Kalk in balans in akkerbouw en vollegrond
Ga voorzichtig te werk bij de
oogst van knolselderij
Het belang van een goede kalktoestand van de grond wordt U terstond
duidelijk bij ontvangst van het verslagformulier van het standaard
grondonderzoek (Bedrijfslaboratorium te Oosterbeek). Hiervoor is op
het verslagformulier plaats ingeruimd voor zowel de pH-KCl als het
percentage vrije koolzure kalk CaC03).
Op grond van het analyseresultaat en streefcijfer ontvangt U zonodig
een bekalkingsadvies om het streefniveau te bereiken. Tussen het ad
vies voor bouwland en voor tuinbouw bestaat enig verschil. Op deze en
andere aspekten binnen de kalkhuishouding wordt hierna nader inge
gaan.
l abel 1. Onttrekking van CaO in kg per oogst van enkele gewassen
Gewassen Opbrengst in ton Onttrekking van CaO
per ha in kg per oogst
Konsumptie-aardappelen
45,0
10
Groene erwten
4,5
42*
Suikerbieten
55,0
106*
Tarwe
7.5
15*
Vlaszaad
1,0
42*
Zaaiuien
45,0
19
Bloemkool
20,0
6
Knolselderij
40,0
48*
Prei
40,0
34
Sla
40,0
17
Spinazie
30,0
55
Spruitkool
20,0
8
Witlofwortels
25,0
20
Inkl. stro, blad
Tabel 2. Invloed van een aantal meststoffen en dierlijke mestsoorten op de
kalktoestand van de bouwvoor in kg CaO
Meststof Invloed op pH in kg CaO
Chilisalpeter 17 (per 100 kg)
Kalksalpeter 12
Kalizouten en dubbel- of tripel
superfosfaat 0
Magnesamon 0
Kalkammonsalpeter (27% N) - 15
Ureum - 46
Zwavelzure ammoniak - 61
Mengmeststoffen 10-20%N - 20
meer dan 20%N - 30
Varkensdrijfmest 1 (per ton)
Kippedrijfmest 4
Kippen deeppit 50
Slachtkuikenmest - 1
Champignonmest 41
Persschuimaarde 250
Vloeibare schuimaarde 200
Duidelijk blijkt uit dit staatje de verzurende invloed van de veel toegepaste
kunstmestsoorten als kalkammonsalpeter, NP meststoffen en de neutrale tot
positieve invloed van dierlijke mest.
Kalkverbruik* Plantenvoeding
Kalk behoort tot de hoofdelementen
in het voedingspakket van de gewas
sen. Tussen de gewassen bestaat
echter een groot verschil in opname
van kalk, zoals duidelijk wordt in ta
bel 1. Trouwens niet de kalk op zich
wordt opgenomen, doch het Calcium
(Ca) deel in de kalk is van belang.
In tabel 1 valt de opname van Cal
cium door suikerbieten direkt in het
oog. Tweederde hiervan is in het
blad aanwezig en blijft op het per
ceel. Het Calcium (Ca) aandeel,
zoals werkelijk opgenomen door de
gewassen, bedraagt 70% van ge
noemde hoeveelheden CaO.
Calciumtekort in de grond is alleen
te verwachten op zeer zure gronden
(b.v. extreem zure kattekleigronden)
of op pas met zout water geïnun
deerde gronden. Toch wordt een en
kele keer Calciumgebrek in sommige
gewassen gevonden. Dit is dan toe te
schrijven aan de geringe verplaatsing
van Ca - vanuit het blad naar de
bloem of vrucht.
Uitspoeling
Op zeer kalkrijke jonge zeeklei
gronden is een jaarlijkse afname van
het CaC03 gehalte gevonden tot
1000 kg CaC03, hetgeen overeen
komt met 400 kg Ca per ha per jaar.
Op bouwland op humusarme zand
grond worden verliezen aangetroffen
van 90 kg Ca.
Verzurende werking meststoffen
De meststoffen kunnen, afhankelijk
van soort en samenstelling, een posi
tieve, neutrale of negatieve (verzu
rende) invloed op de pH hebben. In
tabel 2 is deze invloed aangegeven in
kg CaO of ook wel kg zuur bindende
waarde (zbw).
Behalve voor de kunstmestsoorten is
dit ook aangegeven voor enkele
dierlijke mestsoorten.
Luchtverontreiniging
De bestanddelen in de lucht die ver
antwoordelijk zijn voor de luchtver
ontreiniging dragen, buiten de di-
rekte kontaktschade, eveneens bij in
de totale verzuring van de grond.
Ook de kombinatie van industriële
aktiviteit en windrichting kunnen
plaatselijk tot een verhoging van de
verzurende werking van de lucht lei
den (b.v. nabij Rotterdam). Globaal
neemt in Zuidwestelijk Nederland
de verzurende invloed toe van 18
kg CaO aan de kust tot 40 kg CaO
per ha per jr. in Westelijk Noord-
Brabant, zoals blijkt uit metingen
van het Rijksinstituut foor Drink
watervoorziening (RID).
Kalkvoorziening
De in het voorgaande hoofdstuk
aangehaalde aanslagen op de be
schikbare kalkvoorraad moeten ge-
kom penseerd worden door een re
gelmatige kalkbemesting om de pH-
KC1 niet beneden een zekere on
dergrens te laten zakken.
Via grondonderzoek kunt U te weten
komen waar zich een willekeurig
perceel t.o.v. de ondergrens, streef
getal genoemd, bevindt.
Op bouwland zijn de streefgetallen
voor zand- en veengronden enerzijds
en die voor kleigronden anderzijds
via verschillende uitgangspunten tot
stand gekomen.
Op zand- en veengronden wordt dui
delijk onderscheid gemaakt naar
bouwplan, waarbij vooral het aan
deel aardappelen en suikerbieten
pH-KCl bepalend is. Van het gewas
aardappelen wordt bij een lagere
pH-KCl de maximale opbrengst ge
haald als voor de teelt van suiker
bieten nodig is. Een hogere pH-KCl
dan 5,7 wordt niet geadviseerd om
het optreden van mangaangebrek
zoveel mogelijk te voorkomen.
Op zeekleigronden wordt ervan uit
gegaan, dat het percentage aardap
pelen in het bouwplan bij lichte
gronden groter is dan op zware.
Daarom is naarmate de grond
zwaarder is een hogere pH-KC 1 ver
eist.
Verder is in het advies rekening ge
houden met de struktuur, verslem-
ping. Eigenlijk moet men om de
slempigheid van lichte zavelgronden
met weinig organische stof, voldoen
de tegen te gaan tot een hogere pH
bekalken dan het advies aangeeft,
maar bij de verbouw van aardappe
len heeft dat vaak een lagere op
brengst en meer schurft tot gevolg.
Voor genoemde grondsoorten geldt,
dat bij toenemend organische stof
gehalte tot een lagere pH-KC 1 kan
worden bekalkt.
0 Reparatiebemesting
Op grond van de gevonden pH-KC 1
is zonodig een reparatiebemesting
met een kalkmeststof gewenst, waar
in op bouwland met de hiervoor ver
melde faktoren rekening wordt ge
houden. De adviezen in de intensieve
vollegrondsgroenteteelt verschillen
iets met die van bouwland, met dien
verstande dat op zeeklei op de lich
tere gronden een enkele tienden ho
gere en op de zwaardere gronden een
enkele tienden lagere ph-KCl getal
wordt nagestreefd.
Indien op zand- en veengrond prei en
bonen in het bouwplan voorkomen,
dan dient de kalk vóór deze gewas
sen toegediend te worden.
0 Onderhoudsbemesting
Om de pH-KC 1 op peil te houden
moeten de jaarlijkse "verliezen" ge-
kompenseerd worden. Hiervoor treft
U op het bouwland formulier een
onderhouds advies aan. Is op klei
grond het CaC03 gehalte meer dan
2%, dan wordt geen onderhouds be-
kalking meer geadviseerd. Op het
verslagformulier voor tuinbouw
wordt niet met een onderhoudsbe-
De oogst van knolselderij vindt
meestal laat in het jaar plaats, omdat
er in de laatste weken voor de oogst
nog een flinke groei kan plaatsvin
den. Toch houdt dit de nodige risi
co's in met name ten aanzien van de
kans op vorst en de vaak slechtere
grond- en weersomstandigheden om
te kunnen oogsten.
Toch dienen de knollen, vooral voor
een wat langere bewaring, zonder
beschadiging geoogst te worden.
Daarom moet er bij de oogst op
worden gelet dat:
Alle blad wordt verwijderd. Geen
los blad of bladresten in de be
waarplaats.
Geen kopbeschadiging (scheurt
jes) door te diep ontbladeren.
Geen beschadiging door rooi-
scharen.
Bijna geen wortelpruik i.v.m. te
veel grond.
Weinig grondtarra. Iets grond-
tarra mits goed verdeeld in de
bewaarruimte is geen bezwaar,
omdat de knollen wat minder
snel indrogen.
De oogstmachines
In het algemeen worden de knollen
kalking gewerkt. Hier wordt bekalkt
tot de gewenste pH-KC 1. waarbij bij
een CaC03 gehalte van 1% en hoger
geen bekalking wordt geadviseerd. Is
de pH-KC 1 waardering goed of ho
ger en het CaC03 gehalte minder
dan 1%, dan wordt een kalkgift van
500 kg zbw per ha geadviseerd.
Verder geldt in de tuinbouw, dat op
zeeklei voor koolgewassen de gead
viseerde kalkgift met 500 kg zbw per
ha verhoogd dient te worden. Dit om
het optreden van knolvoet mede te
voorkomen.
Kalk en struktuur
De vrije Calcium (Ca) uit de kalk
zorgt er op de kleigronden voor, dat
een kaartenhuisstruktuur van klei-
deeltjes wordt opgebouwd, waardoor
een open struktuur ontstaat. Hieraan
wordt uiteraard bij goede pH door
het bakterieleven en de intensievere
beworteling bijgedragen. Toch wor
den kleigronden aangetroffen, die
ondanks een hoge pH of zelfs een
hoog gehalte aan CaC03 in een
slechte struktuurtoestand verkeren.
De geringe oplosbaarheid van de
koolzure kalk schijnt daarvan de
hoofdoorzaak te zijn. Op dergelijke
gronden kan van gips en van schuim
aarde, die veel vrije Calcium aan
de bodemoplossing toevoegen, een
gunstig effekt verwacht worden.
Kalkmeststoffen
Wordt aan de verdeling van kalk
meststoffen over het perceel de
uiterste zorg besteed, dan is in het pH
verhogend effekt of in zuur bindende
waarde (zbw) tussen de kalkmest
stoffen geen verschil (per kg zbw).
Wel zijn de fijnheidseisen voor harde
kalkmeststoffen hoger dan voor
zachte carbonaat kalkmeststoffen.
Koolzure kalkmeststoffen werken
langzaam. Door het in de bodemop
lossing aanwezige koolzuur (afkom
stig van de wortelademhaling) lost de
CaC03 uit diverse kalkmeststoffen
op en kan z'n pH verhogend werk
doen.
Dit betekent dat zeker de koolzure
kalkmeststoffen tijdig (in het najaar)
moeten worden toegediend.
Er zijn diverse kalkmeststoffen op de
markt met verschillen in hoeveelheid
zuur bindende waarde. Daarnaast
bevatten diverse kalkmeststoffen
magnesium. Toch is het direkte ef
fekt van het magnesium bestanddeel
op zeekleigronden vaak gering. Ge-
gerooid met zes-rijige bietenrooiers.
Wanneer er aan deze machines niets
wordt aangepast dan is de kans op
beschadiging aan de knollen erg
groot. Het eerste probleem dat men
in de praktijk vaak tegenkomt is geen
zaak van de oogstmachine, maar
vindt zijn oorzaak door het minder
goed planten. Praktijkmetingen
hebben uitgewezen dat de rijenaf-
stand van de aansluitrijen soms maar
35-40 cm zijn. Een enkele keer is ook
de rijenafstand langs de trekkerspo
ren minder dan 45 cm. Als daarbij
dan ook de knollen erg groot zijn,
dan is dit reeds een oorzaak voor
sterke beschadiging. Er zal in het
voorjaar bij het planten dan ook se
cuurder geplant moeten worden. Stel
daarom de plantmachine met mar-
keurs goed af en controleer op het
land bij het planten regelmatig of de
afstellingen nog correct zijn. Blijkt
bij de oogst de afstand niet te klop
pen, zorg ervoor dat dit volgende
keer wel goed is.
Het rooien
Omdat knolselderij veel gevoeliger is
voor beschadiging dan bieten, moet
er "voorzichtiger" gerooid worden.
De kopeinden moeten voldoende
breed zijn, zodat de rooier recht voor
breksverschijnselen kunnen daar het
beste bestreden worden met een
bespuiting met magnesiumzouten.
Ter verbetering van de struktuur
verdient vooral schuimaarde aanbe
veling. Deze meststof voegt behalve
vrije Calcium ook een aanzienlijke
hoeveelheid organische stof aan de
bouwvoor toe. Ook gips levert veel
vrije Calcium en is vanwege struk-
tuurverbeterende effekten bekend.
Gips heeft echter geen invloed op de
pH-KC 1 en is tegenwoordig veelal
een afvalprodukt en bevat daardoor
vaak nogal wat verontreiniging.
Samenvatting
In dit artikel staat de kalkhuishou-
de rijen kan komen. Wordt er niet
voor de wielen gerooid, dan zal de
spoorbreedte exact moeten zijn. De
breedte van de banden mag niet
meer dan 25 cm zijn, dus max. 9 inch.
Het ontbladeren
De klepelas van de ontbladeraar
mag geen koppen raken. Het toe
rental van de poetseras mag max. 500
tt bedragen, omdat te intensief poet
sen gemakkelijk scheurtjes in de kop
van de knol geeft, waardoor rotting
ontstaat bij het bewaren.
Poetserassen met smalle rubberen
strippen geven minder beschadiging
dan nylon strippen. Aanpassen van
de lengte van de strippen aan de rijen
verdient aanbeveling. Uiteraard
moeten de nakoppers buiten werking
worden gesteld.
De rooier
Vanwege de ronde vorm van de
knollen geven iets uitgesmede, wat
oudere rooischaren de minste be
schadiging. Onder natte omstandig
heden zou een mesje aan één rooi-
schaar per rij gunstig zijn voor de
grondtarra i.v.m. het afsnijden van
een gedeelte van de wortelpruik. In
de praktijk is dit wat onpraktisch,
omdat vaak tussendoor met dezelfde
ding centraal, hoewel gezegd moet
worden dat in een groot gedeelte van
het Zuidwestelijk zeekleigebied de
zuurgraad (pH-KC 1) niets te wensen
overlaat, sterker nog: een grote re
serve vertoont in de vorm van een
kalkvoorraad.
In de advisering is het struktuuras-
pekt betrokken, maar ook als de
kalktoestand van een grond zodanig
is, dat deze buiten het advies valt,
kan een verse bekalking in het bij
zonder met schuimaarde, tot een
(snelle) struktuurverbetering leiden.
J.J. Kroon,
CAT Barendrecht
machine ook bieten gerooid moeten
worden. Onder droge omstandighe
den mag de wortelpruik niet verwij
derd worden, omdat deze een goede
stootbuffer vormt bij het rooien en
het transport. De zeefraderen vor
men ook vaak een oorzaak van be
schadiging. Wanneer het toerental
beperkt wordt tot 75 toeren/min.,
dan zal de beschadiging best mee
vallen. Het rekwerk rond de zeefra
deren kan meestal wat hoger ge
plaatst worden, zodat losse grond en
bladresten verwijderd kunnen wor
den.
De lader
Rooit men in 2 fasen, dan dient men
de bovenmat van de lader zo weinig
mogelijk te laten drukken. Evenals
bij de rooier moet men het toerental
van de zeefraderen beperken en het
rekwerk niet te ver naar binnen
plaatsen.
Transport
Bij het laden in de wagens, maar ook
bij bunkerrooiers, moet men de val
hoogte van de knollen beperken tot
50 cm. Vaak zal er zowel in de
bunker als in de wagen een valbreker
nodig zijn.
Tenslotte
Knolselderij is een kostbaar gewas.
Beschadiging van de knollen geeft
zeker bij bewaring een slechtere
kwaliteit en meer gewichtsverlies.
Behandel de knollen daarom met
zorg!
A. Peeters
CAT Tilburg
Vrijdag 18 oktober 1985
15