Vader en zoon Mol uit Waarde ploegen elk najaar
zes weken lang met twee driespannen: "Paarden is
onze hobby, maar ze moeten wel de kost verdienen"
Geen probleem
Ploegen
Verlichting
Stagepaard
In het bloed
Populariteit
Even staan ze stil. Damp slaat aan
alle kanten van het natte lichaam.
Een korte tik met de teugel is al vol
doende om het drietal weer in een
traag maar konstant tempo voort te
doen gaan. Op het eind van de akker
ke'ren de paarden en wordt de ploeg
gewenteld in één voortgaande vloei
ende beweging die verraadt dat mens
en dier goed op elkaar zijn inge
speeld. Een aantal snelle handelin
gen die het uitgekiende resultaat zijn
van enige eeuwen traditie in het
werken met paarden, met trekpaar
den, koudbloedpaarden die bij uit
stek geschikt zijn voor het zware
werk op de boerderij. Voor na voor
ploegen ze voort en de boer in zware
zwarte jekker en laarzen volgt trouw.
Af en toe is een korte roep nodig om
de gang er in te houden. Een voor
oorlogs tafereel dat ieder najaar weer
te zien is op de akkers rond boerderij
"Oud Valckenisse" van de heer M.J.
Mol (54) in Waarde. Samen met zijn
zoon Cees (23 j.) runt deze Zuid-Be-
velandse boer een akkerbouwbedrijf
dat ca. 50 hektare groot is.
Een derde, maar zeker niet het on
belangrijkste element op het bedrijf
is de aanwezigheid van 5 koud
bloedpaarden.
Met de merries wordt gefokt, ze
worden ingespannen voor allerlei
wedstrijden en demonstraties en ze
worden op het bedrijf ingezet in
konkurrentie met de traktor. De
trekpaarden nemen hier, dat is dui
delijk, een belangrijke plaats in, in
zowel de privésfeer als in het bedrijf.
Een vrij unieke situatie: een betrek
kelijk groot akkerbouwbedrijf waar
anno 1985 geen traktor is, geen die
selolie en waar geen door aftakas
aangedreven werktuigen zijn. Op het
gebied van de mechanisatie lijkt het
alsof de tijd heeft stilgestaan. Lijkt,
want vader en zoon Mol staan be
paald niet afwijzend tegenover de
nieuwe technische vooruitgang. Zo
kunnen sommige werkzaamheden
op het bedrijf beter door trekker en
machine worden uitgevoerd en
daarvoor komt ook gewoon de loon
werker.
Maar eerst wat achtergrondinforma
tie. Het bouwplan van vader en zoon
Mol ziet er gevarieerd uit. Zo had hij
in 1984 3 ha uien, 15 ha wintertarwe,
2 ha zomergerst, 0,9 ha haver, waar
van 0,4 ha voor de paarden, 2 ha
bruine bonen, bijna 9,5 ha aardap
pelen, 7,4 ha suikerbieten en 3 ha
lucerne waarvan ca. 2 ha voordroog-
kuil en voor de paarden nog een
halve hektare voederbieten. Op eni
ge afstand van het bedrijf heeft hij
voorts nog 4,5 ha gras waar het vee
een groot deel van het jaar loopt. Een
teeltplan dat de paarden de haver
kan laten verdienen maar waarin
ook de loonwerker aan de bak komt.
Voor wie mocht denken dat de fa
milie Mol uit ideële, principiële dan
wel ekonomische redenen de voor
keur geeft aan het werken met paar
den is het antwoord ontnuchterend:
"Deze situatie is eigenlijk in de loop
der jaren gewoon zo gegroeid. Paar
den hebben we in de familie altijd al
gehad. Daar werd altijd al het werk
mee gedaan op "Oud Valckenisse".
Ook toen ik samenwerkte met mijn
broer en we veel grote werktuigen
(Kombine enz.) samen hadden,
bleven de paarden het ploeg- en
zaaiwerk doen".
Onze investeringen zijn natuurlijk
nogal wat geringer. Maar we hebben
het nooit uitgekiend. We zijn niet
zulke rekenaars. Je groeit er eigenlijk
ongemerkt in en als het moet kunnen
we toch gemakkelijk weer overscha
kelen naar wat we kunnen noemen
de moderne traktie".
Door het boekhoudburo van de
NCB zijn jarenlang een aantal paar-
paarden je hobby is, tellen deze uren
niet".
Het bedrijf van Mol ligt aan de grote
toegangsweg van Noord Brabant
naar Zeeland ter hoogte van het
tankstation "De Vliete". Links op de
percelen tot vlak bij de Westerschel-
dedijk kun je dan de boer voort zien
ploegen. Menige passant blijft even
staan om dit nostalgische beeld te
aanschouwen. Rien Poortvliet wist
hem ook te vinden en een aantal te
keningen voor "Het brieschend
Paard" zijn uit Waarde afkomstig,
met name de serie met het driespan
voor de ploeg.
Het is een drukke tijd voor de vijf
viervoeters. Het veld is geruimd en
dan moet 40 ha omgekeerd worden.
Bij een dagprestatie van gemiddeld
50 are per man betekent dat voor
en in het gareel te lopen. In vakkrin
gen noemt men het daarom wel "een
stagepaard". Dan wordt geploegd tot
11.00 uur. De twee driespannen
gaan dan naar huis waar ze wat te
eten en te drinken krijgen. Na warm
gegeten te hebben wordt het vee af
wisselend door sr. of jr. verzorgd en
om 13.00 uur gaan ze weer naar het
land met bij zich een paar boter
hammen en een thermosfles met
warme koffie of thee. Meestal wordt
dan tot 18.00 uur doorgegaan, in re
gen en wind. Een efficiënte daginde
ling die vooral mogelijk is omdat alle
te ploegen percelen dicht rondom de
boerderij liggen.
Afgelopen najaar heeft ook dit be
drijf problemen ondervonden van de
ekstreme weersomstandigheden. De
aardappel- en bietenoogst werden
vertraagd. Vooral het bietenland
De heer Mol sr. met zijn driespan met "Oud Valckenisse" op de achtergrond
denbedrijven vergeleken met trek-
kerbedrijven en daarbij is gebleken
dat eerstgenoemde er financieel goed
uitkomen. "Maar", licht Mol toe
"vergelijken blijft een moeilijke
zaak. Hoe verdeel je bijv. de arbeid,
hoe reken je de baten toe van een
betere struktuur van de grond door
dat je bijv. geen trekkersporen hebt
en wat reken je voor het feit dat de
grond ieder najaar wordt verrijkt met
paardenmest?" Toch meent hij dat
als je alle uren rekent je met paarden
toch niet uitkomt. "Je mag niet ver
geten dat de loonwerkkosten relatief
hoog zijn. Maar als het werk met
De konterliene (om dit paard mee te beleren hangt er op geknoopt bij
vader en zoon Mol en uiteraard de
paarden zes weken lang stapvoets
heen en weer gaan.
Meestal zijn ze half december klaar.
De percelen variëren in afslibbaar-
heid van 11 tot 35%. Geen zware
grond derhalve. Er zijn grote perce
len bij. Moetje niet over Jobs geduld
beschikken om in je eentje aan zo'n
perceel te beginnen? Cees Mol, wat
verbaasd over die vraag: "Daar heb
ik eerlijk gezegd nooit bij stilgestaan.
Je begint gewoon en je houdt weer
op als het donker wordt of als het
stuk omligt. Zo gemakkelijk is dat.
Vader geeft daar niet om maar ik heb
wel een hekel aan regen. Daar erger
ik me echt aan. Maar verder doe ik
het graag anders zou ik er al lang
mee opgehouden zijn".
De dagindeling tijdens de ploegpe-
riode ziet er als volgt uit: 06.00 uur
opstaan en vee en paarden verzor
gen. Dat gebeurt natuurlijk met lief
de en zorg; alle paarden een portie
voer dat bestaat uit, hooi en voeder
bieten, en een borstelbeurt. De sma
kelijke dis weten ze goed te waarde
ren. Wanneer ze niet hoeven te wer
ken gaan de merries twee keer per
dag van stal om naast de schuur te
drinken en zich te vertreden. Na het
ontbijt, om 07.00 uur, gaan vader en
zoon elk met een driespan aan de
slag. Om de twee driespannen vol te
krijgen, komt er een paard van een
kollega, die nog moet leren werken,
werd erg verreden. Het moest over
dwars geploegd worden. Besloten
werd er nog een stagepaard bij te
nemen en een vierspan te formeren
waarmee Cees heeft gewerkt. Dat
ging uitstekend.
Nu alles zo laat was deed zich het
euvel gelden dat op de paardenploeg
geen verlichting zit, wat bij de korte
dagen wel een handicap is. Evenals
op veel andere bedrijven heeft dit
jaar overigens de spitploeg ook op dit
bedrijf zijn intrede gedaan en 3 ha
erg stukgereden aardappelland is op
deze moderne wijze bewerkt.
Bij zowel Mol als zijn vrouw en ook
weer bij zoon Cees zit de liefde voor
het paard in het bloed. Opa Mol die
90 jaar is en nog vrijwel elke dag naar
het bedrijf van zijn zoon komt fietsen
om nog wat in de moestuin te wer
ken, had op zijn bedrijf al zo'n 6 a 7
paarden. Ook hij fokte er mee. Me
vrouw Mol is een dochter van Izaak
de Feijter. uit Axel, een bekende
paardenliefhebber, uit het Zeeuws
Vlaamse Axel.
Dat het koudbloedpaard voor de fa
milie Mol vee) meer betekent dan
alleen een bedrijfsmiddel blijkt niet
alleen uit de uitstekende verzorging
maar zeker ook uit de plaats die de 5
machtige viervoeters in het familie
gebeuren innemen. Zo zit Mol sr. in
het bestuur van de afd. Zeeland van
de Koninklijke K.V.N.T keuring
"Serooskerke Vereniging Het Ne
derlandse Trekpaard" (K.V.N.T.).
Daarnaast is hij bestuurslid van de
Bond van Zuid-Bevelandse paar
denfokkers die in 1983 70 jaar be
stond.
Voornaamste aktiviteit is de keuring
op de "Dag van het Paard" in Se
rooskerke, georganiseerd door de
K.V.N.T. Ook op de Nationale
Trekpaardententoonstelling in 's
Hertogenbosch is de fam. Mol met
de paarden present. In 1984 was hun
viertal het hoogst geplaatste uit Zee
land. Ook op het schaapscheerders-
feest in Nisse is men aanwezig en op
de najaarskeuring van de gezamen
lijke Zeeuwsche bonden van paar
denfokkers in Goes. Op de ZLM-
Manifestatie 1983 had Mol het le
geplaatste viertal merries.
De Bevelandse bond telt 20 leden en
de meeste daarvan werken nog met
trekpaarden.
Vooral 's zomers trekt de familie Mol
er met de paarden op uit om de
monstraties te geven met oude aan
spanningen in klederdracht, samen
met de fam. Brooymans uit Tholen,
S. v.d. Velde uit Zonnemaire, fam.
Reméus uit Dreischor en anderen
zoals de fam. Geldof en De Visser
van Walcheren. Ze zoeken het soms
ver van huis: Apeldoorn, Groningen,
Utrecht, Flevohof e.d. Maar ook in
Waarde bij het dorpsfeest op konin
ginnedag of bij een trouwpartij.
De belangstelling voor het trekpaard
en voor de K.V.N.T. neemt de laatste
jaren toe. Volgens Mol hangt dat sa
men met de hang naar het verleden,
de nostaléie en het imposante van de
paarden spreekt ook zeer aan, vooral
als ze met een aantal naast elkaar
lopen of draven. Ook de sterk aan
populariteit winnende ringrijderij
heeft het aanzien van de trekpaarden
nogal opgevijzeld.
Duidelijk is te zien dat het linkerpaard op de foto met het halstertouw bevestigd is
aan het gareel (haam) van het middelste paard