Idllu" 611
Zorgvuldig omgaan
met onze grond
Sq^ v
vanuit de Z.L.M. gezien
zuidelijke landbouw maatschappij
Beleid van Braks krijgt
instemming van kamerleden
m VRIJDAG 1 NOVEMBER
I M 73e JAARGANG N0.3800
tuinbouwblad
Namens de minister van Landbouw verrichtte direkteur-generaal Landelijke Gebieden en Kwaliteitszorg mr.
J.P.v. Zutphen 24 oktober de opening van het nieuwe PAG V-gebouw. Hij deed dit door het hijsen van de
PAG V-vlag waarna een tableau eerste kwaliteit produkt van akkerbouw en vollegrond te voorschijn kwam. Op de
foto hijst de heer v. Zutphen de vlag. Rechts PAGV-direkteur dr.ir. J.H.J. Spiertz, links de voorzitter van het
landbouwschap drs. J. Schouten.
Het lijkt er op dat er dit najaar weer behoorlijk veel tarwe
ingezaaid wordt. Men laat zich blijkbaar niet door het
Groenboek van de wijs brengen. Wij vinden dat begrij
pelijk. En het is ook verstandig dat men geen paniekbe
slissingen neemt waardoor het bouwplan drastisch ge
wijzigd zou worden. Daardopr wordt voorkomen dat de
markt van de vrije produkten teveel verstoord wordt. Wat
dat betekent ervaren wij dit jaar met de aardappels en
uien. Maar ook voor de konditie van de grond is het
belangrijk dat de granen hun plaats in het bouwplan
behouden. Met de uitzonderlijk gunstige weersomstan
digheden dit najaar is het geen probleem struktuurbederf
te voorkomen.
Wanneer onder deze gunstige omstandigheden wij bijna
zouden vergeten hoe het vorig jaar was worden wij daar
weer wel aan herinnerd bij het ploegen. Wat vorig jaar
verprutst is, is niet direkt hersteld. Gelukkig kan de na
tuur veel goed maken. En dat ervaren wij dit najaar.
Maar het gaat niet alleen om een goede struktuur van de
grond. Het opbrengend vermogen wordt in hoge mate
beïnvloed door de gezondheid van de bodem. Kennis en
inzicht over de gezondheid van de bodem is in de praktijk
veel beperkter dan de kennis over de struktuur van de
grond. Bieten- en aardappelmoeheid veroorzaakt door
aaltjes is réeds lang bekend. Bestrijding is mogelijk. Al
hoewel de kosten van grondontsmetten de grens van de
rentabiliteit steeds dichter nadert. Van andere gewassen
weten wij alleen dat door een ruime vruchtwisseling toe
te passen goede opbrengsten behaald kunnen worden.
Het lijkt er op dat de problemen van bakterieziekten,
schimmels en aaltjes ondanks alle wetenschappelijke
kennis eerder toe- dan afnemen. Dat is een zorgelijke
ontwikkeling. Geluiden uit de IJsselmeerpolders wijzen
er op dat niet ongestraft intensief aardappels en Dieten
geteeld kunnen worden. Zorgelijk is de besmetting van
percelen in de IJsselmeerpolders met Rhizomanie.
Op besmette percelen blijkt een rendabele teelt van bie
ten niet meer mogelijk te zijn. Ook al is deze ziekte in
andere landen al langer bekend, een bestrijdingsmetho-
de is tot nu toe nog niet gevonden.
Maar ook aardappels worden steeds meer bedreigd met
ziektes en plagen. Wij denken o.a. aan Phoma. Enkele
jaren geleden werden wij plotseling gekonfronteerd met
bruinrot via een partij pootgoed. Door drastisch optreden
van de PD in overleg met de georganiseerde landbouw is
deze ziekte in een jaar bedwongen kunnen worden.
Hieruit blijkt hoe belangrijk het is dat er goede kontrole is
en dat er mogelijkheden zijn snel in te grijpen.
Enerzijds moeten wij de problemen niet overdrijven. Zo
hebben wij gelukkig in het zuidwesten nog geen grote
problemen met aardappelmoeheid. Wij moeten dan ook
voorkomen dat ons bintje te veel in een kwaad daglicht
komt te staan. Met een normaal bouwplan kunnen wij in
het zuidwesten zeker nog op verantwoorde wijze bintjes
telen. Anderzijds mogen wij de problemen van bodem
ziektes niet onderschatten. Naast een voldoende ruim
bouwplan en op verantwoorde wijze grondontsmetten is
bedrijfshygiëne zeer belangrijk. Dat bedrijfshygiëne be
langrijk is hebben wij onderkend met de problemen van
de knolcyperus.
Landbouwbegroting in het parlement:
Minister Braks van Landbouw heeft het niet slecht ge
daan in de ogen van de Tweede Kamer. Hij kreeg deze
week lof toegezwaaid van zowel de regerings- als de op
positiepartijen. Tijdens de behandeling van de landbouw
begroting, woensdagmorgen, kon Braks dan ook ont
spannen luisterend de commentaren van alle fracties
aanhoren. Slechts op onderdelen was er kritiek, maar in
grote lijnen ontmoette het beleid van de bewindsman in
stemming.
PvdA-woordvoerder Tazelaar opende woensdagmorgen
de rij sprekers. Hij uitte onder meer zijn tevredenheid
over het pleidooi van minister Braks, vorige week in
Luxemburg, voor lagere suikerquota. De problemen in
de graansector kunnen volgens hem ook het beste door
quotering worden opgelost. "Dat zal wellicht nog de
minste nadelen met zich meebrengen, met name ook voor
onze intensieve veehouderij", zo zei hij.
"Dit beleid dient te worden voortgezet". Zo beoordeelt
VVD-landbouwspecialist Blauw het kabinetsbeleid. Dat
beleid bevordert volgens hem het economisch herstel en
is dus ook bevorderlijk voor de ontwikkeling van de
landbouw. Hij noemde als voorbeeld het toenemende
overschot op de agrarische handelsbalans en de aanzien
lijk gedaalde rente. Minder tevreden dan zijn collega
Tazelaar was Blauw met de vraag van Braks om lagere
suikerquota. In zijn rede pleitte hij onder meer voor een
VUT-regeling voor boeren. Ook vroeg de VVD'er aan
dacht voor de zoetwatervoorziening op o.m. Schouwen-
Duiveland. "Een ruimhartig beleid van de zijde van de
minister is hier op zijn plaats", zei Blauw.
Zeer voldaan met zijn eigen beleid toonde zich de
CDA'er Van der Linden. Zo zei hij: "Wij mogen nu
vaststellen dat de CDA-fractie de afgelopen periode het
beleid op een aantal onderdelen belangrijk heeft gecor
rigeerd". Als voorbeeld noemde hij dat de toepassing van
de interimwet in de varkens- en pluimveehouderij door
toedoen van de CDA-fractie, met steun van de PvdA, veel
strakker en dus beter werd. "Wij hebben de sector daar
door voor veel erger behoed. Ook de superheffing is door
ons op onderdelen verbeterd", aldus Van der Linden, die
zich al duidelijk voorbereidde op de komende verkiezin
gen.
De SGP-vertegenwoordiger Van Rossum vroeg aandacht
voor enkele praktische problemen die momenteel spelen
in de agrarische sector. Zo pleitte hij voor die melkvee
houders die gestraft worden maar dat niet verdiend heb
ben omdat zij aankoop of bouwverplichtingen hadden
aangedaan op-tijdstippen dat het besluit tot superheffing
nog niet bekend was. "Ik kies daarbij het bijbels uit
gangspunt: Waar geen wet is, is ook geen overtreding", zo
citeerde Van Rossum uit de Romeinenbrief. Hij vroeg om
meer met de individuele gevallen rekening te houden.
Diezelfde vraag stelde hij voor bedrijven die in moeilijk
heden zijn gekomen door de interimwet.
Voor Rhizomanie is denk ik deze bedrijfshygiëne nog
belangrijker. Wij zullen ons op korte termijn moeten be
raden of er zullen maatregelen genomen moeten worden,
vergelijkbaar met de maatregelen die er voor de bestrij
ding van knolcyperus zijn genomen. Vooral doordat bie
ten hoofdzakelijk door loonwerkers en grote rooikombi-
naties geoogst worden is het gevaar van verspreiding
zeer groot.
Nu in het zuidwesten de ziekte nog zeer beperkt voorkomt
hebben wij nog een mogelijkheid verdere uitbreiding
tegen te gaan. Allereerst zal een inventarisatie van de
besmette percelen noodzakelijk zijn. Daarna moeten
maatregelen uitgewerkt worden die een verdere ver
spreiding kunnen voorkomen. Steeds dringender wordt
het de komende jaren aandacht te besteden aan het
voorkomen, terugdringen en bestrijden van allerlei bo-
demziekten. Het zoeken naar resistente rassen is daarbij
ook zeer belangrijk.
Voor de ledenvergadering van de ZLM heeft de voorzitter
van de akkerbouwcommissie in zijn verslag hieraan
eveneens aandacht besteed. Wanneer er bij het onder
zoek prioriteiten gesteld moeten worden zoals dat bij de
opening van de nieuwbouw van het PAGV aan de orde
kwam zal bodemhygiëne hoog op de lijst dienen te ko
men. Kwaliteitsbewaking en kostprijsverlaging worden
sterk beïnvloed door de gezondheid van de bodem. En
kwaliteitsbewaking en kostprijsverlaging zijn belangrijk
willen wij onze konkurrentiepositie kunnen handhaven.
Doeleman
