Vorstschaderegeling Fruitteelt
en Borgstellingsfonds
IdlIU" uil
vanuit de Z.L.M. gezien
<ov-/<pq r Z)
Onvoldoende perspektief voor land- en
tuinbouw, aktiever beleid noodzakelijk
Landbouwbegroting: zeer
teleurstellend en onvoldoende
zuidelijke landbouw maatschappij
De Betuwe heeft het afgelopen weekend het feest van het fruit gevierd. In een corso bestaande uit vele wagens hebben de
telers uit dit gebied de beste groenten fruit zaden en andere oogstprodukten verwerkt. De eerste prijs ging naar de wagen van
het dorp Zoelen.
Landbouwschap over landbouwbegroting en
Miljoenennota:
De Rijksbegroting biedt geen wezenlijke verlichting van
de problemen, waarvoor de agrarische sektor de komende
jaren wordt gesteld. Zowel in de begroting van het minis
terie van Landbouw en Visserij als in het algemene so-
ciaal-ekonomische beleid worden geen nieuwe aanzetten
gegeven om daarin verbetering te brengen. Voor de land
en tuinbouw is zelfs een lastenverzwaring te verwachten,
terwijl vooruitzichten voor inkomens en werkgelegenheid
somber zijn. Dit zegt het Landbouwschap in een eerste
kommentaar op de landbouwbegroting en de Miljoenen
nota.
Een aantal maatregelen, genoemd in de Miljoenennota,
zal de land- en tuinbouw in het bijzonder treffen, zoals
afschaffing van de negatieve WIR-aanslag en een moge
lijke uniformering van het btw-tarief. Van de in het ver
leden aangekondigde lastenverlichting^waar de agrari
sche bedrijven de afgelopen jaren onvoldoende van heb
ben kunnen profiteren, komt ook in 1986 weinig terecht.
Er is geen sprake van een konstruktief beleid voor zelf
standigen. Bovendien wordt te weinig aktie ondernomen
om de zorgelijke werkloosheid terug te dringen.
De begroting van het ministerie van Landbouw en Vis
serij biedt geen perspektief voor een daadwerkelijke
aanpak van ae knelpunten in de land- en tuinbouw. Van
de marktgerichte benadering, die minister Braks met de
Europese Kommissie voorstaat, worden de gevolgen voor
de sektor onvoldoende aangegeven terwijl ook in de
meerjarenbegroting ruimte ontbreekt voor sociaal en
struktuurbeleid. Het Landbouwschap beseft overigens
wel dat er nu keuzes gemaakt moeten worden voor toe
komstig Europees en nationaal beleid. Daarover en over
een daarop geënt flankerend beleid wil het Landbouw
schap nader overleg plegen omdat een onderbouwing
van een aktieve ontwikkeling van de land- en tuinbouw
bedrijven nu ontbreekt.
Het is opvallend dat in de memorie van toelichting onvol
doende aandacht wordt besteed aan de problemen in de
diverse sektoren van de land- en tuinbouw. Deze worden
te weinig onderkend. Er wordt wel ruimschoots ingegaan
op het milieu, natuur, landschap en rekreatie.
Na veel overleg tussen het ministerie van Landbouw
en het Landbouwschap is vorige week de vorstscha
deregeling definitief afgerond. De praktijk zal uitwij
zen of de zwaar getroffen bedrijven voldoende onder
steund kunnen worden, zodat er in de nabije toekomst
weer besparingen mogelijk zijn. Dat zal met name
gelden voor bedrijven die grond in eigendom hebben.
Volgens de officiële tekst van de regeling moeten eerst
bankgaranties en het Borgstellingsfonds ingezet worden
voordat men in aanmerking komt voor een a fonds perdu
bedrag. In het O&S-fonds zijn hierover nadere afspraken
gemaakt! Aan de uitvoerende diensten (o.a. bedrijfstak
deskundigen en het Borgstellingsfonds) worden in
stukties gegeven dat uitgegaan dient te worden van een
rentabiliteitsberekening, afgestemd op de financiering
van de fruitopstand met de daarvoor gebruikelijke aflos
singstermijn (12 a 15 jaar). De bedrijven moeten de mo
gelijkheid krijgen deze lasten op redelijke wijze onder
gemiddelde omstandigheden op te brengen. Besparin
gen moeten in de nabije toekomst weer mogelijk zijn.
Duidelijk moet zijn dat de uitvoering anders plaats moet
vinden dan de tekst van de officiële regeling aangeeft! De
uitvoerende diensten, samen met de fruittelers en de SEV
zullen de in het O&S fonds gemaakte afspraken zorgvul
dig en op verantwoorde wijze bij de beooordeling moeten
betrekken Verder willen wij erop wijzen dat die fruittelers
die in onzekerheid verkeren over de schade in percelen
peren deze WEL aan moeten melden. Dat is nodig daar de
sluitingsdatum van de regeling 1 januari 1 986 is. Wan
neet de schade meevalt (en dat hopen wij) kunnen deze
aanmeldingen alsnog ingetrokken worden. De sluitings
datum van 1 januari houdt verband met het maximum
bedrag van 21 min. dat beschikbaar is. Wanneer dit
bedrag overschreden wordt zal de franchise van 1 0% in
de fruitteelt en 20% in de boomkwekerij verhoogd moe
ten worden.
Het is nodig daar zo spoedig mogelijk zekerheid over te
hebben. Deze verantwoordelijkheid hebben wij ook als
georganiseerde landbouw te nemen. Het gaat immers om
M.C.B.-gelden. Geld dat beschikbaar is voor het be
drijfsleven. Praktisch betekent dit dat elke gulden die aan
de vorstschaderegeling besteed wordt niet meer be
schikbaar is voor andere bedrijven. Het blijft voor ons zeer
teleurstellend dat voor deze zeer ekstreme situatie in de
fruitteelt geen ekstra geld beschikbaar is gesteld door de
overheid.
Met de twijfel of het ministerie van Landbouw zich ten
opzichte van Financiën hard genoeg heeft opgesteld,
naast de schaderegeling voor de fruitteelt is er ook een
regeling voor de werknemers die hun arbeidsplaats ver
liezen ten gevolge van de vorstschade. Zonder op details
in te gaan willen wij onze waardering uitspreken voor de
uieindelijke opstelling van de werknemers. De werkne
mers hebben de wens voor een verdubbeling van de
bijdrage voor werknemers van werknemers van 57 Vi
jaar en ouder laten vallen. Daarmee is de weg vrij ge
maakt voor de definitieve besluitvorming waar defruittelers
en boomkwekers reeds te lang op hebben moeten wach
ten.
Wij kunnen over de landbouwbegroting dit jaar bijzonder
kort zijn: we hebben geen visie of nieuwe beleidslijnen of
ekstra tegemoetkoming voor de land- en tuinbouw in
deze begroting kunnen vinden. En dat is bijzonder te
leurstellend. Juist onder omstandigheden waarvan
minister Braks stelt dat wij met het landbouwbeleid op
een keerpunt staan". Het blijft bij een konstatering van
een marktverzadiging die niet met overheidsgeld gefi
nancierd kan worden. En direkt daarop volgt dat er ook
grenzen zijn (deels gepasseerd) ten aanzien van milieu en
natuur. Duidelijk blijkt wel het driesporenbeleid dat het
ministerie van Landbouw heeft te voeren. Naast land
bouw heel duidelijk en klaar natuurbehoud en open-
luchtrekreatie. Als een rode draad loopt de waarschu
wing: "Grenzen dwingen tot aanpassing van het land
bouwbeleid", waarmee deze begroting als aanhef begint.
Maar hoe de visie hierover is op het ministerie van Land
bouw voor de individuele ondernemer ontbreekt volledig.
Als wij deze landbouwbegroting als maatstaaf nemen voor
het door dit kabinet gevoerde beleid voor de land- en
tuinbouw is er maar één konklusie mogelijk: Zeer teleur
stellend en onvoldoende. Wij vragen ons af of de grens
die in deze begroting wordt aangegeven voor óns niet
evenzeer bereikt is voor wat nog aanvaardbaar is voor de
land- en tuinbouw. De balans slaat teveel door ten nadele
van de landbouw ten opzichte van wat zij betekent voor
onze ekonomie en werkgelegenheid en het behoud van
de leefbaarheid van het platteland. Maar ook ten opzichte
van wat gedaan wordt voor andere bevolkingsgroepen in
onze samenleving. Het zal nodig zijn ons in de komende
tijd ernstig te beraden over de situatie waarin wij mede
door het gewijzigde EG-beleid zijn komen te verkeren. Wij
blijven hierbij een redelijk overleg voorstaan met het mi
nisterie van Landbouw.
Doeleman
I VRIJDAG 20 SEI
ij BV 65e JAARGANG
tuinbouwblad