scheren is een kunst Onderhoud na het voorjaar en voor de zomer Schapen Snoeien bv. Vrijdag 7 juni 1985 >1; f 5??U|.-\ @60(11 Hagen en hegjes in juni scheren. Afbeelding: Buxus scheren in de tuin van het Paleis het Loo De oude uitgebloeide takken snoeien we zo diep mogelijk in de struik weg, waardoor de jonge scheuten ruimte krijgen om zich tot flinke bloemtakken te ont wikkelen. Bevroren heesters De sporen van de winter zijn nog iri veel tuinen zichtbaar. Sommi ge heesters zijn tot op de grond bevroren, andere zijn gedeeltelijk door de vorst aangetast. In veel gevallen loopt een tot aan de grond bevroren heester aan de voet van de struik toch weer uit. Kijkt U maar goed. Ziet U onder in jong leven, dan kunt U de be vroren takken tot aan dat jonge leven afknippen. Dat zelfde geldt voor gedeeltelijk be vroren struiken. Knip ze terug tot de plaats waar aan takken nieuw leven zichtbaar is. ding zetten dat het rustig blijft zitten. Als de laatste wol is weg geschoren stapt het dier zo uit de vacht. Als het goed is blijft er dan een gesloten en schone vacht achter. Klungels maken er een maanlandschap van, zeggen er varen schapenscheerders. Wolploegen De wol speelt overigens maar een kleine rol in de ekonomie van de schapenhouderij. Maar niettemin kunnen schapehouders met het leveren van een goede kwaliteit en vooral schone wol een rede lijke cent verdienen. De meeste wol wordt gekocht door de Coöperatieve Neder landse Wolafzet Vereniging "Wolfederatie". Deze vereniging stuurt tussen half juni en half september dagelijks wolploegen op pad om op ongeveer 450 plaatsen wol te verzamelen. De ingenomen wol wordt ter plaatse gesorteerd naar kwaliteit, gewo gen en in balen geperst. Spoedig daarna worden de machinaal ge perste balen naar een van de wolwasserijen gebracht. De laat ste Nederlandse wol wasserij is een paar jaar geleden verdwenen, zodat de wol uit ons land nu in Duitsland, België of Frankrijk moet worden gewassen. De Wol federatie verwerkt een deel van de wol in eigen spinnerijen tót tapijtgarens. De kroesheid van de Nederlandse wol maakt het tot een uitstekend produkt voor de tapijtindustrie. Voorts verwerkt zij een deel tot breigarens, werk- truien, sokken en dergelijke. Het grootste deel van de wol wordt in het buitenland verkocht, vooral in Frankrijk, Duitsland en België. Uitgebloeide voorjaarsheesters De heesters die in het voorjaar bloeien en die zich zelf verjongen door het vormen van jonge scheuten onder in de struik moe ten direkt na de bloei worden gesnoeid. Zulke heesters zijn on der andere forsythia, weigelia, jasmijn, bruidsbloem kerria, spierstruik en ribes. In Nederland en tal van andere landen worden 's zomers kam pioenschappen schapenscheren gehouden. Dit feit alleen al be wijst dat het scheren van schapen een hele kunst is. Een schaap moet op een speciale manier worden gepakt, neergezet en vastgehouden. Dit is een techniek die niet voor iedereen is wegge legd. Een schaap mag geen pijn lijden, maar de scheerder ook niet. Er moet dus een techniek worden gebruikt die aanvaard baar is voor het schaap èn voor de rug van de scheerder. Eén schaap is nog niet zo zwaar, maar wie er vijftig of zestig per dag scheert verzet al gauw zo'n 3000 kilo gram. De scheerder moet zich tijdens het scheren rustig gedragen en het schaap in een zodanige hou we de heg voor de eerste maal. We kunnen dan heel kort in het jonge hout terugknippen waar door de heg goed smal blijft. Hoe ouder de takken, des te moeilijker wordt het om kort terug te knip pen, vooral bij coniferenheggen van thuya's, cypressen of ley- landcypressen. Oude verwaar loosde heggen moeten diep wor den ingesnoeid. Taxus, liguster en struikkamperfoelie verdragen dat wel. Door hagen minstens twee maal per jaar te snoeien wordt veroudering voorkomen. Hagen met fijne twijgen, schub ben en bladeren kunnen met de heggeschaar. worden gesnoeid. Haagheesters met grote bladeren als laurierkers, hulst, olijfwilg en diepte in de vijver planten. Met die mandjes zijn we heel flexibel, we kunnen gemakkelijk reorga niseren, planten woekeren min der snel dooreen en we kunnen ze buiten de vijver met zorg aan planten. Vertroebeling van de vijver voor komen. In elke vijver groeien algen. Een te weelderige algengroei leidt tot een soort erwtensoep in plaats van het kraakheldere water dat we ons wensen. Te veel algen wordt veroorzaakt door te veel licht, te veel voedsel en te weinig natuurlijke vijanden. Het licht in de vijver kunnen we beperken door waterplanten met drijvende bladeren zoals waterlelie, kikker- beet, kroos en watergentiaan. Andere planten helpen om de voedselrijkdom te verminderen. Zulke planten zijn zwanebloem, snoekkruid, lissen en dergelijke. Een oorzaak van voedselrijkdom kan ook visvoer zijn. In een vijver met voldoende dierlijk leven is bijvoeren niet of nauwelijks no dig. Door bijvoeren achterwege te laten wordt verrijking van het water vermeden. Om een teveel aan algen snel kwijt te raken kunnen we gebruik maken van waterluizen en water vlooien. Deze waterinsekten eten met een grote gulzigheid algen. Door in sloten en plasjes deze in- sekten te vangen en in de vijver uit te zetten lossen we het algen- probleem snel op. Voorwaarde is wel dat we niet al te veel vissen in de vijver hebben want die hebben deze insekten bovenaan op hun menu en kunnen ze verorberen voor hun zuiverend werk is ge daan. Begin juni loopt het voorjaar op zijn eind en ló>mt de zomer er aan. Het is een periode waarin een aantal plantegroepen in de tuin bijzondere aandacht vragen. Sommige heestersoorten zijn uit gebloeid, de bollen hebben hun werk gedaan, voorjaarsbloeiende vasteplanten gaan zaad vormen enzovoorts. Een aantal aan- dachtvragende werkzaamheden zullen we op een rijtje zetten. Vaste planten uitknippen verlengt de bloeitijd. Op de foto: Zeeuws knoopje Wildgroei bij geënte planten Een groot aantal van onze kui tuurheesters zijn geënt op een zogenaamde wilde onderstam. Denk maar aan de kronkelhaze laar, aan rozen, olijfwilgsoorten, sierkersen en dergelijke. Vaak vormt die wilde onderstam onder de entplaats wilde sterk groeien de scheuten. Die scheuten die als U goed kijkt duidelijk afwijken door andere kleur, vorm of groeiwijze van takken en blade ren moet U zo snel mogelijk en zo diep mogelijk wegsnoeien. Die wilde scheuten zitten het dichtst bij de bron en nemen het belangrijkste deel van het voedsel tot zich ten koste van het mooie deel van de geënte plant. Zou U de scheuten niet weg snoeien dan resulteert uiteindelijk de wilde onderstam. Vasteplanten De uitgebloeide voorjaarsbloei ende vasteplanten vergen nu ook enige verzorging. Uitgebloeide aubrietia's daarvan knipt U de bloeiwijzen kort bij de grond weg evenals bij arabis, alyssum en dergelijke waarbij het belangrijk is om de zaadvormende delen tij dig weg te knippen. In zijn alge meenheid geldt dat het wegknip pen van uitgebloeide delen bij vasteplanten voor de zaadvor ming nabloei en dus kleur in Uw tuin bevordert. Van sommige tweejarige planten zoals vingerhoedskruid kunt U het zaad verzamelen en uitzaaien om volgend jaar weer over nieu we planten te beschikken. Heggen niusnoeien De haagplanten vormen nu hun eerste scheutgroei. In juni scheren mahonie worden mooie geknipt met de snoeischaar 'omdat de bladeren dan niet worden door geknipt en lelijke bruine randen worden voorkomen. Uitgebloeide bolbloemen Zodra de bladeren van de bol- en knolgewassen geel worden is dat het teken dat ze in rust gaan. Dat duurt vaak lang en eigenlijk had den we dan al lang onze eenjari gen willen planten. Om die tijd niet verloren te laten gaan is het mogelijk om direkt na de bloei de bollen op te rooien. Dat oprooien doen we heel voorzichtig zodat er zoveel mogelijk grond aan de bollen blijft want er mogen zo weinig mogelijk wortels worden beschadigd. De bollen van tulpen en hyacinthen want daar gaat het eigenlijk om kuilen we in op een plekje achterin de tuin en wel zo danig dat de wortels netjes naar beneden hangen en dat ze net zo diep staan als ze eerst stonden. Ze kunnen nu rustig afsterven. Zo dra dat gebeurd is halen we ze uit de grond en laten ze goed drogen. Daarna schoonmaken en op een droge plaats bewaren. Narcissen en andere kleinere bolgewasjes kunnen het beste op hun plek in de tuin blijven staan. Waterplanten Juni is de beste plant- en ver- planttijd voor waterplanten. De ontwikkeling van waterplanten komt dan op gang, het water heeft een goede temperatuur en we krijgen redelijk inzicht in wat er in de vijver gebeurt. Water planten kunnen we het gemakke lijkst in mandjes op de gewenste Juni de beste tijd voor het beplanten van uw vijver Voorjaarsbloeiende heesters snoeien na het bloeien Op de af beelding: Japanse Sneeuwbal

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1985 | | pagina 11