge
val op 2,5 ha na geheel bij vader in
eigendom is, is overigens financieel
ook niet op te brengen. Op deze ma
nier is het mogelijk je afhankelijk
van de situatie geleidelijk steeds ver
der "in te kopen", alhoewel dat na
tuurlijk bij de overname van grond
en gebouwen wel een moeilijke zaak
blijft. Misschien dat hier te zijner tijd
geheel of gedeeltelijk pacht een op
lossing kan bieden".
"In dat geval zal één en ander ook
met onze dochter overlegd moeten
worden, omdat zo'n definitieve over
dracht veel meer het hele gezin
raakt", aldus vader, die vindt dat in
zo'n situatie ook ingekalkuleerd mag
worden dat er bij kinderen die niet op
het bedrijf blijven, ook het nodige is
geïnvesteerd in opleiding en toe
komst.
Uitgangspunt moet echter volgéns
hem wel blijven, dat beide kinderen
daarbij een zo redelijk mogelijke be
handeling krijgen.
Landbouwkundige opleiding
Zoon Doeke Oosting zegt van kinds
af altijd al boer te hebben willen
worden. "Bij mijn vakkenpakket op
de MAVO heb ik daar al rekening
mee gehouden, door een zodanig
pakket te kiezen, dat ik daarop op de
Middelbare Landbouwschool verder
kon bouwen! Na de opleiding aan de
Jan Heidemaschool van de Gronin
ger Maatschappij van Landbouw,
kwam Doeke eerst op het bedrijf in
loondienst. Het zelfstandig onderne
mer zijn en het zelf tijd kunnen in
delen trok hem in het boerenberoep
het meest aan. In 1982 werd in over
leg met de S.E.V. van de Groninger
Mij. vervolgens de maatschap opge
richt. Vader bracht daarbij het ge
bruik en genot van de grond en ge
bouwen in de maatschap in en bleef
ook volledig meewerken. Doeke
nam de helft van de inventaris in-
klusief veldgewas over. en bracht
eveneens zijn werkkracht in.
De winst werd op 60-40 basis verre
kend. Inmiddels is dit, nu bij vader
de jaren wat zwaarder zijn gaan tel
len, gewijzigd in een 50-50 verdeling.
Doeke is inmiddels getrouwd en
woont voorlopig met zijn vrouw in
een huurwoning op het dorp.
"Op den duur zal dat zeker niet zo
blijven", aldus vader Oosting daaro
ver, al was dat alleen al omdat dat
ook betekent dat ik daardoor ook
zo'n beetje de voortdurende zorg heb
voor de koeling en de bewaring van
de pootaardappelen.
Op den duur wil ik nog verder af
bouwen en dan is het denk ik beter
hier niet te blijven". Zoon Doeke
doet vooral in de meer slappe tijden
veel aan het onderhoud van het ma
chinepark. "Op die manier kunnen
wij die uren toch nog produktief
maken en de kosten sterk drukken",
zo zegt hij er zelf van. "Als je er op
den duur alleen voor staat, kan dat
echter anders komen te liggen". Met
uitzondering van de bieten kan het
bedrijf grotendeels zelf in de mecha
nisatie voorzien en is er in de oogst
tijd zeker wel werk voor twee man.
Het sorteren van het pootgoed ge
beurt elders. Het bedrijf zet dit pro-
dukt, dat onder de Noord-Groninger
kust goed geteeld kan worden (gun
stige bedrijfsstruktuur, weinig druk
van luizen en aardappelmoeheid) af
naar Agrico.
Met het oog op de toekomst heeft
yader Oosting na het in dit gebied
gunstig verlopen jaar 1976 een nieu
we schuur met voldoende opslagka-
paciteit voor de aardappelen ge
bouwd, zodat het bedrijf en dus ook
de opvolger voorlopig goed uit de
voeten kan. "Verder doen we zo veel
mogelijk het werk samen en over
leggen we ook alles samen", aldus de
beide maten. Het bedrijf doet ook
mee in een bedrijfsekonomische stu
diegroep. Bij de bespreking van de
resultaten in dit verband zijn beide
maten aanwezig, zodat beide meteen
weten waar eventueel de schoen
wringt. "Op andere punten worden
de taken wel eens wat verdeeld, want
je kunt natuurlijk niet overal met zijn
tweeën op af', aldus Oosting sr.
Deze wijst er daarbij ook op dat be
drijfsovername via de maatschap
niet altijd zo vlot op deze manier kan
verlopen. "Als gevolg van mijn leef
tijd en het feit dat er niet nog meer
opvolgers staan te dringen, gaat het
bij ons allemaal wat simpeler. Ook
het feit dat deze boerderij bijna vol
ledig in eigendom is, geeft natuurlijk
wat meer manouvreerruimte".
De familie Oosting is over het alge
meen goed te spreken over de geko
zen oplossing. Vader omdat hij op die
manier geleidelijk kan afbouwen en
de zoon omdat hij op die manier ge
leidelijk op kan bouwen. En de hele
familie, omdat het op die manier mo
gelijk gemaakt kan worden dat een
nieuwe generatie er zijn brood kan
verdienen.
J. Beerman
Ook in Zeeland en Noord-Brabant is er vaak sprake van de maatschapvorm
vader-zoon als aanloop voor de bedrijfsovername
Het bedrijf van de familie Westerhof te Oosterwolde, in de zuid-oost
hoek van Friesland is ruim 20 hektare groot. Wij praten met de familie
Westerhof over bedrijfsovername, naar aanleiding van een grondbank-
aanvraag in ruilverkavelingsverband.
Yp, de bedrijfsopvolger is 23 jaar, heeft twee oudere en één jongere zus.
Voor dit gesprek heeft hij een snipperdag genomen bij zijn tweede
werkgever.
Na de MLS in Drachten is Yp thuis
in het bedrijf komen werken, maar
eigenlijk was het bedrijf te klein voor
twee volwaardige arbeidskrachten.
Toen hij de mogelijkheid kreeg om
een aantal dagen in de week bij een
andere boer te gaan werken, was dit
een welkome aanvulling.
Inmiddels, ruim 3 jaar later is het
eigen bedrijf dusdanig aangepast dat
Yp binnenkort volledig thuis mee
kan werken.
Na de MLS kwam je thuis werken: je
wilde graag wat verdienen en daar
naast moet je ook verzekerd zijn. Hoe
is dat geregeld?
Om verdiensten en verzekering te
regelen hebben .we een gesprek ge
had met een sociaal-ekonomisch
voorlichter. Dê verschillende belo-
ningsvormen zijn uitgelegd. Er is o.a.
gepraat over C.A.O. loon, minimum
loon eventueel met een aanvulling,
of een beloning afhankelijk van de
winst. Dit in samenhang met verze
keringsmogelijkheden: als werkne
mer verplicht verzekerd voor de
Ziektewet (ZW) en Wet op de Ar-
beidsongeschiktgeid (WAO) met de
mogelijkheid na minimaal 3 jaar
vrijwillige voortzetting, en bij andere
beloningsvormen een partikuliere
arbeidsongeschiktheidsverzekering
(rubriek A en B).
Omdat partikulier verzekeren vaak
goedkoper is, is een aantal offertes
gevraagd. Na een medische keuring
bleek echter dat ik bepaalde uitslui
tingen zou krijgen. Deze uitsluiting
vond ik zo veelomvattend dat de
verzekering dan wel erg beperkt zou
worden. Uiteindelijk hebben we ge
kozen voor een loondienstverhou
ding en verplichte verzekering via
A.S.F.
Hoe is deze verzekering bevallen?
Prima, antwoordt Yp. Ik ben er een
keer zes weken uitgeweest en met één
telefoontje was alles geregeld. Ook
heb je geen wachtdagen en ontvang
je direkt een uitkering.
Maar, vertelt mevrouw Westerhof,
het viel ons eerst mooi tegen! deze
verzekering is erg duur en dat waren
we niet gewend.
Ja, vult Westerhof sr. aan; ook jouw
andere werkgever vond het nogal
wat. De premie is dan wel aftrekbaar
maar het blijft een grote last die het
bedrijf moet opbrengen.
Vinden jullie deze dure verzekering
toch nodig? A Is de nood aan de man
komt kan mei dit geld toch ook ver
vangende hulp betaald worden?
Ja. antwoordt Yp. Ik vind datje als
ondernemer best een aantal risiko's
kunt en mag dragen. Het risiko van
arbeidsongeschiktheid met alle ge
volgen van dien vind ik echter veel te
groot. Als je langdurig arbeidsonge
schikt bent, brengt dit veel kosten
met zich mee, daarnaast moeten
vaste lasten als rente en aflossing
opgebracht worden.
Westerhof sr. vult aan, dat dit vroe
ger gemakkelijker lag. Dan kwam er
gauw eens even iemand uit de buurt
helpen. Vandaag de dag is dit toch
even anders. "Als je op langere ter
mijn niet in de problemen wilt ko
men dan is een goede verzekering
noodzakelijk, en omdat hij bij een
partikuliere maatschappij uitsluitin
gen kreeg heb ik weinig keus".
Yp, binnenkort kom je volledig thuis
en er is vandaag ook over de moge
lijkheden van een maatschap gepraat.
Voor welke beloning en verzekering
zul je kiezen?
"Ik vind de stap van werknemer naar
zelfstandig boer zijn in één keer erg
groot. Als werknemer, met name bij
een derde, voel ik me toch minder
betrokken bij het bedrijf. Ook thuis
draag ik nu weinig verantwoorde
lijkheid en verzorgt vader bijvoor
beeld de boekhouding nog", aldus
Yp.
Uit de reaktie van Westerhof sr.
blijkt echter dat hij niet om de boek
houding zit te springen en dit zo
langzamerhand graag over wil doen
aan Yp. En, vertelt Westerhof sr.: Yp
zit op dit moment in een studie
groepje van de bedrijfsekonomische
boekhouding met mijn papieren. Het
zou een goede zaak zijn als Yp ge
leidelijk meer in het bedrijf komt en
mede-ondernemer wordt. Dit zou
ook in de beloningsvorm, bijv. in de
vorm van een winstdeling, naar vo
ren kunnen komen.
VfCin werknemer word je mede-onder-
nemer?
Ja, antwoordt Yp, een geleidelijke
bedrijfsovername lijkt mij ideaal.
"Hij is er ook nog niet aan toe om nu
het gehele bedrijf al over te nemen.
Ik kan me dat best voorstellen, het is
ook nogal wat en heel anders dan
toen wij vroeger begonnen", aldus
mevr. Westerhof.
In de vorm van een maatschap kan
Yp geleidelijk in het bedrijf groeien,
kapitaal opbouwen en verantwoor
delijkheid dragen. Zijn inkomen als
loon veranderd dan in een deel van
de winst.
"Wat betreft de verzekering heb ik
weinig keus, aldus Yp, in verband
met de uitsluiting. Waarschijnlijk zal
dan ook de verplichte verzekering bij
het A.S.F. vrijwillig worden voortge
zet".
Na dit gesprek stapt Yp in de melkput
om te gaan melken. Te zijnertijd zal
de beloning aangepast worden aan
Wanneer de zoon na zijn opleiding of
militaire dienst thuis op het bedrijf
komt werken en er nog geen konkrete
plannen zijn over de bedrijfsopvolging,
zal hij in de meeste gevallen in loon
dienst komen. Een aantal vragen zul
len dan beantwoord moeten worden,
zoals: welke beloning, welke verzeke
ringen en wat zijn de kosten voor het
bedrijf.
Hoe hoog de beloning moet zijn hangt
sterk af van de bedrijfssituatie. Be
langrijk daarbij is of er voldoende lo
nende arbeid op het bedrijf voor han
den is. Als dit niet het geval is, zal
bekeken moeten worden of hier iets
aan gedaan kan worden door bijvoor
beeld een aanpassing van het bedrijf
of, zoals in het geval van Yp dat ge
keken wordt of er ook mogelijkheden
buiten het eigen bedrijf zijn te vinden.
In veel gevallen zal het CA O-loon
voor werknemers ook een goede richt
lijn zijn voor de beloning van de mee
werkende zoon.
Schenking als loon!
Ouders vragen zich nog wel eens af of
het niet mogelijk is om de meewer
kende zoon een schenking te geven.
Uiteraard kunnen ouders aan hun
kinderen schenkingen doen toeko
men. Wanneer zij echter aan een
meewerkend kind ieder jaar een
schenking geven, omdat dit kind op
het bedrijf werkt, dan is dit geen
schenking meer. De fiskus zal hier
bezwaar tegen kunnen maken en zeg
gen dat het loon is en dat er dus loon
belasting en premies volksverzekerin
gen over betaald moeten worden. Ver
der is het nog van belang erop te wij
zen dat een schenking een vorm van
vermogensoverdracht is. Dit houdt dus
een nauwere samenwerking tussen
vader en zoon. Op papier en naar
buiten toe een verandering, maar
dankzij een goede sfeer zal er in het
dagelijks werk weinig veranderen.
Margr'eet Gosselink-van der Kolk
in dat, indien men een schenking aan
een meewerkend kind geeft, dit niet als
kostenpost voor het bedrijf kan gelden.
Verzekeringen
Voor de verzekering van de meewer
kende zoon is het mogelijk om een
keuze te maken tussen verplichte ver
zekering bij de bedrijfsvereniging of
het afsluiten van partikuliere verze
keringen.
Wanneer gekozen wordt voor de ver
plichte verzekering (ASF) dan heeft
de zoon met betrekking tot de werk
nemersverzekering dezelfde rechten
als elke andere werknemer die in
dienstbetrekking werkzaam is. Bij Yp
heeft men bewust voor deze vorm ge
kozen. Yp kon in verband met uitslui
ting niet goed bij een partikuliere
maatschappij terecht. Wil men bij de
A.S.F. verzekerd kunnen zijn dan zal
men bij de beloningsvorm hier reke
ning mee moeten houden. Een vereiste
is dan dat de zoon tenminste het mi
nimum loon ontvangt en dat dit ook
regelmatig, minstens per maand, wordt
uitbetaald. Uit berekeningen bij Yp
thuis was gebleken dat partikulier
verzekeren goedkoper was dan bij de
A.S.F. Dit klopt. Bij de A.S.F. is men
verzekerd voor een vrij omvangrijk
pakket en daarvoor moet premie be
taald worden. Gaat men zich partiku
lier verzekeren, dan kan dit op de to
tale loonkosten al gauw enkele dui
zenden guldens per jaar schelen.
Men zal zich dan partikulier moeten
verzekeren voor ziektekosten en ar
beidsongeschiktheid. Om te voorko
men dat er verplichte verzekering ont
staat bij de A.S.F. zal men de belo
ningsvorm ook hierbij moeten aan
passen. Bij de familie Westerhof is de
beloning en verzekering van de mee
werkende zoon van te voren doorge
nomen met de S.E. V. Bovenstaande
geeft aan dat dit zeker gewenst is.
D.A. Hollenga
10
Vrijdag 15 november 1985