Braks: Mestboekhouding wordt
basis heffingen
Programma studiekringen
ruimtelijke ordening van het
Landbouwschap Noord-Brabant
Ammoniakemissie heeft ook
gunstige kanten
Mestprobleem alleen nationaal
efficiënt aan te pakken
Brabantse
statenkommissies positief
over mestverordening
Professor A. van Diest:
Weekblad Boerderij wint
tijdschriftprijs
Straatsburg denkt over gedifferentieerde
landbouwprijzen
De producenten, handelaren, gebruikers en beheerders van opslag
voorzieningen voor mest zullen een mestboekhouding moeten gaan
bijhouden. Deze boekhouding omtrent geproduceerde, afgeleverde of
afgenomen hoeveelheden mest zal bij de producenten, dus de boeren,
tevens dienst doen als overschotberekening en als basis voor een hef
fingaangifte. Dit zei minister Braks donderdagmorgen jl. in antwoord
op vragen in het Parlement bij de behandeling van de Landbouwbe
groting. Uit de antwoorden van de minister blijkt dat er verschillende
heffingen zullen komen.
Minister Braks benadrukte nog eens,
dat bij de normstelling voor mestge-
bruik uitgegaan zal worden van fos
faat. De minister erkende, dat er op
dit moment geen reeële mogelijkheid
is om een landelijk mestoverschot te
verwerken, vernietigen of eksporte-
ren. Om te voorkomen dat verdere
ongewenste ontwikkelingen zullen
plaatsvinden, wil de minister dat er
een aantal heffingen zal worden in
gesteld na het intrekken van de inte-
rimwet. "Er mag geen volstrekte be
vriezing van de veehouderijstruktuur
plaatsvinden", zei Braks.
De minister kondigde aan, dat er een
"overschotheffing" zal komen, op
grond van de meststoffenwet, voor
de financiering van voorzieningen
om het overschotprobleem op te los
sen. Elke producent, die meer dan
een bepaalde hoeveelheid mest pro
duceert, uitgaande van een bepaald
grondoppervlak, moet die heffing
betalen. De milieu-hygiënische
doelstelling is daarbij bepalend.
Naast deze overschotheffing zal er
een algemene heffing komen ter fi
nanciering van onderzoek om oplos
singen van de mestproblematiek te
vinden.
De minister kondigde aan, dat op
grond van de Meststoffenwet er ook
een heffing komt op uitbreiding en
nieuwvestiging, indien dat tot gevolg
heeft dat daardoor meer mest wordt
geproduceerd dan in verhouding met
het beschikbare grondoppervlak is
volgende fase verdergaande taken
worden toegekend, zullen wij gaan
bekijken naar aanleiding van een
evaluatie, drie jaar na invoering van
het systeem", aldus Braks.
De minister denkt er nog niet aan
ekstra financiële ondersteuning te
geven voor de nodige investeringen
op de bedrijven. Volgens hem bieden
Drukte achter de regeringstafel tijdens het landbouwdebat in de Tweede Kamer.
Achter de staatssekretaris en de minister staan v.l.n.r. de heer Blauw, Tazelaar
en Van der Linde
toegestaan.
Deze heffing moet voorkomen dat
na de interimwet een onbeheersbare
groei kan gaan optreden, zei Braks.
De minister kent een centrale plaats
toe aan een landelijke mestbank.
Deze mestbank zal gaan bemiddelen
bij de afzet, zal mest afnemen en de
algemene organisatie zijn voor de
afzet van overschotten. "Of en in
hoeverre aan de mestbank in een
de normale WIR-premie en een ek
stra milieu-toeslag voor investerin
gen met betrekking tot de mestpro
blematiek voldoende steun.
In de varkens- en pluimveehouderij
kan gebruik gemaakt worden van de
bestaande subsidie-regeling van het
O.- en S.-fonds. Rundveehouderij
bedrijven kunnen thans bovendien
gebruik maken van de EG-rente-
subsidieregeling.
In Noord-Brabant funktioneren 10 studiekringen verspreid over de
provincie die in het winterseizoen circa 4 maal bijeenkomen om on
derwerpen met betrekking tot het Overheidsbeleid betreffende be
stemming, inrichting en beheer van de landelijke gebieden te bespre
ken. De deelnemers zijn veelal afkomstig uit de bestuurlijke sfeer, te
weten raadsleden uit de agrarische sektor en bestuursleden van land
bouworganisaties, zowel vrouwen als mannen of andere belangheb
benden.
In de winterperiode 1985/1986 zal
op de eerste bijeenkomst van de stu
diekringen aandacht besteed worden
aan de Jachtwet en Wildbeheereen-
heden. Hieraan zal medewerking
verleend worden door de buiten
dienstambtenaar van het Ministerie
van Landbouw en Visserij welke in
de betreffende regio belast is met
fauna-aangelegenheden.
In een tweede bijeenkomst zal tij
dens de ter visie legging in januari
1986 aandacht geschonken worden
aan de herziening van de streek
plannen.
Verder kan de Landinrichtingswet
een onderwerp van bespreking zijn.
Tenslotte zal op een bijeenkomst
aandacht geschonken worden aan
de toekomstige Wet op de Bodem
bescherming en de wijziging van de
Meststoffenwet en de gevolgen die
deze wetten met zich meebrengen
voor land- en tuinbouw.
Aangezien dat het te verwachten is
dat de provincie Noord-Brabant
vooruitlopend op de landelijke wet
geving omstreeks januari 1986 via
een provinciale Verordening rege
lend met betrekking tot aanwending
van dierlijke mest over zal gaan lijkt
het wenselijk om deze problematiek
te bespreken.
Uiteraard kan per studiekring aan
vullend een bijeenkomst worden ge
houden die inspeelt op aktiviteiten in
de regio.
Indien u als raadslid en/of bestuur
der van een landbouworganisatie/
vrouwenorganisatie belangstelling
mocht hebben om een uitnodiging te
ontvangen voor bovengenoemde
bijeenkomsten dan kunt u zich mel
den bij de sekretaris van de plaatse
lijke landbouworganisatie of het se-
De Brabantse Statenkommissies
voor landbouw, milieuhygiëne en fi
nanciën hebben vrijdagmorgen na
uitvoerige diskussies in meerderheid
positief gereageerd op de door het
College van Gedeputeerde Staten
voorgestelde mestverordening. De
verordening, die volgend jaar van
kracht moet worden, houdt in dat de
boeren moeten opgeven hoeveel
dieren ze hebben en welk deel van de
mest ze op eigen grond te kunnen aan
rijden. Om de rest te kunnen aan
bieden aan akkerbouwers of de pro
vinciale mestbank moet een vergun
ning worden aangevraagd. De boer
wordt verplicht een mestboekhou
ding te voeren. Om de mest te ver
voeren is een pasje nodig.
Provinciale initiatieven kunnen bij
dragen aan de bewustwording en de
oplossing van de mestproblematiek
en worden als zodanig ook positief
gewaardeerd. Een betere verdeling
van de mest over de kultuurgrond en
een vermindering van de hoeveel
heid mineralen door aanpassingen in
de veevoeding leveren op korte ter
mijn de belangrijkste bijdrage aan de
terugdringing van de problematiek.
Dit zijn juist maatregelen die alleen
op nationaal niveau op een efficiënte
wijze kunnen worden uitgevoerd.
Het mestprobleem kan daarom al
leen op nationaal niveau efficiënt
worden aangepakt. Dit zei dr. ir.
H.P.F. Curfs, direkteur veehouderij
en zuivel van het ministerie van
landbouw en visserij, bij de start van
het voorlichtingsprogramma mest
Noord-Brabant, op 30 oktober j.l. in
's-Hertogenbosch.
Dr. Curfs sprak zijn waardering uit
voor het -initiatief van Provinciale
Staten van Noord-Brabant om nu al
regelgeving tot stand te brengen. Uit
voorlichtingsoogpunt plaatste hij
echter ook kanttekeningen bij het
totstandkomen van de Brabantse ver
ordening. Indien vanaf 1 januari a.s.
de provinciale verordening van
kracht wordt zal dit naar alle waar
schijnlijkheid van korte duur zijn
omdat de nationale wetgeving in de
voïm van de Wet bodembescher
ming en de Meststoffenwet snel zal
volgen.
"De snelle opeenvolging van regel
geving zal de duidelijkheid naar de
ondernemers toe niet verhogen, zelfs
meer verwarring kunnen veroorza
ken, terwijl er beleidsinhoudelijk
geen grote verschillen zijn", aldus dr.
Curfs.
De ammoniak die vrijkomt bij de opslag en het uitrijden van drijfmest
komt via de lucht uiteindelijk weer op de grond terecht. Dit kan de boer
een bemestingswaarde opleveren die overeenkomt met ca. 50 tot 60 kg
zuivere stikstof per hektare. Boeren zouden daar bij hun bemestings-
beleid wel meer rekening mee kunnen houden. Dat zei professor A. van
Diest van de Vakgroep bodenkunde en plantenvoeding in Wageningen
afgelopen donderdag op een bijeenkomst van landbouwjournalisten.
kretariaat van de Gewestelijke Raad
van het Landbouwschap voor
Noord-Brabant te Tilburg, telefoon
013-426429.
Onderstaand volgt een overzicht op
welke plaatsen en data de eerste bij
eenkomsten voor het seizoen gehou
den zal worden.
- Almkerk, dinsdag 12 november
1985, aanvang 9.30 uur.
- Deurne, woensdag 13 november
1985, aanvang 13.30 uur.
- Udenhout, donderdag 14 novem
ber 1985, aanvang 13.30 uur.
- Uden, vrijdag 15 november 1985,
aanvang 9.30 uur.
Roosendaal, dinsdag 19 november
1985, aanvang 9.30 uur.
Eersel, woensdag 20 november
1985, aanvang 13.30 uur.
Leende, donderdag 21 november
1985, aanvang 13.30 uur.
- Haps, woensdag 27 november
1985, aanvang 13.30 uur.
Rosmalen, donderdag 28 novem
ber 1985, aanvang 13.30 uur.
- Bavel, vrijdag 29 november 1985,
aanvang 9.30 uur.
Het weekblad Boerderij van Uitge
verij Misset heeft de jaarlijkse prijs
voor tijdschriftjournalistiek van het
Lucas Ooms Fonds gewonnen. De
prijs, een bedrag van 5.000 gulden en
een bronzen eremedaille, werd don
derdag aan vertegenwoordigers van
de redaktie van het blad uitgereikt
op de jaarvergadering van de Ne
derlandse Organisatie van Tijd-
Negentig procent van de ammoniak
die in de lucht terecht komt is af
komstig uit de veehouderij; 50 pro
cent daarvan komt vrij bij mestuit
rijden. Voor natuurbebieden is de
extra stikstof ongewenst. De grote
bezwaren die men in de bosbouw
tegen deze vorm van stikstof aange
voerd heeft, zijn volgens professor
Van Diest onterecht. De slechte toe
stand van het Nederlandse bos is in
belangrijke mate toe te schrijven aan
de slechte vruchtbaarheidstoestand
van de bosgronden. Buitenlands be-
mestingsonderzoek heeft aange
toond dat bemesting met uitsluitend
stikstof negatief werkt. In kombina-
tie met andere voedingsstoffen wordt
de groei van de bomen echter be
vorderd. Voor een betere weerstand
tegen luchtverontreiniging en een
betere houtproduktie zou het Ne
derlandse bos dus moeten worden
bemest met fosfor, kali, calcium en
magnesium, aldus Van Diest.
Praktijkgericht onderzoek
Voor het mestoverschot, dat lande
lijk wordt becijferd op 19 mil
joen ton drijfmest per jaar, zal een
oplossing moeten komen. De LH in
Wageningen werkt in samenwerking
met onderzoekinstituten als TNO,
mee aan het bedenken van die op
lossingen. Invoering op korte termijn
van drijfmestnormen maken prak
tijkgericht onderzoek noodzakelijk.
Behalve transport en verwerking van
mestoverschotten wordt ook veel
aandacht besteed aan de verminde
ring van mineralen in het veevoer.
De mengvoederindustrie zou met
name op de fosfaatvermindering in
veevoer wel wat vlugger kunnen in
schieten, aldus de onderzoekers. In
plaats van bijvoorbeeld één soort
mengvoer voor zeugen, zouden twee
soorten voer (bij drachtigheid en tij
dens de laktatie) gebruikt kunnen
worden. Daarmee kan 26 procent
besparing aan mineralen worden
bereikt.
Ir. J.H.A.M. Steenvoorden van het
Instituut voor Cultuur en Water
huishouding stelde dat ten aanzien
van fosfaat de bedreiging van de
waterkwaliteit komt van de kant van
het oppervlakteafvoer. Ook zonder
overdosering kan via oppervlakteaf
voer een aanzienlijke belasting van
het oppervlaktewater optreden.
Hoewel nu sprake is van incidentele
problemen zal de fosforuitspoeling
dus op langere termijn als gevolg van
langdurige overdosering in de
breedte echt problemen geven. Dit
kan volgens de heer Steenvoorden
worden tegengegaan of verminderd
door de afvoer van mestoverschotten
naar tekortgebieden, door geen dier
lijke mest uit te rijden over bevroren
grond en door een verbetering van
de afwatering.
Het dagelijks bestuur van het Land
bouwschap heeft zijn ideeën over de
toekomst van het Europese Land
bouwbeleid op vrijdag 1 november
jl. besproken met de Nederlandse
Europarlementariërs Louwes en
Woltjer. In het Europese parlement
wordt momenteel gewerkt aan de
voorbereiding van een plenaire dis-
kussie over het zg. Groenboek van de
Europese Commissie. Het ziet ernaar
uit dat die half december zal plaats-
schriftuitgevers (NOTU) in Amster
dam. De jury bekroonde het blad
omdat het een evenwichtig journa
listiek produkt levert. De redaktie zal
de prijs ter beschikking stellen aan
een boerinnenprojekt in de Derde
Wereld, aldus vermeld.
vinden, tegelijk met de behandeling
van de Commissievoorstellen voor
het suiker- en zetmeelregiem.
Om de overschottenproduktie te
verminderen wordt er in Straatsburg
op het ogenblik gedacht over een
stelsel van gedifferentieerde prijzen.
Vooral de zuidelijke lidstaten, na 1
januari a.s. aangevuld met Spanje en
Portugal, zouden daarvan kunnen
profiteren. De gesprekspartners wa
ren het erover eens dat een dergelijke
differentiatie niet in het belang is van
Nederland. Volgens Landbouw
schapsvoorzitter Schouten is er be
hoefte aan een samenhangend pak
ket vam maatregelen waarbij de be
langen van de noordelijke en zuide
lijke landen van de EG zoveel mo
gelijk op één noemer worden ge
bracht.
Vrijdag 8 november 1985