De toepassing van
kiemremmingsmiddelen bij
aardappelen
Plantenkwekers in 1986 met
paperpots aan de markt
Kwantitatieve Informatie
Akkerbouw en Groenteteelt
Vollegrond 1985/1986 verschenen
infmmmm
H
korte wenken
akkerbouw
Om aardappelen voldoende lang zonder kiemen te kunnen bewaren, is
behandelen met een kiemremmingsmiddel nodig. In Nederland worden
alleen middelen op basis van I.P.C. en/of C.I.P.C. gebruikt (ook wel
profam resp. chloorprofam genoemd).
Op dit moment mag het residugehalte 5 mg 5 ppm 5 parts
promillion) per kg gewassen, niet geschilde aardappelen bedragen. Het
is niet toegestaan om aardappelen enkele weken nè behandeling in de
handel te brengen.
De middelen zijn zowel in poedervorm als vloeibaar beschikbaar.
Poedervormige middelen
Om aan de residu-eis te kunnen vol
doen, mag voor bewaring in be
waarplaatsen 1 kg middel per ton
aardappelen gebruikt worden (=10
ppm).
De laatste jaren wordt ook een poe-
dervormig kiemremmingsmiddel ge
bruikt (Germotect), waaraan een
fungicide is toegevoegd. De dosering
daarvan bedraagt Vh kg per ton
aardappelen. Dit middel bevat 2%
thiabendazole (T.B.Z.) tegen fusa-
riumrot en zilverschurft. Volgens het
I.B.V.L. is de kans op het optreden
van poederbrand bij dit middel niet
kleiner dan bij gebruik van een
"zuiver" kiemremmingsmiddel. Bij
de geadviseerde doseringen kost
Germotect ongeveer 9,50 en een
"zuiver" kiemremmingsmiddel
1,70 per ton aardappelen.
Germotect komt vooral in aanmer
king voor bedrijven waar regelmatig
problemen zijn met fusariumrot
en de aardappelen lang worden be
waard-.
De poedervormige middelen worden
bij het inschuren op de transport
band over de aardappelen verdeeld.
De resultaten zijn over het algemeen
zeer goed.
De nadelen zijn bekend:
Toepassing op onvoldoende af
geharde en beschadigde aardap
pelen geeft grote kans op poe
derbrand.
Kleurverlies van de aardappelen.
Veel stofvorming bij het verwer
ken van de aardappelen.
Vloeibare middelen
Vloeibare kiemremmingsmiddelen
worden tijdens het bewaarseizoen
met speciale apparaten (Swingfog,
Pulsfog, Dynafog) verneveld en door
intern te ventileren door de aardap
pelen verdeeld.
Van de vloeibare middelen mag to
taal 20 gram werkzame stof 20
ppm) per ton aardappelen worden
gebruikt, d.w.z. 80 ml van een 25%
middel, 67 ml van een 30% middel of
40 ml van een 50% middel.
Goede resultaten zijn te bereiken
door de totale hoeveelheid in 3 of 4
behandelingen te geven. Voor erg
kiemlustige aardappelen verdient
het aanbeveling de eerste dosering
wat groter en de volgende dan wat
kleiner te nemen. Om een goede
werking te krijgen moet de eerste
behandeling 2 a 3 weken na de oogst
worden toegediend en niet later! De
aardappelen zijn dan voldoende af
gehard, zodat van beschadiging
nauwelijks sprake kan zijn. Bij toe
diening in etappes zal de tweede be
handeling in december en een even
tuele derde behandeling in februari
moeten worden uitgevoerd. Minder
gunstige ervaringen met vloeibare
middelen kunnen o.a. veroorzaakt
worden door het te laat toedienen
(vooral eerste behandeling) - te hoge
en onregelmatige storthoogte - een
minder goed beluchtingssysteem
(kanalen te ver van elkaar) en omdat
vooral bij de eerste behandeling de
(bovenste) aardappelen niet droog
zijn. Wanneer gekiemde aardappe
len worden "gegast" kan inwendige
kieming optreden en deze aardap
pelen zijn ongeschikt voor industrië
le verwerking.
Op een aantal bedrijven heeft men
bij het "gassen" bovenin de partij
betere resultaten door eerst een halve
dosering door de partij te persen en
vervolgens de rest door de partij te
zuigen. Hiervoor moeten de ventila
toren worden voorzien van een om-
keerschakelaar.
Toediening vloeibare middelen
In de meeste bewaarplaatsen wordt
het middel nog boven of voor de
ventilatoren van buiten ingebracht.
Een bezwaar van deze methode is,
"Gassen onder de ventilator kan via
een stalen pijp in de buitenmuur.
Let er op dat bij "gassen"de bovenste
aardappelen droog zijn.
dat een deel van het middel zich op
de ventilatoren afzet.
Op steeds meer bedrijven wordt
Konsulentschappen voor de Akker
bouw en de Tuinbouw in Zuidwest
Nederland
daarom het middel nu onder of
achter de ventilatoren ingebracht.
Hiervoor gorden in een buitenwand
geïsoleerde dubbelwandige buizen
aangebracht. De buitenste buis is b.v.
van P.V.C. inwendig 10 cm en de
binnenste buis van staal inwendig 6
cm. Om beschadiging door de hitte
van het vernevelapparaat te voorko
men wordt de ruimte tussen de 2
buizen geïsoleerd met glas- of steen
wol.
Bij interne kokers wordt de buis on
geveer 30 cm onder de ventilator
aangebracht. Of de buis onder de
ventilator wel of geen bocht moet
hebben is nog niet duidelijk.
Bij een centrale gang uitgevoerd als
drukkamer wordt het middel (vanaf
de eerder genoemde buis in de bui
tenmuur) via een flexibele geïsoleer
de slang naar de ventilatiekanalen
geleid. Bij deze uitvoering kunnen
alle ventilatoren tegelijk draaien,
zonder in de centrale gang te moeten
komen.
Het is ook mogelijk om onder de
ventilatoren een p.v.c.-leiding van
b.v. 150 mm doorsnee aan te brengen
met onder iedefe ventilator een af
sluitbare opening. Buiten de be
waarplaats wordt op deze leiding een
kleine verplaatsbare centrifugaal-
ventilator aangesloten. Deze ventila
tor moet de overdruk in de centrale
ventilatiekamer overwinnen. Bij de
ventilator wordt het middel dan in
genoemde leiding gebracht. De ap
paratuur wordt in de handel ge
bracht door Mooy B.V., Postbus 18,
3470 CA Kamerik (03481-1784).
Na het inbrengen van het middel
moet nog een kwartier intern worden
geventileerd. Na de behandeling
moet er 2 dagen niet met buitenlucht
worden geventileerd.
De specialist Kwaliteit en Bewaring
J.H. van Nieuwenhuizen
Zojuist ontvingen wij van het Konsu-
lentschap in Algemene Dienst voor
de Akkerbouw en de Groenteteelt in
de Vollegrond en het PAGV de
nieuwste editie van "Kwantitatieve
Informatie voor de Akkerbouw en de
Groenteteelt in de Vollegrond
1985/1986". Voor velen is dit jaar
lijks verschijnende bedrijfsekonomi-
sche naslagwerk een vertrouwde uit
gave.
Voor degenen die deze publikatie
nog niet kennen, geven wij hier een
overzicht van de inhoud:
Trendmatige ontwikkelingen van de
produktie van gewassen per gebied
en de prijsontwikkeling,
Prijsverloop tijdens het verkoopsei
zoen,
EG-marktordeningsprijzen,
Aktuele prijzen van produktiemid-
delen,
Rente- en verzekeringsnormen per
gewas,
Tarieven keuringsdienst, schonen,
drogen en opslag, loonwerk en ver-
rekenprijzen bij onderling gebruik
van werktuigen,
Taaktijden voor akkerbouw- en vol-
legrondsgroenteteelt,
Bij de vaste kosten zijn behalve
pachtnormen, waterschapslasten en
koopprijzen van bouwland, weer ak
tuele gegevens opgenomen over
aanlegkosten van drainage, erfver-
harding en kavelwegen,
Bouwkosten van land- en tuinbouw-
schuren en bewaarplaatsen voor
land- en tuinbouwprodukten,
Vervangingswaarde en jaarlijkse
kosten werktuigen,
Het hoofdstuk Financiering geeft
weer de nieuwste normen voor fi
nancieringsmogelijkheden, de even
tueel daarbij te maken kosten en een
overzicht van premies voor enkele
algemene sociale voorzieningen, de
uitkeringen daarvan en te betalen
inkomsten- en vermogensbelasting,
Een nieuwe tabel is opgenomen
waarbij voor een bepaalde bedrijfs
winst kan worden afgelezen welke
mm- mm
m - ,f m
LAAT UW RASSENKEUZE
voor wintertarwe niet alleen af
hangen van de opbrengstgegevens
van dit jaar, maar pak er die van
voorgaande jaren ook nog eens bij.
Bekijk ook de bedrijfszekerheid
van het ras, zoals stevigheid,
schotgevoeligheid, en de kans op
ziekten. Wat dacht u van een goe
de groenbemester onder uw tarwe?
Al deze punten kunt u in de ras
sen lijst vergelijken.
ZAAI TARWE NOOIT te diep.
U loopt dan veel meer risiko 's wat
betreft de opkomst en de kans op
uitwinteren wordt ook veel groter.
Ondiep zaaien op 2 a 3 cm diepte
geeft een snelle kieming, krachtige
planten met een goede beworte-
ling, welke veel meer weerstand
hebben.
bedragen verschuldigd zijn voor
premie AOW etc. en inkomstenbe
lasting,
Naast standaard bedrijfseenheden
(s.b.e.) per gewas zijn ook de bewer
kingseenheden (b.e.) per gewas op
genomen. Voor onderlinge vergelij
king van bedrijven zijn dit vaak
waardevolle gegevens,
Het hoofdstuk Saldoberekeningen
geeft weer de meest aktuele bedrijfs-
ekonomische gegevens van ruim 60
gewassen, waarbij o.a. de gewassen
gele en groene savooie kool en lelies
nieuw zijn opgenomen.
Bij de saldoberekeningen per gewas
is de arbeidsbehoefte bij werkuit
voering met eigen mechanisatie per
gebied bij verschillende werkmetho
den opgenomen. Vooral bij het ma
ken van een arbeidsbegroting is dit
een gemakkelijk toegankelijk sys
teem.
U kunt deze nieuwste CAD-
AGV/PAGV-publikatie (165 blz.)
bestellen door ƒ20,— over te maken
op girorekeningnummer 2249700,
t.n.v. het PAGV in Lelystad. Wilt u
daarbij vermelden "publikatie 29"?
Vijf leden van de Nederlandse
Vereniging van Plantenkwekers
zullen in 1986 suikerbieten en
grove tuinbouwgewassen via het
door Suiker Unie geïntroduceerde
paperpotsysteem op de Neder
landse markt brengen. Hiervoor
zijn in het voorjaar van 1985 met
succes uitgebreide praktijkproe
ven op 100 verschillende percelen
genomen. De volgende gewassen
kunnen reeds in het paperpotsys
teem worden toegepast: suiker
bieten, witlof, knolselderij,
spruitkool en uien. Gedurende
1985 is ook gebleken dat vanuit de
akkerbouwmatige tuinbouw grote
belangstelling bestaat voor het
pakket gewassen dat nu al in pa
perpots beschikbaar komt.
De voordelen van het paperpot
systeem zijn vele:
de zeer hoge uitplantkapaci-
teit (gemiddeld een
ha /dag/plantelement)
de mogelijkheid van markt-
vervroeging (o.a. kroten, wit
lof en uien);
de grote bedrijfszekerheid
(geen uitdroging, geen bere
gening en voordelen bij de
onkruidbestrijding);
de lage kostprijs per hektare
voor het plantmateriaal en het
uitplanten.
De vijf plantenkwekers met pa
perpots in hun verkooppakket
voor 1986 zijn:
Praktijkproeven met paperpots bleek succesvol
WPK Horsterweg 11, Grub-
benvorst, tel. 077-62500
Fa. Nuyten, Wouwsestraat-
weg 155, Bergen op Zoom, tel.
01640-34986
A. Chardon, Zuideindseweg
22, Delfgauw, tel. 015-560317
G. Koster, Hoofdstraat 136,
Bovenkarspel, tel.
02285-11577
V.d. Mey B.V., Voorschoter-
weg 9, Valkenburg (Z.H.), tel.
01718-13259
Nu de leverantie van plantmate
riaal in paperpots door deze
plantenkwekers op grote schaal
ter hand wordt genomen, is voor
telers en loonbedrijven de aan
schaf van uitplantmachines ak-
tueel geworden.
Het kontaktadres voor de plant-
machines is Agriplant, Meen-
sesteenweg 262, 8658 Dadizele in
België. Vanuit Nederland is
Agriplant (een dochter van Sui
ker Unie) te bereiken onder tele
foonnummer: 09-3256501233.
Vrijdag 20 september 1985
15