Beperking stikstofgift leidt tot groot financieel nadeel voeren 2 Stagnatie groei export konsumptie-aardappelen baart zorg Beregening van aardappelen Meeldauwaantasting in tarwe neemt snel toe! In waterwingebieden: E PI PRE overzicht tarweziekten Nr. Ruilverkaveling Schalkwijk aangenomen korte wenken akkerbouw Op een themadag van de werkgroep Nitraatuitspoeling Waterwinge bieden van het ministerie van landbouw op 13 mei j.l. te Wageningen heeft ir. L.B. van der Giessen van het Landbouw Ekonomisch Instituut in Den Haag in zijn inleiding proberen aan te geven wat de effekten op het inkomen kunnen zijn wanneer er voor de landbouw beperkingen worden opgelegd aan de hoeveelheid en het tijdstip van bemesting. "Deze schade", aldus de heer van der Giessen, "wordt in de eerste plaats veroorzaakt door lagere gewasprodukties, terwijl soms ook de kwaliteit van gewassen (vollegrondsgroentegewassen) vermindert. Voorts wordt het inkomen nadelig beïnvloed door ekstra opslagkosten voor dierlijke mest en kosten voor verwerking van ekstra mestover schotten. Een beperking van de stikstofgift tot 75% van de optimale landbouwkun dige stikstofgift leidt op akkerbouw bedrijven tot een jaarlijkse inko mensdaling van 300 per ha en op melkveehouderijbedrijven van 250 per ha. Wanneer de stikstofgift tot 50% wordt beperkt, bedraagt de in- komensschade op akkerbouwbedrij ven 950 per ha en op melkveehou derijbedrijven 750 per ha, dus on geveer driemaal zoveel als bij een beperking met 25%. Er is hier als het ware sprake van de wet van de afne mende meeropbrengsten in omge keerde richting. Met de stijging van de temperatuur in de afgelopen twee weken is de meeldauwdruk in sommige regio's fors toegenomen. De aantasting in Zuid-Limburg, West-Brabant, Gelderland en Zuid-Holland nam meer dan gemiddeld toe. De gemiddelde regionale aantastingspercentages staan op de landkaart vermeld. Op 7 procent van de EPIPRE percelen werd tot nu toe een meeldauw- bestrijding geadviseerd. Epipre adviseert de meeldauw te bestrijden als op een aantal bladeren van de derde bladlaag meeldauwpuisten geteld worden. Het aantal blaadjes is afhankelijk van ras, gewasstadium en opbrengstverwachting. In onderstaand overzicht staan de kriteria bij een opbrengstverwachting van 8 ton/ha. EPIPRE bestrijdingsdrempels voor meeldauw. (Aantal blaadjes met meeldauw in een monster van 120 bladeren; 40 halmen maal de drie bovenste bladeren). Resistentie cijfer Gewasstadium Stengelstrekking Aarzwelling Aarverschijning Bloei rassenlijst 5 6 7 11 14 20 21 24 31 29 33 38 48 50 53 De aantasting met oogvlekkenziekte is in de afgelopen twee weken niet gestegen. De wintertarwe is nu in de fase van de stengelstrekking. Het middel kan nu niet meer tot op de halmbasis gebracht worden zodat bestrijding nu niet zinvol meer is. Gele- en bruine roest zijn nog niet waargenomen op de EPIPRE-percelen. In het zuiden werden reeds de eerste bladluizen gekonstateerd. Overzicht tarweziekten percentage /- t.o.v. percentage aangetaste /- t.o.v. aangetaste vorig bladeren of halmen in vong percelen overzicht de zieke percelen overzicht oogvlekken 48% 4% 12% 0% gele roest 0% 0% 0% 0% bruine roest 0% 0% 0% 0% meeldauw 16% 11% 13% 10% Bij de melkveehouderij is ervan uit gegaan dat een beperking van de stikstofgift via een lagere graspro- duktie leidt tot een kleinere melk veestapel. Voorts is verondersteld dat de stalruimte niet direkt aange past kan worden aan de kleinere melkveestapel, zodat er een onder- bezettingsverlies ontstaat. De moge lijkheid om via ekstra aankoop van ruwvoer de melkveestapel op peil te houden is niet in aanmerking geno men. Indien er echter slechts sprake is van betrekkelijk kleine gebieden met beperkingen, zou aankoop van ruwvoer wel realiseerbaar zijn en zou de schade aanmerkelijk lager zijn dan nu is berekend. Een beperking van de stikstofgift leidt voorts tot grotere overschotten aan dierlijke mest, die bij verwerking ekstra kosten veroorzaken van 100 per ha in geval van een beperking van de stikstofgift met 25% en 200 per ha bij een beperking met 50%. De verwerkingskosten van ekstra mest overschotten zijn hier omgeslagen over de gehele oppervlakte kuituur- grond in het drinkwaterbescher- mingsgebied, maar dit zegt uiteraard niets over de vraag, wie deze ver werkingskosten moet betalen. Een verbod om in de herfst en winter dierlijke mest uit te brengen levert in de melkveehouderij een schade op van 100 per ha als gevolg van ekstra opslagkosten. Bovendien ontstaat er per ha kultuurgrond in het gehele drinkwaterbeschermingsgebied een schade van 100 voor verwerking van ekstra mestoverschotten, die ontstaan doordat bij uitbrenging van dierlijke mest in het voorjaar hiervan minder nodig is wegens de betere benutting ten opzichte van uitbren ging in herfst en winter. Verbod Een algeheel verbod om dierlijke mest uit te brengen leidt tot aan zienlijke schades. In de melkvee houderij heeft dit een inkomensda ling tot gevolg van ƒ115 per ha, om dat meer kunstmeststoffen moeten worden aangekocht. In de akker bouw bedraagt de schade 400 per ha wegens het wegvallen van het op- brengstverhogend effekt van dier lijke mest. De mestoverschotten ne men bij dit algehele verbod uiteraard sterk toe, zodat de ekstra verwer kingskosten 825 per ha kuituur- grond bedragen. "Hieruit blijkt dat vooral een beper king van de stikstofgift tot 50% van de landbouwkundig optimale bemesting en een algeheel verbod om dierlijke mest uit te brengen, tot een groot fi nancieel nadeel zullen leiden", aldus de heer van der Giessen tot slot van zijn betoog. Het lijkt erop dat de Nederlandse aardappelsektor er dit jaar niet in slaagt de totale te exporteren hoeveelheid aardappelen ook daadwer kelijk over de grenzen af te zetten. Totaal zal er ca. 1.500.000 ton door de exporteurs moeten worden verkocht en volgens voorlopige schat tingen zal men aan het eind van het verkoopseizoen uitkomen op 1.100.000 k 1.200.000 ton. Er zal dus ca. 300.000 ton naar de veevoer- sektor moeten worden overgeheveld. Vooral de export naar onze be langrijkste afnemer West-Duitsland laat het zitten. Had ons land per 1 mei 1983 van de met oogst '84 vergelijkbare oogst 1982 537.000 ton naar dit lang geëxporteerd, per 1 mei jl. lag dit cijfer pas op 448.500 ton. Ook de totale export loopt vergeleken met oogst 1982 achter. Per 1 mei 1983 was al ruim 1 miljoen ton afgezet terwijl dat 1 mei jl. pas 900.000 ton bedroeg. De heer G. Lodewijk, voorzitter van de Vereniging ter Behartiging van de Nederlandse _Aardappelhandel (VBNA) meent desgevraagd dat de ze ontwikkeling zeker om nadere bestudering vraagt. "Wat erg opvalt, zo zegt hij, is dat West-Duitsland- zeker met lage prijzen zoals dit jaar altijd een zeer grote afnemer is. Nu is dat ineens minder. We lopen bij oogst 1982 nu ca. 100.000 ton achter. We moeten vaststellen dat de zeker heid die er tot nu toe was dat we de oogst altijd wel kwijt kunnen, dit jaar is doorbroken. Deze ontwikkeling is te duidelijk om het een incident te noemen. We kunnen ons afvragen of we nog wel goed aansluiten bij de Duitse vraag". Volgens de heer Lo dewijk lijkt het erop dat onze ooster buren erin zijn geslaagd een stukje van hun eigen markt terug te pakken. Vooral naar de verwerkende indus trie zijn ze erin geslaagd meer eigen produkt te leveren. De voorzitter van de Nederlandse Aardappelhandel De aardappel is een plant met ëen zwak en een ondiep wortelstelsel. Ook zijn aardappelwortels minder goed in staat het vocht uit een wat drogere grond te halen. Daardoor heeft dit gewas, bij uitdroging van de grond, eerder last van verdroging dan de meeste andere gewassen. Vooral op lichte zandgronden treedt snel vochttekort op. Uit proeven in de vijftiger jaren werd op deze gronden door middel van kunstmatige beregening gemiddeld een opbrengstverhoging van 25% verkregen. Op dit soort gronden is beregening snel rendabel. 40 cm beneden maaiveld weer op 6 bladeren aangetast door meeldauw, tellingen 11 mei - 23 mei De ruilverkaveling Schalkwijk (3.499 ha - 812 stemgerechtigden) is op 23 mei bij de stemming in Schalkwijk aangenomen met 76% van de ges temde oppervlakte en 64% van de uitgebrachte stemmen. In totaal 411 stemgerechtigden brachten hun stem uit' Zij vertegenwoordigden een op pervlakte van 3.087 ha binnen het ruilverkavelingsgebied. Wanneer beginnen? In de regel is het gewenst niet eerder te beginnen met beregening voordat de knolgroei goed op gang is geko men. Begint u ruimschoots vóór dat tijdstip dan blijft meestal de bewor- telingsdiepte beperkt en volgt een forse loofgroei. Alleen als de aard appelen na het poten droog in de rug liggen en wanneer er kans is op de aantasting van pokschurft moet u eerder beregenen. Op het moment dat de eerste uiteinden van stolonen zich gaan verdikken, in een niet vochtige grond, is het tijdstip van beregening aangebroken. Geduren de drie weken moet u dan de grond vochtig houden. Omstreeks het begin van de knolgroei is snel een volledige grondbedekking door het gewas be reikt. Een sterk uitgedroogde grond is moeilijk te herbevochtigen. Kon- troleer daarom regelmatig de bouw- voor op zijn vochtgehalte. Het tijd stip van beregenen is aangebroken wanneer de grond, na samenknijpen in de hand, maar enigszins uiteen valt. Op zandgrond met 2 k 3% hu mus kan met giften van 15 A 20 mm het vochtgehalte in de laag van 0 tot peil worden gebracht. Op zandgron den met 4 tot 7% humus zijn hiervoor giften van 25 a 30 mm per keer no dig. Gronden met meer dan 50% afslib- bare delen vertonen na indroging sterke scheurvorming. Bij berege ning loopt dan het water via deze scheuren snel naar het grondwater. In deze situatie kunt u door kleine giften van 15 mm per keer de grond herbevochtigen. Referentieverdamping is ook een hulpmiddel om het beregeningstijd- stip te bepalen. Het K.N.M.I. geeft dagelijks om 6.30 uur en 12.25 uur, bij het weerover- zicht, de referentieverdamping over het afgelopen etmaal. De referentie- verdamping is een maat voor de ge wasverdamping. Bij de bloei is de gewasverdamping 90% van de refe rentieverdamping. Vuistregel: U begint met beregening zodra de gewasverdamping groter is dan de laatste effektieve regengift plus de daarmee gevallen effektieve neerslag. Globaal is 80% van de regengift en van een regenbui effektief. verwacht dan ook dat de Neder landse aardappelsektor de Duitse aardappelteler in toenemende mate als koncurrent op de West-Duitse markt tegen zal komen. Bezinning op deze nieuwe situatie en bestudering van de oorzaken van deze ontwikke ling zijn daarom gewenst, meent de heer Lodewijk, die er nog op wijst dat we gezien de grote aardappe loogsten in veel landen toch niet on tevreden mogen zijn over de hoe veelheden die we toch nog over de grenzen hebben weten af te zetten. Bovendien lijkt het erop dat de afzet aan de verwerkende industrie de op gaande lijn weer te pakken heeft. Aardappelziekten De heer Lodewijk bracht de stagnatie in de groei van de export ook ter sprake op de jaarvergadering 22 mei jl. van de VBNA. Daar wees hij er ook op dat we de komende jaren te maken krijgen met het onder kontrole hou den van aardappelziekten. In een groot aantal gebieden in ons land zal de intensieve teelt van één ras, nl. Bintje, niet kunnen worden volge houden en zullen in een vruchtwisse- lingsschema ook andere rassen aan bod moeten komen. Als uit oogpunt van gezondheid van de grond bijv. eens in de twaalf jaar op een perceel géén Bintje maar andere rassen moeten worden geteeld dan zal dat niet een vrijblijvende maatregel moeten zijn maar een verplichting voor alle betrokkenen. "Een uitda ging die niet gemakkelijk is en waar van het vrijwel zeker is dat het teelt en handel veel geld en inspanning zal kosten om dat tot een goed eind te brengen, aldus de heer Lodewijk. J. WIERENGA GRASACHTIGE ONKRUI DEN in suikerbieten zijn goed te bestrijden met Fusilade, Fervin en Fervinal. Tegen raai gr assen heb ben Fervin en Fervinal de voor keur. Tegen duist, kweekgras en graanopslag werkt Fusilade beter. Straatgras wordt door deze mid delen niet bestreden. IN TWEEDEJAARS PLANT- UIEN komt bijna elk jaar blad- vlekkenziekte voor. Vooral bij aanhoudend vochtig weer kan de schimmel, die de ziekte veroor zaakt, zich sterk uitbreiden. Per celen met veel loof ontwikkeling en een dichte stand lopen het meeste gevaar. Voorbehoedend spuiten met de daarvoor geschikte midde len zie handleiding 1985) is de beste remedie. Vrijdag 31 mei 1985

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1985 | | pagina 7