De maand oktober op het
Z.W. landbouwbedrijf
Wintertarwe
Rassenkeuze
Aardappelen
Rooien
Temperatuurmeting
Suikerbieten
Uien
Met de maand oktober staat er
weer een drukke periode voor de
deur: suikerbieten rooien, zaai
en wintervoorploegen en winter
tarwe zaaien. Hopelijk zijn, of
worden, begin oktober ook de
laatste aardappelen en uien bin
nen gereden en kan een begin
worden gemaakt met de bewa
ring van die produkten.
De belangrijkste werkzaamheden
zullen in dit artikel behandeld)
worden.
Dit is een belangrijk gewas op het
Zuidwestelijk akkerbouwbedrijf.
Voor de rassenkeuze wordt verwezen
naar het rassenbericht, dat reeds
eerder in de landbouwbladen is ver
schenen. Naast een hoge opbrengst
moet gekeken worden naar andere
faktoren, zoals gevoeligheid voor
ziekten, schot, korreluitval, vorst,
bakkwaliteit e.d.
Om teveel risiko te voorkomen, is het
aan te bevelen meer dan één ras te
telen. Arminda en Okapi staan wat
betreft betrouwbaarheid en op
brengstmogelijkheden nog steeds
hoog genoteerd.
Overigens moet worden opgemerkt,
dat Arminda en Okapi, die vorig jaar
resp. 45 en 35% van het areaal inna
men, wat gele roest betreft een ver
gelijkbare erfelijke achtergrond heb
ben. Dit houdt in dat, als er in één
van beide een nieuw fysio van gele
roest schadelijk optreedt, we de an
dere ook wel kunnen afschrijven.
Ook uit dat oogpunt is wat meer ras-
senspreiding zeker aan te bevelen.
Naar verwachting zullen er de ko
mende jaren, naast Granta, enkele
rassen op de Rassenlijst bijkomen,
die ook beschikken over een goede
bakkwaliteit. In de toekomst zullen
die rassen toch betere afzetmogelijk
heden hebben.
Zaaizaad
Om te bepalen hoeveel zaaizaad ge
bruikt moet worden is het duizend
korrelgewicht (D.K.G.), dat op het
label staat vermeld een goed uit
gangspunt. Hoe hoger het duizend
korrelgewicht, hoe meer zaaizaad
gebruikt moet worden. Om 500 a 600
aren per m2 te verkrijgen, moeten er
in het voorjaar ongeveer 220 planten
over zijn. Omdat er gedurende de
winter wat planten kunnen verdwij
nen en omdat niet alle zaadjes een
plant leveren, zijn bij zaaien onder
redelijk gunstige omstandigheden
300 zaden per m2 gewenst.
Zijn de omstandigheden ongunstig,
dan moet gestreefd worden naar zo'n
350 zaden per m2.
We kunnen de volgende berekening
hanteren:
abij 300 zaden/m2 3 x het DKG
in kg per ha
b. bij 350zaden/m2 3,5 xhet DKG
in kg per ha
Stel: Okapi DKG 52 x 3 156 kg
zaaizaad per ha
Arminda DKG 44 x 3 132 kg
zaaizaad per ha
Het zaaizaad dient tegen kiem- en
bodemschimmels te worden ontsmet.
Als schade wordt verwacht van de
fritvlieg dan kan een aanvullende
behandeling plaatsvinden met lin
daan.
Tegen de smalle graanvlieg dient fo-
nofos (Dyfonate 25 EC) te worden
gebruikt. Behandelingen met deze
insekticiden kunnen het beste kort
voor het zaaien worden uitgevoerd.
Tegen slakkenschade, die soms op
treedt na onderploegen van een
groenbemester, bij tarwe na tarwe of
na lucerne, koolzaad en karwij kun
nen 5 kg Mesurol slakkenkorrels per
ha door het zaaizaad worden ge
mengd. Vaak is een tweede behan
deling (strooien van deze korrels nè
opkomst) noodzakelijk.
12
Grondbewerking
Ploegen geeft een groter waterber
gend vermogen dan kultivateren en
verdient daarom de voorkeur.
Een redelijk alternatief is het spitten
van de bouwvoor, eventueel in kom-
binatie met het zaaien. Spit echter
alleen op "schone" grond en spit niet
dieper dan de bouwvoor.
In kombinatie met spitten zou men
ook kunnen overwegen om tegelijk
te zaaien. Dit heeft u afgelopen
maand op de landelijke demonstra
tie in de Wilhelminapolder in ogen
schouw kunnen nemen.
len, maar het zou kunnen zijn, dat op
1 oktober nog niet alle aardappelen
gerooid zijn. Als dit een gevolg zou
zijn van (opnieuw) regenval, zal juist
op lage, natte percelen de situatie
uiterst kritiek worden wat de aanwe
zigheid betreft van rotte knollen
door natrot en/of phytophthora.
Mogelijk dat dan de volgende aan
wijzingen nog van dienst kunnen
zijn:
- Kontroleer in de eerste plaats uw
perceel. Als de aantasting beperkt
blijft tot enkele rijen of plekken,
ONKRUIDBESTRIJDING IN WINTERGRANEN
IN HET
NAJAAR
MIDDELEN
GEWAS
GEVOELIGHEID
VAN
DE ONKRUIDEN
herf st
winter
- winter
- duist
wind-
straat
muur
ka-
kleef
ere
tarwe
gerst
halm
gras
mi 1
kruid
prijs
le
chloortoluron
xD
X
-
-
methabenz-
tb iazuron
X
X
-
-
trifluralin/
1inuron
X
X
-
diethathyl-
ethy1/linuron
X
-
-
i pendimenthalin
-
X
-
isoproturon
X
X
-
-
isoproturon/
trifluralin 2)
X
X
■f
-
isoproturon/
-O
+3)
bi fenox
X
-
+3)
aAn i f en
X
X
als het ware dan ziektekiemen, aalt
jes enz. op die ene plek.
Zou er na 1 oktober nog gerooid
moeten worden, dan kan bij het in
brengen normaal een poedervormig
kiemremmingsmiddel worden aan
gebracht. Tenminste als de kwaliteit
van dien aard is dat gerekend mag
worden op een lange bewaarperiode.
Als het gaat om partijen die, vanwe
ge de aanwezigheid van meer of
minder zieke knollen bij voorbeeld
toch duidelijk op korte termijn moe
ten worden afgeleverd, kan deze be
handeling met kiemremmingsmid-
delen bij het inbrengen beter niet
worden uitgevoerd. Hetzelfde geldt
voor die gevallen, dat de knollen
weinig afgehard zijn, nat worden ge
rooid of anderszins gevoelig zijn voor
"poederbrand".
Bewaring
Over de bewaring van aardappelen
is de laatste weken reeds een aantal
artikelen gepubliceerd. Het belang
rijkste is op dit moment het wel'of
niet moeten drogen van de aardap
pelen. Partijen met rot en/of jong
ziek moeten zo snel mogelijk worden
gedroogd. Om voldoende uren te
kunnen drogen, is net gewenst dat de
temperatuur van de aardappelen niet
onder de 15 graden C komt.
1) niet in alle rassen;
2) ook geschikt voor de zware klei
grond (boven-45% afsl.);
3) effekt bij toepassing in 2-
bladstadium van de tarwe nog
beter dan bij toepassing na zaai
Merken:
- chloortoluron: Brabant chloorto-
luron, Brabant Chloortoluron
FW, Chloortoluron 50 flow, Di-
curan 500 FW, Dicuran 700 FW,
Luxan Chloortoluron - 500 FC,
Dicuran, Luxan Chloortoluron
spuitpoeder
- methabenzthiazuron: Tribunil,
Shell Tritivin, AAmeryl, Agri-
chem Meburyl, Van Eenennaam
Methabenzthiazuron 70 spp
- trifluralin/linuron: Chandor
- diethathyl-ethyl/linuron: Asepta
Antrolin
- pendimethalin: Stomp 330 EC,
Van Eenennaam Pendimethalin
- isoproturon: Graminon 500 FW,
Graminon 80 WP, IP-Flo, IP 50,
Arelon vloeibaar, Arelon, Agri-
chem isoproturon flowable
- isoproturon/trifluralin: Revox
- isoproturon/bifenox: Bifenix N
- aclonifen: Asepta Bandur
Om de hoeveelheid zaaizaad van wintertarwe te kunnen vaststellen, moet u
rekening houden met het duizendkorrelgewicht
Bij de bewaring van aardappelen en
uien is het nodig om de temperatuur
snel en betrouwbaar te kunnen meten
Het is op het moment dat we dit
schrijven nog moeilijk te voorspel-
kan het aanbeveling verdienen
om deze apart te rooien. Bij ster
ke aantasting kan overwogen
worden om ze niet binnen te rij
den, maar buiten op een hoop te
storten. Als het om ernstig aan
getaste plekken gaat, kan ook be
sloten worden om deze te laten
staan, in de hoop dat ze van de
winter wegrotten, dan wel kapot
vriezen. Besteedt ekstra aandacht
aan de spoorrijen en markeer
vooraf aangetaste rijen of plek
ken.
Overigens is het in verband met de
kwaliteit van de aardappelen ook
noodzakelijk op de volgende punten
te blijven letten bij de oogst:
- gebruik een juiste spoorbreedte
- grondtemperatuur boven de 8
graden C in verband met de
blauwgevoeligheid
- tracht zoveel mogelijk grond op
de opvoerketting te houden
- de zeefkettingen bekleden
- voorkom valhoogten die groter
zijn dan 40 cm
- gebruik valbrekers in de kipwa
gens
- stortbak niet leegdraaien
Tenslotte: breng de grond die vrij
komt bij het inbrengen in de be
waarplaats weer terug naar het per
ceel waar het vandaan komt. Spreidt
het daar zoveel mogelijk uit. Uit het
oogpunt van bedrijfshygiëne is het
onverantwoord om het op dat per
ceel op één (bijv. lage) plek te depo
neren. laat staan dit op een ander
perceel te doen. Men konsentreert
Wanneer dit vanwege de lage bui
tentemperatuur niet lukt en er nog
gedroogd moet worden, is het aan te
bevelen om de buitenlucht, 's nachts,
een paar graden op te warmen.
Bij een knoltemperatuur tussen de 15
graden C en 18 graden C kan men,
behalve bij erg lage nachttempera-
turen (lager dan 10 graden C), dag en
nacht ventileren. Alleen bij mist, re
gen en buitentemperaturen boven de
22 graden C is ventileren met bui
tenlucht niet gewenst. We kunnen
dan beter intern ventileren.
Gassen
Ongeveer 2 a 3 weken na de oogst
moeten de aardappelen voor de
eerste keer worden "gegast". Be
langrijk hierbij is, dat ook de boven
ste laag aardappelen droog is. Dit kan
men o.a. bereiken door een laag stro
op de aardappelen aan te brengen.
Het droog ventileren van de bovenste
meter aardappelen is ook mogelijk
door voor het gassen een aantal uren
met koude buitenlucht te ventileren.
Voor de toepassing van vloeibare
middelen wordt verwezen naar een
apart artikel.
Op steeds meer bedrijven wordt er
onder of achter de ventilatoren ge
gast. Dit heeft als voordeel, dat er
minder aanslag op de ventilator(en)
komt.
Om aardappelen en uien goed te
kunnen bewaren is het nodig de
temperatuur in de bewaarplaats snel
en betrouwbaar te kunnen meten.
Konsulentschap voor de Akker- en
Tuinbouw te Goes
In veel bewaarplaatsen staan één of
twee steekthermometers en dat is te
weinig. Bovendien blijkt, dat veel
thermometers niet de juiste tempe
ratuur aangeven. Veel meer moge
lijkheden zijn er met elektronische
meetapparatuur. Een meetkastje met
b.v. 8 voelers is reeds vanaf 2.000,-
(ekskl. b.t.w.) leverbaar. Deze appa
ratuur is te bestellen bij de leveran
ciers van ventilatoren.
De suikerbietenkampagne komt in
de maand oktober goed opgang. Bij
het bepalen van het rooitijdstip moet
men zeker de rijpheid van het gewas
betrekken. De vroeg gezaaide bieten
komen het eerst voor oogsten in
aanmerking. Rooien onder gunstige
omstandigheden geeft de minste
verliezen en de minste tarra. Voor
elke ton grond betaalt u altijd nog
10,-. Daarnaast moet men bij het
rooien zoveel mogelijk struktuurbe-
derf voorkomen. Grote zelfrijdende
bunkerrooiers zijn daarom een groot
gevaar voor de bodemstruktuur.
Aanbevelingen voor goed rooiwerk
zijn:
- de snelheid moet zijn aangepast
aan het gewas
- harder rijden geeft minder goed
kopwerk
- nauwkeurige besturing van de
werktuigen voorkomt verliezen
- het rijden door het gewas voor dat
er gekopt, ontbladerd of gerooid
wordt, is bijzonder ongunstig
- bij opbouwmachines wordt vaak
met sukses dubbellucht gemon
teerd: de banden zijn smaller, de
trekkracht groter en de balans
beter
- werkhoogte en werkdiepte zijn
als regel in te stellen via de hef-
inrichting van de trekker of
draaispindels op steunwielen.
E.e.a. moet goed funktioneren en
ook benut worden
- machines met grote capaciteit
kunnen in korte tijd veel werk
verzetten en dus ook veel beder
ven. Regelmatig schoonmaken en
kontroleren is daarom zeer be
langrijk
- automatische diepteregeling en
aangedreven scharenlichters ge
ven zeer goed werk
- hoe hoger de biet wordt aange
grepen, hoe minder tarra maar
hoe groter de kans op puntbreuk
- breng zo weinig mogelijk grond
over van het ene perceel naar het
andere, voor 100% schoon is wat
veel gevraagd, maar 80% is vaak
met een beetje goede wil in korte
tijd te realiseren
- houdt met Rhizomanie of zwaar
met bietecysteaaltjes besmette
percelen voor 't laatst.
Ondergeploegd bieteblad is een wel
kome aanvulling voor de organische
stofvoorziening, mits dit goed over
het land verspreid wordt.
De bemestingswaarde is ƒ200,-
per ha.
Aan alle bietetelers is vorig jaar een
handzame publikatie uitgereikt,
voorzien van goede foto's, over het
beperken van tarra. Kijk het nog
eens na!
Ook over de bewaring van uien is
reeds een aantal artikelen versche
nen. Belangrijk voor de kleur en
kwaliteit is, dat de uien niet langer
dan één dag op het land blijven lig
gen en vervolgens na het inschuren
snel worden gedroogd met opge
warmde buitenlucht van 20 - 25 gra
den C. De inblaastemperatuur moet
beperkt worden tot 25 graden C om
kale uien in de onderste lagen van de
uienhoop te beperken. Deze in
blaastemperatuur geldt alleen voor
uien die op tijd geoogst zijn, namelijk
voor 60 a 65% zijn afgestorven.
Wanneer de zaaiuien. door omstan
digheden. geoogst worden wanneer
zij praktisch geheel zijn afgestorven,
moet de inblaastemperatuur beperkt
worden tot maksimaal 20 graden C.
vervolg op pag. 13)
Vrijdag 4 oktober 1985