De maand november op het veebedrijf
Melkveehouderij
Varkenshouderij
Pluimveehouderij
Kalktip
Hoogproduktieve dieren die iedere dag veel krachtvoer moeten opne
men, zullen om voedingsstoornissen te voorkomen, ook voldoende goed
ruwvoer moeten hebben. Geef deze dieren de kwalitatief beste partijen.
Hiervan zullen ze over het algemeen meer opnemen en dit kan kracht
voer besparen. Zorg dat van de totale hoeveelheid ds die het dier
opneemt aan ruw- en krachtvoer minimaal eenderde deel bestaat uit
struktuurhoudende droge stof. Als dit niet het geval is kan dit voe
dingsstoornissen tot gevolg hebben en als gevolg hiervan het vetgehalte
van de melk dalen.
Verwarming en ventilatie is van groot belang in de stallen, omdat veel ziekte
problemen worden veroorzaakt door valse trek.
Bij droogstaand melkvee moet u de
konditie goed in de gaten houden. Te
schrale dieren zijn niet goed maar
ook te vette dieren kunnen proble
men geven. Het kan namelijk leiden
tot moeilijker afkalven en slepende
melkziekte. Bovendien zullen vette
dieren na het afkalven meer moeite
hebben om hun rantsoen op te ne
men.
Het voerschema voor de droogstand
ziet er als volgt uit:
- Ie maand droogstand afhankelijk
van de konditie de norm hanteren
voor onderhoud plus 2 k 5 kg
melk met 4vet.
- laatste maand van de dracht de
norm voor onderhoud plus 5 a 10
kg melk. De laatste week voor het
afkalven min. 1 kg krachtvoer.
Na het kalven de krachtvoergift ge
leidelijk opvoeren, de eerste dag plus
2 kg, daarna 1 kg per dag erbij tot de
norm bereikt is.
Ook de voeding van het jongvee is
een zaak die de aandacht verdient.
Als U in 2 jaar een goed ontwikkelde
melkvaars wilt krijgen zult U deze
goed moeten voeren.
Als de ruwvoervoorraad voor deze
winter aan de krappe kant is, kunt U
overwegen om het jongvee te voeden
met stro en krachtvoer. U kunt de
volgende stelregel aanhouden: per
100 kg levend gewicht 1 kg stro 1
kg krachtvoer en 1 kg krachtvoer ek-
stra.
B.V. pink, 300 kg: 3 x 1 kg 3 kg stro
3 x 1 1 4 kg krachtvoer.
Pink, 400 kg: 4 x 1 kg 4 kg stro 4
x 1 1 5 kg krachtvoer.
Als krachtvoer kan standaardbrok
(940 VEM, 120 g. vre) gegeven wor
den.
Bestrijding van emelten en mollen
Emelten zijn de larven van de lang
pootmuggen. Ze zijn grauw gekleurd
0.5 a 2 cm groot en bezitten geen
poten. Ze leven het liefst op plaatsen
die enigszins beschut zijn, zoals b.v.
ruig grasland.
De emelten richten schade aan
doordat ze zich voeden met planten
resten maar in een later stadium
vooral met plantenwortels van zowel
gras als akkerbouwgewassen. Als er
erg veel emelten voorkomen komt de
grasmat volledig los te liggen. Bij
droge omstandigheden sterft dit ge
deelte af.
De schade door emelten in het najaar
aangericht, wordt pas in het voorjaar
(vervolg van pagina 10)
Ploegen
Door goed te ploegen wordt de basis
gelegd voor de volgende oogst. Om
in het voorjaar het zaaibed met zo
weinig mogelijk werkgangen klaar te
leggen, teneinde vastrijden van de
grond te voorkomen, moet vlak wor
den geploegd, goed gekeerd en moe
ten stoppelresten, onkruiden en win
terharde groenbemesters goed wor
den bedekt.
De verhouding ploegdiepte: voor-
breedte^ moet ongeveer 1 1,5 be
dragen. Ploeg groenbemesters i.v.m.
een goede vertering niet dieper on
der dan 20 cm. Ploeg niet dieper
dan nodig is. Bedenk dat ploegen tot
op bijv. 30 cm diepte op bouwvoor
verschraalt, w.b. humus en Pw-getal.
Op de meeste percelen zijn die toch
al aan de lage kant.
Bovendien is de kans op het ontstaan
van een ploegzool groter. Een aan
wezige ploegzool kan onder droge
Vrijdag 1 november 1985
zichtbaar. Om grote schade te voor
komen is het raadzaam om te kon-
troleren of er veel
larven voorkomen. Hiervoor is de
maand november erg geschikt. Het
kontroleren kunt u als volgt uitvoe
ren:
Neem per ha 10 zoden van 1 dm2 en
leg deze enige tijd in een pekelop-
lossing 1 kg zout per 5 liter water).
Na verloop van tijd komen de emel
ten boven drijven. Blijkt dat bij de
kontrole omgerekend per m2 meer
dan 150 emelten voorkomen, dan is
de kans op schade groot en is het
wenselijk om een bestrijding uit te
voeren.
Een goed resultaat van de bestrijding
is te verwachten als deze onder droge
omstandigheden wordt uitgevoerd
en er geen koude nacht verwacht
wordt. De bestrijding kan uitgevoerd
worden met 2 liter parathion 25% of
15 kg emelten korrels per ha. Na de
behandeling mag er 3 weken niet
worden ingeschaard. Door op tijd
een bestrijding uit te voeren voor
komt U veel narigheid. Ook mollen
kunnen veel schade toebrengen aan
het grasland, daarom is de bestrij
ding belangrijk. Begin hiermee in de
herfst, zolang het nog niet vriest is
ook de winter hiervoor geschikt.
Door gezamenlijk in een gebied de
mollen te bestrijden, is het resultaat
meestal beter dan een bestrijding per
bedrijf. De meeste mollen worden
omstandigheden beter opengebro
ken worden met een woeler aan de
ploeg. Gronden die zwaarder zijn
dan 25% afslibbaar, waarbij te
vens de ontwatering in orde is, heb
ben een zodanig scheurend vermo
gen dat een woelbewerking als regel
niet zinvol is.
Bij grasgroenbemesters verdient het
aanbeveling om toch zeker geren en
kopeinden vooraf dood te spuiten.
Dit kan met dalapon of Roundup.
Voorbewerking
Onder droge omstandigheden is no
vember uitstekend geschikt om op de
zware, niet slempgevoelige gronden
een voorbewerking met de kultivator
uit te voeren.
Benut zoveel als mogelijk deze kans
omdat een bewerking over de vorst
de ondergrond meer schade doet en
het effekt op de bovenlaag eerder
minder is. Het toepassen van TCA
kan ook het beste na een dergelijke
grondbehandeling worden uitge
voerd.
gevangen met klemmen. Door gedi
plomeerde mollenbestrijders kan
momenteel ook gewerkt worden met
een bestrijdingsmiddel dat in de
mollengangen wordt gebracht met
behulp van een "pistool".
Onderhoud werktuigen
De meeste werktuigen hebben dit
jaar hun dienst bewezen en zijn aan
een onderhoudsbeurt toe. Nóg re
gelmatig komt het voor dat de ma
chines op het erf worden "gestald"
zonder er wat aan te doen. Om scha
de door roest te voorkomen is het
goed om zo snel mogelijk te begin
nen met de winterbeurt van uw ma
chines. Vervang versleten onderde
len. Maak de draaiende delen
schoon en smeer ze zonodig. Berg
daarna de machines indien mogelijk
ordelijk op. Pas de onderhoudsbeurt
toe ais het U gelegen komt, maar laat
de machines niet onverzorgd over
winteren.
De vergadertijd staat weer voor de
deur en als U bij wilt blijven is het
wenselijk dat U zoveel mogelijk bij
eenkomsten bezoekt.
Ook al is het veel van huis zijn voor
veel mensen een zware opgave, be
denk dan wel dat U van iedere in
leider ongeacht het onderwerp wel
wat kunt leren.
Mollen kunnen veel schade toebrengen
hier voor de meest geschikte tijd.
Hoe staat het met de verwarming en
de ventilatie voor de winter
Nu de winter weer voor de deur staat
is het de hoogste tijd dat de verwar
ming en ventilatie worden schoon
gemaakt en nagekeken. We staan
weer voor grote temperatuurschom
melingen en de tijd dat "de kachel"
weer ekstra opgestookt moet worden
nadert met rasse schreden. Het is dan
ook van belang dat de verwarmings-
en ventilatieapparatuur optimaal
kunnen funktioneren.
Verwarming
Bij elektrische verwarming (lampen
en/of vloer) is het onderhoud een
voudig maar wel van levensbelang.
De elektrische bedrading moet na
gekeken worden. Indien ook regel-
apparatuur aanwezig is, zal deze
gekontroleerd moeten worden op
een goede regelbaarheid.
Bij verwarming met lampen is het
raadzaam enkele reserve lampen in
huis te hebben. Om energie te sparen
zijn er dimmers op de markt die het
stroomverbruik kunnen halveren, als
er minder warmte nodig is.
Bij gas- of olieverwarming vraagt het
onderhoud meer tijd. Zowel de cen
trale verwarmingsketel als de gas-
kappen moeten minstens één keer
per jaar schoongemaakt en nageke
ken worden. Bij de gaskappen is het
van belang ook te kijken naar de gas
toevoerslang en het bevestigingsma
teriaal. Maak de luchtfilters regel
matig goed schoon.
Bij de centrale verwarming is het
noodzakelijk de regelapparatuur
goed af te stellen zowel bij de kachel
als in de afdelingen. Als de verwar
ming is gekoppeld aan de ventilatie
moet gekontroleerd worden of de
verwarming alleen dan aanslaat als
de ventilator al enige tijd op mini
mum stand draait. Ook het isoleren
van warmwaterbuizen naar de afde
lingen geeft een behoorlijke bespa
ring op de jaarlijkse stookkosten.
Ventilatie
In stallen met natuurlijke ventilatie is
het van belang dat zowel de opennok
als d^ inlaatkleppen gemakkelijk en
soepel te regelen zijn.
In mechanisch geventileerde stallen
is het noodzakelijk dat de putten on
der de stal goed zijn afgesloten en alle
gaten en kieren goed dicht gestopt
zijn (dit kan o.a. met P.U.R. -
schuim). Veel ziekte-problemen
worden door valse trek veroorzaakt.
Laat de benodigde verse lucht door
de inlaatopening binnenkomen.
Reinig de ventilator en plaats even
tueel onder de ventilator in de koker
een diafragmaschuif om" de af te
voeren hoeveelheid lucht te beper
ken. Indien één ventilator in een af
deling uitgezet wordt moet de koker
goed afgesloten worden.
Daarnaast is het ook van belang om
aan grasland. Bestrijding van de herfst is
de druk van buiten te beperken door
een goed werkende winddrukkap
aan te brengen.
Door een goede afstelling en regeling
kan met een juiste minimale lucht
verversing optimale resultaten be
haald worden. Het is dan ook moge
lijk de kosten voor elektra en ver
warming te beperken. Om te weten
welke temperatuur er in de stal is
geweest, is het noodzakelijk dat er
een maksimum minimum thermo
meter in de stal aanwezig is. De var
kenshouder zal zelf een aantal zaken
moeten waarnemen, voordat gckon-
stateerd kan worden of de ventilatie
en/of verwarming bijgesteld moet
worden.
Zorg dat koning winter u niet verrast!
Ongemerkt is de zomer voorbijge
gaan en is de winter weer in aan
tocht. En zo'n winter kan onverwacht
toeslaan. Loop daarom Uw bedrijf
eens kritisch na om te zien of U
voqrbereid bent op zo'n verrassing.
Denk daarbij onder andere aan de
volgende punten:
De watervoorziening
Zorg dat het voorraadvat voor de
drinkwatervoorziening niet kan be
vriezen. Toevoerleidirigen en flotter-
bakjes kunt U eventueel inpakken
met isolatiemateriaal. Juist in een le
ge stal bestaat er groot gevaar voor
de bevriezing van de waterleidingen.
Sluit de watértoevoer hier af of laat
het water eventueel lopen. Probeer
de temperatuur boven het vriespunt
te houden.
Nieuwe kippen
Als U in een winterperiode nieuwe
kippen opzet, zorg er dan voor dat de
stal vooraf op temperatuur 21
graden C) is gebracht. Voor een
goede start van Uw kippen is dit van
groot belang. U kunt hiervoor ge
bruik maken van een heteluchtka
non. En mocht U die zelf niet bezit
ten; ze zijn ook bij sommige bedrij
ven te huur.
Warmteverliezen
Probeer zo veel mogelijk warmte
verlies tegen te gaan. De door de
dieren geproduceerde warmte moet
zoveel mogelijk binnen gehouden
worden. Als ventilatoren uitgescha
keld worden, sluit dan de kokers ook
af. Koude lucht daalt snel. Door de
lucht zo hoog mogelijk binnen te la
ten, vindt de meeste vermenging met
warme stallucht plaats. Zorg echter
wel voor minimale ventilatie. Er is
altijd vocht en gas aanwêzig, er moet
dus altijd geventileerd worden. Juist
in een koude periode is goed te mer
ken welke stallen goed geïsoleerd
zijn. Probeer in ieder geval kieren en
naden zo veel mogelijk dicht te ma
ken. Hiervoor kan goed gebruik ge
maakt worden van P.U.-schuim,
waarmee dergelijke kieren eenvou
dig dicht zijn te spuiten.
(Stuifjsneeuw
Is uw stal sneeuwdicht? Vooral bij
een open nok kan stuifsneeuw flink
wat overlast veroorzaken, indien de
nol niet voldoende is afgeschermd
met opzetstukken. Eventueel kunt u
boven de middelste batterijreeks een
strook voldoende sterk plastik aan
brengen om binnenkomende sneeuw
op te vangen.
Eierbewaring
Zorg dat de eieren niet kunnen be
vriezen. Een voldoende geïsoleerde
eierbewaarplaats is hierbij van groot
belang. Eventueel kunt u tijdelijk
een verwarmingsbron aanbrengen.
Hierdoor ontstaat bovendien een
prettiger werkklimaat. Plaats de
eierkontainers in een koude periode
ook niet te dicht tegen de wand, zo
dat er wat lucht tussen blijft.
Ing. Th. Bijzet en A. Wouters, C.R.
Tilburg
Ing. G. Meeuwissen en ing. D. Pul
len, C.V.P.-Tilburg
11
De grondgebruiker kan een
keus maken uit de verschil
lende samenstellingen van
basische fosfaat-kali-magne-
sium meststoffen die als on-
derhoudsbekalking passen bij
het te verbouwen gewas. Er
wordt dan meteen voorzien in
de kali-, fosfaat- en magne
siumbehoefte.